BIJLAGE
Situatieschets
In de Pettemerduinen ligt het onderzoeks- en bedrijfsterrein Petten waar verschillende organisaties actief zijn. In de noordelijke deel van het terrein is het Gemeenschappelijke Centrum voor Onderzoek/ Joint Research Center (GCO of JRC) een onderdeel van het Europese Commissie gevestigd (eigen terrein). Op het zuidelijke deel (ECN terrein) is het Energieonderzoekscentrum Nederland (ECN), de Nuclear Research and consultancy Group (NRG) en het bedrijf Mallinck-rodt Medical gevestigd . De onderzoeks- en bedrijfsterrein Petten omvat ongeveer 80 hectare. In figuur 1 is de situatie op de onderzoekslocatie weergegeven.
Het onderzoekscentrum ligt grotendeels buiten het habitatrichtlijn gebied Pettemerduinen. Het onbebouwde noordelijke deel van het JRC terrein ligt echter binnen de begrenzing van het Natura 2000-gebied en bevat ook kwalificerend habitat.
Specifiek voor deze locatie is de aanwezigheid van een nucleaire reactor, een van de drie nucleaire reactoren in Nederland. Veel van het onderzoek en de bedrijvigheid die op deze locatie plaatsvindt heeft dan ook een link met nucleaire technologieën op het gebied van energievoorziening en gezondheidszorg. Het onderzoek en de bedrijvigheid die op het gebied van energie plaatsvindt betreft echter zowel nucleaire als niet nucleaire energievormen.
Conform de historische verplichtingen uit een verdrag van 1962 tussen Nederland en de EU zal de High Flux Reactor in de toekomst worden ontmanteld. Alle benodigde vergunningsprocedures (inclusief een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet) zullen daarvoor worden doorlopen.
Gebruik buiten de begrenzing van het Natura 2000-gebied
Buiten de begrenzing van het Natura 2000-gebied zijn op het onderzoeks- en bedrijfsterrein aanwezig: • wegen
• parkeerplaatsen • kantoren • laboratoria
• nucleaire installaties (de Hoge Flux Reactor (HFR), Lage Flux Reactor (LFR), Hot Cell Laboratoria (HCL), Decontamination & Waste Treatment Faciliteit (DWT), Waste Storage Faciliteit (WSF),
STEK hal (STEK), Jaap Goedkoop Laboratorium (JGL))(ministerie van EL&I, 2012) • opslagfaciliteiten
• een infiltratievijvers voor drainagewater Op de locatie werken ongeveer 1.300 mensen.
In tabel 5.1 van bijlage 5.2 zijn de mogelijke relaties tussen de Natura2000-doelsoorten c.q. habitats en effecttypen weergegeven. Habitatvernietiging/fysieke verstoring is geen relevant effect in relatie tot de activiteiten die plaatsvinden buiten het Natura 2000-gebied. De relevante mogelijk verstorende effecten zijn daarmee verzuring/vermesting/verontreiniging, verzoeting/verzilting, verdroging/vernatting. Verder kan verstoring door licht, geluid en beweging plaatsvinden van de vogelsoorten waarvoor het Zwanenwater is aangewezen, voor zover de effectafstand niet te groot is.
Er vinden geen activiteiten plaats op het onderzoeks- en bedrijfsterrein die leiden tot verzoeting/ verzilting. De effecten vermesting en verzuring door stikstofdepositie als gevolg van bestaand gebruik worden niet in de beoordeling opgenomen, omdat deze via de PAS in het beheerplan worden betrokken. Vernatting is evenmin een relevant effect van het gebruik van de locatie. De mogelijk relevante
effecttypen in relatie tot het gebruik van de onderzoekslocatie zijn daarmee verontreiniging, verdroging en verstoring van vogels door licht, geluid en beweging.
Met betrekking tot de nucleaire activiteiten geldt het volgende: alle nucleaire activiteiten vallen onder de Kernenergiewet (ministerie van EL&I, 2012). In Nederland is de Minister van Economische Zaken (EZ) het bevoegde gezag voor de uitvoering van de Kernenergiewet. Het ministerie van EZ is verantwoordelijk voor de wet- en regelgeving, beleid en vergunningverlening wat betreft nucleaire veiligheid, radioactief afval en transport, en de toepassing van radioactieve stoffen. Alle nucleaire installaties in Nederland waarin met splijtstof wordt gewerkt, inclusief de nucleaire installaties op de Onderzoekslocatie Petten, hebben een vergunning nodig van de Minister van EZ. Deze vergunning op grond van de kernenergiewet wordt verleend na een uitgebreide veiligheidsbeoordeling. De Kernfysische Dienst (KFD) is de nucleaire inspectiedienst die onder de algemene verantwoordelijkheid van de Minister van EZ voor de Kernenergiewet verantwoordelijk is voor het toezicht op en de beoordeling van de nucleaire installaties (inclusief de handhaving). Emissie/verontreiniging van radioactieve stoffen naar de omgeving kunnen dan ook worden uitgesloten en zijn in de beoordeling in bijlage 5.2 dan ook niet meegenomen.
Verder geldt met betrekking tot het effecttype verontreiniging dat de relevante activiteiten op het onderzoeks- en bedrijfsterrein Petten zijn vergund in het kader van de wet milieubeheer. Deze wet is erop gericht het milieu te beschermen en de emissie van verontreinigingen naar de omgeving te beperken. De emissie van verontreiniging van de onderzoekslocatie naar de omgeving wordt dan ook niet relevant geacht en wordt dan ook niet beoordeeld.
De emissies van ECN zijn beoordeeld in het kader van een NB-wetvergunning uit 2014 en er zijn voorwaarden aan verbonden in het kader van de aan ECN verleende Natuurbeschermingswet vergunning (286608/317990 d.d. 31-03-2014). De vergunning loopt af na de datum tot vaststelling van het tweede beheerplan voor het Natura 2000-gebied Zwanenwater en Pettemerduinen.
De relevante effecttypen die vanuit het onderzoeks- en bedrijfsterrein Petten spelen zijn verdroging en verdroging en verstoring door licht, geluid en beweging. Deze hangen samen met de aanwezigheid van bebouwing en verkeer en de onttrekking van grondwater. De beoordeling van deze effecttypen vanuit het onderzoeks- en bedrijfsterrein Petten op het omliggende gebied is beschreven in bijlage 5.2.
Gebruik binnen de begrenzing van het Natura 2000-gebied
Het noordoostelijk deel van het onderzoeks- en bedrijsterrein Petten is gelegen binnen de begrenzing van het Natura
2000-gebied. Dit deel is een deel van het JRC terrein. Het betreft duin-terrein met kwalificerend habitat. Een klein deel buiten het hek wordt beheerd door Staatbosbeheer. De beoordeling van het beheer vindt plaats onder de hoofdactiviteit ‘beheer, onderhoud en onderzoek’ in bijlage 5.2. Het terrein wordt daarnaast gebruikt als uitloopgebied voor het personeel van JRC tijdens de pauze. Dit kan worden gezien als regulier recreatief gebruik en wordt in bijlage 5.2 dan ook beoordeeld onder de hoofdactiviteit ‘recreatie’.
Bronnen: Ministerie van EL&I, 2012. Nationaal Rapport OLP. Over de stresstest van de nucleaire installaties van NRG op de Onderzoekslocatie Petten naar aanleiding van het kernongeval in Fukushima.
Figuur 1 | Situatie onderzoekslocatie Petten
Verklaring:
Het noordelijke deel van de Onderzoekslocatie Petten (gekleurde delen) behoort tot JRC, een onderdeel van de Europese Commissie. Het meest noordelijke deel van dit terrein is onbebouwd en aangewezen als Natura 2000-gebied. Het gaat hier om ongeveer 40% van het JRC-terrein en is op bijgevoegde kaart geel ingekleurd, het overige deel van het JRC-terrein is op deze kaart lichtblauw ingekleurd.