• No results found

5 Resultaten buurtgroen-interviews en conclusies (met medewerking van dr B Elbersen)

5.3.3 Conclusies en aanbevelingen Amsterdam-Osdorp

Conclusies

Hoewel er dus wel enig verschil zit in de waardering en wensen van de geïnterviewde bewonersgroepen zijn er duidelijk overeenkomsten in de wensen naar voren gekomen tussen de groepen. Zo hechten de meeste geïnterviewden aan verzorgde, schone en kleurrijke (meer bloemen, met wintergroen) groengebieden. Ze vinden het belangrijk dat de gebieden open en overzichtelijk zijn. Daarnaast is het van belang dat de gebieden veilig zijn (zowel alleen als met kinderen) en dat verschillende gebruikers elkaar geen overlast bezorgen met hun verschillende activiteiten.

Het blijkt dat alle groepen hun mening laten beïnvloeden door de wijze van gebruik van de groengebieden en vanuit dat perspectief ook hun oordeel vormen.

- Een overkoepelende conclusie is dat het groen dichtbij de woning (dit geldt dus met name voor de binnentuin en het Botteskerkpark) vooral geschikt moet zijn voor jonge kinderen (tot 12 jaar). Op basis van de interviews kunnen we stellen dat kinderen tot ca. 10 jaar afhankelijk zijn van het groen heel dichtbij. Als zij de leeftijd hebben bereikt waarop zij van hun ouders alleen buiten mogen spelen mag dit namelijk maar op beperkte afstand van het huis: vlak bij de flat, en in de binnentuin alleen maar indien er vanuit de flat voldoende zicht op ze is. Op deze

plekken moet dus vooral een nadruk komen op veiligheid, overzicht en voldoende speelmogelijkheden en voorzieningen voor jonge kinderen. Precieze afstanden en omstandigheden zouden in een diepgaander onderzoek scherper bepaald moeten worden.

- Ook voor minder mobiele ouderen geldt dat het groen dichtbij vooral voor hen geschikt moet zijn: rustig en veilig kunnen lopen en zitten, mooi en schoon groen, met bloemen.

- Voor het groen op grotere afstand van de woning, het stadspark dus, moet de inrichting vooral gericht worden op de wensen van alle verschillende gebruikers- groepen.

Uit de vergelijking van de meningen en wensen over de vier verschillende groen- gebieden komt duidelijk naar voren dat de binnentuin door alle gebruikersgroepen het negatiefst wordt beoordeeld en het Stadspark het positiefst.

Voor de binnentuin, maar ook voor het Botteskerkpark en de plantenbak, die ook dichtbij de woningen van de meeste geïnterviewden liggen, worden dan ook de meest vergaande suggesties voor verbetering gegeven. Duidelijk is dat men het Stadspark als meest aantrekkelijke gebied ziet, maar dat men eigenlijk vindt dat een vergelijkbaar gebied dichter bij huis zou moeten worden gecreëerd.

Participatie in het groen

De meeste respondenten willen een bijdrage leveren in de vorm van nadenken en meepraten over verbeteringen in de groengebieden. Ook is er enig draagvlak voor een bijdrage (niet financieel) aan beheer en onderhoud van het groen.

Suggesties ten aanzien van voorzieningen,

In alle groengebieden zijn (meer) zitgelegenheden gewenst en zou men graag (meer) speel- en sportvoorzieningen zien. Bij speelvoorzieningen werd ook verschillende malen een pierebadje genoemd. Bij sportvoorzieningen is vaak de wens voor (meer) gras voor het spelen van balsporten, maar ook kwam verschillende malen naar voren dat men graag wil kunnen skeeleren. Bij groengebieden die verder van veel woongebieden afliggen, zoals het Stadspark, ziet men ook graag voorzieningen als kranen en toiletten en eventueel parkeerplaatsen als men met de auto er naartoe komt.

...beplanting

De wensen ten aanzien van beplanting lopen uiteen. Vaak werd aangegeven dat men behoefte heeft aan bomen om onder te kunnen zitten en bloemen die meer kleur geven, ook in de winter. Verschillende malen werd ook aangegeven dat men fruitbomen zou willen zien. De meerderheid geeft ook duidelijk aan dat men dichte struikbeplanting en te hoge bomen niet waardeert omdat deze de openheid en dus veiligheid van het gebied verminderen. Dit geldt zeker voor de binnentuin als meest gehoorde klacht. De binnentuin wordt ondanks zijn centrale ligging navenant weinig gebruikt. Deze kan in gebruikswaarde voor zowel moeders als kinderen aanzienlijk verbeteren als de openheid verbetert en zij beter verzorgd wordt. Vooral in hoogbouwwijken (zonder eigen tuin) met veel jonge kinderen kunnen dergelijke

verbeteringen een substantiële bijdrage leveren aan de leefkwaliteit voor deze groepen.

Onderhoud, toezicht, overzichtelijkheid en veiligheid

Het verbeteren van onderhoud en toezicht van de parken is ook een steeds terugkerende wens. Van belang is dat er voor wordt gezorgd dat vervuiling en verrommeling van de parken wordt tegengegaan.

Ook moet veiligheid worden verbeterd door het tegengaan van gebruik van gebieden door junks, zwervers en hangjongeren, vooral door de openheid en overzichtelijkheid en daarmee mogelijkheid van toezicht te verbeteren.

Van belang is tevens dat ouders hun spelende kinderen in de gaten kunnen houden. Zij hebben behoefte aan bankjes bij de speelvoorzieningen. Tot slot wordt door de moeders ook vaak aangedragen dat de omgeving van een park ook veiliger moet worden in de zin van een kindvriendelijke omgeving waarbij open water en verkeer geen risico opleveren. Met het oog op de gracht die ontwikkeld wordt tussen de stadstuinen en het Botteskerkpark een duidelijk punt van aandacht.

Combineren van aanpassingen en wensen

De wensen van de bewonersgroepen verschillen, maar overlappen ook gedeeltelijk. Voor aanpassing in inrichting en ontwerp zouden de uiteenlopende wensen van de verschillende gebruikersgroepen echter niet een groot probleem hoeven te zijn aangezien de verschillende behoeftes voor aanpassing naast elkaar kunnen worden gerealiseerd. Zo kan het creëren van zitvoorzieningen goed samengaan met het creëren van speel- en sportvoorzieningen en kan openheid via aanleggen van meer gras tegelijkertijd de behoefte aan speel- en sportruimte vergroten. De behoefte aan meer kleur via bloemen is ook te realiseren, hoewel moeders vaak wel aangeven dat kinderen geneigd zijn bloemen te plukken. Bloemenperken zouden dan ook wat verder weg van speelvoorzieningen moeten worden gerealiseerd. Om verschillende gebruikersgroepen zoveel mogelijk te bedienen is het bijvoorbeeld ook gewenst om zitplekken voor ouderen meer in de buurt van kijkgroen te maken en zitplekken voor ouders in de buurt van de speelvoorzieningen. Ook moet er een onderscheid worden aangebracht in gras dat kan worden gebruikt om te sporten en gras om op te zitten en te picknicken.