• No results found

Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs op de Johannes Calvijnschool en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant - tussen de indicatoren en de schoolcontext, de specifieke doelstellingen van de Johannes Calvijnschool en eerdere inspectieonderzoeken.

Algemeen beeld

De inspectie is van oordeel dat de kwaliteit van het onderwijs op de Johannes Calvijnschool van voldoende niveau is. Een groot deel van de indicatoren is positief beoordeeld. De leerresultaten aan het einde van en gedurende de schoolperiode zijn voldoende. Verbeterpunten signaleert de inspectie ten aanzien van een aantal indicatoren op het gebied van het onderwijsleerproces, het sociaal veiligheidsbeleid, het beredeneerd aanbod in de groepen 1 en 2 en de wijze waarop de ontwikkeling van de leerlingen wordt gevolgd in de groepen 1 en 2.

De inspectie constateert dat er sprake is van een trage onderwijskundige ontwikkeling op de school. De negatief beoordeelde indicatoren die het onderwijsleerproces betreffen, zijn ook al in 2001 door de inspectie genoemd.

De leraren zijn eveneens van mening dat de ontwikkeling traag verloopt. De recent benoemde directeur heeft een boven- en onderbouwcoördinator aangesteld om hem inhoudelijk te ondersteunen. Uit de gesprekken die de inspectie op de school heeft gevoerd, blijkt dat er binnen het team

onvoldoende duidelijkheid bestaat over taken, bevoegdheden en

verantwoordelijkheden van betrokkenen. Dit veroorzaakt onzekerheid onder de leraren.

Dit schooljaar is het team gestart met een project dat zich richt op het meer adaptief inrichten van het onderwijs. Binnen dit project zal een groot deel van de door de inspectie geconstateerde verbeterpunten worden opgepakt. Een gezamenlijk visie op onderwijs is hierbij onontbeerlijk. En vanzelfsprekend zijn ook duidelijke afspraken over werkwijzen, doorgaande lijnen en de

bijbehorende borging nodig voor een succesvol traject.

Hieronder licht de inspectie haar oordelen toe.

Toelichting

De leerresultaten zijn voldoende. Een analyse van de resultaten aan het eind van de schoolperiode laat zien dat de gemiddelde intelligentie van de leerlingen, die de school verlaten, de meeste jaren boven het landelijk gemiddelde ligt. De schoolvorderingen bereiken echter slechts één van de drie jaar dit niveau. Dat betekent dat de school niet altijd uit de leerlingen haalt wat erin zit. Een mogelijke verklaring hiervoor is het feit dat de school haar onderwijs in onvoldoende mate afstemt op de ontwikkeling van de leerlingen.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Geref. basisschool Johannes Calvijn - 12-2-2007 12 Momenteel is het onderwijs op de Johannes Calvijnschool overwegend

traditioneel van aard met weinig variatie in lesvormen. Wel heerst in alle groepen een taakgerichte en plezierige werksfeer en zijn de leerlingen

betrokken bij de lessen. Om beter af te kunnen stemmen, zullen de leerlingen meer zelfstandig en verantwoordelijk voor hun eigen leerproces moeten worden, zodat leraren gelegenheid voor afstemming krijgen. Daarnaast is het van belang de leeromgeving in de groepen meer uitdagend te maken (onder andere meer talig in de groepen 1 en 2) en bijvoorbeeld vormen van

samenwerkend leren te introduceren. Ouders zijn kritisch over het

leerstofaanbod voor meerbegaafde leerlingen, ook zij geven aan dat meer uitdaging gewenst is. Tot slot is extra aandacht nodig voor strategieën voor denken en leren, met name de interactie tussen leerlingen over

oplossingswijzen dient gestimuleerd te worden. Nu zijn de leraren vooral zelf aan het woord. Tot slot merkt de inspectie op dat leraren altijd alert dienen te blijven om het doel en de opbouw van de les toe te lichten. Ook een duidelijke afsluiting van de les, waarbij met de leerlingen wordt teruggekeken op het leerproces moet niet worden vergeten.

Wat betreft de resultaten gedurende de schoolperiode valt op dat technisch lezen in de groepen 3 en 4 het afgelopen schooljaar achterbleef bij de verwachtingen. De inspectie kan niet beoordelen of de leerlingen voldoende sociale vaardigheden beheersen, omdat het instrument dat de school hiervoor gebruikt geen landelijke normen bevat. Het team besteedt aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. Zij heeft hiervoor een methode, die echter niet structureel in alle groepen wordt gebruikt.

Over de vraag of individuele leerlingen zich naar verwachting ontwikkelen, doet de inspectie geen uitspraak, omdat zij hiervoor nog geen normen heeft. Het aantal leerlingen dat blijft zitten of een verlengde kleuterperiode krijgt, is klein.

Het aantal leerlingen dat uitstroomt naar het speciaal onderwijs of het leerwegondersteunend onderwijs wijkt niet ongunstig af van het landelijk beeld.

Het aanbod voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde voldoet aan de kerndoelen. Leerinhouden en onderwijstijd worden voldoende op de

onderwijsbehoeften van leerlingen afgestemd. Wel is de inspectie van mening dat het aanbod voor meerbegaafde leerlingen meer aandacht dient te krijgen.

Daarnaast is het wenselijk dat het team afspraken maakt over het gebruik van methoden en werkwijzen.

De inspectie beoordeelt het beredeneerd aanbod in de groepen 1 en 2 negatief en daarmee de aansluiting van de verschillende leerjaren op elkaar. Leraren registreren alleen achteraf het aanbod gekoppeld aan de tussendoelen. De school hanteert echter geen vastgelegde leerlijnen aan de hand van de tussendoelen voor wiskundige oriëntatie en taalontwikkeling.

Als verklaring hiervoor geeft de school dat in de groepen 1 en 2

ontwikkelingsgericht wordt gewerkt. Dit veronderstelt dat de ontwikkeling van de leerlingen systematisch gevolgd wordt, hetgeen echter niet het geval is.

Omdat er geen gestructureerde observaties worden uitgevoerd in de groepen 1 en 2 en er verouderde rekentoetsen (met guldens) worden afgenomen in de bovenbouw, beoordeelt de inspectie indicator 10.1, die het systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de leerlingen betreft, als onvoldoende. Na het inspectiebezoek heeft de school besloten per direct actuele rekentoetsen in te voeren.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Geref. basisschool Johannes Calvijn - 12-2-2007 13 Uit de lesobservaties en gesprekken blijkt dat leraren, leerlingen, ouders en directie op een respectvolle wijze met elkaar om gaan. Uit het gesprek met een aantal ouders blijkt dat ouders zich betrokken voelen bij de school en de contacten met de school positief waarderen. Leerlingen vinden dat er weinig gepest wordt en zijn positief over de wijze waarop de leraren op pestgedrag reageren. Wel zijn zij van mening dat er door de leraren wisselend tegen opgetreden wordt. Leerlingen zijn overigens zeer negatief over de gymzaal, die volgens hen vies is en stinkt.

Ondanks het feit dat leerlingen en personeel zich veilig voelen binnen de school beoordeelt de inspectie het beleid op het gebied van de sociale veiligheid als onvoldoende. De school heeft te weinig zicht op de beleving van de sociale veiligheid door haar leerlingen en personeel. Ook beschikt de school nauwelijks over beleid gericht op preventie en het afhandelen van incidenten. Zo heeft zij bijvoorbeeld geen pestprotocol en gedragsregels voor haar personeel. De school voert binnenkort een filmproject over pesten uit, waarvoor zij subsidie van de gemeente heeft gekregen.

Wat betreft de nieuwe indicator over bevordering van actief burgerschap en sociale integratie stelt de inspectie vast dat de school haar aanbod voldoende afstemt op de risico's rond dit thema in haar leerlingenpopulatie.

De leerlingenzorg is in grote lijnen op orde. De school signaleert tijdig zorgleerlingen. Handelingsplannen zijn veelal van goede kwaliteit en de leerlingen krijgen de extra zorg die zij nodig hebben. De school kan haar zorg verder optimaliseren door een schoolspecifiek zorgdocument te maken, waarin onder andere wordt vastgelegd: de zorgprocedure, taken van betrokkenen, criteria voor het instellen van handelingsplannen en individuele leerlijnen en criteria voor versnellen en vertragen. Individuele leerlijnen kunnen verbeterd worden door expliciet een ontwikkelingsperspectief voor de leerlingen op te nemen, op basis waarvan het onderwijsaanbod kan worden ingericht en de prestaties worden gevolgd.

De inspectie acht het wenselijk dat de school de mate van zorg die momenteel buiten de eigen groep wordt verzorgd, heroverweegt. Van belang hierbij is na te gaan wanneer zorg buiten de groep een meerwaarde heeft. Daar waar zorg buiten de groep wordt gegeven, is het van belang in de handelingsplannen expliciet op te nemen op welke wijze hier in de groep op aangesloten wordt.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Geref. basisschool Johannes Calvijn - 12-2-2007 15

GERELATEERDE DOCUMENTEN