• No results found

ZEEZIJDE RIVIERZIJDE

VOORAANZICHT GESLOTEN KERUG

5.3. Beoordeling hoofdonderdelen

Voor de technische beoordeling van de aanbiedingen zijn de volgende hoofdon-derdelen onderscheiden:

* drempelconstructies incl. fundering;

* bodembeschermingen;

* landhoofden incl. eventuele deurkas-sen;

* afsluitmiddelen met bewegingswerken.

Uitdrukkelijk wordt vermeld dat de op 1 oktober 1987 aangeboden ontwerpen zijn beoordeeld.

Drempelconstructies

Sectordeur van BMK (CSW1)

Het totaaloordeel luidt gematigd posi-tief. De fasering van de bouw in rela-tie met de plaatsing van de blokken en de vlakheidstolerantie zijn belangrijke aandachtspunten.

Nadere aandacht en onderzoek dient ver-der te worden besteed aan het materiaal dat in de spleten tussen de blokken moet worden gebracht, zowel m.b.t. de stabiliteit als de wijze van aanbren-gen.

Tevens verdienen de randblokken nog ex-tra aandacht in verband met schade door storten van stenen voor de bodembe-scherming .

Pneumatische bodemkleppen van BMK (CSW1a)

Het totaaloordeel is matig.

De drempel, die de belastingen naar de ondergrond moet overbrengen, kent een

aandachtspunt m.b.t. het aspect aan-sluitingen, terwijl het zand en slibzwaar in de bouw en eindfase een be-langrijk nader te onderzoeken probleem-gebied is.

Segmentdeur van NIWAS (CSW2)

Het totaaloordeel luidt gematigd nega-tief. Bij het ontwerp is uitgegaan van geringe toleranties, die de aanleg sterk bemoeilijken. De drempel lijkt onnodig complex met veel details. Con-trole op de kwaliteit van de uitvoering is vrijwel onmogelijk. Aanpassingen zijn nodig, welke wellicht vereenvoudi-gingen zullen zijn.

De bootdeur van CSNW (CSW3) heeft geen drempel (zie bodembescherming).

Hydraulische bodemkleppen van Storcom (CSW4)

Het totaaloordeel luidt negatief. Zowel de stabiliteit van de drempel als de

interne sterkte moeten ingrijpend aan-gepast worden.

De stabiliteit van de gehele kering hangt van de drempel af, terwijl de op-tredende deformaties vermoedelijk tame-lijk groot zijn. De overgangsconstruc-ties naar bodem en bodembescherming moeten aangepast worden.

Schuifdeur van CHNW (CSW5)

Het totaaloordeel luidt positief. De aansluiting op de stortebedden verdient nadere aandacht.

Bodembeschermingen

Sectordeur van BMK (CSW1)

Het totaaloordeel is gematigd positief;

het basis-concept voldoet. Aanpassingen zijn nodig met betrekking tot de zwaar-te van de toplaag aan de rivier zijde en de lengte van de bodembescherming aan de zeezijde.

Pneumatische bodemkleppen van BMK (CSW1a)

Het totaaloordeel is gematigd nega-tief. De toplaag aan de rivierzijde is veel te licht, waardoor een aanzienlij-ke aanpassing nodig is met consequen-ties voor de uitvoeringsmethode. De bo-dembescherming aan de rivierzijde dient aanzienlijk verlengd te worden. De fos-forslakken aan de zeezijde zijn waar-schijnlijk niet stabiel bij een geopen-de kering.

Segmentdeuren van NIWAS (CSW2)

De bodembeschermingen zijn ruim vol-doende en overgedimensioneerd, waardoor nog ruimte voor optimalisatie aanwezig is.

Bootdeur van CSNW (CSW3)

De bodembeschermingen onder de afgezon-ken bootdeur en aan weerszijden, zijn te licht gedimensioneerd, zowel qua zwaarte van toplagen als qua filterop-bouw. De lengte van de bodembescherming

is onvoldoende. De haalbare kwaliteit tijdens de uitvoering is een aandachts-punt.

Hydraulische bodemkleppen van Storcom (CSW4)

Het totaaloordeel is gematigd nega-tief. De bodembescherming is op een ge-ringer verval dan de rest van de con-structie gedimensioneerd. De benodigde aanpassing van de toplaag en de lengte aan de rivierzijde is ingrijpend, het-geen tot een ander ontwerp-concept en uitvoeringswij ze kan leiden. De haal-baarheid van de vereiste kwaliteit van de gepenetreerde stortsteen wordt be-twij feld.

Schuifdeur van CHNW (CSW5)

Het ontwerp voldoet in het algemeen op vrijwel alle aspecten ruimschoots. Voor het werken met spudpalen tijdens de uitvoering, welke schade aan de bodem-bescherming kunnen veroorzaken, wordt een aanpassing van de werkmethode nodig geacht.

Landhoofden met evt. deurkassen Sectordeur van BMK (CSW1)

In principe levert deze oplossing met krachtsoverdracht naar de landhoofden een aanvaardbare constructie. Voorwaar-de is dat bij Voorwaar-de technische optimalisa-tie een duidelijk inzicht wordt verkre-gen in de stabiliteit en de bijbehoren-de bijbehoren-deformaties van het landhoofd. Dit geldt ook voor de krachtsoverdracht en vervormingen van de damwandconstructies van de deurkas ter plaatse van de fun-dering van het bedieningsgebouw en het dokhoofd. Bij het aanbrengen van de grondkerende wanden zal veel aandacht besteed dienen te worden aan de fase-ring.

Pneumatische bodemkleppen van BMK (CSW1a)

Aanvaardbare constructie, mits de aan-sluiting op de ondergrond (krachtsover-dracht, vrij van slib) goed tot stand wordt gebracht.

Segmentdeur van NIWAS (CSW2)

Het betonnen caisson van het landhoofd levert een goede constructie voor deze kering met krachtsoverdracht naar de landhoofden. Dit geldt eveneens voor de deurkas, mits de bodem voldoende slib-vrij kan worden gehouden.

Bootdeur van CSNW (CSW3)

De constructie heeft nog vele vraagte-kens en onzekerheden. Niet geheel dui-delijk is of de verbinding tussen de caissons, die het landhoofd vormen, goed tot stand kan worden gebracht. Ook de aansluiting op de ondergrond en het aanbrengen van diepwanden onder het caisson geeft onzekerheden.

De deurnis is op eenvoudige wijze gere-aliseerd. Het gevaar van aanvaren van de deur blijft aanwezig. Ook kan aan-slibbing van de deurnis met verdiepin-gen voor de schottels plaatsvinden.

Hydraulische bodemkleppen van Storcom (CSW4)

Het pneumatisch afgezonken landhoofd levert een goede constructie met een betrouwbare aansluiting op de onder-grond. Wel moet nog de nodige aandacht besteed worden aan de stabiliteit van het landhoofd. Het tot stand brengen van een betrouwbare en veilige aanslui-ting op de drempelconstructie vraagt nog nadere uitwerking.

Schuifdeur van CHNW (CSW5)

Met de gewapend betonnen deurkas levert deze oplossing een goede constructie, mits bij verdere detaillering op een aantal punten een aanvaardbare oplos-sing wordt voorgesteld.

Afsluitmiddelen met bewegingswerken Sectordeur van BMK (CSW1)

Het basisconcept voldoet qua functione-ren en betrouwbaarheid. De scharnier-constructie behoeft bijzondere aan-dacht; hierbij is van een aanzienlijke schaalvergroting sprake (concentratie grote krachten).

Het systeem is gevoelig voor dynamische verschijnselen; nader onderzoek naar ongewenste bewegingen wordt noodzake-lijk geacht.

Pneumatische bodemkleppen van BMK (CSW1a)

Qua functioneren voldoet het basiscon-cept. Het systeem is gevoelig voor

dy-namische verschijnselen en aanzanding/

slib. De cyclustijd wordt ongunstig be-invloed als de standbyperiode hierin wordt opgenomen.

Onbekende weerstanden zijn van invloed op het loskomen van de kleppen.

Qua betrouwbaarheid wordt opgemerkt dat een grote aanzanding of bij een zwaar voorwerp op de klep deze niet gecontro-leerd in kerende positie komt.

Een aantal onderdelen moet nog redun-dant worden uitgevoerd om de vereiste

faalkans te bereiken.

Qua extrapolatie van kennis is t.a.v.

het gedrag van de kleppen als kerend element geen referentiekader aanwezig, zodat nog veel onderzoek noodzakelijk is.

Segmentdeuren van NIWAS (CSW2)

Het basisconcept voldoet qua functione-ren. De constructie is wel gevoelig voor zettingsverschillen tussen drempel en landhoofd.

Het verwijderen van zand, slib en aan-groei uit de deur kassen moet omzichtig gebeuren; hiervoor moet hulpmateriaal nog nader worden uitgewerkt.

In geopende toestand is een aanvaarri-sico aanwezig; de aanvaarbeschermings-constructie heeft nog extra aandacht nodig qua opname-capaciteit.

Bootdeur van CSNW (CSW3)

Belastingen tijdens openen en sluiten lijken onderschat.

Tijdens afzinken, in kerende positie en opdrijven kan een ongewenst dynamisch gedrag optreden.

Het openen kan alleen bij een positief verval, dus bij zeewaterstanden hoger dan de binnenwaterstand.

In gesloten positie van de bootdeur be-vinden de Kevlar kabels zich in een on-gunstige positie.

Ten gevolge van de grote torsiestijf-heid van de bootdeur is deze gevoelig voor zettingen van de landhoofden.

De bootdeur is in geopende stand gevoe-lig voor aanvaring.

Met de schottelaandrijving kan slechts een zeer gering negatief verval worden opgenomen, indien te laat met openen van de kering wordt begonnen - toename

negatief verval - is de bootdeur niet meer beheersbaar en moet een

getij-cyclus gewacht worden.

Over het bedienings- en beslissysteem is geen inzicht gegeven.

Hydraulische bodemkleppen van Storcom (CSW4)

De opname-capaciteit ten aanzien van wisselende belastingen is onvoldoende.

De constructie is gevoelig voor zand, slib en aangroei waardoor problemen worden verwacht ten aanzien van de af-dichting tussen kleppen en caissons.

Ook bestaan nog twijfels aan de be-trouwbaarheid van de hydraulische ci-linders.

Bij een aanvaring van kleppen in geslo-ten stand treedt grote schade aan klep-pen en cilinders op.

Haalbaarheid geëiste faalkans lijkt on-voldoende in verband met grote afhanke-lijkheid droog zetten kleppencomparti-ment.

Qua extrapolatie van kennis wordt opge-merkt dat er geen ervaring is met dit

type kering en dat veel studie en on-derzoek nodig is, met name ten aanzien van het dynamisch gedrag.

Schuifdeur van CHNW (CSW5)

Het basis-concept voldoet qua functio-neren en betrouwbaarheid. Er is een groot elektrisch vermogen nodig en voorzien voor het bewegen van de deu-ren. De constructie is gevoelig voor aansluitproblemen en zettingsverschil-len tussen drempel en landhoofd.

De schuifdeuren zijn tevens gevoelig voor beschadiging van de glijdbanen op de drempel.

Bij de aandrijving is van een schaal-vergroting sprake ten aanzien van het extreme vermogen en het dubbel uitge-voerde bewegingswerk.

Het genoemde alternatief van een rol-deur lijkt minder gevoelig en kost min-der vermogen.

Samenvattend is in onderstaande tabel een globale beoordeling van de hoofd componenten van de aangeboden ontwerpen weergegeven.

(+ goed; 0 geringe aanpassing; - ingrijpende aanpassing).

6. VERGELIJKING ALTERNATIEVEN