• No results found

Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs op Het Octaaf en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel uit het vorige hoofdstuk. Daarbij legt de inspectie zoveel mogelijk verbanden tussen de verschillende indicatoren onderling en voor zover relevant tussen de indicatoren en de context, de specifieke doelstellingen van de school en eerdere inspectiebezoeken.

3. 1 Algemeen beeld

De inspectie concludeert dat het onderwijs op Het Octaaf overwegend van voldoende kwaliteit is. Verreweg de meeste indicatoren scoren voldoende.

Verbeteringen zijn er nodig op het gebied van de eigen verantwoordelijkheid van leerlingen en op het terrein van de leerlingenzorg.

3.2. Toelichting Uitgangssituatie

In de context van de school hebben zich de volgende ontwikkelingen voorgedaan.

In 2006 heeft de directeur afscheid genomen. Hij was al geruime tijd niet meer als zodanig op school aanwezig. De schoolleiding was daarom enkele jaren in handen van een interim-directeur. Per 1 januari 2007 heeft Het Octaaf een nieuwe directeur gekregen.

Het leerlingenaantal vertoont een dalende lijn. Per 1 oktober 2006 had de school 386 leerlingen en dat waren er bijna 40 minder dan het jaar daarvoor.

Volgens eigen inschattingen en prognoses van de gemeente Nijmegen zal in de komende vijf jaar het leerlingenaantal stabiliseren op ongeveer 390 leerlingen.

Het aantal leerlingen met een allochtone achtergrond neemt verhoudingsgewijs toe. De directie spreekt zelfs van een zogeheten "witte vlucht". Op dit moment heeft de school ongeveer 65% gewogen leerlingen. De school streeft naar een leerlingenpopulatie die een betere afspiegeling vormt van het voedingsgebied.

Voorbeelden van initiatieven in dat verband zijn: een goede voor- en

naschoolse opvang en mond-tot-mondreclame van autochtone ouders in de wijk.

Door de daling van het leerlingenaantal verliest de school het komend schooljaar twee formatieplaatsen.

Onderwijskwaliteit en opbrengsten

De opbrengsten voldoen aan de verwachtingen. Dat geldt zowel voor de eindopbrengsten zoals blijkt uit de schoolscores op de Cito Eindtoets van de laatste drie jaar als ook voor de tussenresultaten. Dit laatste beoordeelt de inspectie aan de hand van een vijftal landelijk genormeerde toetsen voor technisch lezen (groep 3 en 4), rekenen/wiskunde (groep 4 en 6) en begrijpend lezen (groep 6). De vaardigheidsscores dan wel de uitvalpercentages voldoen aan de inspectiecriteria.

Het aantal leerlingen dat doubleert in de groepen 3 tot en met 8 (indicator 13.3) blijft binnen de bandbreedte die de inspectie hierbij hanteert (3%

gemiddeld per jaar).

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool Het Octaaf - 7-5-2007 12 Twee indicatoren krijgen geen beoordeling. Het niveau van de sociale

vaardigheden (12.2) is niet te beoordelen omdat de school voor dit onderdeel geen genormeerde toets gebruikt. Of leerlingen met specifieke

onderwijsbehoeften zich conform de verwachtingen ontwikkelingen (13.2) is niet beoordeeld omdat de inspectie voor deze indicator nadere criteria wil opstellen.

De inspectie heeft de zorg voor de kwaliteit van het onderwijs ter bevordering van actief burgerschap en sociale integratie (1.8) als voldoende beoordeeld aangezien er geen risico's zijn zoals ongewenste opvattingen, houdingen en gedragingen van leerlingen ten aanzien van dit thema. Wel constateert de inspectie dat de visie op burgerschap en integratie, de planmatige aanpak daarvan en de evaluatie van de resultaten van het onderwijs gericht op burgerschap en integratie nog niet voldoende zijn vastgelegd. In het volgende schoolplan zal de school dit nader uitwerken.

Bij het vorige PKO (2003) stelde de inspectie vast dat de onderwijskwaliteit van Het Octaaf weinig verbeterpunten kende. Het punt dat destijds als zwak scoorde was de doorgaande lijn in het leerstofaanbod. In de aanvangsgroepen 1/2 was het leerstofaanbod niet vastgelegd in leerlijnen en leerdoelen en daardoor niet voldoende gegarandeerd. De school heeft dit goed opgepakt door het leerstofaanbod van het Piramideproject te implementeren. Daarmee voldoet het aanbod op alle punten aan de inspectienormen.

Ook op gebied van het pedagogisch en didactisch handelen heeft de school haar kwaliteit behouden. Praktisch alle indicatoren scoren voldoende. Hoewel zij de betreffende indicator (7.3) als voldoende beoordeeld, signaleert de inspectie op het gebied van de afstemming in instructie en verwerking niettemin grote verschillen tussen leraren onderling.

De school kan zich nog op één onderdeel verbeteren. De verantwoordelijkheid die leerlingen krijgen om mede vorm te geven aan hun onderwijsleerproces is nog te beperkt. In verschillende groepen werkt men weliswaar met dag- of weektaken, maar de inhoud is nagenoeg geheel door de leraar ingevuld en de enige ruimte voor leerlingen is gelegen in de volgorde van verwerking.

In het nagesprek en in reactie op de conceptversie van dit rapport heeft de directie aangegeven dat zij bewust deze keuze ten aanzien van de eigen verantwoordelijkheid van de leerlingen heeft gemaakt. Daarbij verwijst zij naar het gebrek aan structuur dat bij veel van de leerlingen in de thuissituatie aan de orde is. De inspectie heeft begrip voor dit standpunt, maar blijft niettemin van oordeel dat ook dan een verruiming van de eigen verantwoordelijkheid van de leerlingen geboden is. Bovendien is er sprake van onvoldoende afstemming tussen leraren onderling op dit punt.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool Het Octaaf - 7-5-2007 13 De coördinatoren van de zorg en begeleiding hebben een eerste concept zorgplan opgesteld. Daarin hebben zij alle procedures en afspraken vastgelegd rond de leerlingenzorg. Het beleid rond de zorg is gericht op meer preventie door tijdige signalering van leer- en gedragsproblemen door de groepsleraar en daaraan gekoppeld zoveel mogelijk zorg binnen de groep andermaal door de groepsleraar. De extra ondersteuning in de vorm van remedial teaching buiten de klas kan dan meer beperkt blijven tot de meer complexe problematieken.

Het een en ander vraagt van de groepsleraar een goed klassenmanagement.

Daarvan heeft de inspectie al enkele goede voorbeelden gezien. Als het accent van de zorg meer dan nu het geval is binnen de groep komt te liggen, zal dit bijvoorbeeld ook leiden tot een grotere expertise van leraren bij het opstellen van handelingsplannen. Op dit moment zijn deze met name op het onderdeel

"evaluatie" nog te schetsmatig.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool Het Octaaf - 7-5-2007 15

GERELATEERDE DOCUMENTEN