• No results found

Bijlage E Reglement Interpretatiecommissie cao

In document Inhoudsopgave cao Sanquin (pagina 74-77)

Artikel 1 Taak

De Interpretatiecommissie heeft tot taak het uitleggen van artikelen van de cao tegen de achtergrond van de gevoerde onderhandelingen en de daarbij gebleken bedoeling van partijen.

Artikel 2 Samenstelling

1. De Interpretatiecommissie bestaat uit vier leden en een gelijk aantal plaatsvervangende leden.

2. De ene helft van de leden en de plaatsvervangende leden van de Interpretatiecommissie worden benoemd door partij ter ene zijde en de andere helft door partij ter andere zijde.

Artikel 3 Bevoegdheid

1. De Interpretatiecommissie neemt kennis van alle zaken die haar terzake van nadere uitleg van de cao door één van de partijen schriftelijk worden voorgelegd en doet hierover uitspraak.

2. De vergadering is gerechtigd tot het vaststellen van uitspraken, mits de gewone meerderheid van de leden aanwezig is.

3. Indien blijkt dat de Interpretatiecommissie niet tot een uitspraak kan komen, verwijst zij de zaak naar partijen bij deze cao teneinde aldaar een voorziening te vragen.

Artikel 4 Werkwijze

1. De in artikel 2 van dit reglement genoemde partijen wijzen beiden uit hun midden een voorzitter aan.

De vergadering wordt geleid door de voorzitter van de andere partij dan de partij die de vraag heeft voorgelegd.

2. Bij ontstentenis van de voorzitter aangewezen door de ene partij treedt de voorzitter aangewezendoor de andere partij als zijn plaatsvervanger op.

3. De voorzitter wordt voor de duur van de cao benoemd.

4. Het secretariaat van de commissie wordt vervuld door één persoon, aangewezen door Sanquin.

Artikel 5 Vergaderfrequentie

De Interpretatiecommissie vergadert zo dikwijls als beide voorzitters of vier leden dit vorderen en dient binnen veertien dagen daarna te worden gehouden.

Artikel 6 Termijnen

1. De oproepingen voor de vergaderingen worden met de agenda tenminste zeven dagen, zon- en feestdagen niet meegerekend, tevoren aan de leden verzonden.

2. In spoedeisende gevallen, zulks ter beoordeling van de beide voorzitters, kan de in lid 1 genoemde termijn worden bekort.

Artikel 7 Uitspraak interpretatiecommissie

1. De Interpretatiecommissie doet uitspraak zo spoedig mogelijk na kennisneming van de aan haar voorgelegde zaak, doch uiterlijk binnen drie maanden, tenzij artikel 7 lid 2 van toepassing is.

2. De Interpretatiecommissie is bevoegd deskundigen op te roepen of te horen.

3. De uitspraken van de Interpretatiecommissie kunnen, met inachtneming van de vertrouwelijkheid ten aanzien van persoon en werkgever, worden gepubliceerd.

4. Uitspraken van de interpretatiecommissie worden betrokken bij de vaststelling van de eerstvolgende cao.

Toelichting

Met betrekking tot de rechtskracht van de uitspraken van de Interpretatiecommissie zijn cao-partijen van oordeel dat, zoals een lid van een van die partijen gehouden is de cao na te komen, op gelijke wijze de

verplichting bestaat de uitspraken van deze door diezelfde partijen ingestelde commissie na te komen. Het gaat immers om de uitleg die partijen aan bepalingen van de cao geven.

75

Bijlage F Protocol aanbevelingen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden en ter bestrijding van arbeidsverzuim, arbeidsongeschiktheid en werkdruk

Cao-partijen stellen vast dat:

- goede arbeidsomstandigheden bijdragen aan de vermindering van gezondheidsschade, arbeidsverzuim en arbeidsongeschiktheid alsmede aan een verbetering van de motivatie en productiviteit van werknemers;

- de regelgeving met betrekking tot arbeidsomstandigheden werkgevers verplicht algemeen zorg te dragen voor de veiligheid, gezondheid en welzijn van werknemers;

- de werknemer een eigen verantwoordelijkheid draagt terzake de eigen gezondheid;

- op grond van de arbeidsomstandighedenwet verplichtingen zijn neergelegd bij zowel de werkgever, de werknemer als bij de deskundige diensten;

- de aandacht voor arbeidsomstandigheden in zijn algemeenheid verdere versterking behoeft;

- het arbeidsverzuim en de uitstroom naar de WIA verminderd kan worden;

- reductie van beheersbaar arbeidsverzuim de continuïteit van de dienstverlening versterkt en kan bijdragen aan een verbetering van het imago;

- dat aan het systematisch verbeteren van de arbeidsomstandigheden blijvend en consequent gewerkt dient te worden;

- goede samenwerking en structureel overleg tussen werkgever en (centrale) ondernemingsraad van belang is voor het terugdringen van arbeidsverzuim, arbeidsongeschiktheid en werkdruk;

- het beleid gericht op arbeidsverzuim, arbeidsongeschiktheid en werkdruk raakt aan het totale ondernemingsbeleid.

Algemeen

De Arbowet legt verplichtingen op aan werkgevers en aan werknemers. Voorts zijn er voorschriften voor samenwerking en overleg tussen werkgevers en werknemers en deskundige diensten. Cao-partijen formuleren in deze bijlage uitgangspunten en doen aanbevelingen om de samenwerking tussen werkgever, (centrale) ondernemingsraad en deskundigen te bevorderen.

Uitgangspunten en aanbevelingen

1. De Risico-inventarisatie en -evaluatie (RIE) is een belangrijk aspect van het arbobeleid. Een systematisch uitgevoerde RIE is noodzakelijk evenals een daarbij behorend plan van aanpak.

2. Bijzondere aandacht in de RIE krijgt de aanpak van werkdruk, agressie, fysieke belasting en geweld.

3. Belangrijk is dat de werkgever eerst zijn eigen arbobeleid vaststelt en op basis daarvan doelstellingen formuleert. Tevens zal binnen de organisatie, in lijn van de gewijzigde Arbowet, een

preventiemedewerker worden aangewezen. Vervolgens kan worden bezien welke deskundigheid – intern en extern- daarbij wordt ingeschakeld. Dit geeft mogelijkheden om het arbobeleid beter te laten aansluiten op het organisatiebeleid.

4. In het kader van het arbobeleid is het wenselijk te kunnen beschikken over:

- een instrument voor verzuimmonitoring;

- een arbeidsgezondheidskundig spreekuur;

- periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek;

- werkplekonderzoek;

- instrumenten voor werkdrukmeting;

- methoden voor werklastbeheersing;

- ziek- en herstelmeldingsprocedure;

- een re-integratiebeleid;

- een arbojaarplan;

- een arbocoördinator.

5. Onderdeel van het verzuimbeleid is de kwantitatieve vaststelling van de omvang van het verzuim op de diverse niveaus van de organisatie. Overschrijding van deze normen moet in de visie van partijen tot extra beleid leiden.

6. Werkgever en (centrale) ondernemingsraad komen overeen welke maatregelen worden genomen indien de kwantitatieve omvang van het verzuim hoger ligt dan de in overleg tussen werkgever en (centrale) ondernemingsraad gestelde doelen.

76 7. De werkgever draagt zorg voor een adequate opvang van werknemers die een traumatische ervaring

hebben gehad, die verband houdt met de uitoefening van de functie. De werkgever ontwerpt daartoe een regeling in overleg met de centrale ondernemingsraad.

77

In document Inhoudsopgave cao Sanquin (pagina 74-77)