• No results found

4. Winkelstructuur en bevolkingsopbouw in Oost-Groningen

4.2 Detailhandelsstructuur

- 32 -

Het winkelapparaat van de regio Oost-Groningen telde in 2013 2.431 verkooppunten waarvan er 1.245 zich bevinden in 18 winkelgebieden die verspreid zijn over 14 woonplaatsen. Het zwaartepunt van het winkelapparaat leunt op de winkelcentra van de grotere woonkernen Winschoten (339), Stadskanaal (234) en Veendam (212) (zie tabel 4.1).

Tabel 4.1: Winkelcentra in Oost-Groningen.

Centrum Verkooppunten Detailhandel Niet-detailhandel

Blijham 13 7 6 Muntendam 25 10 12 Musselkanaal 79 39 29 Nieuwe Pekela 17 11 4 Noordbroek 10 5 5 Onstwedde 24 14 8 Oude Pekela 57 32 16 Scheemda 50 24 22 Stadskanaal 234 135 67 Stadskanaal Navo-laan 20 13 6 Ter Apel 75 46 28 Veendam 212 107 78 Veendam Autorama 22 16 3 Veendam De Reede 11 6 3 Vlagtwedde 33 17 13 Winschoten 339 168 114 Winschoten Postil-center 8 5 2 Zuidbroek 16 7 8 Overige 1.186 338 798 Bron: Locatus 2013. Volgens de door Christaller gehanteerde hiërarchische indeling staat de stad Winschoten bovenaan in de regio Oost-Groningen (zie figuur 4.1). Het centrum van Winschoten wordt getypeerd als een klein bovenregionaal centrum (Bolt, 2003). Hieronder staan de veenkoloniale nederzettingen Stads-kanaal en Veendam wiens centra getypeerd kunnen worden als groot regionaal centrum. Daaronder komen Musselkanaal, met een groot streekcentrum, en de plaatsen Oude Pekela, Scheemda en Ter Apel, die elk een klein streekcentrum hebben. De overige 7 woonkernen hebben dan wel een groot dorpscentrum (Muntendam, Onstwedde en Vlagtwedde) dan wel een klein dorpscentrum (Blijham, Nieuwe Pekela, Noordbroek en Zuidbroek) (Bolt, 2003; DTNB, 2004). In de kernen Stadskanaal en Winschoten bevind zich ook nog een PDV-locatie waar grootschalige detailhandel geclusterd is (DTNP, 2013). Veendam beschikt nog over 2 ondersteunende wijkwinkelcentra (Locatus, 2013b).

- 33 -

Tabel 4.2: Kengetallen detailhandelsapparaat Oost-Groningen ten opzichte van landelijk gemiddelde.

* Exclusief Transport & Brandstoffen, Leisure en Dienstverlening. Bron: DTNP, 2013a. Het winkelapparaat van Oost-Groningen wijkt sterk af van het landelijk gemiddelde (zie tabel 4.2). Zo is het aantal winkels per 1.000 inwoners er hoger dan het landelijk gemiddelde. Door de goedkopere huurprijzen zijn de winkelpanden (en dus het winkelvloeroppervlak) er ook nog eens groter. Daar-naast weten de filialen de weg naar Oost-Groningen minder makkelijk te vinden dan in de rest van het land (DTNP, 2013a). Enerzijds betekent dit dat de winkelgebieden een hoger aandeel lokale on-dernemers bevatten en daardoor een eigen karakter kennen, anderzijds zijn het wel de bekendere filialen, die deels ontbreken, waardoor een consument graag naar een ander winkelgebied afreist. Verder valt op dat de concentratiegraad (de mate waarin winkels bij elkaar in winkelgebieden ge-concentreerd zijn) veel lager ligt dan het landelijk gemiddelde (DTNP, 2013a). Dit valt te verklaren door het gegeven dat er veel kleine dorpjes en gehuchten zijn die nog de beschikking hebben over enkele voorzieningen. Daarnaast maakt een groot deel van de regio deel uit van de Groninger Veen-koloniën. In deze landstreek bestaan de woonkernen vooral uit langgerekte ‘lintdorpen’ waarin de voorzieningen gelegen zijn (Berendsen, 2005). De plaatsen Musselkanaal, Nieuwe Pekela, Oude Pe-kela, Stadskanaal, Veendam en Wildervank zijn voorbeelden van deze lintdorpen.

Als laatste valt op dat het relatieve aantal mensen dat in de detailhandel werkt op 10.6% ligt terwijl het landelijk gemiddelde 8,6% is. Dit komt erop neer dat in Oost-Groningen zo’n 5.700 mensen werkzaam zijn in de detailhandel (DTNP, 2013a).

Figuur 4.2: Branchering verkooppunten Oost-Groningen. Bron: Locatus, 2013b.

Dagelijks Mode & luxe Vrije tijd In/om huis

Detailhandel overig Transport & brandstoffen Leisure

Diensten

Oost-Groningen* Nederland*

Winkels per 1.000 inwoners 6,5 6,1

Omvang wvo per 1.000 inwoners (m2) 1.910 1.670

Concentratiegraad naar wvo 58% 69%

Filialiseringsgraad naar wvo 49% 54%

- 34 -

Als de verkooppunten in het winkelapparaat van de regio volgens de door Locatus gehanteerde branches ingedeeld worden valt op dat de detailhandel bij elkaar slechts circa 45% van het totaal aantal verkooppunten uitmaakt (zie figuur 4.2). De overige 55% bestaat uit verkooppunten in de branches diensten, leisure en transport & brandstoffen, waarvan de laatste branche voornamelijk bestaat uit tankstations en autowinkels. Voor de attractiviteit van de winkelcentra is het grote aan-deel niet-winkels van invloed. In de detailhandel zijn de branches dagelijks, mode & luxe en in/om huis het sterkst vertegenwoordigt. De eerste twee zijn goed voor respectievelijk 12% en 13% van het totale aantal verkooppunten terwijl de laatste 14% van de verkooppunten vult, wat neerkomt op circa een op de drie verkooppunten in de detailhandel (Locatus, 2013b).

Figuur 4.3: Branchering verkooppunten Oost-Groningen en Nederland in percentages. Bron: Locatus, 2013b. In vergelijking met het landelijk gemiddelde valt op dat de verdeling naar branches redelijk met el-kaar in overeenstemming is (zie figuur 4.3). Echter er zitten wel grote verschillen in het aantal ver-kooppunten in de branches mode & luxe en leisure. Het kleinere aandeel in deze branches zal er naar verwachting toe resulteren dat de winkelcentra in Oost-Groningen minder aantrekkelijk zijn voor de consument.

Figuur 4.4: Overzicht verkooppunten in percentages naar centrumtype in Oost-Groningen. *tussen haakjes: het aantal centra per centrumtype. Bron: Locatus, 2013.

0 5 10 15 20 25 Nederland Oost-Groningen 0% 20% 40% 60% 80% 100% PDV-zone [2] Wijkwinkelcentra [2] Kleine dorpscentra [4] Grote dorpscentra [3] Kleine streekcentra [3] Grote streekcentra [1] Grote regionale centra [2] Kleine bovenregionale centra [1]

Dagelijks Mode & luxe Vrije tijd In/om huis

Detailhandel overig Transport & brandstoffen Leisure

- 35 -

Als de winkelcentra in Oost-Groningen worden ingedeeld naar type winkelcentra dan valt op dat in de twee PDV-locaties in het gebied de leisure ruim 23% van het totale aanbod bedraagt (zie figuur 4.4). De drie grote dorpscentra hebben ook een kleine 23% aan leisure. Verder valt op dat naarmate de centra groter worden het aandeel in de modebranche ook toeneemt. Zo is zichtbaar dat in de kleine dorpscentra, die vooral gericht zijn op het boodschappen doen, een kleine 6% van de ver-kooppunten gevuld is met de branche mode & luxe. In het kleine bovenregionale centrum van Win-schoten en de grote regionale centra van Stadskanaal en Veendam is 28% van het aanbod mode & luxe. Het grote streekcentrum van Musselkanaal valt uit de toon, hier zijn percentueel gezien minder verkooppunten gevuld met mode & luxe als de veel kleinere grote dorpscentra.