• No results found

Beoogde effecten GRP-4 medio

In document Gemeentelijk Rioleringsplan (pagina 55-57)

Deze bijlage geeft een samenvatting van de beoogde effecten die na uitvoering van het maatregelenprogramma van het GRP-4 medio 2016 behaald zouden moeten zijn.

Voor het in stand houden van een duurzaam en gezonde leefomgeving

1. Eind 2016 is 600 km riool gereinigd en geïnspecteerd. Bij de inspectie van gescheiden stelsels is ook een controle uitgevoerd op foutieve aansluitingen. Eventueel aangetroffen foutieve aansluitingen zijn hersteld als de herstelkosten opwegen tegen de omvang van de lozing.

2. De komende jaren wordt onder andere in het Bergkwartier, het Leusderkwartier,

Vermeerkwartier, Kruiskamp, Liendert, Randenbroek riolering vervangen of gerenoveerd. Tot en met 2016 is in totaal bijna 14 km vervanging en 13 km renovatie gepland. De afweging of er wordt vervangen of gerenoveerd (relinen), wordt per project gemaakt. Daarnaast is ruim 9 km regenwaterriool nieuw bijgelegd voor de ombouw van gemengd naar gescheiden rioolstelsel.

3. Door vervanging van de riolering en een verhoogde inspanning voor rioolrenovatie is de achterstand in kwaliteit van de riolering vrijwel geheel ingelopen. Deze achterstand is gebaseerd op riolering ouder 60 jaar en bedroeg medio 2011 nog ruim 10 km. In 2016 resteert van deze achterstand nog circa 250 m.

4. De hoeveelheid 'overig afvalwater' wordt verder teruggedrongen van 17% naar 10% van de aanvoer naar de RWZI Amersfoort, onder andere door reparatie van rioolschades en relinen van lekkende riolen.

5. Voor dicht bij elkaar geleden gemengde overstorten of overstorten die vrijwel niet werken, is na onderzoek en controleberekeningen (incl. effect klimaatverandering) bekeken of deze dichtgezet kunnen worden.

6. Er zijn aantoonbaar doelmatige maatregelen getroffen voor vermindering van diffuse bronnen van verontreinigingen van afstromend hemelwater, grondwater en

oppervlaktewater, specifiek gericht op strooizout, onkruidbestrijdingsmiddelen, koper, lood en zink. Hiervoor is ook uitgebreide voorlichting gegeven aan o.a. burgers, bedrijven, woningcorporaties, ontwikkelaars, bouwers, klussers en terreinbeheerders. SRO is verplicht  de  ‘Richtlijnen  voor  de  inrichting  van  de  openbare  ruimte’  en  beleid  duurzaam   bouwen te gaan gebruiken.

7. In de periode 2012-2016 wordt in bestaand stedelijk gebied gestreefd naar het afkoppelen van 18 hectare verharding van gemengde riolering (door aanleg van robuuste

afkoppelvoorzieningen) en 40 hectare van verbeterd gescheiden riolering, mits de extra afvoer naar oppervlaktewater mogelijk is.

Nieuwbouw is van gescheiden hemelwaterstelsel voorzien, alleen bij vervuild oppervlak is verbeterd gescheiden stelsel aangelegd (of gelijkwaardig).

Bij de ombouw van gemengd naar gescheiden stelsels op openbare terrein zijn burgers en bedrijven actief door de gemeente benaderd voor het gescheiden aanleveren van afval- en hemelwater van particulier terrein.

Het afkoppelplan is in deze periode geactualiseerd.

8. Voorlichting over wat wel en niet op het riool geloosd mag worden, is voortgezet, er is toezicht en handhaving op illegale lozingen.

9. Voor alle relevante ruimtelijke plannen en ontwikkelingen is de watertoets procedure gevolgd. De watergerelateerde voorwaarden aan nieuwe ontwikkelingen zijn in de Richtlijnen voor Inrichting van Openbare Ruimte opgenomen en meegenomen in grondexploitatieplannen.

blad 56 GRP 2012-2016, 10 juli 2012

10. Na haalbaarheidsonderzoek zijn enkele kansrijke proefprojecten uitgevoerd voor bijdragen vanuit de watertaken aan de milieu- klimaat en energiedoelstellingen van Amersfoort, bijvoorbeeld door mogelijke benutting van warmte van afvalwater in riolering.

Voor een klimaatbestendige riolering en inrichting en beperking van de kans op (grond)wateroverlast

11. Er is onderzoek uitgevoerd naar het integraal hydraulisch functioneren van het rioolstelsel en het oppervlaktewater, waarbij tevens de effecten van afstroming over (weg)oppervlak bij zeer extreme neerslag in beeld is gebracht. Hierbij is onder andere de mogelijkheid onderzocht voor verlaging van de interne overstort van het stelsel in het Soesterkwartier. 12. Op basis van de hydraulische ‘toets  vooraf’  (zie hierboven) en de ‘toets  achteraf’  

(waarnemingen e.d.) is de inrichting van locaties met verhoogde kans op wateroverlast hierop aangepast, in samenwerking met ruimtelijke ordening, wegen en groen.

13. Bij vervanging en afkoppeling van riolering is aantoonbaar rekening gehouden met de verwachte klimaatverandering, door de bergings- en afvoercapaciteit van de riolering te vergroten. Nieuwe of vervangen kolkaansluitingen zijn met groter diameter aangelegd (160 in plaats van 125 mm).

14. In gebieden met een gemiddeld hoogste grondwaterstand van minder dan 0,70 m onder maaiveld zijn doelmatige maatregelen getroffen voor het oplossen of beperken van structurele grondwateroverlast op openbaar terrein.

15. Bij alle nieuwbouwprojecten, grootschalige renovatie, aanleg van wegprofielen, herinrichting van de openbare ruimte en aanleg van kwetsbare infrastructuur is aantoonbaar rekening  gehouden  met  de  risico’s  bij  extreme  neerslag  en  toekomstige grondwaterstanden, als gevolg van de verwachte klimaatverandering.

16. De gemeente heeft burgers en bedrijven geïnformeerd over hun eigen

verantwoordelijkheid en mogelijkheden voor verwerking van het hemel- of grondwater op eigen perceel. Voor zover doelmatig, wordt hemelwater en drainagewater van particulier terrein op openbaar terrein ontvangen.

17. Het beheer en onderhoud van kolken, kolkaansluitingen, riolen en overige hemelwatervoorzieningen (zoals retenties en diepinfiltraties) zijn gericht op een ongehinderde inzameling en transport van het water, ook bij extreme neerslag.

Voor een goede beheersing en betaalbaarheid van de voorzieningen

18. Het databeheersysteem is actueel, een eventuele achterstand in verwerking van revisiegegevens bedraagt ten hoogste een half jaar.

19. Gemalen, drukpompen, overstorten, neerslag en grondwaterstanden zijn via metingen gemonitord. Deze metingen zijn samen met metingen van eindgemalen,

afvalwaterzuivering en oppervlaktewater met het waterschap uitgewisseld.

20. Voor rioolvervangingen is maximaal aangesloten op de programma’s  voor wegen en bovengrondse herinrichting, de overlast bij uitvoering van de gemeentelijk watertaken is tot een minimum beperkt.

21. De informatievoorziening via het waterloket en gemeentelijke informatiepagina’s is goed, belanghebbenden is duidelijkheid geboden over verantwoordelijkheden en kosten van de gemeentelijke watertaken.

22. Meldingen zijn binnen 3 werkdagen effectief afgehandeld, urgente zaken zijn binnen 1 werkdag beantwoord en opgelost.

23. De informatie van meldingen is beter benut voor evaluatie en bijstelling van beheer en maatregelen.

24. Er wordt intensief samengewerkt met omliggende gemeenten en binnen de

zuiveringskring RWZI Amersfoort, volgens het plan van aanpak voor deze samenwerking. 25. Er is één extra fte voor de binnendienst ingewerkt, deze is breed inzetbaar voor alle

GRP 2012-2021, 10 juli 2012 blad 57

In document Gemeentelijk Rioleringsplan (pagina 55-57)