• No results found

Discussie en aanbevelingen

In document Kankerzorg in beeld (pagina 111-114)

Een belangrijke uitkomst van de inventarisatie betreft de norm dat minimaal de helft van de verpleegkundigen op klinische afdelingen (met uitzondering van de longafde- ling) en de dagbehandeling moet beschikken over een aantekening oncologie. Meer dan de helft van de zie- kenhuizen voldoet niet aan deze norm. Hoewel er ook hier onduidelijkheid bestaat over de precieze betekenis van de norm (wat is 50%, welke afdelingen betreft het, wat is een aantekening oncologie) is wel duidelijk dat deze eis een enorme vraag naar deze verpleegkundigen teweegbrengt, en/of de vraag naar de opleiding. Deze normen zijn het terrein van de verpleegkundigen. V&VN Oncologie lijkt hier dus aan zet om deze normen nader te specificeren.14 Tevens is de uitdaging om voldoende

capaciteit te bieden aan verpleegkundigen, die een spe- cialistische opleiding willen volgen. Dit vergt bovendien een investering van ziekenhuizen.

Feedback / onderzoek

Voor veel ziekenhuizen is deelname aan wetenschappelijk onderzoek een belangrijk verbeterpunt. Vooral bij kleine aantallen patiënten per tumorsoort is het onmogelijk om voor al deze groepen patiënten studies te organiseren. Ook vanuit deze specifieke norm is het dus gewenst dat er een minimum aantal te behandelen patiënten is: pas dan is het haalbaar om aan wetenschappelijk onderzoek deel te nemen.

MDO

Voor alle tumorsoorten is in de Soncos-normen gesteld dat er een MDO moet plaatsvinden en welke disciplines daarbij aanwezig moeten zijn. Het blijkt dat disciplines zoals pathologen, radiologen en casemanagers wel eens ontbreken. Het MDO is in alle oncologische richtlijnen

opgenomen als belangrijk onderdeel van de zorg. Hoe- wel intern IKNL-onderzoek geen hard wetenschappelijk bewijs heeft gevonden voor het effect op de kwaliteit van zorg is er dus wel consensus over het belang van MDO. De uitdaging is echter niet alleen om de gewenste disci- plines te betrekken: voor een effectief en efficiënt MDO zijn ook veel andere aspecten van belang, zoals de voor- bereiding, beschikbaarheid van beeldmateriaal, goed voorzitterschap en ICT-voorzieningen.15 Tevens is een

belangrijke vraag of patiënten wel in het eigen zieken- huis besproken moeten worden, of dat – als de kans op verwijzing voor de behandeling groot is – dit veel beter in een gespecialiseerd centrum kan. Met de toename van samenwerking tussen ziekenhuizen liggen er voldoende uitdagingen om de zorg op dit punt zo efficiënt en effec- tief mogelijk te organiseren.

Faciliteiten

Op het onderdeel ‘Faciliteiten’ voldoen veel ziekenhui- zen niet aan de normen voor het vastleggen van het service level. Veel ziekenhuizen geven aan goede mon- delinge afspraken te hebben, en stellen vragen over de betekenis van dit begrip ‘service level’. Het voordeel van het vastleggen van afspraken (binnen ziekenhuizen met andere afdelingen, met referentiecentra en andere samenwerkingspartners, zoals radiotherapie-afdelingen) is dat het voor de betrokkenen precies duidelijk wordt wat men van elkaar kan verwachten. Bovendien kan – als de dienst helder omschreven is – afgesproken worden op welke wijze deze gemonitord wordt. Kortom dit le- vert informatie op om periodiek met elkaar te evalueren. Met de toename van samenwerking tussen ziekenhuizen, waarbij patiënten ‘over de muren heen’ zorg ontvangen, is het voor iedereen nodig om de keten goed zichtbaar te maken en de afspraken na te leven, zodat de kwaliteit van zorg door deze samenwerking in de keten verbetert.

112

Vervolg

Geen van de ziekenhuizen die deelnamen aan deze in- ventarisatie, voldoet op moment van deelname aan alle Soncos-normen. Deze uitkomst van de zelfevaluaties laat zien dat weinig ziekenhuizen oncologische zorg in de volle breedte op het hoogste niveau aan kunnen bieden conform deze normen. Dat is niet vreemd, omdat het de eerste keer is dat in zo’n breed spectrum multidiscipli- naire normen zijn opgesteld door de beroepsgroepen. De ziekenhuizen nemen de normen zeer serieus en zijn druk bezig om de knelpunten aan te pakken. Dat is voor bepaalde onderdelen gemakkelijker dan voor andere. Zo hebben ziekenhuizen wel vaak mondelinge afspraken met elkaar gemaakt maar ontbreekt het aan het vastleg- gen hiervan (en in monitoring/evaluatie van de afspra- ken). Op andere vlakken is het de vraag of ziekenhuizen voldoende tijd hebben om aan de Soncos-normen te vol- doen. Vooral daar waar het gaat om voldoende perso- neel met voldoende expertise zullen instellingen in veel gevallen in tijdnood komen, ofwel omdat het een eigen investering vergt, ofwel omdat men in samenwerkings- verbanden naar oplossingen gaat zoeken.

De normen zelf riepen nog veel vragen op. Niet alleen wat betreft de interpretatie van de normen zelf, maar ook welke normen wel en welke niet van toepassing zijn als een ziekenhuis maar een deel van de behandeling uitvoert. De huidige normen zijn gericht op individuele instellingen. Juist door de samenwerking tussen instel- lingen kan patiëntenzorg in de totale keten goed worden geregeld. Zo kunnen knelpunten in beschikbaarheid van apparatuur en gekwalificeerd personeel worden opge- lost binnen samenwerkingsverbanden als ‘managed clini- cal networks’. 16 Het zou waardevol zijn als in een nieuwe

versie van de normen meer aandacht is voor ‘normen voor de keten’ waarmee ook samenwerkende ziekenhui- zen meer houvast krijgen.

114

begrippenlijst

In document Kankerzorg in beeld (pagina 111-114)