Bijlage 1. Definities en afkortingen
Definities
In het Kwaliteitskader Spoedzorgketen hanteren we de volgende definities:
• Acute zorg: Een situatie waarin aan iemand zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen en-
kele minuten tot enkele uren, zorg verleend moet worden om overlijden of onomkeerbare ge- zondheidsschade als gevolg van een acute levensbedreigende aandoening of een ongeval te voorkomen (RVZ, 2003).
• Acute zorgvraag: Een patiënt/slachtoffer of omstander vraagt om onmiddellijke hulp in verband
met een ervaren of geobserveerde mogelijk ernstige of een op korte termijn levensbedreigende situatie als gevolg van een gezondheidsprobleem of letsel dat plotseling is ontstaan of verergert (RVZ, 2003).
• Ambulancezorgprofessional: Ambulanceverpleegkundige, bachelor medische hulpverlener of
verpleegkundig specialist acute zorg.
• Arts op de SEH: met het begrip arts op de SEH wordt gedoeld op arts-assistenten al dan niet in
opleiding die werkzaam zijn op de SEH. Deze artsen worden gesuperviseerd door een medisch specialist of een SEH-arts KNMG. De medisch specialist of een SEH-arts KNMG begeleidt en adviseert de arts-assistent. Dit kan ook op afstand, bijvoorbeeld telefonisch, plaatsvinden. De medisch specialist of een SEH-arts KNMG blijft eindverantwoordelijk voor de zorg aan een pati- ënt.
• Hertriage: Het opnieuw uitvoeren van systematische triage indien óf de gezondheidstoestand
van de patiënt verandert óf de maximaal toegestane wachttijd (conform triagesysteem of op ba- sis van lokaal geldende afspraken) is overschreden.
• Interklinische overplaatsing: Vervoer van een patiënt van de ene naar de andere instelling voor gezondheidszorg, waarbij de instellingen niet onder dezelfde koepelnaam vallen.
• Kwetsbaar: Kwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke,
psychische en/of sociale tekorten in het functioneren, dat de kans vergroot op negatieve ge- zondheidsuitkomsten (functiebeperkingen, opname, vroegtijdig overlijden) (SCP, 2011). • SEH-arts: met het begrip SEH-arts wordt gedoeld op artsen die de KNMG opleiding spoedei-
sende geneeskunde met succes hebben voltooid en de titel “spoedeisendehulparts KNMG/SEH- arts KNMG” mogen voeren.
• Spoedeisende hulp (SEH): Zorg, bestaande uit de herkenning, stabilisatie en reanimatie van alle acute medische patiënten. Het gaat om het behandelen van spoedeisende aandoeningen en het verwijzen naar meer gespecialiseerde behandelaars (Minister van VWS, 2012).
• Spoedzorg: Zorg als antwoord op een zorgvraag die vanuit de beleving van de patiënt acuut is
(NHG, 2013). Spoedzorg is hiermee breder dan ‘acute zorg’. • Spoedzorgvraag: Zie de definitie van ‘Acute zorgvraag’.
– Bijlagen 73 • Triage: Het maken van een inschatting van de benodigde urgentie en inzet van hulpverlening
(NHG, 2015). Triage kan telefonisch of fysiek (face-to-face) plaatsvinden. Zie de inleiding van hoofdstuk 4 voor een schematische weergave van de mogelijke triagemomenten.
• Tripartiet: Als normen tripartiet zijn vastgesteld, zijn deze vastgesteld door patiënten, zorgaan-
bieders en zorgverzekeraars.
• Warme overdracht: De overdragende zorgverlener draagt de patiënt één op één over aan de
opvolgende zorgverlener en blijft bij de patiënt tot de opvolgende zorgverlener gearriveerd is. • Zelfverwijzer: Een patiënt die zich zonder verwijzing van de huisarts, HAP, ambulancezorgpro-
fessional of ziekenhuiszorgverlener bij de SEH meldt.
Afkortingen
We hanteren verschillende afkortingen in het kwaliteitskader: • ACM: Autoriteit Consument en Markt
• AMI: Acuut Myocard Infarct
• ANW-uren: Avond-, nacht- en weekenduren
• AOI: Adverse Outcome Indicator
• AZN: Ambulancezorg Nederland
• BSA: Basisset Ambulancezorg
• CCU: Cardiac Care Unit
• CT: Computer Tomogram
• CVA: Cerebro Vasculair Accident
• CVAB: Cerebro Vasculair Accident Benchmark
• CVZ: College Voor Zorgverzekeringen
• DBC: Diagnose Behandel Combinatie
• DHFA: Dutch Hip Fracture Audit
• DICA: Dutch Institute for Clinical Auditing
• DSAA: Dutch Surgical Aneurysm Audit
• EHH: Eerste Hart Hulp
• ENPC: Een opleiding waarbij het zieke kind (trauma en non-trauma) centraal staat
• EVAR: Endovasculair Aneurysma Repair
• FMS: Federatie Medisch Specialisten
• FNT: Federatie van Nederlandse Trombosediensten
• GGD: Gemeentelijke Gezondheidsdienst
• HAP: Huisartsenpost
• HDS: Huisartsendienstenstructuur
• IAT: Intra-arteriële behandeling
• ICCU: Intensive Cardiac Care Unit
• IGJ: Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
• IOM: Institute of Medicine
• ISS: Injury Severity Score. Bij een ISS van > 15 spreekt men van multitrauma.
• KNMG: Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst
• KNMP: Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie
– Bijlagen 74 • LHV: Landelijke Huisartsen Vereniging
• LNAZ: Landelijk Netwerk Acute Zorg
• LSP: Landelijk Schakelpunt
• MDO: Multidisciplinair Overleg
• MKA: Meldkamer Ambulancezorg
• MINDD: Moet Ik Naar De Dokter
• MMT: Mobiel Medisch Team (zie ook definitie)
• MPU: Medisch Psychiatrische Unit
• NFU: Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra
• NHG: Nederlands Huisartsen Genootschap
• NMT: Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Tandheelkunde
• NOV: Nederlandse Orthopedische Vereniging
• NTS: Nederlandse Triagesysteem
• NVK: Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde
• NVKG: Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie
• NVMMA: Nederlandse Vereniging Medisch Managers Ambulancezorg
• NVN: Nederlandse Vereniging voor Neurologie
• NVSHA: Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulp Artsen
• NVSHV: Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulp Verpleegkundigen
• NVT: Nederlandse Vereniging voor Traumatologie
• NVT: Nederlandse Vereniging voor Thoraxchirurgie
• NVVC: Nederlandse Vereniging Voor Cardiologie
• NVvN: Nederlandse Vereniging voor Neurochirurgie
• NVvR: Nederlandse Vereniging voor Radiologie
• NVZ: Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen
• NVZA: Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers
• NZa: Nederlandse Zorgautoriteit
• OK: Operatiekamer
• PCI: Percutane Coronaire Interventie
• PDCA: Plan Do Check Act
• PICU: Pediatrische Intensive Care Unit
• RAAA: Geruptureerd acuut abdominaal aneurysma
• RAV: Regionale Ambulance Voorziening
• ROAZ: Regionaal Overleg Acute Zorgketen
• SBAR: Situation, Background, Assessment, Recommendation
• SEH: Spoedeisende Hulpafdeling van een ziekenhuis (zie ook definitie)
• SiRM: Strategies in Regulated Markets
• STZ: Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen
• Twaz: Tijdelijke Wet Ambulancezorg
• VGN: Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland
• VHN: Vereniging Huisartsenposten Nederland (huidig: InEen)
• V&VN: Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland
– Bijlagen 75 • VZVZ: Vereniging Zorgaanbieders Voor Zorgcommunicatie
• WKKGZ: Wet Kwaliteit Klachten en Geschillen Zorg
• Wlz: Wet langdurige zorg
• WMG: Wet Marktordening Gezondheidszorg • WTZi: Wet Toelating Zorginstellingen
• Zkh: Ziekenhuis
• ZN: Zorgverzekeraars Nederland
– Bijlagen 76