• No results found

kanttekening bij de bevindingen van de geïncludeerde studies, die wij hier ook plaatsen om herhalingen te voorkomen, is dat de meeste studies op zeer kleine schaal zijn uitgevoerd,

3.4 Conclusie procesevaluatie

In deze paragraaf worden per onderzoeksvraag de belangrijkste bevindingen gerapporteerd. De hoofdvraag was: in hoeverre wordt de training Mentale Kracht consistent en volgens plan uitgevoerd? Voor de beantwoording van deze vraag is het noodzakelijk de uitvoering van de training, motivatie en draagvlak en de implementatie, inclusief knel- en verbeterpunten te onderzoeken. De basis voor beantwoording van de onderzoeksvragen is grotendeels in voorgaande paragrafen gelegd. In paragraaf 3.4.1 worden de onderzoeksvragen en de antwoorden daarop behandeld. In paragraaf 3.4.2 wordt tenslotte de conclusie van het onderzoek uiteengezet.

3.4.1 Beantwoording van de onderzoeksvragen

Onderzoeksvraag 1: In hoeverre wordt de training uitgevoerd zoals beschreven in de

trainingshandsleiding / het protocol?

De training MK wordt consistent en volgens plan uitgevoerd. Uit de trainingsobservaties en interviews met trainers blijkt dat alle geprotocolleerde onderdelen van de training (de vaardigheden uit de ‘mentale toolbox’) gestructureerd en volledig behandeld worden door de trainers.

102

Onderzoeksvraag 2: Verloopt de uitvoering van de training volgens de gewenste planning? De uitvoering loopt volgens planning. Op dit moment hebben 15000 politiemedewerkers

de training MK doorlopen22. Gemiddeld genomen vinden er 20 trainingen per week plaats, hoewel drukke perioden zich soms afwisselen met relatief rustige perioden. Gestreefd wordt

naar een groepsgrootte van gemiddeld 16 deelnemers, inclusief leidinggevende. Uit de

observaties en interviews komt echter naar voren dat de grootte van de groepen kan variëren, van ongeveer 8 tot 22 deelnemers.

Onderzoeksvraag 3: In hoeverre richt de training zich op de juiste doelgroep? In hoeverre wordt

rekening gehouden met inclusie- en exclusiecriteria?

De training is in eerste instantie ontwikkeld voor alle executieve medewerkers (belast met de uitvoering van de initiële politietaak, waaronder handhaving en noodhulp) en lijnchefs van de Nationale Politie. Doordat deelname geschiedt op basis van vrijwilligheid van de desbetreffende politie-eenheid, blijken in de praktijk de groepen soms te bestaan uit een combinatie van zowel executieve als niet-executieve politiemedewerkers (belast met ondersteunende taken, waaronder administratie en beleid) die samen werkzaam zijn op een bepaalde afdeling.

Er worden door de Politieacademie geen in- en exclusiecriteria gehanteerd voor deelname aan de training, deze zijn afhankelijk van de betreffende politie-eenheid en de leidinggevende.

Politiemedewerkers met psychische klachten, waaronder symptomen van (posttraumatische) stress, burn-out, angst en depressie, worden dus niet bij voorbaat geëxcludeerd van deelname.

Onderzoeksvraag 4: Wat zijn de randvoorwaarden waaronder de training wordt uitgevoerd? De randvoorwaarden waaronder de trainingen MK worden uitgevoerd zijn in orde. Omdat de training MK bestaat uit een combinatie van toepasbare theorie en praktische oefeningen, is er gezocht naar accommodaties waar de gelegenheid bestaat om ‘binnen’ de theorie te bespreken en ‘buiten’ te experimenteren met praktische oefeningen en scenario’s. De Politieacademie beschikt over meerdere accommodaties die hiervoor uitermate geschikt zijn. Wel geven de trainers de voorkeur aan locaties waar standaard aparte ruimtes zijn ingeruimd voor de training MK. Op deze locaties zijn altijd de juiste materialen voorhanden, zoals een computer en whiteboard voor de

103 presentatie en verschillende hulpmiddelen (zoals dummy vuurwapens) voor de praktische

toepassingsoefeningen.

Onderzoeksvraag 5: Is er samenwerking met partners? Zo ja, met wie, en hoe verloopt dit?

De samenwerking tussen de trainers verloopt goed en de trainers vinden het plezierig om in duo’s te werken. Het werken in tweetallen stelt hen in staat om tijdens de training deelnemers apart te nemen of op te vangen, voorbereidingen te treffen voor verschillende onderdelen van het

programma, en de groep in tweeën te splitsen bij oefeningen. Een vaak gehoord punt van zorg betreft de onervarenheid van sommige trainers. Doordat het aantal trainingen het afgelopen jaar enorm is uitgebreid, komt het steeds vaker voor dat onervaren trainers bij elkaar worden gezet. Deze relatief onervaren trainers zouden gebaat zijn bij meer begeleiding.

Uit de interviews komt naar voren dat de samenwerking tussen de trainers MK en de externe specialisten op enkele punten wat moeizamer lijkt te verlopen. Voor een deel hangt dit samen met de relatief veel trainingstijd die externe specialisten krijgen toebedeeld en het feit dat de vergoeding voor de politietrainers en de externe specialisten niet op één lijn ligt. Uit de observaties komt enkel een constructieve samenwerking naar voren.

Onderzoeksvraag 6: Zijn trainers en deelnemers tevreden over de training Mentale Kracht? Het draagvlak onder de trainers MK is groot. De trainers zijn zeer enthousiast over de opzet en inhoud van de training. Ook de deelnemers lijken over het algemeen redelijk gemotiveerd om deel te nemen aan de training. Echter, enkele individuele deelnemers of teams hebben bij de start van de eerste trainingsdag weerstand tegen de training. De leidinggevende en de eenheid lijken bepalend te zijn voor de motivatie van het team en voor het draagvlak. Weerstand in de groep wordt in de meeste gevallen kleiner gedurende het verloop van de training.

Onderzoeksvraag 7: Welke aanknopingspunten zijn er om de landelijke uitrol van Mentale

Kracht te ondersteunen?

De landelijke uitrol van de training MK was op het moment dat deze procesevaluatie werd uitgevoerd een feit. De landelijke uitrol van de training MK verloopt snel, wellicht

iets té snel: hoewel de ontwerpers en de trainers tot op heden tevreden zijn over het ‘product’ Mentale Kracht, maken zij zich tevens zorgen over de kwaliteit van de training die wellicht onder druk komt te staan wegens de grootschalige aanpak. Trainers benadrukken dat de organisatie moet waken voor kwaliteitsverlies en wellicht gas terug moet nemen om de kwaliteit van de training te blijven waarborgen. Dit zou volgens de trainers gerealiseerd moeten worden door aandacht te

104

blijven besteden aan het inzetten van goed opgeleide trainers, die de tijd krijgen om te groeien en zich het vak eigen te maken.

Onderzoeksvraag 8: Zijn er knelpunten die de uitrol bemoeilijken? En zo ja, zijn er oplossingen? De belangrijkste aandachtspunten voor de verdere uitrol van de training betreffen het continueren van kwaliteitswaarborging (in het bijzonder de inzet van goed opgeleide trainers) en aandacht voor borging van de mentale vaardigheden in de politiepraktijk. Hier wordt door de ontwerpers van de training op geanticipeerd. Zowel in de initiële training als in de jaarlijkse integrale

beroepstrainingen wordt inmiddels aandacht geschonken aan (versterking van de) mentale vaardigheden.

3.4.2 Conclusie

Uit de procesevaluatie komt naar voren dat de uitvoering van de training MK consistent en volgens plan wordt uitgevoerd. Uit de trainingsobservaties en interviews met trainers blijkt dat alle

geprotocolleerde onderdelen van de training (de vaardigheden uit de ‘mentale toolbox’) gestructureerd en volledig behandeld worden door de trainers.

Verder is het draagvlak onder de trainers MK groot. De trainers zijn zeer enthousiast over de opzet en inhoud van de training. Ook de deelnemers lijken over het algemeen redelijk

gemotiveerd om deel te nemen aan de training. Echter, enkele individuele deelnemers of teams hebben bij de start van de eerste trainingsdag weerstand tegen de training. De leidinggevende en de eenheid lijken bepalend te zijn voor de motivatie van het team en voor het draagvlak. Weerstand in de groep wordt in de meeste gevallen kleiner gedurende het verloop van de training.

De belangrijkste aandachtspunten voor de verdere uitrol van de training betreffen het continueren van kwaliteitswaarborging (in het bijzonder de inzet van goed opgeleide trainers) en aandacht voor borging van de mentale vaardigheden in de politiepraktijk.

107

4 Productevaluatie

4.1 Inleiding

Dit hoofdstuk gaat in zijn geheel over de productevaluatie. Het probeert antwoord te geven op de volgende vragen 1.) Zijn politiemedewerkers na het volgen van de cursus beter bestand tegen de

mentale druk die gepaard gaat met politiewerk? en 2.) In hoeverre richt de training zich op de juiste doelgroep? Welke kenmerken van deelnemers hangen samen met nut en succes van de training MK?

Dit hoofdstuk is als volgt opgebouwd. Eerst wordt toegelicht op welke wijze de

respondenten voor dit onderzoek zijn benaderd en de responspercentages bij de drie uitgevoerde metingen, namelijk de voormeting, eerste en tweede nameting. Aanvullend worden de vragenlijsten bij de voormeting en tweede nametingen beschreven, en in het bijzonder de gebruikte

gestandaardiseerde vragenlijsten in dit onderzoek. Aansluitend worden de non-respons en de kenmerken van de deelnemers beschreven waarvan de gegevens zijn gebruikt voor de analyse van de resultaten van de training. Daaropvolgend komen de resultaten van de analyses van de effecten van de training MK, waarbij eerst de gebruikte statistische analyses worden beschreven. Tot slot worden de conclusies beschreven.