Trommel leeghalen
Tijdens de kreukbeveiliging beweegt de trommel nog maximaal 30 minuten na beëindiging van het programma. De deur is vergrendeld en op de display verschijnen afwisselend :
Einde/Kreukbev. en Druk op Start-toets
Tik op de sensortoets Start/Trommel bijvullen of draai de programmakeu-zeschakelaar op de stand .
De deur wordt ontgrendeld.
Na afloop van de kreukbeveiliging wordt de deur automatisch ontgren-deld.
Open de deur.
Haal het wasgoed uit de trommel.
Achtergebleven wasgoed kan bij de volgende wasbeurt krimpen of afge-ven op ander wasgoed.
Verwijder al het wasgoed uit de trommel.
Controleer of er vreemde voorwerpen in de dichtring van de deur achterge-bleven zijn.
Tip: Laat de deur op een kiertje staan, zodat de trommel kan drogen.
Heeft u een capsule gebruikt, verwij-der deze dan uit de wasmiddellade.
Tip: Laat de wasmiddellade op een kiertje openstaan, zodat de lade kan drogen.
Centrifugeren
Eindcentrifugetoerental in het was-programma
Wanneer u een programma kiest, ver-schijnt op de display altijd het optimale centrifugetoerental voor dit programma.
In sommige wasprogramma's kan een hoger centrifugetoerental gekozen wor-den.
In de tabel staat het hoogst mogelijke centrifugetoerental.
Programma Omw/min
ECO 40-60 1.600
Katoen 1.600
Kreukherstellend 1.200
Fijne was 900
Wol 1.200
Overhemden 900
QuickPower 1.600
Outdoor 800
Jeans 900
Donker wasgoed 1.200
Express 20 1.200
Impregneren 1.000
Sportkleding 1.200
Sportschoenen 800
Zijde 600
Dons 1.200
Gordijnen 600
Eindcentrifugeren uitzetten (spoel-stop)
Stel voor het toerental de instel-ling (Spoelstop) in.
Het wasgoed blijft na de laatste spoel-beurt in het water liggen. Daardoor kreukt het wasgoed minder wanneer u het niet direct na het einde van het pro-gramma uit de was- en droogcombina-tie haalt.
Eindcentrifugeren starten :
Op de display staat afwisselend Spoelstop met het optimale centrifuge-toerental.
Kies met de sensortoetsen en een ander centrifugetoerental en be-vestig met OK.
Start het eindcentrifugeren met de sensortoets Start/Trommel bijvullen.
Programma beëindigen :
Kies met de sensortoetsen en de instelling 0 (zonder centrifugeren).
Raak de knipperende sensortoets Start/Trommel bijvullen aan.
Het water wordt weggepompt.
Centrifugeren tussen de spoelgangen Het wasgoed wordt na de hoofdwas en tussen de spoelgangen gecentrifu-geerd. Als het eindcentrifugetoerental verlaagd wordt, wordt ook het centrifu-getoerental bij het spoelen verlaagd.
Het centrifugeren tussen de spoel-gangen en het eindcentrifugeren overslaan
Verlaag voor de start van het waspro-gramma het centrifugetoerental tot 0. Na de laatste spoelcyclus wordt het water afgepompt en wordt de kreukbe-veiliging ingeschakeld.
Met deze instelling wordt in enkele pro-gramma's een extra spoelgang ingelast.
Programma-overzicht
ECO 40-60 maximaal 8,0 kg
Textiel-soort
Normaal vervuild wasgoed van katoen
Tip - In één wascyclus kan gemengd wasgoed van katoen voor de tem-peratuur 40 °C en 60 °C gewassen worden.
- Voor wasgoed van katoen is dit programma het meest efficiënt wat betreft het energie- en waterverbruik.
Opmerking voor testinstituten : testprogramma voor de naleving van de EU-richtlijn inzake ecologisch design nr. 2019/2023 en energie-etikettering volgens richtlijn nr. 2019/2014.
Katoen 90 °C tot koud maximaal 8,0 kg
Textiel-soort
T-shirts, ondergoed, tafellakens en servetten, wasgoed van katoen, linnen of mengweefsels
Tip - Voor wasgoed dat aan bijzonder hoge hygiënische eisen moet vol-doen, is een temperatuur van 60 °C of hoger geschikt.
Kreukherstellend 60 °C tot koud maximaal 3,5 kg
Textiel-soort
Textiel van synthetische vezels, mengweefsels of kreukherstellend katoen
Tip Kies bij kreukgevoelig wasgoed een lager centrifugeertoerental.
Fijne was 60 °C tot koud maximaal 2,0 kg
Textiel-soort
Gevoelig textiel van synthetische vezels, mengweefsels en viscose
Tip Schakel het centrifugeren bij kreukgevoelig wasgoed uit.
Wol 40 °C tot koud maximaal 2,0 kg
Textiel-soort
Textiel van wol en textiel waar o.a. wol in zit
Tip Verminder bij kreukgevoelig wasgoed het eindcentrifugetoerental.
Overhemden 60 °C tot koud maximaal 1,0 kg/2,0 kg
Textiel-soort
Overhemden en blouses van katoen en mengweefsels
Tip - Behandel kragen en manchetten vóór als dat nodig is.
- Keer overhemden en blouses binnenstebuiten, sluit de knopen, vouw kraag en manchetten naar binnen.
- Gebruik voor zijden overhemden en blouses het programma Zij-de .
- Verminder de maximale belading tot 1,0 kg als u de extra optie Voorstrijken kiest.
MobileStart
Tip Het programma wordt gekozen en bediend met de Miele-app.
QuickPower 60 °C tot 40 °C maximaal 4,0 kg
Textiel-soort
Normaal verontreinigd textiel dat ook in het programma Katoen kan worden gewassen.
Tip Het wasgoed wordt door een speciale bevochtiging en door een speciaal wasritme bijzonder snel en grondig gereinigd.
Opfrissen ”Programma-overzicht – DROGEN”
Warme lucht ”Programma-overzicht – DROGEN”
Pluizen uitspoelen Paragraaf “Programma Pluizen uitspoelen”
Andere programma's
Outdoor 40 °C tot koud maximaal 2,5 kg
Textiel-soort Jassen en broeken van microvezels zoals Gore-Tex®, SYMPATEX®, WINDSTOPPER®.
Tip - Sluit ritssluitingen en sluitingen met klittenband.
- Gebruik geen wasverzachter.
- Indien nodig kan outdoorkleding in het programma Impregneren nabehandeld worden. Het is beter om dit niet na iedere wasbeurt te doen.
Jeans 60 °C tot koud maximaal 3,0 kg
Tip - Was jeansstof binnenstebuiten.
- Jeansstoffen verliezen bij de eerste wasbeurten vaak wat kleur.
Was licht en donker jeansstof daarom apart.
- Sluit knopen en ritssluitingen voor het wassen.
Donker wasgoed 60 °C tot koud maximaal 3,0 kg
Textiel-soort
Zwart en donker wasgoed van katoen of gemengde weefsels
Tip Was dergelijk wasgoed binnenstebuiten.
Express 20 40 °C tot koud maximaal 3,5 kg
Textiel-soort
Katoenen textiel dat nauwelijks gedragen of vrijwel niet vuil is.
Impregneren 40 °C maximaal 2,5 kg
Textiel-soort
Voor het nabehandelen van microvezels, skikleding of tafellinnen uit synthetische vezels, om een water- en vuilwerend effect te ver-krijgen.
Tip - Het wasgoed moet net gewassen en gecentrifugeerd of gedroogd
Sportkleding 60 °C tot koud maximaal 2,5 kg
Textiel-soort
Sport- en fitnesskleding van microvezels en fleece
Tip - Gebruik geen wasverzachter.
- Neem de aanwijzingen op het onderhoudsetiket in acht.
Sportschoenen 40 °C tot koud maximaal 2 paar
Textiel-soort
Sportschoenen (geen schoenen van leer)
Tip - Neem de aanwijzingen op het onderhoudsetiket in acht.
- Gebruik geen wasverzachter.
- Borstel het ergste vuil er van tevoren af.
- Er wordt automatisch voorgespoeld zonder wasmiddel, zodat stof alvast wordt verwijderd.
Zijde 30 °C tot koud maximaal 1,0 kg
Textiel-soort
Zijde en alle stoffen zonder wol die ook met de hand kunnen worden gewassen.
Tip Was panty's en bh's in een waszak.
Dons 60 °C tot koud maximaal 2,0 kg
Textiel-soort
Wasgoed met donzen vulling (jassen, slaapzakken, kussens e.d.)
Tip - Druk vóór het wassen de lucht uit het textiel om overmatige schuimvorming te voorkomen. Stop het wasgoed daarvoor in een goed aansluitende waszak of bind het met een wasbare band vast.
- Volg de aanwijzingen op het wasetiket.
Gordijnen 40 °C tot koud maximaal 2,0 kg
Textiel-soort
Gordijnen die volgens de fabrikant in de wasmachine gewassen kunnen worden.
Tip - Kies de optie Voorwas om stof te verwijderen.
- Kies bij kreukgevoelige gordijnen een lager centrifugetoerental of centrifugeer helemaal niet.
- Verwijder de haakjes.
Automatic plus 40 °C tot koud maximaal 5,0 kg
Textiel-soort
Wasgoed dat op kleur is gesorteerd voor de programma's Katoen en Kreukherstellend
Tip Elke lading wasgoed wordt zo behoedzaam en efficiënt mogelijk ge-reinigd doordat de parameters (zoals waterpeil, wassnelheid en cen-trifugeerprofiel) automatisch worden aangepast.
Finish stoom ”Programma-overzicht – DROGEN”
Katoen / maximaal 8,0 kg
Textiel-soort
normaal vervuild wasgoed van katoen
Tip - Voor bovenstaand wasgoed is dit programma het meest efficiënt voor wat betreft het energie- en waterverbruik.
- Bij is de bereikte wastemperatuur lager dan 60 °C. Het was-resultaat is gelijk aan dat van het programma Katoen 60 °C.
Opmerking voor testinstituten : testprogramma's volgens EN 60456.
Pompen/Centrifuge-ren
maximaal 8,0 kg
Tip - Alleen pompen : Kies 0 omw/min. - Let op het ingestelde toerental.
Alleen spoelen/Stij-ven
maximaal 8,0 kg
Textiel-soort
- Textiel dat met de hand is gewassen en moet worden gespoeld - Tafellakens, servetten en beroepskleding die moeten worden
ge-steven
Tip - Verminder bij kreukgevoelig wasgoed het eindcentrifugetoerental.
- Het te stijven wasgoed moet gewassen zijn zonder wasverzachter.
Onderhoud
Machine reinigen 85 °C zonder belading
Wanneer er regelmatig met lage temperaturen wordt gewassen, bestaat het ge-vaar dat de was- en droogcombinatie verontreinigd raakt.
Door de was- en droogcombinatie met bovenstaand programma te reinigen kunt u het aantal kiemen en bacteriën sterk verminderen en geurtjes voorkomen.
Tip - Een optimaal resultaat bereikt u door de machinereiniger van Miele te gebruiken. U kunt ook een universeel poedervormig was-middel kiezen.
- Giet de machinereiniger of het universele wasmiddel direct in de trommel.
- Leg geen wasgoed in de trommel. De reiniging wordt uitgevoerd met een lege trommel.
Programmaverloop
Hoofdwas Spoelen
Centrifuge-Waterstand Wasritme Waterstand Spoelcyclus ren
ECO 40-60 2–32
Katoen 2–41,2
Kreukherstellend 2–32
Fijne was 2–32
Wol 2
Overhemden 3
QuickPower 1
Outdoor 3
Jeans 2–32
Donker wasgoed 3–42
Express 20 1
Impregneren – 1
Sportkleding 2
Sportschoenen3 2
Zijde 2
Dons4 3
Gordijnen 3
Automatic plus 2–32
Katoen 2–42
Alleen
spoelen/Stij-ven – – 1–25
= lage waterstand
= middelste waterstand
= hoge waterstand
= Intensief ritme
= Normaal ritme
= Sensitief ritme
= Schommelritme
= Handwasritme
= wordt uitgevoerd – = wordt niet uitgevoerd De was- en droogcombinatie beschikt over een volledig elektronische bestu-ring met laaddetectie. De was- en droogcombinatie stelt het benodigde waterverbruik autonoom vast, afhanke-lijk van de hoeveelheid en de zuigkracht van het gevulde wasgoed.
Het programmaverloop van de vermel-de programma's slaat op het basispro-gramma met maximale belading.
De display geeft tijdens iedere wasbeurt aan in welke fase het wasprogramma zich op dat moment bevindt.
Bijzonderheden over het programma-verloop
Kreukbeveiliging :
De trommel draait nog 30 minuten na afloop van het programma om kreuk-vorming te voorkomen.
Uitzondering : In de programma's Wol en Zijde is er geen kreukbeveiliging.
De was- en droogcombinatie kan op elk moment worden geopend.
1 Bij een temperatuur van 60 °C en ho-ger wordt er 2 keer gespoeld. Bij een temperatuur van minder dan 60 °C, wordt er 3 keer gespoeld.
2 Een extra spoelgang wordt uitge-voerd, wanneer :
- er te veel schuim in de trommel zit - het gekozen eindcentrifugetoerental
is lager dan 700 omw/min
3 Voorspoelen : Er wordt automatisch voorgespoeld om stof te verwijderen.
4 Centrifugeren : Om de lucht uit de vulling te persen, centrifugeert het toestel een keer, voordat het met wassen begint.
5 Er vindt een extra spoelgang plaats als : de extra optie Extra water geko-zen is en een extra spoelgang inge-schakeld is. Zie hoofdstuk “Instel-lingen”.
PowerWash
De door Miele ontwikkelde wasmethode PowerWash wordt in de volgende was-programma's gebruikt :
- ECO 40-60 (bij kleine en middelgrote belading)
- Katoen (bij kleine en middelgrote be-lading)
- Kreukherstellend - Overhemden - Automatic plus - Fijne was Principe
Bij de gebruikelijke wasmethodes wordt met meer water gewassen dan de was kan opzuigen. Al dit water moet worden opgewarmd.
Bij de PowerWash-methode wordt met net iets meer water gewassen dan het wasgoed kan opzuigen. Het water dat niet in het wasgoed is opgenomen, ver-warmt de trommel en het wasgoed en wordt steeds opnieuw in het wasgoed gesproeid. Een voordeel ervan is dat daardoor het energieverbruik daalt.
Activering
De PowerWash-methode wordt auto-matisch geactiveerd bij de hierboven genoemde wasprogramma's.
- de wastemperatuur is hoger dan 60 °C
- er zijn extra opties zoals Voorwas of Extra water gekozen
- in de programma's ECO 40-60 of Ka-toen bevindt zich een grotere bela-ding
Bijzonderheden
- De bevochtigingsfase
Aan het begin van het wasprogram-ma centrifugeert de was- en droog-combinatie enkele keren. Bij het cen-trifugeren wordt het uitgecentrifu-geerde water weer in het wasgoed gesproeid, zodat een optimale verde-ling van de vochtigheid over het was-goed wordt verkregen.
Aan het einde van de bevochtigings-fase wordt het optimale waterniveau ingesteld. De was- en droogcombi-natie pompt zo nodig water af en voegt vers water toe.
- Geluiden in de verwarmingsfase Bij het verwarmen van het wasgoed en de trommel kunnen ongewone ge-luiden (borrelen) ontstaan.
- Het gebruik van wasmiddelen Zorg voor een juiste wasmiddeldose-ring (kleinere belading).
Extra functies
Met de extra functies kunt u het geko-zen programma nog beter afstemmen op uw wasgoed.
Niet alle extra functies kunnen bij alle wasprogramma's worden gekozen.
Extra opties kiezen
Extra opties kunnen direct met de sen-sortoetsen Single, Behoedzaam en Voorstrijken gekozen worden.
Met de sensortoets Extra opties kunt u in combinatie met de display extra op-ties kiezen.
Extra opties kiezen
Druk de sensortoets voor de ge-wenste extra opties in.
Deze toets licht fel op.
Niet alle extra opties kunnen bij alle wasprogramma's worden gekozen.
Een extra functie, die voor het waspro-gramma niet mogelijk is, is niet-gedimd verlicht en kan niet door aanraking wor-den geactiveerd.
Extra opties op de display kiezen
Tip de sensortoets Extra opties aan.
Op de display verschijnt : Geen extra functie
Doorloop met de sensortoets of de extra opties, totdat de gewenste extra optie op de display staat.
Bevestig de extra optie met de sen-sortoets OK.
De extra optie wordt met een aange-duid.
Extra opties kiezen
Raak de fel verlichte sensortoets Sin-gle, Behoedzaam of Voorstrijken aan.
De sensortoets is gedimd.
Tip de sensortoets Extra opties aan.
Op de display verschijnt de gekozen ex-tra optie.
Doorloop met de sensortoetsen of de programma's totdat Geen ex-tra functie op de display staat.
Bevestig Geen extra functie met de sensortoets OK.
De extra optie is gekozen.
Single
Hiermee kan een zeer kleine hoeveel-heid (< 1 kg) efficiënt worden gewassen met een normaal wasprogramma. De wastijd wordt korter.
Neem de volgende aanwijzingen in acht :
- Gebruik een vloeibaar wasmiddel.
- Verminder de hoeveelheid wasmiddel tot maximaal 50% van de aangege-ven waarde voor ½ belading.
Voorstrijken
Het wasgoed wordt na afloop van het programma gladgestreken, zodat het minder gekreukt uit het toestel komt.
Voor een optimaal resultaat vermindert
u de maximale belading met 50%. Hoe kleiner de belading, des te beter het re-sultaat.
De kleding moet geschikt zijn voor de droogkast en strijkbestendig
zijn.
Bij enkele programma's wordt het cen-trifugetoerental gereduceerd.
Behoedzaam
De trommel beweegt minder en de wastijd wordt beperkt. Licht vervuild textiel kan zo behoedzamer worden ge-wassen.
Quick
Voor licht verontreinigd wasgoed zon-der zichtbare vlekken.
Met deze optie kunt u de hoofdwas ver-korten.
Voorwas
Voor wasgoed dat door stof en zand sterk is verontreinigd.
Inweken
Voor sterk verontreinigd wasgoed met eiwithoudende vlekken.
U kunt een inweektijd instellen van mi-nimaal 30 minuten en maximaal 5 uur in stappen van 30 minuten. Zie hoofd-stuk : “Instellingen”.
De fabrieksinstelling is 30 minuten.
Intensief
Voor wasgoed dat bijzonder vuil is en tegen een stootje kan. Een sterkere wasmechaniek en een sterkere verhit-ting verbeteren het reinigingseffect.
Extra stil
Het wasprogramma produceert minder geluid. Handig wanneer u 's nachts wilt wassen. De optie Spoelstop wordt inge-schakeld en de programmaduur ver-lengd.
AllergoWash
Wasgoed dat bijzonder hygiënisch moet worden gewassen. De temperatuurstop wordt verlengd. Er wordt meer water gebruikt voor een beter spoelresultaat.
Het wasgoed moeten geschikt zijn voor de droogkast en kreukbesten-dig zijn.
Extra water
Het waterpeil wordt bij het was- en spoelproces verhoogd. In het program-ma Alleen spoelen/Stijven wordt een tweede spoelbeurt uitgevoerd.
U kunt voor de extra optie Extra water kiezen, zie hoofdstuk “Instellingen”.
Welke extra opties bij welke wasprogramma's?
Single Voorstrijken Behoedzaam Quick Voorwas Inweken Intensief Extra stil AllergoWash Extra water
Eco 40-60 – – – – – – – – – –
Katoen
Kreukherstellend
Fijne was –
Wol – – – – – – – –
Overhemden –
QuickPower – – – – – – – –
Outdoor – – – –
Jeans –
Donker wasgoed –
Express 20 – – – – – – – –
Impregneren – – – – – – – – – –
Sportkleding –
Sportschoenen – – – – – – – –
Zijde – – – – – – – –
Dons – – – –
Gordijnen – – –
Automatic plus –
Katoen
Alleen spoelen/Stijven – – – – – – – – –
= deze functie kan worden gekozen = Automatisch ingeschakeld – = deze functie kan niet worden gekozen
Wasmiddel
U kunt alle wasmiddelen gebruiken die geschikt zijn voor huishoudwasautoma-ten. Tips voor het gebruik en voor de dosering van de wasmiddelen kunt u vinden op de wasmiddelverpakking.
De dosering is afhankelijk van : - de vuilgraad van het wasgoed;
- de hoeveelheid wasgoed;
- de waterhardheid
Wanneer u de waterhardheid in uw regio niet weet, informeer daar dan naar bij uw watermaatschappij.
Onthardingsmiddel
Om wasmiddel te sparen kunt u een onthardingsmiddel toevoegen aan wa-ter met hardheid II en III. De juiste dose-ring daarvan vindt u op de verpakking terug. Doe eerst het wasmiddel en dan pas het onthardingsmiddel in het laad-vakje.
Het wasmiddel kunt u dan doseren zo-als voor water met hardheid I.
Waterhardheid
Hardheids-graad
Totale hard-heid in mmol
Duitse hard-heid °d
Zacht (I) 0 – 1,5 0 – 8,4
Gemiddeld (II) 1,5 – 2,5 8,4 – 14
Hard (III) Meer dan 2,5 Meer dan 14
Doseerhulp
Gebruik voor het doseren van het middel de attributen die door de was-middelfabrikant als hulp bij het doseren zijn geleverd, bijv. doseerbolletjes. Ge-bruik die vooral bij vloeibare wasmidde-len.
Navulpakken
Koop zoveel mogelijk navulpakken om het afval te reduceren.
Wasverzachter, synthetisch stijfsel, stijfsel
Wasverzachters Met wasverzachters wordt uw wasgoed extra zacht en min-der statisch.
Synthetische stijfselsMet synthetische stijfsels krijgt u het wasgoed beter in model.
Stijfsel Met stijfsel wordt uw wasgoed stevig.
Wasverzachter, synthetische stijfsel of stijfsel apart gebruiken
Stijfsel moet voorbereid zijn zoals be-schreven op de verpakking.
Tip: Bij het spoelen met wasverzachter de extra optie Extra water inschakelen.
Doseer wasverzachter in het vakje of plaats een capsule met wasver-zachter.
Doseer vloeibaar stijfsel/synthetische stijfsel in vakje en poedervormig of half-vloeibaar stijfsel/synthetische stijfsel in vakje .
Kies het programma Alleen spoelen/
Stijven.
Wijzig het centrifugetoerental indien nodig.
Druk bij gebruik van een capsule op de sensortoets .
Raak de sensortoets Start/Trommel bijvullen aan.
Ontkleuren/kleuren
Schade door ontkleuringsmidde-len.Ontkleuringsmiddelen veroorzaken corrosie in de was- en droogcombi-natie.
Gebruik geen ontkleuringsmiddelen in de was- en droogcombinatie.
Het gebruik van textielverf in de was-en droogcombinatie is uitsluitwas-end toe-gestaan voor huishoudelijke doelein-den. Het zout dat bij kleuren wordt ge-bruikt, tast roestvrij staal aan bij over-matig gebruik. Houd u strikt aan de aanwijzingen van de verfproducent.
Kies bij het kleuren absoluut de extra optie Extra water.
Aanbevelingen voor Miele wasmiddelen
De Miele wasmiddelen zijn speciaal voor dagelijks gebruik in Miele wasmachines ontwikkeld. Meer informatie over deze wasmiddelen vindt u in het hoofdstuk
“Was- en onderhoudsmiddelen”.
Miele wasmiddelen Miele capsules
UltraWhite UltraColor
Eco 40-60 –
Katoen –
Kreukherstellend – –
Fijne was – – –
Wol – – – –
Overhemden –
QuickPower – – –
Outdoor – – – –
Jeans – – –
Donker wasgoed – –
Express 20 – – –
Impregneren – – – –
Sportkleding – – – –
Sportschoenen – – –
Zijde – – – –
Dons – – – –
Gordijnen – –
Automatic extra – –
Alleen spoelen/Stijven –/– –/– –/– /– –/–
Wasmiddeladviezen conform verordening (EU) nr. 1015/2010
De adviezen gelden voor de temperaturen zoals aangegeven in het hoofd-stuk : “WASSEN”, paragraaf : “Programma-overzicht”.
Universeel Color- Fijn- en wol- Speciaal wasmiddel
ECO 40-60 – –
Katoen – –
Kreukherstellend – – –
Fijne was – – –
Wol – –
Overhemden – –
QuickPower – –
Outdoor – –
Jeans – 1 – –
Donker wasgoed – 1 – –
Express 20 – 1 – –
Sportkleding – –
Sportschoenen – 1 – –
Zijde – – –
Dons – – 1
Gordijnen 2 – – –
Automatic plus – – –
Stijven – – –
aan te bevelen 1 vloeibaar wasmiddel
– niet aan te bevelen 2 waspoeder
Alleen drogen
U kiest de functie “Alleen drogen” als de hoeveelheid gewassen textiel de maximale beladingscapaciteit voor het drogen overschrijdt of als er wasgoed tussen zit dat niet in de automaat mag worden gedroogd.
1. Wasgoed voorbereiden
Wasgoed sorteren
Sorteer het wasgoed op soort vezel/
stof en restvocht voor, indien moge-lijk.
Zo bereikt u een gelijkmatig droogresul-taat.
Sorteer het wasgoed tevens naar de symbolen in het onderhoudsetiket.
Wanneer er geen symbool in het etiket staat, gebruik dan een programma dat speciaal op het te drogen wasgoed is afgestemd.
Droogtips
- Droog geen textiel dat nog druipnat is. Centrifugeer het wasgoed na het wassen minstens 30 seconden.
- Wol en wolmengsels kunnen gemak-kelijk vervilten en krimpen. Gebruik voor dergelijke textielsoorten alleen het programma Wol.
- Gebreid textiel (zoals T-shirts, onder-goed) krimpt bij de eerste was vaak licht. Droog deze kledingstukken daarom niet te intensief om verder krimpen te voorkomen. Kies bij ge-breid textiel eventueel voor een of twee maten groter.
- In dit toestel kunt u gesteven textiel drogen. Doseer echter voor hetzelfde effect de dubbele hoeveelheid stijfsel bij het wassen.
- Droog nieuw donkergekleurd textiel
- Droog nieuw donkergekleurd textiel