• No results found

Oostzijde 117a, De Hoef Gemeente De Ronde Venen

1 Inleiding en administratieve gegevens

2.1 Doelstelling en vraagstelling

Het bureauonderzoek vormt de eerste stap in het vaststellen van de archeologische waarde van het gebied. Het doel van bureauonderzoek is het aan de hand van schriftelijke bronnen verwerven van informatie over bekende en/of verwachte archeologische waarden in het plangebied, om daarmee te komen tot een gespecificeerde, archeologische verwachting.

Voor het bureauonderzoek zijn de volgende onderzoeksvragen opgesteld:

• Zijn mogelijk archeologische waarden in het plangebied aanwezig, en zo ja, wat is de specifieke archeologische verwachting?

• Is het plangebied voldoende onderzocht?

o Zo nee, welke vorm van nader archeologisch onderzoek is nodig om te komen tot een selectiebesluit?

o Zo ja, welk selectiebesluit kan worden genomen (vrijgeven, opgraven, begeleiden)?

2.2 Methodiek

Het onderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 3.2 Landbodems, protocol 4002 Bureauonderzoek.

Het bureauonderzoek bestaat uit de volgende elf processtappen:

1. Afbakenen plan- en onderzoeksgebied en vaststellen consequenties van mogelijk toekomstig gebruik;

2. Aanmelden onderzoek bij Archis;

3. Vermelden (en toepassen) overheidsbeleid;

4. Beschrijven huidig gebruik;

5. Beschrijven historische situatie en mogelijke verstoringen;

6. Beschrijven mogelijke aanwezigheid bouwhistorische waarden in de ondergrond;

7. Beschrijven bekende archeologische en aardwetenschappelijke waarden;

8. Opstellen gespecificeerde verwachting;

9. Opstellen standaardrapport bureauonderzoek;

10. Afmelden onderzoek bij Archis: overdracht onderzoeksgegevens;

11. Aanleveren digitale gegevens bij e-Depot.

De processtappen 1 tot en met 7 leveren gegevens op basis waarvan processtap 8, de gespecificeerde verwachting wordt opgesteld. De gespecificeerde verwachting kan worden beschouwd als een belangrijke conclusie van het bureauonderzoek, omdat hierin wordt aangegeven of, en zo ja, welke archeologische waarden worden verwacht, indien relevant weergegeven op een kaart.

De resultaten van processtappen 1 tot en met 8 worden behandeld in de paragrafen 3.1 tot en met 3.5. Processtap 9 resulteert in het voorliggende rapport. De processtappen 10 en 11 hebben betrekking op het voor derden openbaar maken van de resultaten van het bureauonderzoek bij onder meer Archis en het e-Depot.

2.3 Resultaten

2.3.1 Afbakening plan- en onderzoeksgebied en vaststellen van de consequenties van het mogelijk toekomstige gebruik

Het plangebied ligt aan de Oostzijde 117a te De Hoef (gemeente De Ronde Venen) en heeft een oppervlakte van 400 m2. De exacte locatie van het plangebied is weergegeven op afbeeldingen 1 en 2.

Het tijdens het bureauonderzoek onderzochte gebied komt overeen met het plangebied.

In het plangebied zijn de volgende ingrepen gepland:

8

Aard ingreep: Uitbreiding Handelskwekerij

Wijze fundering: Op palen

Onderkeldering: nee Diepte bodemverstoring: 60 cm -mv

Oppervlakte bodemverstoring: 400 m2 Verwachte wijziging grondwaterstand: Nvt

Toekomstige ligging verharding: 1,60 m – NAP

Binnen het plangebied zal het bestaande gebouw gehandhaafd worden. De huidige bedrijfsruimte zal met een oppervlakte van 20 x 20 m worden uitgebreid. Daarnaast zal een inpandige woning worden gerealiseerd. Alle benodigde 123 palen ten behoeve van het te bebouwen oppervlak zijn reeds geheid op basis van een eerder verleende bouwvergunning, zodat de bodem in dit bebouwingsvlak al deels verstoord is tot een diepte van 12,5 m - NAP. Aanvullend zijn beperkte bodemingrepen dieper dan 30 cm – Mv noodzakelijk. Dit betreft het creëren van sleuven van 40 cm breed en 60 cm diep rondom de grens van de inrichting ten behoeve van het plaatsen van

randbalken onder de dragende wanden van het gebouw.

De consequentie van de voorgenomen ingreep kan zijn dat eventuele aanwezige waardevolle archeologische resten in de ondergrond mogelijk worden aangetast.

2.3.2 Beschrijving van de aardwetenschappelijke waarden

De volgende aardwetenschappelijke informatie is bekend van het plangebied:

Bron Informatie Geologische kaart van Nederland 1:600.0003 Formatie van Echteld met inschakelingen van Formatie van

Nieuwkoop, Hollandveen Laagpakket (Ec3) Geomorfologische kaart van Nederland

1:50.0004

Ontgonnen veenvlakte al dan niet bedekt met klei en/of zand

Bodemkaart van Nederland 1:50.0005 Weiland, koopveengronden (bosveen of eutroof broekveen o hVb II) Geologische-geomorfologische kaart6 Formatie van Echteld met inschakelingen van Formatie van

Nieuwkoop, Hollandveen Laagpakket (oude nomenclatuur Afzettingen van Calais boven fluviatiele afzettingen)

Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN)7 1,40 m onder NAP

Het plangebied ligt in een veengebied dat gevormd is in het Holoceen, de huidige geologische periode die begon na de laatste ijstijd ca. 11.500 jaar geleden. Door de temperatuurstijging en het daarmee samenhangende smelten van de ijskappen steeg de zeespiegel. Als gevolg van deze zeespiegelstijging en diffuse kwel, vond veengroei plaats. Door de verder stijgende zeespiegel overstroomde het gebied vanaf ca. 8000 jaar geleden. Hierdoor werd het veen bedekt met zandige klei, behorende tot de Formatie van Naaldwijk, Wormer Laagpakket. Vanaf ca. 5000 jaar geleden ontstond een strandwallencomplex voor de kust, waarachter een moerasachtige vlakte ontstond waar veenvorming optrad. In de regio rond het plangebied werd het Hollandveen Laagpakket gevormd vanaf ca. 2000 v. Chr.8 Op basis van de bodemkaart wordt aangenomen dat de veenlaag in het plangebied maximaal 120 cm dik is. Het Laagpakket van Wormer wordt vanaf deze diepte verwacht. Op basis van de ligging van het plangebied in een historische kern wordt aangenomen, dat een ophogingspakket op het veen aanwezig is.

Op de kaart van 100 n. Chr. worden in het veengebied enkele veenstromen weergegeven, waaronder de Kromme Mijdrecht. Het plangebied ligt ten oosten hiervan.9 Berendsen en

3 De Mulder et al. 2003.

4 Alterra 2006.

5 Stichting voor Bodemkartering 1979.

6 Berendsen, H.J.A. & E. Stouthamer 2001, Addendum 1.

7 http://www.ahn.nl/viewer

8 Dresscher & Tulp, 2009.

9 Vos et al. 2011.

9

Stouthamer (2001) noemen deze stroom een perimariene getijdegeul.10 De Kromme Mijdrecht sloot zuidwaarts aan op de Oude Rijn en noordwaarts via de Amstel op de Zuiderzee.

In het algemeen werden de Utrechts-Hollandse veengebieden tijdens de Late Middeleeuwen ontgonnen. In eerste instantie werden de gronden door middel van ontwatering door de aanleg van sloten in gebruik genomen als landbouwgrond. Later ging men er grootschalig veen winnen ten behoeve van de produktie van turf. De plassen die hierdoor in de omgeving van De Hoef ontstaan, werden tijdens de 19e eeuw drooggemaakt.11

2.3.3 Beschrijving van bekende archeologische waarden

In de omgeving van het plangebied zijn de volgende archeologische (indicatieve) waarden en ondergrondse bouwhistorische waarden vastgesteld (zie afb. 3):

Het plangebied ligt langs een laatmiddeleeuwse ontginningsas langs de Kromme Mijdrecht. In 2008 is ten noorden van het plangebied een booronderzoek uitgevoerd.12 In het kader van het versterken van de dijk langs de Kromme Mijdrecht wordt de dijk verbreed en een nieuwe sloot gegraven. Het booronderzoek had tot doel de intactheid van het bodemprofiel en de mogelijke aanwezigheid van huisplaatsen te onderzoeken. Tijdens het onderzoek is binnen de dorpskern De Hoef AMK-terrein 11916 één boring gezet; de rest van de boringen is er buiten gezet. Op grond van dit onderzoek kan de hoge archeologische waarde van de dorpskern bevestigd noch ontkend worden. Buiten de dorpskern zijn enkele nieuwe vindplaatsen aangetroffen. Ter plaatse hiervan is geadviseerd een proefsleuvenonderzoek uit te voeren op de locatie van de aan te leggen teensloot.

Geadviseerd is op twee locaties een archeologische begeleiding uit te voeren. Hierbij worden laatmiddeleeuwse huisterpen verwacht.

AMK-terrein nr Omschrijving Datering13 Opmerking

11916 Nederzetting, (onbepaald

Complextype)

LME/NT Terrein met sporen van bewoning. Het betreft de dorpskern van De Hoef. Ontginningskern van waaruit het veenweidegebied in cultuur is gebracht. Deze kern ligt op de oeverwal van de Kromme Mijdrecht.

Waarnemingsnr Omschrijving Datering14 Opmerking

415673 Nederzetting-Huisterp NT Vondsten behorend bij het archeologisch booronderzoek met onderzoeksmeldingsnr. 22426.

Onderzoeksmeldings-nummer

Soort onderzoek Resultaat Advies

22426 Booronderzoek Er worden

laat-middeleeuwse huisterpen

In ARCHISII zijn voor het onderzoeksgebied geen vondstmeldingen of relevante gebouwde monumenten geregistreerd.

Op de landelijke en gemeentelijke verwachtings-/beleidskaarten staat de volgende archeologische verwachting voor het plangebied aangegeven:

10 Berendsen, H.J.A. & E. Stouthamer 2001, Addendum 1.

11 Bongers & Bergmans 2012.

12 Akkerman 2008.

13 Voor een verklaring van de afkortingen, zie tabel 1.

14 Voor een verklaring van de afkortingen, zie tabel 1.

10

Bron Verwachting Toelichting

IKAW Lage trefkans

Cultuurhistorisch atlas15

Gemeentelijke beleidskaart

Hoog Hoog

Gebied met hoge archeologische verwachting tot 1000 n. Chr.

Archeologisch Waardevol Verwachtingsgebied (AWV1)

In de Cultuurhistorische atlas van de provincie Utrecht worden op verscheidene plekken langs de Kromme Mijdrecht en ten oosten van het plangebied gebieden met een hoge archeologische verwachting aangegeven. Tussen 1000 en 1600 n. Chr. wordt de oostzijde van de Kromme Mijdrecht bedijkt. Tussen 1800 en 1900 vindt langs deze dijk (de ontginningsas) bewoning plaats.

2.3.4 Beschrijving van de historische situatie, mogelijke verstoringen en bouwhistorische waarden

De historische situatie is op verschillende kaarten als volgt:

Bron Jaartal Historische situatie

Kadastrale minuut Mijdrecht, Utrecht, Sectie C, 1811-1832 Bonnekaart uit

1874,1881,1890,1901,1914,1922, 192916

Geen elementen

Topografische kaart uit 1949, 195917 Geen elementen Topografische kaart uit 1969,1981, 198818 Vermoedelijke bebouwing

Topografische kaart uit 199219 Bebouwing

Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht20 Geen elementen

Het plangebied ligt in de historische dorpskern van De Hoef (monumentnummer 11916). De begrenzing is gebaseerd op de topografisch militaire kaart uit 1849 en de topografische kaart uit 1914. Vanuit deze ontginningskern is het veenweidegebied in de periode van 1200-1600

ontgonnen.21 Tot in 1969 was het plangebied een onbebouwd terrein gelegen in de polder Blokland, direct langs de Kromme Mijdrecht, een veenstroompje (zie afb. 4). De Kromme Mijdrecht is een oude ontginningsas, waaruit het veenlandschap is ontgonnen. Op de topografische kaart van 1969, 1981 en 1988 lijkt in het plangebied Oostzijde 117a bebouwing aanwezig te zijn. Vanaf 1992 is er grootschaligere bebouwing aanwezig. De huidige bedrijfsruimte van handelskwekerij Het Hoefblad is in 1997 gebouwd. Naast het plangebied Oostzijde 117a is de T-huisboerderij 'Schijn Bedriegt' aanwezig. Dit is één van de historische monumenten in de Hoef. De boerderij dateert uit 1911.22 Milieukundig Bodemonderzoek

In het plangebied heeft reeds een verkennend milieukundig bodemonderzoek plaatsgevonden in juli 2011. Er zijn 5 boringen gezet in het plangebied. De boringen 1, 2, en 4 zijn tot 50 cm – mv gezet. Boring 3 midden in het plangebied is gezet tot 2 m – mv. Boring 5 is tot 1 m –mv gezet. Dit onderzoek wijst uit dat een lichte tot matige verhoging van zware metalen en/of PAK in de grond voorkomt. Dit is een gevolg van het ophogen van de percelen met materiaal afkomstig uit de grote steden, het zogenaamde ‘toemaakdek’. Van dit materiaal, wat onder andere bestaat uit afval en straatvuil, is bekend dat het vaak verhoogde gehalten aan zware metalen en/of PAK bevat. Deze laag is in de boringen 2 en 4 50 cm dik en bestaat uit veen met sporen baksteen, puin, zo nu en dan sporen glas en roest. Boring 1 is gezet in de noordoosthoek van het plangebied, waar de grond deels is afgegraven en weer opgehoogd bij het bouwrijp maken van het perceel. De eerste 10 tot

15 Blijdenstijn 2005.

16 Bureau Militaire Verkenningen 1874, 1881, 1890, 1901, 1914, 1922 en 1929.

17 Topografische Dienst.

18 Topografische Dienst.

19 Topografische Dienst.

20 http://www.agv.nl/waterschap/historie/historisch-archief

21 Bongers & Bergmans 2012.

22 http://www.proosdijlanden.nl/index.php?option=com_monumenten&id=11&task=view&Itemid=47.

11

20 cm – mv bestaat dan ook uit zwak siltig, zwak humeus, matig fijn zand. Daaronder is tot 50 cm – mv het ‘toemaakdek’ aangetroffen. In de boring 3 middenin het plangebied was dit ‘toemaakdek’

60 cm dik. Hieronder werd direct veen aangeboord. Boring 5, gezet in de zuidwesthoek van het plangebied bevatte ook een 60 cm dik ‘toemaakdek’ met daaronder een sterk kleiige veenlaag met sporen baksteen, zwak aardewerkhoudend. De maximale waarden voor Wonen worden voor koper en lood overschreden. De maximale waarden voor Industrie wordt niet overschreden. Er wordt niet voldaan aan de bodemfunctieklasse Wonen maar wel aan de bodemfunctieklasse Industrie.23 Verstoringen

Reeds in 2000 is het terrein bouwrijp gemaakt. Hierbij is in de noordoosthoek van het terrein ca. 50 cm grond afgegraven en vervolgens is het terrein weer opgevuld met bouwzand. De rest van het plangebied behoefde niet te worden opgevuld. Ook alle benodigde 123 palen ten behoeve van het te bebouwen oppervlak van 20 x 20 m zijn toen geheid tot op een diepte van 12,5 m – NAP. Ze zijn reeds geheid op basis van een eerder verleende bouwvergunning, zodat de bodem in dit bebouwingsvlak en enige ruimte eromheen al deels verstoord is. Rond de grens van het oppervlak van 20 x 20 meter, direct aansluitend aan de al geheide palen, zullen sleuven van 40 cm breed en 60 cm diep gegraven worden ten behoeve van het plaatsen van randbalken onder de dragende wanden van het gebouw (afb. 5).

Behalve deze verstoringen is een deel van het plangebied al eens vergraven tot een diepte van ca.

1m –mv ten behoeve van de aanleg van nutsvoorzieningen ten tijde van de dijkwerkzaamheden die circa 30 m westelijk van het plangebied hebben plaatsgevonden.24

2.3.5 Beschrijving huidig gebruik

Het plangebied is momenteel deels bebouwd en deels in gebruik als grasland. De bestaande bebouwing zal gehandhaafd worden en zal aan de zuidwestzijde uitgebreid worden met een oppervlakte van 20 x 20 m (zie afb. 5). Daarnaast zal een inpandige woning boven de bedrijfsuitbreiding worden gerealiseerd.25

Op basis van de opgevraagde gegevens met betrekking tot de milieuhygiënische situatie in het plangebied kan worden geconcludeerd dat de grond licht verontreinigd is.

In het kader van het onderzoek zijn geen gegevens met betrekking tot de aanwezigheid van ondergrondse kabels en leidingen opgevraagd bij het KLIC. De huidige grondwaterstand is niet bekend. Binnen het plangebied zijn geen historisch waardevolle bouwwerken aanwezig.