Intersectorale toets De sector werkt voor heel wat acties samen met andere sectoren.
Bij de aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt zetten wij intersectoraal vooral in op het onder de aandacht brengen van STEM-opleidingen. Er is de samenwerking tussen de textielsector (Cobot) en de kunststoffen sector (Plastiq) bij de uitbouw van het activity centre in Kortrijk, om jongeren onder te dompelen in het circulaire gedachtengoed.
Verder willen we het partnerschap rond TECHNOBOOST (West-Vlaanderen) bestendigen en uitbouwen samen met alimento, co-valent, plastiq, volta en Tofam West-Vlaanderen. Hier ligt de focus, naast aandacht voor textielonderwijs, op het STEM-studiegebied elektro-mechanica. Ook in Oost-Vlaanderen blijven we actief betrokken bij de organisatie van het techniekfestival.
Bij duaal leren willen wij onze goede relaties met andere sectoren verder zetten en dienen we een addendum duaal leren in.
Bij levenslang leren en werkbaar werk blijft onze topprioriteit het ruime samenwerkingsverband voor de organisatie van (intersectorale) beroepsversterkende opleidingen. Meer dan 15 sectoren organiseren samen opleidingen. Dit zorgt voor goede synergiën en maakt het mogelijk om een ruim, kwalitatief en actueel aanbod te voorzien. We willen hierbij ook het beleid steunen en in 2021 onze opleidingsactiviteiten extra in de verf te zetten.
De gevolgen van de evolutie naar de industrie 4.0 en de doorgedreven digitalisering krijgt ook bijzondere aandacht. We kijken uit naar de nieuwe samenwerking met 3 anderen sectoren (co-valent, alimento, woodwize) waarbij wij samen één deeltijdse consulent inzetten rond de evolutie naar een industrie 4.0.
Rond MVO en de circulaire economie willen we eveneens specifieke textielitems met de textielpartners (IVOC en TFTC) behandelen en algemene topics met nog andere geïnteresseerde sectoren.
De sector draagt actief bij aan de werking van de intersectorale adviseurs. Deze kunnen een belangrijke rol spelen om de intersectorale dynamiek te stimuleren en verder uit te bouwen.
Relancetoets De sector is bijzonder zwaar getroffen door de coronacrisis en de maatregelen die opgelegd werden vanuit de overheid. Op het dieptepunt van de crisis was meer dan 60% van de werknemers tijdelijk werkloos.
De sociale partners en Cobot willen alles in het werk stellen om de bedrijven en hun medewerkers aan het werk te houden. Zo krijgen de bedrijven constant nieuwe informatie via Fedustria, de vakbonden en Cobot over hoe ze veilig kunnen verder werken
en welke maatregelen ze moeten nemen. Er werd een sectorprotocol opgemaakt ter aanvulling van de Generieke Gids veilig aan het werk. De sociale partners beslisten om werkbaar werk projecten uit te breiden. De bedrijven kunnen nu ook structurele aanpassingen, die noodzakelijk zijn om in veilige omstandigheden te werken, inbrengen als een project werkbaar werk.
Door de coronacrisis werden alle fysieke opleidingen geannuleerd. Cobot besliste samen met andere sectoren het aanbod webinars versneld uit te breiden met nieuwe topics.
Voor 2021 en 2022 willen we nog meer inzetten op nieuwe digitale leervormen zodat medewerkers van thuis uit een opleiding kunnen volgen of bedrijfsintern kleine groepen een opleiding kunnen volgen.
Bij Cobot zelf werden structurele maatregelen genomen en hygiënische voorzorgen getroffen om de opleidingen opnieuw fysiek te kunnen inrichten. Door de heropstart van de bedrijven, de onzekerheid, de tijdelijke werkloosheid zien we wel een zeker terughoudendheid om opleidingen te volgen. In 2021 en 2022 willen wij het belang van levenslang leren extra onder de aandacht brengen met actuele opleidingen die inspelen op de crisis en op de transitie naar de industrie 4.0.
De STEM-initiatieven voor leerlingen lager en secundair onderwijs werden eveneens on-hold gezet. Scholen hadden andere bekommernissen en grote events zijn uit den boze.
Daarom willen wij STEM naar de scholen brengen door initiatieven te ontwikkelen waarbij de leerkracht STEM in de klas kan uitrollen.
Door de crisis is de digitalisering en de industrie 4.0 actueler dan ooit. Dit zorgt ervoor dat wij deze transitie en de gevolgen ervan voor het menselijk kapitaal nauwlettend willen opvolgen via allerhande samenwerkingsverbanden en projecten.
De crisis heeft ervoor gezorgd dat bepaalde bedrijven het heel moeilijk blijven hebben. Indien er ontslagen komen willen wij de getroffen werknemers optimaal begeleiden naar een nieuwe job, in of buiten de sector. Maar er zijn ook bedrijven die hun productie hebben opgevoerd na de lockdown en nieuwe medewerkers zoeken. De instroom en doorstroom van medewerkers in textielbedrijven blijft dan ook een prioriteit.
Partnerschappen op het snijvlak leren, werken en innoveren als middel om de complexe en maatschappelijke uitdagingen aan te gaan
De toepassings- en ontwikkelingsmogelijkheden van textielproducten zijn groot, zeer groot. Volgens Professor Emeritus Van Parys moet 80% van de textielproducten nog worden uitgevonden.
De recente ingrijpende maatschappelijke evolutie en de technologische en sociale innovatie kan een boost geven aan de ontwikkeling van nieuwe textielproducten of door bestaande
textielproducten op een andere manier te produceren in onze regio. We denken hierbij concreet aan de productie van mondmaskers die door de coronacrisis plots weer wel in België kunnen geproduceerd worden en aan nieuwe circulaire textielproducten.
De industrie 4.0 blijft ook hier spelen. Vanuit Fedustria worden bedrijven gemotiveerd hun bedrijf uit te bouwen tot een ‘fabriek voor de toekomst’.
Onze snel evoluerende maatschappij en de transitie naar de industrie 4.0 vraagt ook andere kennis en vaardigheden van jongeren. Het onderwijs en de VDAB moeten kunnen blijven inspelen op de vraag vanuit de arbeidsmarkt.
Om al deze evoluties en mogelijkheden in goede banen te leiden zijn sterke partnerschappen noodzakelijk tussen beroepsopleidingsinstanties, kennis- en innovatie centra, scholen, sociale partners, overheden. Bij diverse acties worden dergelijke partnerschappen opgezet:
• Duaal leren
• Activity center
• Intensieve samenwerking tussen Vlaamse textielscholen/centra
• Opmaak BKD’s – EVC standaarden
• Aandacht voor 21ste-eeuwse vaardigheden
• MVO – circulaire economie – vormingscyclus milieu en energie
• Projecten rond industrie 4.0.
Competentie- en loopbaangericht werken
Er worden heel wat acties voorzien om een goede aansluiting tussen onderwijs en de arbeidsmarkt te bevorderen. De STEM-acties zijn gericht op het verwerven van bepaalde inzichten en competenties. De opmaak van BKD’s en EVC-standaarden zullen worden gekoppeld aan actuele functiebeschrijvingen die de sector aan het herwerken is, aangepast aan de evoluties van de jobs.
De snelle transitie naar een digitale industrie maakt het noodzakelijk dat medewerkers zich doorheen hun carrière blijven bijscholen. Jobs vallen weg en andere komen in de plaats.
Wij willen hierop inspelen met een actueel opleidingsaanbod en de boodschap naar bedrijven om hun medewerkers opleidingen te laten volgen.
Levenslang leren staat voorop in de sector. Meer dan 25 jaar reeds neemt de sector dagdagelijks initiatieven om de competenties van werkzoekenden, nieuwkomers en bestaande medewerkers in de sector te verbeteren, en voor de uitstromers de gepaste opleiding en/of begeleiding te voorzien met het oog op nieuwe werkopportuniteiten.
Algemene bepalingen inzake financiering, beëindiging, wijziging, evaluatie, controle en toezicht van de overeenkomst
Financiering
Twintig procent van het in artikel 1 vermelde bedrag wordt uitbetaald in zoverre de resultaatsverbintenis per decretaal thema is behaald. Als een resultaatsverbintenis niet wordt behaald, wordt de twintig procent a rato van het aantal behaalde resultaatsverbintenissen betaald.
Beëindiging
- Het sectorconvenant wordt afgesloten voor een periode van 2 jaar. Het sectorconvenant kan niet stilzwijgend worden verlengd.
- Het sectorconvenant eindigt hetzij bij het verstrijken van de looptijd, hetzij bij onderlinge overeenkomst tussen de partijen, hetzij door opzegging. De partijen kunnen op elk moment het sectorconvenant opzeggen, mits ze een opzegtermijn van 6 maanden in acht nemen. De kennisgeving van de opzegging gebeurt per aangetekende brief. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste werkdag na de kennisgeving. Het sectorconvenant kan door de Vlaamse Regering worden beëindigd zonder inachtname van een opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding als het algemeen belang dat in buitengewone omstandigheden vereist. Als bij de evaluatie door het Departement Werk en Sociale Economie wordt vastgesteld dat de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties op ernstige wijze tekortschieten in de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen, kan de Vlaamse Regering het sectorconvenant eenzijdig beëindigen zonder opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding.
Wijzigbaarheid
- De Vlaamse Regering bepaalt na voorafgaand overleg tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners in het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité, de wijze waarop bijsturingen of wijzigingen van het actieplan of van de verbintenissen in het sectorconvenant tijdens de looptijd worden doorgevoerd.
Evaluatie
- Het Departement Werk en Sociale Economie voorziet richtlijnen voor de inhoudelijke en financiële rapportage. Bij de opvolgingsmomenten en evaluaties wordt nagegaan of de aangegane verbintenissen ook effectief zijn bereikt.
Controle en toezicht
- De sociaalrechtelijke inspecteurs van de administratie zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van het decreet op de sectorconvenants en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan in het geval van een vastgestelde inbreuk het sectorconvenant opschorten.
Opgemaakt in drie originele exemplaren waarvan elke partij een exemplaar ontvangt te Brussel op
Namens de Vlaamse Regering,
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw,
Hilde CREVITS
De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand,
Ben WEYTS
Namens de sociale partners van de sector Textiel (PC 120 en PC 214) met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
De heer Jean-François QUIX, Directeur-generaal Fedustria
en met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
Mevrouw Vinciane MORTIER, Algemeen secretaris ACV-CSC METEA
De heer Elie VERPLANCKEN,
Federaal secretaris ABVV Algemene Centrale
De heer Bart DE CROCK,
Nationaal sectorverantwoordelijke ACLVB