• No results found

Conclusie deelonderzoek

In document Participeren moet je organiseren (pagina 63-66)

6. Deelonderzoek 3: Locaties ’t Roer & Appingedam

6.12 Conclusie deelonderzoek

Uit dit onderzoek blijkt dat de kwaliteit van leven van de cliënten die wonen op de locaties in Appingedam en ’t Roer in Groningen positief gekwalificeerd wordt. De cliënten maken een gelukkige en tevreden indruk. De keuzevrijheid in dagbesteding/ vrijetijdsbesteding en het eigen appartement worden als plezierig ervaren, wat bijdraagt aan kwaliteit van leven. Het hebben van een eigen appartement biedt meer privacy, maar er worden ook nadelen benoemd. In sommige gevallen wordt het eigen appartement ook als beperkend ervaren, omdat de cliënt meer alleen is en minder aanspraak heeft. Het leidt daardoor ook tot eenzaamheid voor enkele cliënten. Tevens wordt de hoogbouw als beperkend ervaren, omdat de cliënt niet meer zelfstandig naar buiten of beneden kan.

Uit het onderzoek komt tevens naar voren dat de cliënt keuzevrijheid heeft in dagbesteding, vrijetijdsbesteding en om gebruik te maken van de gezamenlijke ruimte dan wel zich terug te trekken in het eigen appartement. Zowel de interne als de externe dagbesteding en

vrijetijdsbesteding worden geboden door De Zijlen. De sociale contacten zijn gering maar de contacten die er zijn worden als prettig ervaren en hebben geen negatieve invloed op de kwaliteit van leven. De sociale contacten van de cliënten bestaan vooral uit contacten met familie, begeleiders, vrijwilligers en medecliënten. Er worden verschillende factoren genoemd die een belemmerende werking kunnen hebben bij het aangaan van sociale

contacten. Deze hebben veelal te maken met het (grensoverschrijdend) gedrag van de cliënt. Hierbij kan de nabijheid van medewerkers een gevoel van rust en veiligheid geven aan de cliënt, dit draagt ook bij aan het bevorderen van deelname aan reguliere voorzieningen. Op het instellingsterrein werd meer bewegingsvrijheid ervaren ten opzichte van de huidige woonlocatie in de wijk. Het onbekend zijn met verkeersregels en geen inzicht hebben in verkeerssituaties, maakt dat er nu sprake is van minder bewegingsvrijheid. De

bewegingsvrijheid binnen de woonlocatie wordt overigens wel als positief ervaren en

58

Alle cliënten participeren door gebruik te maken van winkels en door deel te nemen aan activiteiten/festiviteiten die georganiseerd worden in de wijk. Enkele cliënten participeren met ondersteuning van een vrijwilliger door gebruik te maken van reguliere voorzieningen. Bij participatie in de wijk zijn de cliënten afhankelijk van ondersteuning. De hoge leeftijd van cliënten (drie cliënten ouder dan 78 jaar) met een ernstige verstandelijke beperking maakt dat integratie in de wijk moeizaam verloopt. Cliënten moeten hierin gestimuleerd en geactiveerd worden door de begeleiding. Alle cliënten zijn tevens afhankelijk van

ondersteuning in verband met verkeersveiligheid. Er is echter niet altijd voldoende tijd om de cliënt te ondersteunen bij activiteiten in de wijk. De resultaten van het dossieronderzoek en de interviews komen met elkaar overeen.

59

7. Interviews met cliënten

7.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt met behulp van citaten van de cliënten zelf een beeld gegeven van de interviews met cliënten. Er zijn bij de drie deelonderzoeken vijftien cliënten betrokken geweest, hiervan zijn vijf cliënten benaderd voor een interview. Van de vijf cliënten die geselecteerd werden voor het interview, bleek één cliënt als gevolg van toenemende dementie niet in staat om de vragen te begrijpen en te beantwoorden. Dit interview is verder buiten beschouwing gelaten in de uitwerking. De overige tien cliënten zijn, na overleg met de begeleiders en wettelijk vertegenwoordigers, niet benaderd voor een interview. Bij deze cliënten werd ingeschat dat het afnemen van een interview te belastend zou zijn voor de cliënt of onvoldoende informatie zou opleveren.

7.2 Respondenten

Bij de interviews met de cliënten is gebruik gemaakt van een semigestructureerde vragenlijst en pictogrammen. De manier van vragen stellen is steeds afgestemd op het taalbegrip van de cliënt. Hierdoor was het bij alle interviews noodzakelijk om gesloten vragen te stellen. De interviews zijn opgenomen op film, daarna gecodeerd en ondergebracht onder de

verschillende domeinen die onderzocht zijn.

In tabel 4 staan de belangrijkste gegevens van de cliënten en de bijkomende problematiek. Vervolgens staan de antwoorden van de cliënten per participatiedomein uitgeschreven. Een overzicht van alle resultaten is weergegeven in bijlage 5. De leeftijd van de cliënten die geïnterviewd zijn varieert van 40 tot 89 jaar. Eén cliënt heeft een ernstige verstandelijke beperking, drie cliënten hebben een matige beperking en één cliënt heeft een lichte verstandelijke beperking.

Greetje weet niet meer precies wanneer ze op Groot Bronswijk is komen wonen. Omdat ze epileptische aanvallen had is ze op dertienjarige leeftijd uit huis gegaan. Greetje heeft verschillende werkzaamheden gedaan op het instellingsterrein, zoals wasknijpers op papiertjes doen, kartonnen dozen vouwen en boontjes pellen. Greetje heeft goede herinneringen aan Groot Bronswijk. Ze gingen vaak met z’n allen op het pleintje zitten, met een muziekje aan en als het sneeuwde maakten ze een sneeuwpop. Minder leuk was het douchen, je stond er met z’n allen in een rij te wachten totdat je aan de beurt was. Greetje heeft nog nooit zo’n mooie eigen douche en keuken gehad als nu in Appingedam.

60

Tabel 4: Overzicht cliënten die geïnterviewd zijn:

Naam Leeftijd Niveau functioneren Geslacht Opmerkingen

Cliënt 1 58 Ernstige verstandelijke beperking Man

In document Participeren moet je organiseren (pagina 63-66)