• No results found

Beschrijving Casestudies

In document Stedelijkheid op een organische manier (pagina 41-46)

Om het groeiend aantal bewoners in de Randstad te kunnen herbergen is in het Urgentieprogramma Randstad door het Rijk bepaald dat Almere in 2030 moet zijn gegroeid tot 350.000 inwoners. Hiervoor dient Almere 60.000 woningen te bouwen. Daarnaast is de woon-werk balans van Almere in het geding, hierdoor is het doel

1 2 4 3 5 6 7 8 9 10 12 13 11

42 dat er ook 100.000 nieuwe banen gecreëerd worden. Almere heeft besloten deels richting Amsterdam (Almere Poort) en deels naar het oosten (Oosterwold) uit te breiden.

De wijken in Almere poort beginnen inmiddels van de grond te komen. Één van die wijken is het Homeruskwartier. In het Homeruskwartier is ruimte vrijgehouden voor zelfbouw. De wijk zal uiteindelijk bestaan uit 3400 woningen, waarvan ruim 1000 beschikbaar zijn voor zelfbouw. In het Homeruskwartier kan individueel gebouwd worden (particulier opdrachtgeverschap), met anderen (bouwgroep) of samen met een zelfgekozen projectontwikkelaar (mede-opdrachtgeverschap). De verschillende vormen van particulier opdrachtgeverschap moet leiden tot afwisseling en diversiteit en een bijzonder karakter van de wijk. Wonen gecombineerd met werk is op veel plekken mogelijk en er zijn ook kavels waar winkeliers hun winkel kunnen bouwen.

In het Homeruskwartier is sprake van een beperkte vorm van organische groei. Dit wordt wel duidelijk wanneer naar de situatie in Almere Oosterwold gekeken wordt. Bij de bekendmaking van de ontwikkelstrategie voor Almere Oosterwold werd de wijk gepromoot onder de naam: Land-Goed voor initiatieven. Het is een gebied gelegen in de gemeenten Zeewolde en Almere en het beslaat 43 km2 waar ten minste 15.000 woningen kunnen komen. Daarnaast zouden er zo ongeveer 26.000 arbeidsplaatsen bij moeten komen. In tegenstelling tot het Homeruskwartier blijft in Oosterwold de zelforganisatie niet beperkt tot het bouwen van woningen en bedrijvigheid. Hier worden niet alleen de woningen aan particulieren overgelaten, maar de hele

woonomgeving. Initiatiefnemers bepalen de omvang, de vorm en de locatie van de kavel zelf. Geen functie wordt in eerste instantie tegengehouden en de vormgevende en architecturale mogelijkheden zijn groot. Daarentegen zijn er belangrijke ontwikkelingsvoorwaarden met betrekking tot wegen, groen, (stads)landbouw en energievoorzieningen. Dit alles schept een grote vrijheid voor de initiatiefnemers, maar ook andere verantwoordelijkheden. De overheid plaatst zich nog nadrukkelijker op afstand. De zeggenschap en de verantwoordelijkheid over de inrichting van het gebied komt te liggen bij de eindgebruikers. Tot op heden kennen wij in Nederland geen organische strategie die verder gaat. Het is een grote en radicale stap van de geplande stad naar een organische groeiende stad. Dit is ook duidelijk zichtbaar in de Intergemeentelijke Structuurvisie Oosterwold (2013). De ontwikkelstrategie is namelijk geen gedetailleerd uitbreidingsplan zoals dat tot op heden gebruikelijk was, maar meer een eenvoudig raamwerk en een set van spelregels waarbinnen veel vrijheid is voor het initiatief.

De twee cases binnen Almere zijn uitermate geschikt voor het onderzoek, juist omdat sprake is van uitersten binnen de ontwikkeling van organische gebiedsontwikkeling. Het Homeruskwartier, een meer stedelijke uitbreidingwijk met een beperkte ontwikkelingsvrijheid, tegenover Oosterwold, een meer landelijke wijk waar de vrijheid en verantwoordelijkheden voor initiatiefnemers op het eerste gezicht groter lijkt. Oftewel, in het Homeruskwartier lijkt nog sprake van een grotere top-down sturing dan in Almere Oosterwold. Ondanks dat de wijk Oosterwold meer landelijk wordt dan stedelijk, is de wijk zeker waardevol voor dit onderzoek. De

gemeente Almere, in samenwerking met de gemeente Zeewolde, hebben dan wel gezamenlijk andere kwaliteitsdoelen gesteld dan dat bij een meer stedelijke wijk tot uiting zal komen, het idee blijft hetzelfde. De gemeente streeft bepaalde doelen na en maakt vervolgens een afweging hoe die het best bereikt kunnen worden. Enerzijds door bepaalde elementen vrij te laten, en anderzijds door andere elementen meer te reguleren of zelf te ontwikkelen. Daarbij is het interessant om na te gaan in hoeverre en vooral hoe ze rekening gehouden hebben met de kwaliteit van het gebied op de lange termijn. Waarom hebben ze juist bepaalde zaken die essentieel kunnen zijn voor de kwaliteit van een wijk vrijgelaten aan de eindgebruikers en hoe garanderen ze daarmee een kwalitatief goede wijk in de toekomst? Maar de belangrijkste vraag is in hoeverre dezelfde strategieën ook bruikbaar zijn bij de ontwikkeling van meer stedelijke uitbreidingswijken?

Daartegenover staat het Homeruskwartier, een meer stedelijke wijk die al duidelijk in ontwikkeling is. Het resultaat is al beter te voorspellen en eerste conclusies zijn al te trekken. Zouden er achteraf andere

beslissingen genomen zijn? Is de huidige kaderstelling een succes of had er bijvoorbeeld meer vrijheid aan het initiatief gegeven moeten worden?

43

Afbeelding 1: Homeruskwartier in Structuurvisie Almere 2.0 (Gemeente Almere, 2009)

Plan Homeruskwartier

Ontwerper Gemeente Almere en OMA

Rotterdam

Programma Oost en West: 700 – 1.200 woningen particulier opdrachtgeverschap

400 – 600 woningen collectief

particulier opdrachtgeverschap

1.200 tot 2.000 woningen

mede-opdrachtgeverschap

7.800 m2voorzieningen, detailhandel, dienstverlening Programma Centrum ±325 woningen

12.000 m2winkels en voorzieningen

Periode: Fase 1 = west (februari 2008) Fase 2 = oost (mei 2009) + IbbA (augustus 2009)

Fase 3 = centrum (2010-2020)

Tabel 3: Kenmerken Homeruskwartier (Gemeente Almere, 2010)

Afbeelding 2: Oosterwold in Structuurvisie Almere 2.0 (Gemeente Almere, 2009)

Plan: Oosterwold

Ontwerper Gemeente Almere en MVRDV

Programma: ±17.000 woningen

26.000 arbeidsplaatsen

Periode 2014 - 2030

45

4

De organische

werkwijze van Almere

Hoofdstuk vier vormt de empirische uitwerking van het onderzoek. Dit hoofdstuk zal ingaan op de vierde deelvraag:

hoe is er bij bestaande organische nieuwbouwontwikkelingen (Almere) nagedacht over kwaliteit van de wijk en tot welke balans in top-down en bottom-up verantwoordelijkheden heeft dit geleid?

Aan de hand van twee cases, Almere Homeruskwartier en Almere Oosterwold, is onderzocht of en in hoeverre de afwegingsmogelijkheden die benoemd zijn in hoofdstuk 2 overeenkomen met de praktijk. Daarnaast is er ten opzichte van hoofdstuk 2 een verdiepingsslag gemaakt. In dit hoofdstuk is daadwerkelijk een koppeling gemaakt tussen de fysieke kwaliteitsfactoren en de manier waarop deze bereikt kunnen worden. De informatie in dit hoofdstuk is verkregen aan de hand van documentanalyse, interviews en observatie.

In document Stedelijkheid op een organische manier (pagina 41-46)