• No results found

2   Onderzoeksaanpak

2.3   Uitvoeringskosten van Wob-verzoeken

2.3.1   Beantwoording Wob-verzoeken

Er bestaat geen centraal registratiesysteem voor Wob-verzoeken. Overheidsorganen zijn zelf verantwoordelijk voor het registreren van en rapporteren over Wob-verzoeken. Tevens dienen zij zelf de personele bezetting voor het behandelen van Wob-verzoeken te organiseren. Dit heeft als gevolg dat de totale uitvoeringskosten van Wob-verzoeken moeilijk zijn te achterhalen.

Een schatting van het aantal Wob-verzoeken staat in het rapport ‘Omvangrijke en Oneigenlijke Wob-verzoeken’ van Research voor Beleid (2010)6. Ook de werklast die nodig is voor het beantwoorden van Wob-verzoeken wordt hierin belicht. Op basis van dit rapport kan worden herleid dat er in de periode 1 januari 2009 t/m 30 juni 2010 circa 37 duizend Wob-verzoeken in ontvangst zijn genomen; ofwel circa 25 duizend per jaar (zie Tabel 2.3).

6 Research voor Beleid (2010) is de beste beschikbare bron, maar kent ook beperkingen. De cijfers zijn gebaseerd op een internetenquête met een respons van 79%, dus 21% heeft niet gerespondeerd (hiervoor is gecorrigeerd met weging, maar er kan sprake zijn van vertekening). Sommige respondenten houden geen systematische registratie van Wob-verzoeken bij en hebben een schatting gegeven.

Tabel 2.3: Meeste Wob-verzoeken bij politiekorpsen

Kerndepartementen 91 13 1.187 5%

Uitvoeringsorganisaties 31 29 889 4%

ZBO’s 3 82 273 1%

Provincies 13 12 160 1%

Waterschappen 4 26 104 <1%

Gemeenten tot 20.000 inwoners 9 171 1.596 6%

Gemeenten 20.000 tot 50.000 inwoners 12 191 2.292 9%

Gemeenten 50.000 tot 100.000 inwoners 17 42 717 3%

Gemeenten 100.000+ inwoners 32 26 832 3%

Totaal exclusief politiekorpsen 14 592 8.051 33%

Politiekorpsen 643 26 16.709 67%

Totaal 40 618 24.760 100%

Bron: Research voor Beleid 2010; Berekening SEO Economisch Onderzoek

Verreweg de meeste Wob-verzoeken komen binnen bij politiekorpsen; in totaal 16.709 per jaar, 67% van het totaal aantal verzoeken. Dit zijn voornamelijk Wob-verzoeken die zijn ingediend naar aanleiding van een verkeersboete. Bij kerndepartementen komen jaarlijks zo’n 1.200 verzoeken binnen en bij uitvoeringsorganisaties een kleine 900. Bij alle gemeenten samen komen jaarlijks zo’n vijf en een half duizend Wob-verzoeken binnen. Bij kleine gemeenten ligt het gemiddelde op 9 Wob-verzoeken per jaar. Bij grote gemeenten komen er jaarlijks gemiddeld 32 Wob-verzoeken per jaar binnen.

Werklast

De uitvoeringskosten van Wob-verzoeken zijn voornamelijk arbeidsuren. Sommige overheidsorganen hebben ambtenaren in dienst die zich enkel en alleen bezig houden met het beantwoorden van Wob-verzoeken. Dit is met name het geval bij kerndepartementen en politiekorpsen. Een groot deel van het werk wordt echter uitgevoerd door de ambtenaren die de betreffende dossiers beheren, naast hun reguliere werkzaamheden. Bij andere overheidsorganen vindt de beantwoording volledig plaats naast andere werkzaamheden door ambtenaren die kennis hebben van het dossier.

Een inschatting van de werklast (in fte’s of euro’s) voor het behandelen van Wob-verzoeken kan worden gemaakt door het aantal Wob-verzoeken te vermenigvuldigen met de hoeveelheid tijd die men kwijt is om het verzoek te beantwoorden. In de enquête van Research voor Beleid (2010) is gevraagd naar de werklast van het beantwoorden van Wob-verzoeken. Om precies te zijn, aan het overheidsorgaan is gevraagd welk deel van de Wob-verzoeken beantwoord kan worden binnen 1 werkdag; van 1 tot 10 werkdagen; van 11 tot 20 werkdagen; 21 tot 40 werkdagen of meer dan 40 werkdagen. De verdeling van de Wob-verzoeken over deze categorieën is te vinden in Tabel 2.4.

Tabel 2.4: Beantwoording van de meeste Wob-verzoeken vergt een werklast van maximaal 10 dagen

Verdeling werkdagen

In percentage totaal verzoeken per bestuursorgaan

Uitvoeringsorganisaties 57% 24% 13% 4% 2% 100%

ZBO’s 40% 60% 100%

Provincies 35% 15% 5% 15% 5% 25% 100%

Waterschappen 33% 50% 17% 100%

Gemeenten tot 20.000 inw 57% 36% 7% 100%

Gemeenten 20.000 tot 50.000 inwoners 39% 33% 11% 6% 6% 6% 100%

Gemeenten 50.000 tot 100.000 inwoners 28% 44% 4% 4% 20% 100%

Gemeenten 100.000+ inwoners 23% 52% 6% 2% 17% 100%

Totaal exclusief politiekorpsen 23% 26% 9% 9% 6% 28% 100%

Politiekorpsen 89% 7% 1% 2% 0,3% 0,1% 100%

Totaal 73% 12% 3% 4% 2% 7% 100%

Bron: Research voor Beleid (2010)

NB De werklast van Wob-verzoeken is in diverse gevallen onbekend. In de kostenberekening is deze categorie naar verhouding verdeeld over de andere werklastcategorieën.

De politiekorpsen ontvangen de meeste Wob-verzoeken; aan het grootste deel daarvan (89%) wordt minder dan 1 werkdag besteed. Bij andere overheidsorganen worden meestal minder dan 10 werkdagen per verzoek ingezet. Dit verschil is – samen met het grote aantal Wob-verzoeken bij politiekorpsen – reden om de politiekorpsen afzonderlijk te onderzoeken in paragraaf 2.3.3. Omvangrijke Wob-verzoeken (de tijdsbesteding voor het beantwoorden kost meer dan 21 werkdagen) komen relatief vaak voor bij kerndepartementen (27% van de verzoeken) en provincies (20% van de verzoeken).

Tabel 2.4 geeft niet weer hoe snel overheidsorganen Wob-verzoeken beantwoorden. De wettelijke beslistermijn voor het beantwoorden van Wob-verzoeken is 28 dagen, hetgeen verlengd kan worden met nog eens 28 dagen.

Omrekening naar totale werklast en uitvoeringskosten

Tabel 2.5 geeft een inschatting weer van de totale jaarlijkse werklast en uitvoeringskosten per overheidsorgaan. Bij de berekening zijn de volgende aannames gemaakt:

gemiddelde salarisschaal van ambtenaren: schaal 11 (kostendekkend plus-tarief excl. BTW, zie Handleiding Overheidstarieven 2013);

‘kleine’ Wob-verzoeken (minder dan 1 dag werklast) bij politiekorpsen worden behandeld door administratieve krachten met schaal 9;

voor de gemiddelde werklast van iedere werklastcategorie in tabel 2.3 is het midden van de categorie genomen;

een werkdag bestaat uit 7,2 uur en 1 arbeidsjaar (full time equivalent, fte) is gelijk gesteld aan 1372 productieve uren7;

gezien de onzekerheden in de cijfers8 zijn de resultaten weergegeven in een bandbreedte van plus of min 20 procent.

Het uurtarief van een ambtenaar in salarisschaal 11 komt uit op € 80,- per uur (exclusief BTW).

In dit uurtarief zijn de integrale kosten van overhead zoals huisvesting en secretariële ondersteuning verrekend.

Tabel 2.5: Beantwoording Wob-verzoeken kostte € 31 tot 47 miljoen per jaar in 2009/2010 Aantal

Kerndepartementen 1.187 115 à 173 13 à 19

Uitvoeringsorganisaties 889 22 à 33 2 à 4

ZBO’s 273 4 à 6 0 à 1

Provincies 160 7 à 11 1

Waterschappen 104 2 à 2 0

Gemeenten tot 20.000 inw 1.596 22 à 34 2 à 4

Gemeenten 20.000 tot 50.000 inwoners 2.292 78 à 117 9 à 13 Gemeenten 50.000 tot 100.000 inwoners 717 17 à 25 2 à 3

Gemeenten 100.000+ inwoners 832 19 à 29 2 à 3

Totaal exclusief politiekorpsen9 8.051 286 à 430 31 à 47

Bron: Berekeningen SEO op basis van Research voor Beleid (2010) en aanvullende veronderstellingen

De totale uitvoeringskosten van Wob-verzoeken voor de gehele overheid exclusief politiekorpsen worden voor 2009/2010 geraamd op 286 à 430 fte per jaar. Omgerekend in euro’s gaat het om 31 à 47 miljoen euro per jaar. De meeste kosten vallen – buiten de politiekorpsen - bij de kerndepartementen, circa 13 à 19 miljoen euro per jaar.

De gemiddelde uitvoeringskosten per Wob-verzoek verschillen per overheidsorgaan. Deze kosten zijn het hoogst bij kerndepartementen, afgerond 11.000 tot 16.000 euro per Wob-verzoek (zie Tabel 2.6). Bij ZBO’s, waterschappen en kleine gemeenten (tot 20.000 inwoners) zijn de gemiddelde uitvoeringskosten per Wob-verzoek het laagst, namelijk circa € 1.500 tot 2.500 per Wob-verzoek. Voor de overheid als geheel exclusief politiekorpsen kan op basis van Tabel 2.5 worden berekend dat de beantwoording van een Wob-verzoek gemiddeld afgerond vierduizend tot zesduizend euro kost.

7 Handleiding Overheidstarieven 2013.

8 De onzekerheden betreffen het feit dat een steekproef doorgaans niet exact de populatie weergeeft; de keuze om per werklastcategorie het midden in te vullen; en het feit dat de werklast van een deel van de Wob-verzoeken onbekend is.

9 Door afrondingsverschillen komen de totalen niet steeds precies uit op de optelsom van de regels van de tabel. Dat geldt bijvoorbeeld voor het aantal Wob-verzoeken dat uitkomt op 8051 i.p.v. 8050. Dit afrondingsverschil ontstaat doordat het aantal Wob-verzoeken in deze tabel niet steeds een geheel getal is.

De basis zijn aantallen Wob-verzoeken over een periode van anderhalf jaar in Research voor Beleid (2010). Dat zijn wel gehele getallen. In dit rapport worden geschatte aantallen per jaar weergegeven, berekend door het aantal Wob-verzoeken uit Research voor Beleid (2010) met twee derde te vermenigvuldigen.

De gemiddelde uitvoeringskosten per Wob-verzoek zijn hoog in vergelijking tot de gemiddelde uitvoeringskosten van Wob-verzoeken in andere landen. Paragraaf 2.3.4 gaat verder op deze verschillen in.

Tabel 2.6: Gemiddelde uitvoeringskosten 4.000 tot 6.000 euro per Wob-verzoek in 2009/2010, exclusief politiekorpsen

Gemiddelde uitvoeringskosten per Wob-verzoek in euro’s

Kerndepartementen 10.650 à 16.000

Uitvoeringsorganisaties 2.700 à 4.000

ZBO’s 1.600 à 2.400

Provincies 5.150 à 7.700

Waterschappen 1.600 à 2.400

Gemeenten tot 20.000 inw 1.550 à 2.300

Gemeenten 20.000 tot 50.000 inwoners 3.750 à 5.600 Gemeenten 50.000 tot 100.000 inwoners 2.550 à 3.800

Gemeenten 100.000+ inwoners 2.550 à 3.800

Totaal exclusief politiekorpsen 3.900 à 5.850

Bron: Berekeningen SEO op basis van Research voor Beleid (2010) en aanvullende veronderstellingen.

Bedragen afgerond op veelvouden van 50.