• No results found

Migratiestap 11: Hoofddorp – Schiphol – Duivendrecht (SAAL-west)

H. De per migratiestap opgeleverde processen/systemen zijn onvoldoende geschikt voor gebruik

8.3 Belangrijkste planningsrisico’s en onzekerheden

In deze paragraaf zijn de grootste risico’s en onzekerheden op het (semi-)kritieke pad naar het in dienst stellen van het ERTMS-only baanvak (Kijkhoek - Belgische grens) weergegeven. De grootste risico’s en onzekerheden zijn beschouwd ten opzichte van de vigerende programmaplanning en hebben een verwachtingswaarde (= kans x gemiddeld gevolg). Gemiddeld gevolg wil zeggen dat de impact van het risico een bandbreedte kent.

8B Toprisico’s en onzekerheden ten aanzien van de planning

Risico’s Verwachtingswaarde

VGR15 VGR14

 Het proefbaanvak is niet tijdig gereed om een proefbedrijf op te

kunnen uitvoeren. 7 mnd 7 mnd

 Essentiële ERTMS projecten ondergaan vertraging a.g.v. overname Bombardier door Alstom (exogeen).

6 mnd -

 De aanbesteding, ontwikkeling en vrijgave van de Central Safety System (CSS) infrastructuur zijn niet conform planning gereed.

6 mnd 6 mnd

 De ombouw en opwaardering van het NS materieel loopt vertraging op. 5 mnd 2 mnd

 Er is onvoldoende opgeleid NS-personeel beschikbaar. 3 mnd 2 mnd

 Planningsconsequenties a.g.v. 80 weekse buitendienststelling aanleg

derde spoor Emmerich-Oberhausen (exogeen). 3 mnd -

 De doorlooptijden van het beproeven zijn onzeker. 1 mnd 1 mnd

 Er is niet tijdig voldoende goederen-/aannemersmaterieel omgebouwd. volgt volgt

Toelichting bovenstaande risico’s en onzekerheden:

Het proefbaanvak is niet tijdig gereed om een proefbedrijf op te kunnen uitvoeren Kwantificering: kans 75% op 6-12 maanden = 7 maanden

Zie ook toelichting in paragraaf 3.1. De technische varianten dual signalling en schakelbare inrichting -om een goed terugvalscenario te creëren via de

infrastructuur - worden niet meer doorontwikkeld. Thans wordt onderzocht wat ervoor nodig is om het proefbaanvak uit te rusten met ERTMS only. Het komende

21 Kamerstukken II 2019/20, 33652, nr. 74

Pagina 38 van 55

halfjaar wordt deze variant verder uitgewerkt. Daarbij wordt uitgezocht welke alternatieve baanvakken naast de Hanzelijn (zoals Harlingen Haven – Leeuwarden) ingezet zouden kunnen worden voor het proefbedrijf. Tevens wordt uitgezocht op welke wijze een terugvaloptie ingevuld kan worden en operationele verstoringen voor vervoerders en hinder voor de reiziger beperkt kunnen worden.

Essentiële ERTMS-projecten lopen vertraging op door de overname van Bombardier door Alstom (exogeen)

Kwantificering: kans 50% op 0-24 maanden = 6 maanden

In de afgelopen periode heeft Alstom Bombardier Transportation overgenomen. In Nederland is zowel in de infrastructuur als in de treinen apparatuur van beide bedrijven aanwezig. De overname kan impact hebben op de lopende en nog te verwerven contracten, wat mogelijk tot gevolg kan hebben dat de voortgang van het programma stagneert. Op dit moment speelt dit risico bij de opwaardering van het goederenmaterieel, de ontwikkeling van de STM ATB NG en de aansluitingen op bestaande ERTMS-baanvakken. De gesprekken tussen de programmadirectie ERTMS, ProRail, materieeleigenaren, IenW en CINEA hierover worden komende periode gecontinueerd.

De aanbesteding, ontwikkeling en vrijgave van de Central Safety System (CSS) infrastructuur zijn niet conform planning gereed

Kwantificering: kans 50% op 3-18 maanden = 6 maanden

De aanbesteding is de afgelopen verslagperiode met bijna twee maanden vertraagd.

De onzekerheden ten aanzien van de benodigde ontwikkeltijd en het vrijgaveproces van het systeem vormen echter het grootste risico en kunnen pas na gunning van het CSS-contract (voorzien eind Q1 2022) inzichtelijk worden.

De ombouw en opwaardering van al het NS-materieel loopt vertraging op Kwantificering: kans 50% op 6-12 maanden = 5 maanden

De kans van optreden van dit risico is in de afgelopen verslagperiode verhoogd van 25% naar 50%. In de afgelopen verslagperiode heeft de aanbesteding van de VIRM verdere vertraging opgelopen; publicatie van de uitvraag wordt begin Q3 2021 verwacht. Van de NS-vloot worden drie treinseries omgebouwd (VIRM, SLT en FLIRT) en twee treinseries opgewaardeerd (SNG en ICNG) naar ERTMS baseline 3.

Ombouwen van materieel is ingrijpender en tijdrovender dan de opwaardering van materieel. De aanwezige planningsbuffers naar migratiestap 9 (indienststelling Kijfhoek – Belgische grens) voor de ombouw VIRM en SLT zijn de afgelopen

verslagperiode geslonken vanwege de opgelopen vertraging in de aanbesteding voor de VIRM. De verwervingsstrategie voor de ombouw SLT en FLIRT wordt de komende periode uitgewerkt. Voor de opwaardering van de SNG en ICNG lopen de

voorbereidingen door; hier worden geen risico’s voorzien voor migratiestap 9.

Er is onvoldoende opgeleid NS-personeel beschikbaar Kwantificering: kans 50% op 0-12 maanden = 3 maanden

In de afgelopen verslagperiode zijn de verwachte gevolgen naar boven bijgesteld.

Het ervaringsleren kan later worden opgestart en in de periode dat het proefbaanvak wordt omgebouwd is er bovendien minder capaciteit (zie ook paragrafen 3.1 en 6.2). Als gevolg hiervan is – bij gelijk houden van de planning voor het opleveren van migratiestap 9 – minder tijd beschikbaar om NS-personeel op te leiden. Onderzocht wordt of en volgens welke randvoorwaarden het

opleidingsprogramma NS ingepast kan worden binnen de planning, ter voorkoming dat het baanvak Kijfhoek-Belgische grens later in dienst moet gaan.

Pagina 39 van 55

Planningsconsequenties Programma ERTMS a.g.v. 80 weekse buitendienststelling aanleg derde spoor Emmerich-Oberhausen (exogeen)

Kwantificering: kans 50% op 3-9 maanden = 3 maanden

Zoals beschreven in paragraaf 3.2 lijkt er een werkbaar akkoord te zijn tussen DB Netz en ProRail. Om capaciteitsbeperkingen op de Betuweroute vanwege de aanleg van het derde spoor op te vangen zullen omleidingsroutes nodig zijn, waaronder de Brabantroute (Venlo). Daardoor neemt het risico toe, doordat het verkrijgen van de benodigde buitendienststellingen op de baanvakken die worden omgebouwd naar ERTMS op deze omleidingsroutes onzekerder wordt (zie ook paragraaf 3.3). ProRail werkt nu een plan van aanpak uit op basis van de oplossingen die uitgewisseld zijn met DB Netz.

De doorlooptijden van het beproeven zijn onzeker Kwantificering: kans 5% 6-12-24 maanden = 1 maand

Zie hiervoor ook paragraaf 3.1. Een multidisciplinaire werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de programmadirectie ERTMS, ProRail, NS en

materieeleigenaren en overige vervoerders is ingesteld om het proefbaanvak verder uit te werken, waarbij tevens de gewenste en benodigde testen en beproevingen worden beschouwd.

Er is niet tijdig voldoende goederen-/aannemersmaterieel omgebouwd

Kwantificering: kwantificering volgt na afronding fase 2 Verbeterinitiatieven spoorgoederen In de afgelopen periode is de situatie met betrekking tot de opwaardering van goederenmaterieel verbeterd doordat er overeenkomsten voor de opwaardering van 147 locomotieven naar ERTMS baseline 3 zijn getekend. Desondanks blijft de aanpassing van de totale vloot goederen- en aannemersmaterieel naar ERTMS baseline 3 een risico, met name vanwege het vraagstuk bekostiging. Partijen werken samen in het project Verbeterinitiatieven spoorgoederen om te onderzoeken hoe dit risico gemitigeerd kan worden. De besluitvorming daarover is aan een volgend Kabinet.

Pagina 40 van 55