• No results found

BESCHERMEN WAARDEN

In document Bijlage-Welstandsnota-3.pdf PDF, 20.19 mb (pagina 164-168)

Binnen een zo afwisselend gebied als de binnenstad van Groningen is sprake van een diversiteit aan te beschermen his-torisch-ruimtelijke waarden. Een uitge-breide uiteenzetting van de verschillende beschermingsbelangen is beschikbaar in de toelichting op de oorspronkelijke aan-wijzing uit 1991. Hier wordt volstaan met de hoofdlijnen.

De Grote Markt wordt vooral bepaald door de naoorlogse reconstructie, waarbij bebouwingsschaal en ruimtebegrenzing aanmerkelijk zijn gewijzigd. Op grote mo-numenten als de Martinikerk en -toren en het stadhuis na is enkel de zuidzijde door historisch beloop, schaal, bebouwings-beeld en de smalle doorgang van de Gelkingestraat voor de karakteristiek van belang. In schril contrast met de steen-achtige Grote Markt staat het besloten, groene karakter van het Martinikerkhof. Het karakter van deze ruimte wordt be-paald door de ligging in de luwte van de kerk, de smalle toegangen, de samenhan-gende, overwegend historische bebou-wing en de groene parkachtige inrichting. Ook de ruimte ten zuiden van de Marti-nikerk behoort tot het MartiMarti-nikerkhof, al

is de afzonderlijke plaats die deze zone in de historische stadsstructuur inneemt niet meer goed afleesbaar. Anders dan de Grote Markt en het Martinikerkhof heeft de langgerekte vorm van de Vismarkt een duidelijke oost-west-richting. De Vismarkt wordt gekenmerkt door een gesloten bebouwingsbeeld, een smalle oostzijde en een bijzondere westelijke afsluiting, met de Korenbeurs en de daarachter oprijzende A-kerk. De zuidzijde is klein-schaliger gebleven dan de noordzijde. De noordzijde van het A-kerhof sluit nauw aan op de noordzijde van de Vismarkt. Tussen de marktenreeks en het Ge-dempte Zuiderdiep is de structuur van noord-zuid gerichte straten het sterkst, met een negental op ongeveer 75 meter van elkaar parallel lopende straten. Hun middeleeuwse oorsprong komt tot uiting in het golvende beloop en de geleidelijke, geringe vernauwingen en verbredingen in het profiel. De relatief ondiepe bouw-blokken zijn dwars op de straat verka-veld; dwarsstraten zijn ondergeschikt en onregelmatig. De middeleeuwse stad ten noorden van de markten kent in beginsel dezelfde noord-zuid gerichte structuur van hoofdstraten met ondergeschikte dwarsverbindingen, al is de regelmaat

DEEL 3.2 BESCHERMD STADSGEZICHT: 1. BINNENSTAD

165

hier minder en de maat van de blokken groter. De Oude Boteringestraat is in deze structuur door de vele gave historische binnenstadhuizen van bijzondere waarde. Rondom de gehele middeleeuwse

stad is het verloop van de oorspron-kelijke muurstraten nog altijd goed te herkennen. Ook de rondom de middel-eeuwse stad gelegen diepenring vormt een nog steeds herkenbare ruimtelijke en structurele begrenzing van het oudste stadsgedeelte. Over vrijwel de gehele lengte wordt de diepenring door een aaneengesloten tweezijdige bebouwing begrensd. Het historisch-ruimtelijk meest hoogwaardige deel is de A, die zich kenmerkt door een duidelijke begrenzing van de ruimte, met hoge, deels smalle pakhuizen en voorname woonhuizen. Ook het gedempte deel, het Zuiderdiep, is door het brede, gebogen verloop nog duidelijk herkenbaar als een doorlopende historische grenslijn.

Naast de historische kern van de bin-nenstad kent het stadsgezicht nog twee gebieden met een eigen kwaliteit: de zeventiende-eeuwse uitleg en de negen-tiende-eeuwse singelgordel. De zeven-tiende-eeuwse uitleg ontleent zijn

histo-risch-stedenbouwkundige waarde vooral aan de uitzonderlijke geometrische struc-tuur. Met uitzondering van de zuidrand heeft de bebouwing van dit stadsdeel vrijwel geheel een negentiende- en twin-tigste-eeuwse karakteristiek. Bijzondere open ruimtes vormen de Ossenmarkt met het Guyotplein en het Nieuwe Kerkhof. De negentiende-eeuwse singelgordel op de voormalige zuidelijke stadswal is van een geheel andere aard. De bijzondere stedenbouwkundige opzet en ruimtelijke kwaliteit van dit gebied zijn overwegend bewaard gebleven. De hoofdstructuur wordt bepaald door een gebogen reeks singels, negentiende-eeuwse villa’s en herenhuizen en een open, met kastanje-bomen begrensde groenstrook als bin-dend element.

ALGEMENE

KARAKTERISTIEKEN

De volgende meer algemene karakteris-tieken kunnen worden geformuleerd. De bebouwing is overwegend aaneenge-sloten gebouwd, de panden omvatten doorgaans twee of drie bouwlagen met een kap. De nokrichting van de daken in de oude stad – veelal zadeldaken, al dan niet afgeknot en voorzien van

166 DEEL 3.2 BESCHERMD STADSGEZICHT: 1. BINNENSTAD

schilden – staat vrijwel altijd loodrecht op de straat. De historische bebouwing is opgetrokken in baksteen, al dan niet gepleisterd, vertind of geschilderd; de kappen zijn bedekt met gebakken pannen. In samenhang met het sterk aanwezige negentiende-eeuwse uiterlijk komen veel lijstgevels voor; de indeling bestaat vaak uit verticaal gerichte raamopeningen. Er is een grote mate van individualiteit binnen de bebouwingskarakteristiek.

AANWIJZING

De binnenstad van Groningen is ont-staan als agrarische nederzetting op het noordelijk einde van de Hondsrug en heeft zich door de gunstige ligging vanaf

de middeleeuwen ontwikkeld tot een bestuurs- en handelscentrum voor een ruime omgeving. De historische ontwik-keling heeft geleid tot een kenmerkende ruimtelijke opbouw, met als voornaamste kenmerken een noord-zuid gericht stra-tenpatroon met dwars daarop een reeks pleinen, een omringend grachtenstelsel, een planmatige zeventiende-eeuwse stadsuitbreiding en een negentien-de-eeuwse singel- en plantsoenaanleg. Een groot deel van de binnenstedelijke bebouwing bezit een historische karakte-ristiek, die bijdraagt aan het overwegend samenhangende en waardevolle bebou-wingsbeeld. De binnenstad is van alge-meen belang vanwege de schoonheid en de ruimtelijk structurele samenhang.

LANGS DE HISTORISCHE

In document Bijlage-Welstandsnota-3.pdf PDF, 20.19 mb (pagina 164-168)

GERELATEERDE DOCUMENTEN