3. CURRICULUM
3.4. D OELEN UIT DE BEROEPSKWALIFICATIES
Met inbegrip van dimensies eindterm
*Cognitieve dimensie
Toepassen
*Psychomotorische dimensie
Een vaardigheid uitvoeren na instructie of uit het geheugen: de meest essentiële
elementen van de beweging/handeling zijn aanwezig, maar nog niet consequent.
3.4. Doelen uit de beroepskwalificaties
Opgelet: op dit moment zijn de curriculumdossiers nog niet goedgekeurd. Onderstaande info is dan ook nog vatbaar voor wijzigingen.
Wat je moet kennen en kunnen om een beroep uit te oefenen is vastgelegd in een beroepskwalificatie (BK). Alle beroepskwalificaties kan je vinden op de webpagina van de Vlaamse Kwalificatiestructuur van Onderwijs Vlaanderen.
Voor de 2de graad zijn een aantal doelstellingen geselecteerd van één of meerdere beroepskwalificaties. De selectie komt uit een brede waaier aan beroepskwalificaties omdat leerlingen in deze graad nog van verschillende aspecten kunnen proeven. Het is pas in de 3de graad dat de specialisatie wordt doorgedreven en alle beschreven competenties van die specifieke beroepskwalificatie moeten worden behaald.
Vanuit de beroepskwalificaties, gelinkt aan een studierichting, is er een curriculumdossier gemaakt. Op basis van het curriculumdossier worden er dan leerplannen gemaakt.
• Laboratoriumassistent
Omschrijving van deze beroepskwalificatie:
De laboratoriumassistent kiest de gepaste werkwijze voor de uit te voeren analyses, bereidt eenvoudige analyses voor, analyseert en evalueert stalen en zorgt voor voldoende beschikbaar en goed onderhouden laboratoriummaterieel teneinde ondersteuning te bieden bij laboratoriumwerkzaamheden.
Afbakening
Eenvoudige analyses: analyses met een beperkt aantal stappen en waarbij het meetresultaat veelal direct kan worden afgelezen.(bijvoorbeeld: door een sonde in een staal te dompelen).
Laboratorium(materieel): meet- en analysetoestellen, staalname-apparatuur, broedstoof, microgolfoven, centrifuge, ultrasoon bad, calorimeter, pH-meter, balans ,koelkast, ovens, pipetten, …
• Labotechnisch medewerker Omschrijving van deze beroepskwalificatie:
De labotechnisch medewerker voert eenvoudige routinematige analyses uit op zelfgenomen stalen, houdt het laboratorium(materieel) operationeel en voert basisonderhoud ervan uit teneinde ondersteuning te bieden bij laboratoriumwerkzaamheden.
Afbakening
Routinematige analyses: analyses die dagelijks en zelfs meermaals per dag worden uitgevoerd.
Eenvoudige analyses: analyses met een beperkt aantal stappen waarbij het meetresultaat veelal direct kan worden afgelezen.(bijvoorbeeld: door een sonde in een staal te dompelen).
Laboratorium(materieel): meet- en analysetoestellen, staalname-apparatuur, broedstoof, microgolfoven, centrifuge, ultrasoon bad, calorimeter, pH-meter, balans ,koelkast, ovens, pipetten, …
• Operator voedings-, chemische en farmaceutische industrie
Omschrijving van deze beroepskwalificatie:
Het opvolgen van productiegegevens, het instellen, omstellen, bedienen, opvolgen en het sturen van de productie aan de installatie en/of vanuit de controlekamer, het uitvoeren van kwaliteitscontroles op geregelde tijdstippen en het nemen van maatregelen in geval van storingen en afwijkingen in overleg met een verantwoordelijke, steeds in navolging van kwaliteitsprocedures, hygiëne-, milieu-, veiligheids- en productievoorschriften (kwaliteit, kosten, termijn, …) teneinde grondstoffen aan de procesinstallatie en machinelijn te bewerken tot (half)afgewerkte producten.
• BK-doelen zoals ze zijn opgenomen in het curriculumdossier:
In het kader van de modernisering van het secundair onderwijs ontwikkelden alle onderwijsverstrekkers over de netten heen samen curriculumdossiers per studierichting.
De doelstellingen staan hierin helder beschreven. Zo worden de studierichtingen over de netten heen meer op elkaar afgestemd.
Leerplanmakers baseren zich op deze doelen. Let op: de leerplanmakers kunnen wél nog extra doelen toevoegen. De doelen die worden toegevoegd aan een leerplan zijn ook verplicht te behalen.
Tweede graad
Doelen + onderliggende kennis
. Derde graad
Doelen uit het curriculumdossier
Derde Graad
Onderliggende kennis Deel 1 Onderbouwende specifieke competenties
Werken in een teamverband (organisatiecultuur, communicatie, procedures)
1 Werken in een teamverband (organisatiecultuur, communicatie, procedures)
Algemeen:
• hydraulica, elektriciteit, pneumatica in functie van een productie- of procesinstallatie
• PLC en meet- en regeltechnieken in functie van een productie- of procesinstallatie
• kwaliteitscontrolesystemen en kwaliteitszorgsystemen
• milieuvoorschriften en milieuzorgsystemen
• opslag van gevaarlijke producten Kwaliteitsbewust handelen 2 Kwaliteitsbewust handelen
Economisch en duurzaam handelen 3 Economisch en duurzaam handelen Veilig, ergonomisch en hygiënisch
handelen
4 Veilig, ergonomisch en hygiënisch handelen Deel 2 Specifieke beroepsgerichte competenties
De leerlingen hanteren met behulp van een procedure een systematische aanpak
met aandacht voor:
principes van kwaliteitszorg;
kennis van werkingsprincipes van meetsystemen en gebruik van laboratoriummaterialen;
meet- en testtechnieken.
5
De leerlingen registreren gegevens gekoppeld aan een opdracht volgens de principes van een kwaliteitszorgsysteem.
• registratie van stalen in het algemeen
• schoonmaak- en ontsmettingsprocedures
• voorraadbeheer Materialen:
• eigenschappen en bewaaromstandigheden van grondstoffen, tussenproducten en eindproducten
• reagentia en producten in functie van de analyses Technieken en procedures:
• geautomatiseerde processen
• gebruik van (bio)veiligheidsrichtlijnen en veiligheidsmaatregelen
• gebruik van producten voor basisonderhoud toestellen, laboratoriummaterieel (centrifuge, weegapparatuur, …)
• gebruik van richt- en referentiewaarden
• gebruik, werkingsprincipes en toepassingsgebieden van (laboratorium)materieel
• kalibratiemethode van laboratoriummaterieel (spectrofotometers, chromatograaf, microscoop, centrifuge, weegapparatuur, …)
• meet- en analysetechnieken
• procedure(s) voor het bewaren en transport van stalen
• procedures om de procesinstallatie te bedienen
• procedures voor het afstellen van de procesinstallatie
• procedures voor staalname
• procestechnieken (pompen, scheidingstechnieken, reactoren, …)
• storingsanalyse in het productieproces
• wettelijk toe te passen methoden in het kader van het kwaliteitszorgsysteem
De leerlingen voeren het basisonderhoud uit van het aangegeven
(laboratorium)materieel en meet- en controle-instrumenten conform de richtlijnen beschreven in de werkwijze
met aandacht voor:
kalibratie van meettoestellen;
onderhoudsvoorschriften;
sorteerrichtlijnen voor afval;
veiligheidsinstructies bij gebruik van onderhoudsproducten.
6 De leerlingen voeren het basisonderhoud uit van het (laboratorium)materieel, kalibreren meet- en controle-instrumenten.
De leerlingen gebruiken het aangegeven (laboratorium)materieel, meet- en controle-instrumenten en reagentia conform de voorgeschreven procedure.
7 De leerlingen controleren en registreren de voorraad aan verbruiksgoederen en laboratoriummaterieel.
De leerlingen nemen stalen conform de voorgeschreven procedure
met aandacht voor:
registratietechnieken;
procedures voor staalname;
hulpmiddelen voor staalname;
met inbegrip van kennis van:
bewaringstechnieken van stalen.
8 De leerlingen nemen en behandelen stalen conform de opdracht en voeren de administratie ervan uit.
De leerlingen selecteren reagentia en (laboratorium)materieel en maken deze gebruiksklaar in functie van de analyses
met aandacht voor:
veiligheidspictogrammen, etikettering en productidentificatie.
9 De leerlingen selecteren reagentia en (laboratorium)materieel en maken deze gebruiksklaar in functie van de analyses.
De leerlingen vergelijken resultaten van metingen met richtwaarden.
10
met aandacht voor:
conversie van meeteenheden.
De leerlingen voeren eenvoudige analyses uit volgens gepaste procedures, evalueren en registreren de resultaten.
De leerlingen gebruiken
informaticatoepassingen voor de opvolging van practica en labo-activiteiten.
De leerlingen voeren eenvoudige analyses uit volgens een procedure, evalueren en registreren de resultaten
met aandacht voor:
principes van scheidingstechnieken en eenvoudige analyse zoals pH-meting;
eigenschappen van stoffen, te beproeven materialen.
11 De leerlingen raadplegen de planning,
productiefiches en -voorschriften en registreren het verloop van een productieproces.
12 De leerlingen voeren kwaliteitsmetingen uit.
13
De leerlingen stellen een proces- of productie-installatie in en om.
De leerlingen lichten het verloop van productie- en logistieke processen toe
met aandacht voor:
visualiseringsmethoden zoals een stroomdiagram, blokschema;
eigenschappen van grondstoffen, tussenproducten en eindproducten in functie van het productieproces.
14 De leerlingen sturen een proces- of productie-installatie volgens de afgesproken procedures.
De leerlingen automatiseren een eenvoudig proces door sturen of regelen
met aandacht voor:
gedrag van een proces;
met inbegrip van kennis van:
de functie van sensoren, functie van regelaar/stuureenheid, actuator;
logische functies om een proces te automatiseren.
15 De leerlingen stemmen de nodige grondstoffen en materialen af op de proces- of productie-installatie en nemen actie bij tekorten en afwijkingen.
De leerlingen voeren een eenvoudige risicoanalyse uit.
De leerlingen hanteren gevaarlijke producten volgens het laboreglement met aandacht voor:
regels voor veilige bewaring en opslag van stoffen;
persoonlijke beschermingsmiddelen.
De leerlingen lichten fysische principes toe bij energiekringen in productie- en
procesinstallaties.
De leerlingen reageren adequaat bij onverwachte storingen van materieel of situaties tijdens het uitvoeren van een practicum.
De leerlingen rapporteren mondeling en/of schriftelijk aan medeleerlingen en leraar.
Tweede graad
Doelen + onderliggende kennis
. Derde graad
Doelen uit het curriculumdossier
Derde Graad
Onderliggende kennis