• No results found

HOOFDSTUK 3 Religieuze groepen in Nederland en huwelijkse gevangenschap

3.2 Christelijke gemeenschappen .1 Protestanten

3.3.1 Enkele algemene kanttekeningen over huwelijk en echtscheiding onder moslims in Nederland

3.3.1.2 Bemiddeling door imams/moskeeën

Voor het tot een officiële echtscheiding komt, hetzij in Nederland of in het land van herkomst, wenden mensen zich steeds vaker tot een imam. De stijging van het aantal echtscheidingen onder moslims in Nederland heeft zijn weerslag op het werk en de rol van de imam en andere religieuze gezagsdragers. Imam Schliman gaf aan vaak vragen te krijgen over huwelijk en echtscheiding, bijvoorbeeld of je wel mag scheiden, of het geen zonde is. Sommige vrouwen durven de stap niet te

111 Ze heeft onder andere bij de Pakistaanse ambassade geïnformeerd of ze haar islamitische huwelijk nog in Pakistan kan laten registreren om vervolgens dan ook daar een islamitische echtscheiding te kunnen krijgen; dit bleek echter niet te kunnen.

112 Vgl. Liversage 2012.

113 Zie ook hoofdstuk 2, paragraaf 2.4.3.

40 zetten omdat ze bang zijn dat ze daarmee zondigen tegen God. 114 Respondent Hudson vertelde een paar keer te hebben meegemaakt dat cliënten na de vastenmaand “ramadan ineens beslissen om terug te gaan, omdat ramadan een feest is van vergiffenis en verzoening (…) en dan willen ze ook geen hulp meer vanuit XX (naam organisatie), maar kiezen ze voor hulp van hun gemeenschap en de imam.”

Volgens verschillende respondenten wordt op imams steeds vaker een beroep gedaan om te bemiddelen bij problemen of conflicten, ook bij huwelijksproblemen. Respondent Mohamed zei hierover: “Als ze gaan trouwen dan zie je ze niet maar als er conflicten zijn dan bellen ze de imam als eerste.”115 De twee geïnterviewde Marokkaanse imams erkenden veel aan bemiddeling bij

huwelijksproblemen (naast andere conflicten) te doen. Beide imams doen dat overigens niet alleen, maar worden daarin geassisteerd door bemiddelingscommissies die zijn ingesteld door hun moskee.

Er wordt met beide partijen (man en vrouw) gepraat, meestal eerst afzonderlijk en als het mogelijk is met hen samen. Tijdens die gesprekken wordt geprobeerd om allereerst helder te krijgen wat de problemen zijn die spelen. Vervolgens wordt geprobeerd om mensen weer met elkaar in gesprek te laten komen en er wordt gekeken of verzoening nog mogelijk is. Ook wanneer het huwelijk niet meer te redden is, is het wenselijk – zeker wanneer een echtpaar kinderen heeft – dat man en vrouw met elkaar praten en eerlijk spreken over hun problemen.116 Maar bemiddeling of niet, voor een

scheiding heeft men geen imam nodig, zo benadrukte Imam Belkasmi. Daarvoor dienen mensen zich te wenden tot de Nederlandse, dan wel Marokkaanse autoriteiten.117 Wat het effect is van deze informele geschillenbeslechting op situaties van huwelijkse gevangenschap en echtscheiding voor Marokkanen in Nederland, is echter niet bekend. Hiervoor is nader onderzoek wenselijk en noodzakelijk.118

Respondenten Jeroen en Richard waren van mening dat tussenkomst van een imam bij huwelijksproblemen uitkomst kan bieden: “wanneer een imam autoriteit heeft binnen zijn gemeenschap, dan zal er wel naar hem worden geluisterd…. een imam kan soms een oplossing of beweging forceren”. Maar, aldus Jeroen, “dit (EvE: huwelijkse gevangenschap) zijn geen moskee-problemen, dit zijn samenlevingsproblemen.” Volgens Jeroen en Richard is het een recente

ontwikkeling dat er steeds vaker een beroep wordt gedaan op de pastorale rol van de imam. Met als gevolg dat de vraag imams vaak boven het hoofd groeit, omdat de meerderheid van de huidige imams hier niet op toegerust is. Moskeeën in Nederland (hetzelfde geldt overigens voor moskeeën in Marokko) hebben geen pastorale traditie, zoals de kerken in Nederland dat wel hebben, aldus deze twee respondenten.

114 Respondent Richard vertelde dat hij denkt dat met name strikt gelovige vrouwen meer moeite hebben om uit een huwelijk te stappen omdat ze denken dat ze daarmee een enorme zonde begaan. De angst een grote zonde te begaan weerhoudt deze vrouwen er dan van om voor zichzelf te kiezen, aldus Richard.

115 Volgens Mohamed en Abdel werken de verzoeningspogingen van de imam of moskee overigens meestal niet, vaak gaat het stel toch uit elkaar.

116 Respondent Schliman.

117 Respondent Belkasmi gaf aan in rechtstreeks contact te staan met de Marokkaanse ambassade en

consulaten in Nederland; hij kan mensen doorverwijzen wanneer zij vragen hebben over de erkenning van een Nederlandse echtscheiding door Marokko of een echtscheiding naar Marokkaans recht.

118 Hierbij kan wel verwezen worden naar het nog lopende promotieonderzoek van Arshad Muradin

(Universiteit Leiden), naar informele geschilbeslechting binnen de Marokkaanse gemeenschap in Nederland.

Zie: https://www.universiteitleiden.nl/en/staffmembers/arshad-muradin#tab-2 (geraadpleegd 20 juli 2017).

41 3.3.2 Marokkaanse gemeenschap

Respondenten bekend met Marokkaanse gemeenschappen in Nederland beschreven de gang van zaken voor een gebruikelijk Marokkaans-Nederlands huwelijk als volgt: eerst sluit het echtpaar een burgerlijk huwelijk en vervolgens wordt dit gevierd met een huwelijksfeest. Het echtpaar vraagt een imam om het huwelijk te zegenen, meestal voorafgaand aan het feest. Vervolgens laten veel

Marokkaanse Nederlanders hun huwelijk registeren via een van de Marokkaanse consulaten, met als gevolg dat het huwelijk zowel in Nederland als in Marokko staat ingeschreven.119

Verschillende respondenten lieten zich positief uit over het hervormde Marokkaanse

erkenningsbeleid, waardoor de erkenning van Nederlandse echtscheidingen door Marokko veel eenvoudiger is geworden. Volgens respondenten is de situatie aanzienlijk verbeterd sinds de invoering van de vernieuwde Marokkaanse familiewet (Mudawwanah) in 2004.120 Zo zijn er uitdrukkelijk regels in de wet vastgelegd voor erkenning van de Nederlandse echtscheiding in Marokko waarmee de mogelijkheid tot erkenning werd versoepeld. Verder is de rechtspositie voor vrouwen die willen scheiden in Marokko verbeterd omdat de echtscheidingsgronden voor vrouwen zijn uitgebreid, aldus respondent Van de Brom. Zo kent de Marokkaanse wet, net als in Nederland, nu ook de echtscheidingsgrond ‘duurzame ontwrichting’.121 De wetswijzigingen hebben er toe geleid dat een echtscheiding naar Marokkaans recht nu makkelijker te realiseren is, ook voor Marokkanen in Nederland.

Advocaat Wedemeijer was van mening dat een Marokkaanse echtscheiding zonder al te veel problemen te regelen is. Het is, volgens hem, vooral een kwestie van tijd en geld: hoe meer geld je bereid bent te betalen, hoe sneller het kan gaan. Imam Schliman vertelde, echter, dat hij regelmatig hoort over problemen rondom de echtscheiding en dit betreft dan juist meestal problemen die ontstaan rondom geldkwesties. Vaak zijn dit conflicten over alimentatie die moet worden betaald, hetzij in Nederland of Marokko of beide landen. Een ander probleem rondom echtscheiding dat deze respondent ook tegenkwam, was het feit dat een echtgenoot niet wil meewerken aan een

Marokkaanse scheiding omdat hij zijn vrouw wil dwarszitten. Dit zien we ook terug in het verhaal van Aya.

119 Het opmaken van een huwelijksakte op het consulaat wordt gedaan door beroepsgetuigen (‘udul) en is volgens imam Belkasmi alleen belangrijk voor de juridische status in Marokko; het heeft verder niets met religie te maken.

120 Respondenten Belkasmi, Mohamed en Abdel, Van de Brom, Verkuijlen, Wedemeijer.

121 Jordens-Cotran 2007, p. 826.

AYA is een Marokkaans-Nederlandse vrouw van 39 jaar. Op haar achttiende trouwde ze, tegen de zin van haar familie, met een Marokkaans-Nederlandse man op het Marokkaanse consulaat in Nederland.

Het huwelijk werd in Nederland niet ingeschreven, waardoor Aya eenhoofdig gezag had over de twee kinderen die uit het huwelijk werden geboren. Ze ontvluchtte haar gewelddadige huwelijk en heeft uiteindelijk negen jaar moeten wachten voordat ze erin slaagde om het Marokkaanse huwelijk ontbonden te krijgen. De eerste jaren nadat de relatie was verbroken, weigerde haar ex-man mee te werken aan een echtscheiding. Totdat zij haar pogingen staakte en hij op last van de kinderrechter (i.v.m.

een omgangregelingsverzoek) zich genoodzaakt zag mee te werken aan een echtscheiding in Marokko.

In de echtscheidingsovereenkomst deed Aya afstand van haar rechten in ruil voor een scheiding – “ik heb van alles afstand gedaan want anders werkte hij niet mee”.

42 Ook Aya profiteerde naar eigen zeggen van de herziene wetgeving van 2004. Dankzij de vernieuwde Mudawwanah werd het voor haar eenvoudiger om een Marokkaanse echtscheiding aan te vragen.

Maar de grootste verbetering voor veel Marokkaanse Nederlanders zal liggen in het feit dat erkenning van de Nederlandse echtscheiding door Marokko eenvoudiger is geworden. Als een persoon door het Marokkaanse erkenningsbeleid in zowel Nederland als Marokko als gescheiden staat geregistreerd, dan hoeft er niet nog een keer een echtscheidingsprocedure in Marokko gevoerd te worden. Aangenomen kan worden dat Marokkanen in Nederland hierdoor minder snel in een situatie van huwelijkse gevangenschap zullen terechtkomen.