• No results found

6.1 Conclusies

De getallen verzameld in deze studie zijn bruikbaar in KRW-kaders bij zowel het bijwerken van de karakterisering als bij de toestandbeoordeling. Wat betreft de karakterisering kunnen meetgegevens in het ondiepe grondwater worden vergeleken met de nu afgeleide ranges van optimale concentraties. Wat betreft de toestandbeoordeling moet een vertaalslag worden gemaakt van de

concentraties in het diepe grondwater (10 en 25 meter diepte) naar

concentraties in het ondiepe grondwater en de effecten daarvan op terrestrische ecosystemen. De optimale concentraties voor nutriënten (stikstof en fosfaat) in het grondwater onder natuurgebieden liggen een factor 5 lager dan de huidige drempelwaarde voor fosfaat, die wordt bepaald door de achtergrondwaarde, en de Europese norm voor stikstof.

De voedselrijkdom van natuurgebieden wordt over het algemeen niet uitgedrukt in getallen, maar in klassen (eutroof, oligotroof, et cetera). Voor het afleiden van kwaliteitsstandaarden zijn echter getallen (concentraties) noodzakelijk. In deze studie is gekozen voor een pragmatische oplossing, waardoor toch kwaliteitsstandaarden kunnen worden afgeleid.

De ranges van optimale concentraties voor stikstof, fosfaat en chloride zijn voor vrijwel alle type natuurgebieden gelijk. Het betekent eveneens dat de ranges waarschijnlijk ook van toepassing zijn op natuurlijke, niet-Natura 2000- gebieden.

Nader onderzoek moet uitwijzen welke stoffen nog meer een rol spelen bij de invloed van grondwater op terrestrische ecosystemen. Mogelijk is het

noodzakelijk drempelwaarden af te leiden voor aanvullende (toxische) stoffen. In het geval van toxische stoffen is niet op voorhand bekend of de

achtergrondwaarde bepalend is voor de hoogte van de drempelwaarde.

6.2 Handelingsperspectieven

De toepassing van de getallen die in dit rapport worden gepresenteerd, is tweeledig. De getallen kunnen enerzijds worden toegepast bij het bijwerken van de karakterisering en anderzijds bij de toestandsbeoordeling. Hieronder worden handelingsperspectieven geschetst voor het beleid.

6.2.1 Bijwerken karakterisering

 Voor het bijwerken van de karakterisering kunnen de getallen uit deze studie (optimale ranges van abiotische randvoorwaarden) worden vergeleken met de gegevens uit het Trend Meetnet Verzuring (TMV). Hierbij wordt opgemerkt dat voor het TMV voornamelijk onder bossen wordt gemeten. Waarschijnlijk zijn er natuurgebieden waar geen meetgegevens van TMV of andere

meetnetten beschikbaar zijn.

 Bij monitoring van het ondiepe grondwater door provincies en/of

kwantiteit en minder aan kwaliteit. Indien echter monitoringsgegevens van de kwaliteit van het ondiepe grondwater onder natuurgebieden beschikbaar zijn, kunnen deze gegevens worden vergeleken met de ranges van optimale concentraties. Indien deze gegevens (nog) niet beschikbaar zijn, kan worden overwogen ook een monitoringsnetwerk voor kwaliteit op te zetten.

Uitbreiding van / koppeling aan de monitoringssystemen die in het kader van Natura 2000 voor kwantiteitsmetingen worden opgezet, is mogelijk een efficiënte oplossing.

 Bij het opzetten van monitoringsnetwerken zijn er ook mogelijkheden voor early-warning. Door bovenstrooms van natuurgebieden te monitoren wordt inzicht verkregen in de kwaliteit van het grondwater zoals het op termijn het ecosysteem zal beïnvloeden.

 Voor het bijwerken van de karakterisering is het van belang inzicht te hebben in de grootte van het effect van kwantiteit op kwaliteit van het grondwater. Als de verwachting is dat dit een groot effect is, zal (natuurlijk) eerst aandacht voor kwantiteit nodig zijn voordat het zinvol is te proberen de kwaliteit te verbeteren. Deze schattingen kunnen worden gedaan op basis van expert-judgement.

6.2.2 Toestandbeoordeling

 Om bij de toestandbeoordeling van grondwaterlichamen rekening te kunnen houden met terrestrische ecosystemen conform KRW/GWR, kan worden overwogen aparte grondwaterlichamen te definiëren voor Natura 2000- gebieden met aparte drempelwaarden.

 Alternatief hiervoor is te kiezen voor een gebiedsgerichte benadering. Bij een gebiedsgerichte benadering kunnen voor kleinere gebieden (bijvoorbeeld Natura 2000-gebieden) aparte getallen gelden. Dit past weliswaar niet in de KRW-systematiek, maar kan wel een pragmatische manier zijn om GWATE mee te nemen in de beoordeling.

 Er kan op basis van natuurdoelen en biologische monitoring worden besloten of een terrestrisch ecosysteem in een goede toestand verkeert. Hiervoor zijn de ranges van optimale concentraties zoals gepresenteerd in dit rapport overbodig.

 Door het gebruik van hydrologische modellen kan de invloed van het

grondwater op terrestrische ecosystemen beter worden beoordeeld. Hiermee kan voor de toestandbeoordeling een vertaalslag worden gemaakt van de voorkomende concentraties in het diepe grondwater naar concentraties in het ondiepe grondwater en vervolgens naar effecten in de natuurgebieden. Het NHI-instrumentarium biedt deze mogelijkheden.

7

Literatuur

3B Bureau Bodem en MilieuBeleid (2013a) Kwetsbare objecten. Landelijk overzicht Waterwinningen Werkwijze en bevindingen concept versie 1.11 6-9- 2013. Vorden.

3B Bureau Bodem en MilieuBeleid (2013b) Kwetsbare objecten. Landelijk overzicht Natuurgebieden en Oppervlaktewateren Werkwijze en bevindingen concept versie 1.2 6-9-2013. Vorden.

Bal, D., H.M. Beije, M. Fellinger, R. Haverman, A.J.F.M. van Opstal en F.J. van Zadelhoff (2001) Handboek Natuurdoeltypen, Tweede, geheel herziene editie. Expertisecentrum LNV, Wageningen.

Beelen, van, P. en R. Lieste, (2008) De invloed van grondwaterverontreiniging op terrestrische ecosystemen 2008, RIVM-Rapport 607625001.

Blokland, K.A. en R.J.M. Kleijberg (1997) De gewenste grondwatersituatie voor terrestrische natuurdoelen. Holoceen Nederland. NOV-rapport 3-2, STOWA- rapport 97-16.

Bonneville, S., M. Craig, A. Kuczynska, H. Schutten en W. Verweij (2013) Groundwater Dependent Terrestrial Ecosystems. Informal assessment of current state. Draft report for CIS working group C.

Bouwma, I.M., J.P. Chardon, H.A.M. Meeuwsen, J.A.M. Janssen, J.H.J.

Schaminée, F.H. Kistenkas, A. Gaaff, A. van Hinsberg en G.P. Beugelink (2004) Implementatie van EU-natuurbeleid en -fondsen in Nederland;

Achtergronddocument bij Natuurbalans 2004. Wageningen.

Del Grosso, S., D. Ojima, W. Parton, A. Mosier, G. Peterson en D. Schimel (2002) Simulated effects of dryland cropping intensification on soil organic matter and greenhouse gas exchanges using the DAYCENT ecosystem model. Environmental Pollution 116, S75eS83.

Dijkstra, J.J., J.C.L. Meeussen en R.N.J. Comans (2009) Evaluation of a Generic Multisurface Sorption Model for Inorganic Soil Contaminants. Environ. Sci. Technol. 2009, 43, 6196–6201.

EU (2000) Richtlijn 2000/60/EG van het Europees parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid. Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 327.

EU (2003) Guidance document No. 12. The role of wetlands in the Water Framework Directive. European Commission, Brussel.

EU (2006) Richtlijn 2006/118/EG van het Europees parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de bescherming van het grondwater tegen verontreiniging en achteruitgang van de toestand. Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 372.

EU (2009) Guidance Document No. 18. Guidance on groundwater status and trend assessment. European Commission, Brussel.

EU (2011) Technical Report No. 6. Technical report on groundwater dependent terrestrial ecosystems. European Commission, Brussel.

IenM (2013) Protocol voor toestand- en trendbeoordeling van grondwaterlichamen KRW

Kiwa Water Research/ EGGconsult (2007) Knelpunten en kansenanalyse Natura 2000-gebieden. Kiwa Water Research/ EGG-consult, Nieuwegein, in opdracht van ministerie van LNV. [online]

http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/documenten/gebieden/Leeswijzer% 20knelpunten-%20en%20kansenanalyse%20voorkanten.pdf [Accessed juni 2012]

Lieste, R., J.P.M. Witte, A.C.M. de Nijs, C.J.S. Aggenbach, B.J. Pieters, J.

Runhaar en W. Verweij (2007). Beoordeling van de grondwatertoestand op basis van de Kaderrichtlijn Water. RIVM-rapport 607300003.

LNV (2008) Natura 2000 Profielendocument, versie september 2008 [ Online]

http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/documenten/profielen/habitattypen /leeswijzer_n2000_profielendocument_1_september_2008.pdf [Accessed juli 2012]

Nijs, de, A.C.M., W. Verweij, E. Buis en G. Janssen (2011)

Methodiekontwikkeling Drempelwaarden Grondwater. Achtergrondconcentraties en Attenuatie- en Verdunningsfactoren. RIVM-rapport 607402003.

Otte, P.F., F.A. Swartjes en P. van Beelen (2013) Functiespecifieke risicogrenswaarden voor grondwaterkwaliteit: Verkenning en methodiekontwikkeling. RIVM-Rapport 607050012.

Parton, W.J., D.S. Schimel, C.V. Cole en D.S. Ojima (1987) Analysis of factors controlling soil organic-matter levels in great-plains grasslands. Soil Science Society of America Journal 51, 1173e1179.

Verbruggen, E.M.J., C.T.A. Moermond, J.A. Janus en J.P.A. Lijzen (2008)

Afleiding van milieurisicogrenzen voor chloride in oppervlaktewater, grondwater, bodem en waterbodem. RIVM-Rapport 711701075.

Verweij, W., H.F.R. Reijnders, H.F. Prins, L.J.M. Boumans, M.P.M. Janssen, C.T.A. Moermond, A.C.M. de Nijs, B.J. Pieters, E.M.J. Verbruggen en M.C. Zijp (2008) Advies voor drempelwaarden. RIVM-Rapport 607300005.

V&W (2009) BKMW. Besluit van 30 november 2009, houdende regels ter uitvoering van de milieudoelstellingen van de kaderrichtlijn water (Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009) Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden.

V&W, VROM en LNV. (2009) Stroomgebiedbeheerplannen Eems, Maas, Rijn & Schelde. [Online]. Available:

http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/wetgeving-beleid/kaderrichtlijn- water/sgbp/@28241/item_28241/ [Accessed 20 augustus 2012].

Bijlage 1

Tabel B1.1: Direct grondwaterafhankelijke Natura 2000-gebieden per KRW grondwaterlichaam

GWL Grondwaterafhankelijke Natura 2000-gebieden

NLGW0001 Drentsche Aa-gebied Beekdalen

Lieftinghsbroek Hogere zandgronden

NLGW0002 Wijnjeterper Schar Beekdalen

Alde Feanen Laagveenplassen

Groote Wielen Laagveenplassen

NLGW0003 Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek Beekdalen

Bekendelle Beekdalen

Boddenbroek Beekdalen

Dinkelland Beekdalen

Elperstroomgebied Beekdalen

Lemselermaten Beekdalen

Springendal & Dal van de Mosbeek Beekdalen

Stelkampsveld Beekdalen

Boetelerveld Hogere zandgronden

Landgoederen Oldenzaal Hogere zandgronden

Lonnekermeer Hogere zandgronden

Korenburgerveen Hoogvenen

Gelderse Poort Rivieren

Uiterwaarden IJssel Rivieren

NLGW0004 Binnenveld Beekdalen

Landgoederen Brummen Beekdalen

Uiterwaarden IJssel Rivieren

NLGW0005 Bruuk Beekdalen

Sint Jansberg Hogere zandgronden

Naardermeer Laagveenplassen

Oostelijke Vechtplassen Laagveenplassen

Gelderse Poort Rivieren

NLGW0006 Leudal Beekdalen

Langstraat Beekdalen

Roerdal Beekdalen

Swalmdal Beekdalen

Ulvenhoutse Bos Beekdalen

Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek Beekdalen

Kampina & Oisterwijkse Vennen Hogere zandgronden

Kempenland-West Hogere zandgronden

Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux Hogere zandgronden

Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen Hogere zandgronden

Meinweg Hogere zandgronden

Sarsven en De Banen Hogere zandgronden

Sint Jansberg Hogere zandgronden

Weerter- en Budelerbergen & Ringselven Hogere zandgronden

NLGW0007 Groote Wielen Laagveenplassen

NLGW0010 Olde Maten & Veerslootslanden Laagveenplassen

Uiterwaarden IJssel Rivieren

NLGW0011 Duinen Den Helder-Callantsoog Duinen

Duinen en Lage Land Texel Duinen

Meijendel & Berkheide Duinen

Schoorlse Duinen Duinen

Voornes Duin Duinen

Zwanenwater & Pettemerduinen Duinen

Naardermeer Laagveenplassen

Oostelijke Vechtplassen Laagveenplassen

NLGW0012 Naardermeer Laagveenplassen

Oostelijke Vechtplassen Laagveenplassen

Lingegebied & Diefdijk-Zuid Rivieren

Uiterwaarden IJssel Rivieren

Gelderse Poort Rivieren

NLGW0013 Duinen Goeree & Kwade Hoek Duinen

Grevelingen Laagveenplassen

NLGW0015 Duinen Ameland Duinen

Duinen Schiermonnikoog Duinen

Duinen Terschelling Duinen

Duinen Vlieland Duinen

NLGW0016 Duinen Den Helder-Callantsoog Duinen

Duinen en Lage Land Texel Duinen

Kennemerland-Zuid Duinen

Meijendel & Berkheide Duinen

Noord-Hollands Duinreservaat Duinen

Schoorlse Duinen Duinen

Voornes Duin Duinen

Zwanenwater & Pettemerduinen Duinen

NLGW0017 Duinen Goeree & Kwade Hoek Duinen

Grevelingen Laagveenplassen

NLGW0018 Leudal Beekdalen

Langstraat Beekdalen

Roerdal Beekdalen

Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek Beekdalen

Kampina & Oisterwijkse Vennen Hogere zandgronden

Kempenland-West Hogere zandgronden

Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux Hogere zandgronden

Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen Hogere zandgronden

Meinweg Hogere zandgronden

Sarsven en De Banen Hogere zandgronden

Weerter- en Budelerbergen & Ringselven Hogere zandgronden

NLGW0019 Bunder- en Elsloërbos Heuvelland

Geleenbeekdal Heuvelland

Geuldal Heuvelland

Noorbeemden & Hoogbos Heuvelland

Sint Pietersberg & Jekerdal Heuvelland

Brunssummerheide Hogere zandgronden

NLGWSC00

01 Kop van Schouwen Duinen

NLGWSC00

Bijlage 2

Tabel B2.1: Grondwaterknelpunten in rechtstreeks grondwaterafhankelijke Natura 2000-gebieden. Rood: knelpunt, groen: geen knelpunt, Geel: aanvoer oppervlaktewater dat door eutroof grondwater wordt gevoed. Grijs: geen informatie beschikbaar.

Duinen

Verlaging grondwater

-

stan

d

Vermind

ering

basenrijke kwel Verzuring Eut

roof

grondwater Eutrofiering

Duinen Ameland

Duinen Den Helder-Callantsoog

Duinen en Lage Land Texel

Duinen Goeree & Kwade Hoek

Duinen Schiermonnikoog

Duinen Terschelling

Duinen Vlieland

Kennemerland-Zuid

Kop van Schouwen

Meijendel & Berkheide

Noordhollands Duinreservaat

Schoorlse Duinen

Voornes Duin

Zwanenwater & Pettemerduinen

Laagveenplassen

Alde Feanen

Groote Wielen

Naardermeer

Olde Maten & Veerslootslanden

Oostelijke Vechtplassen

Beekdalen

Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

Bekendelle

Binnenveld (Bennekomse Meent)

Boddenbroek

Bruuk

Dinkelland

Drentsche Aa-gebied

Elperstroomgebied

Landgoederen Brummen (Leusveld)

Langstraat

Lemselermaten

Leudal

Roerdal

Springendal & Dal van de Mosbeek

Stelkampsveld

Swalmdal

Ulvenhoutse Bos

Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek

Hogere zandgronden

Verlaging grondwater sta n d Vermind ering

basenrijke kwel Verzuring Eut

roof

grondwater Eutrofiëring

Boetelerveld

Brunssummerheide

Kampina & Oisterwijkse Vennen

Kempenland-West

Landgoederen Oldenzaal

Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux

Lieftinghsbroek

Lonnekermeer

Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen

Meinweg

Sarsven en De Banen

Sint Jansberg

Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

Heuvelland

Bunder- en Elsloërbos

Geleenbeekdal

Geuldal

Noorbeemden & Hoogbos

Sint Pietersberg & Jekerdal

Hoogvenen

Korenburgerveen

Rivieren

Gelderse Poort

Lingegebied & Diefdijk-Zuid

Bijlage 3

Tabel B3.1: Habitattypen met grondwaterknelpunten per Natura 2000-gebied.

Duinen

Habitattypen met grondwaterknelpunten

Duinen Ameland 2130C, 2190B

Duinen Den Helder-Callantsoog 2190B, 2190D

Duinen en Lage Land Texel 2130C, 2190B, 2190C, 6230, 6410, 7210

Duinen Goeree & Kwade Hoek -

Duinen Schiermonnikoog 2130C, 2190B, 2190C, 6410, 7410A

Duinen Terschelling 2130C, 2190B, 7140A, 7140B

Duinen Vlieland 2190B, 2190C

Kennemerland-Zuid 2130C, 2180B, 2190B

Kop van Schouwen 2130C, 2180B, 2190C, 6410

Meijendel & Berkheide 2190B

Noordhollands Duinreservaat 2130C, 2170, 2180B, 2190B, 2190C

Schoorlse Duinen 3260A

Voornes Duin -

Zwanenwater & Pettemerduinen -

Laagveenmoerassen

Alde Feanen 4010B, 6410, 7140B, 7210, 91D0, 3150

Grevelingen -

Groote Wielen -

Naardermeer 6410, 7140A

Olde Maten & Veerslootslanden 6410, 7140B

Oostelijke Vechtplassen 91D0