• No results found

In dit hoofdstuk is relevante literatuur behandeld op het gebied van ketens. Allereerst is het

begrip ketens gedefinieerd en is uitgelegd welke motieven er voor ketenvorming zijn.

Dit is gedaan met het oog op het begrijpen van de aansturing en coördinatie van de

inburgeringsketen die in het volgende hoofdstuk wordt behandeld en op de ontwikkeling

waarbij de gemeenten hun regiefunctie verliezen in het nieuwe stelsel. Voorts is ook een

veranderformule voor ketens losgelaten: er zijn een aantal factoren aangeduid die samen

moeten leiden tot een zo gering mogelijke weerstand tegen een verandering in een keten. Het

antwoord op de onderzoeksvraag wat wordt er onder ketens en ketenmanagement verstaan en

van welke factoren is (goed) ketenmanagement afhankelijk? is als volgt: een keten is een

groep van zelfstandige organisaties die samenwerken om een bepaald maatschappelijk

product of dienst te vervaardigen. Elke organisatie heeft een eigen taak en daarmee een

aandeel heeft in het totale (productie)proces. Ketenmanagement is de integrale besturing van

de schakels in een keten van taken, verantwoordelijkheden, bevoegdheden en rollen van een

verzameling afzonderlijke organisaties.

De veronderstelling van dit onderzoek is dat er (grote) wijzigingen ontstaan in de

inburgeringsketen als gevolg van veranderingen in de regelgeving. In hoofdstuk 4 en 5 wordt

aan de hand van de afgenomen interviews met betrokkenen getoetst of deze veronderstelling

juist is. Voorts zal worden gekeken of de concepten uit de theorie over ketensamenwerking

terug te zien zijn in de empirische onderzoeksresultaten, vergaard door de interviews. De

concepten uit het theoretische kader die in de hoofdstukken 4 en 5 (hier wordt het

praktijkonderzoek beschreven) geanalyseerd worden zijn: ketenvorming (macht en

vertrouwen), ketenregie (ketenregisseur), factoren die ketensamenwerking bevorderen en

belemmeren en veranderingen binnen ketens (de veranderformule). Deze concepten zijn

geselecteerd met de bedoeling om adequate antwoorden te geven op de gestelde

onderzoeksvragen.

De in deze scriptie gebruikte literatuur geeft vanuit verschillende invalshoeken een beeld van

ketens. De gehouden interviews verschaffen speciek inzicht in de inburgeringsketen. Leidraad

voor de analyse zijn de onderzoeksvragen. De interviews en de analyse vormen de inhoud van

de hoofdstukken 4 en 5. Er is gekozen voor het houden van interviews met gemeentelijke

beleidsmedewerkers, taaldocenten, maatschappelijke medewerkers en reïntegratiecoaches die

bekend zijn met de inburgeringsketen. Zij vertellen ieder vanuit hun eigen invalshoek hoe zij

aankijken tegen de sturing en samenwerking in de inburgeringsketen; zij spreken allen vanuit

praktijkervaringen. Hierop volgt de analyse. In dit deel van het onderzoek worden de

Het gevolg hiervan is dat het een samenhangend beeld oplevert waarmee antwoorden kunnen

worden gegeven op de onderzoeksvragen. De vanuit de literatuur aangedragen concepten

zoals ketenvorming, ketenregie, factoren bij ketensamenwerking en ketenveranderingen

worden herkend door de geïnterviewde partijen.

Voor deze scriptie is een explorerend onderzoek gedaan waarbij gebruik is gemaakt van

literatuuronderzoek en interviews. Op deze manier kan goed inzicht verkregen worden vanuit

de theorie en praktijk in de regie en samenwerking in inburgeringsketen, zowel in de oude als

in de nieuwe situatie. Het onderzoeksdoel van deze scriptie is dus gericht op het vergaren van

meer kennis en inzichten zodat ketens in het publieke domein hier hun voordeel mee kunnen

doen.

4 Inburgeringsketen Hengelo

In dit hoofdstuk worden de resultaten aangeboden van een aantal interviews, welke gehouden

zijn met relevante personen die werkzaam zijn bij organisaties die betrokken zijn bij de

inburgering in de gemeente Hengelo. Deze personen kunnen vanuit hun specifieke functie iets

zeggen over de sturing en samenwerking in de inburgeringsketen. De personen acteren zowel

op bestuurlijk als op uitvoerend niveau. Er is gekozen voor bestuurlijk niveau, aangezien hier

de basis ligt voor de samenwerking in de vorm van afspraken en overleg en er is gekozen

voor uitvoerend niveau, omdat het interessant is om kennis te nemen hoe de samenwerking in

de praktijk verloopt. In de eerste paragraaf wordt de Hengelose keten beschreven.

Achtereenvolgens wordt uitgelegd hoe de samenwerking in de praktijk in zijn werk gaat, wat

de verschillende werkprocessen zijn van de afzonderlijke ketenorganisaties en waar die

organisaties zich bevinden in de keten. In paragrafen 4.2 en 4.3 komen de visies van de

ketenpartners die zij ten aanzien van de samenwerking hebben aan de orde, als mede de

factoren die volgens de organisaties hebben bijgedragen aan het verloop van de

samenwerking. Tenslotte wordt vooruit gekeken naar de vermoedelijke gevolgen van de

invoering van het nieuwe inburgeringsstelsel voor de samenwerking in de keten en wordt er

een conclusie van dit hoofdstuk gegeven.

Het praktijkonderzoek is in deze scriptie opgezet aan de hand van interviews met

ketenpartners in de gemeenten Hengelo en Enschede. Deze interviews geven inzicht in de

verschillende beelden die partijen kunnen hebben ten aanzien het functioneren van de

samenwerking in de inburgeringsketen. De tweede, derde en de vierde onderzoeksvraag

worden in dit hoofdstuk en het volgende hoofdstuk beantwoord waar de analyse

wordtgegeven van de keten in de gemeente Enschede. In de conclusies van deze twee

hoofdstukken worden de antwoorden van deze onderzoeksvragen in een samenvatting

beknopt weergegeven.