• No results found

Emancipatie en zelfactualisatie.

In document Gehandicapt en geëmancipeerd (pagina 32-34)

3 De structurerende betekenissen zijn in de vorm van interpretatieschema’s opgeslagen in het

2.4 Emancipatie en zelfactualisatie.

2.4.1

Overbodige macht

Volgens Van de Mosselaar is emancipatie te omschrijven als een proces van loskomen van ‘overbodige vormen van macht’, oftewel een toename van persoonlijke autonomie (Van de Mosselaar, 1977). Een autonoom, zelfdenkend persoon is in staat te zien wat overbodige macht is en weet daarmee om te gaan. Exemplarisch voor overbodige vormen van macht is de idee dat de vrouw de dominantie (macht) van de man nodig heeft om zich te ontplooien en een zinvol bestaan te leiden. Die dominantie is overbodig, omdat vrouwen even competent zijn als mannen in zingeving en het invulling geven aan hun bestaan. Emancipatie vereist daarom een proces van bewustwording bij de onderdrukte groep.

Dergelijke overbodige vormen van macht liggen overigens niet alleen buiten het gedomineerde individu, maar zit juist ook binnen hem of haar zelf. Door hun socialisatie zijn bijvoorbeeld vrouwen geworden tot wat van hen werd verwacht. Verandering hiervan impliceert een verandering in hun identiteit. Als vrouwen niet meer willen voldoen aan de verwachtingen van anderen, maar zelf willen bepalen hoe ze leven, moeten ze oude ‘vrouwelij- ke’ gedragspatronen afleren en nieuwe aanleren. Dit leidt gemakkelijk tot conflicten met de buitenwereld én met henzelf. Het tast hun houvast en solidariteit met anderen aan. Het (kunnen) aangaan van dit conflict, verschilt per persoon en situatie. Het wordt ook bepaald door de mogelijkheden die ze hebben met betrekking tot externe factoren. Paulo Freire stelde in dit verband dat het bewustzijn pas kan veranderen als de onderdrukten niet meer hoeven te strijden voor hun eerste levensbehoeften (Freire, 1972). De eerste generatie Turkse en Marokkaanse vrouwen geloofde bijvoorbeeld best in keuzevrijheid en in gelijke kansen voor vrouwen en mannen, maar kwam daar niet aan toe, omdat ze nog moest zien te overleven in een vreemd land (Pels en De Gruijter, 2006).

Daarnaast, en voor een deel ook in samenhang hiermee, spelen nog verschillende andere, bij gedomineerde personen zelf gelegen factoren een rol. Van de Mosselaar noemt onder anderen:

zelfvertrouwen en zelfbeeld

houding tegenover macht en beïnvloeding

interne en externe oriëntaties

omgaan met conflicten en schuldgevoelens

de mate van assertiviteit

de stijl van waarnemen.

Volgens Van de Mosselaar vertonen vrouwen die geleerd hebben om zich typisch vrouwelijk te gedragen, het tegenovergestelde gedrag dan wat ze nodig hebben om te emanciperen. Dat betekent dat het proces van bevrijding uit overbodige macht een tamelijk ingrijpende verandering van de gesociali- seerde, door anderen toegekende identiteit vraagt. Dit vereiste verklaart de weerstanden van vrouwen tegen emancipatie.

Deze weerstanden vloeien voort uit diepgewortelde, ingesleten rolpatro- nen die zekerheid en geborgenheid geven, niet alleen voor de vrouwen zelf, maar ook voor mensen uit hun omgeving. De gesocialiseerde rollen van mensen kenmerken zich door een grote mate van vanzelfsprekendheid en zijn daardoor stevig verankerd, bijvoorbeeld in het denken over wat algemeen juist wordt gevonden voor de rol en het gedrag van vrouwen, namelijk die van echtgenote en moeder. De opvattingen hierover maken hen emotioneel en materieel afhankelijk van hun mannen. Het zich conformeren aan deze afhankelijkheid leidt tot zekerheid, maar ook tot veelal onbenoembare gevoelens van onbehagen. Veel vrouwen denken zich niet te kunnen veroorloven zich van hun ‘probleem zonder naam’ bewust te worden.

Volgens Gronemeijer voelen zij zich in feite onmachtig om deze situatie te veranderen (Gronemeijer, 1976). Verzet zet het ‘oude vertrouwde’ op het spel en de behoefte aan verandering wordt in de kiem gesmoord. Dat levert weliswaar spanningen op, maar die worden rationeel geneutraliseerd met tevredenheidsredeneringen. Zo stellen veel vrouwen dat ze een ‘goede echtgenoot’ hebben en daarom niet ‘hoeven’ te emanciperen. Vrouwen die zich niet langer bij deze situatie willen neerleggen, zien in dat ze een nieuwe authentieke identiteit moeten verwerven, gebaseerd op nieuwe bewustzijns-

inhouden. Dit vereist een proces van bewustwording door zelfactualisatie4. In

dat proces doen vrouwen competentie-ervaringen op, waardoor zij vorm kunnen geven aan hun autonomie en loskomen van overbodige vormen van macht.

2.4.2

Life politics

Giddens heeft het thema van zelfactualisatie verder uitgewerkt en verbonden aan zijn concept van life politics. Daaronder verstaat hij ‘the politics of self actualisation, in the context of the dialectic of the local and the global and the emergence of the internally referential systems of modernity.’ (Giddens, 1991, p. 243). Life politics heeft betrekking op politieke thema’s die voortvloeien uit de processen van zelfactualisatie. Een voorbeeld zijn vrouwen die, gestimuleerd door het feminisme, op een andere wijze vrouw zijn dan volgens de traditionele rolpatronen van hen wordt verwacht. Daarmee leveren zij een eigen bijdrage aan hun maatschappelijke emancipa- tie. Dit is volgens Giddens het moment waarop het persoonlijke politiek wordt: ‘Women who want more than family life, make the personal political with every step they take away from the home. In so far as women increas- ingly ‘take the step’ outside, they contribute to the processes of emancipa- tion.’. (Giddens, 1991, p. 216).

Life politics is niet alleen op te vatten als een bijdrage aan het emancipa-

tieproces van de hoogmoderne samenleving, het vloeit er ook uit voort, namelijk uit het denken over rechtvaardigheid, gelijkheid en participatie. Participatie staat tegenover uitsluiting en stelt individuen en groepen in staat invloed uit te oefenen op beslissingen die hen voorheen binnen de context van sociale praktijken zijn opgelegd. Een goed voorbeeld is de betrokkenheid bij en deelname van mensen met een lichamelijke handicap aan de politieke besluitvorming over de beschikbaarheid van voorzieningen. Life politics onderscheid zich van emancipatie: emancipatie heeft betrekking op politieke en maatschappelijke verandering, terwijl life politics gaat over de keuzevrij- heid in de verwezenlijking van leefstijlen, oftewel de manier waarop mensen

In document Gehandicapt en geëmancipeerd (pagina 32-34)