• No results found

In deze bijlage is de toepassing van de COVIRIS-werkwijze op de beoordelingen van het PvA door de opdrachtgever en de onderzoeker weergegeven. De toepassing van de COVIRIS-werkwijze is op dezelfde manier uitgevoerd zoals beschreven in bijlage 2. De resultaten van de toepassing van de COVIRIS-werkwijze zijn te vinden in paragraaf 4.2.1.

Algemene opmerkingen -

Onzorgvuldigheden

- In hoofdstuk 4 wordt ‘ontvangwerk’ geschreven terwijl in de tekeningen in de bijlage ‘ontvangstwerk’ wordt geschreven

- In de planning is punt 50 ‘uiterste levertijd fijnzeven’ weergegeven met het symbool van een mijlpaal. Dit wordt niet als mijlpaal genoemd in het PvA.

- De legenda van de planning bevat dezelfde symbolen en is niet duidelijk. - Planning: 57. Drainpput

- Planning: 82. Chemicalëndosering

- Hoofdstuk 6: ‘’wordt de kwaliteit niet (meer) gewaarborgd en het verdwijnt het vertrouwen..’’

EMVI-criterium 1: Werkwijze en visie

Beoordeling opdrachtgever:

Er is een score van 4 toegekend. Geen commentaar.

Beoordeling onderzoeker:

2.1 ‘Visie op het project’: in hoeverre is dit echt een visie? Dit kan gezien worden als een samenvatting en

herhaling van informatie vanuit de opdrachtgever. Daarnaast geeft de visie weinig concrete en nieuwe informatie. Wat zijn de speerpunten van de opdrachtnemer? (concreetheid en interpretatie uitvraag). De opdrachtgever vraagt om de insteek van opdrachtnemer op het project. Een (korte) management samenvatting zou iets toevoegen.

2.2. ‘Projectorganisatie en werkwijze’ is duidelijk. Afbeelding is duidelijk. Positief om zoveel mogelijk sleutelfiguren concreet te benoemen. (succesfactor literatuur).

2.3. ‘Borgen van veilige werkomgeving’. Het is vaag wat er daadwerkelijk gaat gebeuren om de veiligheid te waarborgen (Concreetheid). Zo wordt er gebruik gemaakt van een VGM-plan (omdat dit moet van de opdrachtgever) maar er worden weinig eigen initiatieven genoemd (onderscheidend vermogen).

Alinea 2 van 2.3 is bijna geheel een opsomming. Op deze wijze geschreven wordt het stuk onduidelijk (stijl) Ook is geen gebruik gemaakt van referentieprojecten uit het verleden in dit hoofdstuk. (succesfactor literatuur) Wel concreet: gebruik maken van ‘Bewuste Bouwers’.

EMVI-criterium 2: Proces- en uitvoeringskwaliteit

Beoordeling opdrachtgever:

Er is een score van 3 toegekend omdat er over de ombouw met de PC Sattline wel goed is nagedacht, maar met name de rol van Tauw niet goed naar voren komt (concreetheid) en onduidelijk blijft (volledigheid). Daarnaast staan er de gebruikelijke zaken in met betrekking tot de UAV-gc aanpak en borging van veiligheid, maar hierin treffen wij geen meerwaarde aan (onderscheidend vermogen).

Beoordeling onderzoeker:

3.1. Relatics wordt, net als bij het PvA van Renovatie AWZI Leiden Zuidwest, uitgebreid uitgelegd. Dit lijkt niet bij te dragen aan concrete voorbeelden van kwaliteitscontrole en kwaliteitsborging. Ook omdat in de Evaluatie Leiden Zuidwest is genoteerd dat elke inschrijvende partij Relatics gebruikt. Hierdoor lijkt het niet nodig dit uitgebreid uit te leggen en te benoemen (relevantie). Het PvA vermeldt: ‘Tijdens de tenderfase hebben wij de belangrijkste onderaannemers/leveranciers al geselecteerd op basis van hun ervaring met zuiveringen en eerdere

samenwerking met Aan de Stegge en Beenen.’ Er wordt vervolgens niet genoemd om wat voor samenwerkingen en wat voor projecten het gaat (concreetheid).

Het hele hoofdstuk komt over als losse stukken tekst met weinig structuur en concrete voorbeelden (relevantie,

concreetheid). De dikgedrukte herhalende afsluitende regel voegt weinig toe aan de overtuigingskracht van het

PvA (stijl).

3.2. In dit kopje wil de opdrachtgever zien hoe de afstemming tussen installatie-onderdelen wordt ingevuld. Echter beschrijft het PvA alleen wie dit gaat doen en niet hoe dit gebeurd. Eerst is het de verantwoordelijkheid van de technisch manager en daarna van de disciplineleider. Dit is niet echt een wijze maar meer een verdeling van de verantwoordelijkheden. (relevantie, interpretatie uitvraag).

3.3. Geen opmerkingen

EMVI-criterium 3: Planning

Beoordeling opdrachtgever:

Er is een score van 3 toegekend omdat de fasering (deels) ontbreekt (volledigheid, invulling uitvraag), de renovatie van de bestaande onderdelen ontbreekt (volledigheid) en er geen consistentie of consequente gedachtegang uit de planning blijkt (concreetheid).

Beoordeling onderzoeker:

4.1. Bij de uitvraag van de EMVI-criteria wordt gevraagd om minimaal een aantal punten. In de bijlage van het PvA wordt hier niet aan voldaan omdat er een ‘verkorte weergave’ wordt gegeven (invulling uitvraag). De

opdrachtgever beoordeelt dit als ‘deels ontbreken’ waardoor mogelijk slechter is gescoord. Hier is dus niet aan de minimum eis van de opdrachtgever voldaan.

4.3. In het PvA worden twee mijlpalen beschreven: de acceptatie van het DO én de oplevering van het gehele werk. In de planning in de bijlage is echter nog een derde mijlpaal aanwezig, namelijk het einde van de onderhouds- en garantietermijn (12 mnd). (stijl)

De planning is lastig om te lezen (slechte kwaliteit en vol gepropt met informatie)

Een punt uit de evaluatie voor RWZI Beemster is dat de opdrachtnemer bij problemen moet laten zien dat er een plan B is of voldoende bufferruimte. De bufferruimte is opgenomen in de planning maar er zijn geen B-plannen te vinden (volledigheid).

EMVI-criterium 4: Communicatie

Beoordeling opdrachtgever:

Er is een score van 3 toegekend omdat de inzet van de omgevingsmanager wel als positief wordt beoordeeld, maar de meerwaarde niet duidelijk is (concreetheid, onderscheidend vermogen). Daarnaast treffen wij geen proactieve houding aan in de beschrijving van het ontzorgen van de opdrachtgever (wel veel ‘samen’ met de opdrachtgever)

(interpretatie uitvraag). De communicatie met beheer is zeer beperkt omschreven (invulling uitvraag, volledigheid) en communicatie met omwonenden is een minimaal vereiste (invulling uitvraag). Beoordeling onderzoeker:

Eerste indruk van dit hoofdstuk is matig. De opdrachtgever vraagt om: 1. Communicatie met opdrachtgever, 2. Afstemming met beheer en 3. Informeren van bewoners, bedrijven, hulpdiensten en het beperken van klachten tot een minimum. Een hoofddoelstelling is daarnaast het maximaal ontlasten van de opdrachtgever en een

5.1. Voor punt 1 wordt alleen aangegeven dat gebruik wordt gemaakt van VISI, hoe het werkt en dat dit eerder is gedaan (niet bij welk project en welke ervaringen men daar van heeft overgehouden) (concreetheid, volledigheid). Voor punt 2 wordt alleen aangegeven dat het proces en een omschakelplan wordt besproken met beheer & onderhoud. Dit is, zoals de opdrachtgever in de beoordeling ook meldt, zeer beperkt en algemeen beschreven

(concreetheid, invulling uitvraag).

Voor punt 3 wordt geen enkele maatregel genoemd (invulling uitvraag) terwijl dit zowel een doelstelling als een vereiste is. Er wordt alleen gemeld dat er een omgevingsmanager aanwezig is maar niet wat deze precies doet en wat deze gaat doen met de omwonenden. Een hoofddoelstelling is het maximaal ontlasten van de opdrachtgever. In de inschrijvingsleidraad staat dat dit op diverse manieren kan worden ingevuld maar belangrijk is dat de opdrachtgever op tijd geïnformeerd wordt, duidelijk is wat er van haar verlangd wordt en welke beslissingen zij moet nemen. Dit zijn allemaal punten die horen bij communicatie maar in het hoofdstuk ‘Communicatie’ in het PvA komt dit nergens terug (invulling uitvraag).

Risico-overzicht

De tabel wordt niet efficiënt gebruikt waardoor veel ruimte verloren.