• No results found

Interview Gemeente - Wethouder I. Algemeen:

 Voorstellen als onderzoeker  Bedanken voor interview  Korte omschrijving onderzoek:

 Onderwerp is de inkoop kant Wmo, niet de subsidie kant.  Huishoudelijke hulp, dagbesteding en hulpmiddelen.  Toestemming voor opname. Met of zonder naam in scriptie.  Kunt u uw taak als wethouder binnen de gemeente omschrijven?  Hoe lang bent u al werkzaam in deze functie? Bij deze gemeente?

II. Wmo 2015

Hoe hebt u de decentralisatie van de Wmo en daarna de Wmo 2015 ervaren?

Welke maatregelen heeft de gemeente getroffen om de Wmo 2015 te kunnen uitvoeren?  Op welke punten in de aankoopprocedure zou u anders handelen, als de regelgeving dit toe

zou laten?

III. Publiek aanbesteden

Wat is uw rol bij aanbestedingen voor de Wmo?

 Wat onderscheidt Wmo-aanbestedingen van andere aanbestedingen zoals bijvoorbeeld infrastructuur?

IV. Redenen voor gebruik van inkoopmodellen.

 Welke inkoopmodellen worden er gebruikt voor de Wmo, en waarom deze?  Is de gemeente weleens veranderd van inkoopmodel?

V. Transactie kenmerken

Asset specificity

Heeft de gemeente de afgelopen jaren grote investeringen gedaan voor de Wmo  Komen er situaties voor waarbij de juist de leverancier een hoge investering moet doen

voor een succesvolle aanbesteding?

 Als er een gecontracteerde zorgaanbieder failliet gaat, wat kan de gemeente hiermee verliezen?

Kunt u gemakkelijk verwisselen van aanbieder bij een nieuwe aanbesteding? Uncertainty

Met welke aanbestedingen heeft de gemeente meer, en met welke minder ervaring? Hoe gaat de gemeente om met producten en diensten waarvan kennis ontbreekt? Frequency

 Wat voor invloed heeft het wanneer de gemeente met een bepaalde partij vaker zaken kan doen? Wat zijn de voor- en nadelen hiervan?

 Zijn er ook aanbestedingen die een langdurige samenwerking met de leverancier vereisen?  Kunt u zo’n relatie ontwikkelen door het gebruik van een bepaald

inkoopmodel?

 Zijn er ook mogelijkheden om deze partij een volgende aanbesteding te gunnen?

Complexiteit

 Wat voor zaken kunnen een aanbesteding complex maken?  Verschilt de procedure van een meer complexe aanbesteding?

VI. Beleid/politiek

 Hoe beïnvloedt het beleid van de gemeente de keuze voor een aankoopmodel?  Wordt er binnen de gemeenteraad weleens gediscussieerd over de Wmo-inkoop, en

beïnvloedt dit de aanbestedingen?

 Welke overwegingen neemt u ten aanzien van bevolkingskenmerken in uw gemeente en de Wmo-inkoop?

50

 Is maatschappelijke ondersteuning een belangrijk onderwerp tijdens gemeenteraadsverkiezingen?

 In hoeverre is maatschappelijke ondersteuning verweven met bijvoorbeeld Jeugdzorg en Werk en Inkomen?

 Wat voor invloed heeft dit op aanbestedingen voor de Wmo?

VII. De relatie met de leverancier.

Hoe zou u de relatie met zorgaanbieders willen omschrijven? Verschilt deze relatie ook per soort zorg die wordt geleverd? Werkt u ook samen met zorgaanbieders om te innoveren?

 Wat voor invloed heeft het soort product of dienst wat wordt aanbesteed op deze samenwerking?

 Ziet u een verband tussen het inkoopmodel dat wordt aangehouden tijdens een aanbesteding, en de relatie tussen gemeente en zorgaanbieder die daarop volgt?

VIII. Wetgeving

Hoe sterk is de invloed van wetgeving op de keuze voor een bepaald aankoopmodel?  Op welke punten in de aankoopprocedure zou u anders handelen, als de regelgeving dit toe

zou laten?

 Zijn er ook regels of procedures voor inkoop in de gemeente opgesteld, als aanvulling of uitwerking van de Aanbestedingswet?

IX. Afsluiten.

 Zeggen dat we kunnen gaan afronden.

 Zijn er nog zaken, die ik niet genoemd heb, maar die wel belangrijk zijn?  Bedanken voor het interview.

 Heeft u interesse voor mijn scriptie als die klaar is?

Interview Gemeente - Inkoopmanager I. Algemeen:

 Voorstellen als onderzoeker  Bedanken voor interview  Korte omschrijving onderzoek:

 Onderwerp is de inkoop kant Wmo, niet de subsidie kant.  Huishoudelijke hulp, dagbesteding en hulpmiddelen.  Toestemming voor opname. Met of zonder naam in scriptie.  Kunt u uw functie binnen de gemeente omschrijven?

 Hoe lang bent u al werkzaam in deze functie? Bij deze gemeente?

II. Wmo 2015

Hoe hebt u de decentralisatie van de Wmo tien jaar geleden en van de Wmo 2015 ervaren? Welke maatregelen heeft de gemeente getroffen om de Wmo 2015 te kunnen uitvoeren?

III. Publiek aanbesteden

 Wat onderscheidt Wmo-aanbestedingen van andere aanbestedingen zoals bijvoorbeeld infrastructuur?

IV. Redenen voor gebruik van inkoopmodellen.

 Van welke inkoopmodellen maakt de gemeente op dit moment gebruik?  Wat zijn de redenen dat u nu gebruik maakt van deze inkoopmodellen?

 Hoe houdt u rekening met de eigenschappen van het aan te kopen product of dienst tijdens het aankoopproces en in het contract?

 Hoe verschillen de aankoopprocedures bijvoorbeeld voor huishoudelijke hulp, dagbesteding en hulpmiddelen?

51

 Wanneer besluit u om met meerdere partijen in zee te gaan, en wanneer om met één partij zaken te doen?

V. Transactie kenmerken.

Asset specificity

 Welke Wmo-voorzieningen vereisen van de gemeente een hoge investering? Zijn deze investeringen specifiek voor deze Wmo voorziening?

 Wat voor verschil maakt de grootte van de investering voor de relatie met een zorgaanbieder?  Als er een gecontracteerde zorgaanbieder failliet gaat, wat kan de gemeente hiermee

verliezen?

 Komen er situaties voor waarbij juist de leverancier een hoge investering moet doen voor een succesvolle aanbesteding?

Kunt u gemakkelijk verwisselen van aanbieder bij een nieuwe aanbesteding?

Uncertainty

Met welke aanbestedingen heeft de gemeente meer, en met welke minder ervaring? Hoe gedetailleerd beschrijft u de verwachte prestaties in het contract?

Kunt u naleving door de leverancier garanderen met een ‘’perfect’’ contract? Hoe schat u de vraag naar bepaalde producten en diensten in?

 Hoe gaat u er mee om wanneer de vraag divers en/of onduidelijk is?

 Hoe stelt u een contract op wanneer er veel onzekerheid is over hoe een opdracht zou moeten worden uitgevoerd?

 Wanneer er een opdracht wordt gegeven waarbij erg veel onzekerheid heerst, bent u dan ook meer betrokken bij de zorgaanbieder?

 Als er onverwachte problemen ontstaan met de zorgleverancier, hoe gaat u hier dan mee om?  Wat zijn belangrijke onderdelen in een contract?

Frequency

 Wat voor invloed heeft het wanneer de gemeente met een bepaalde partij vaker zaken kan doen? Wat zijn de voor- en nadelen hiervan?

 Zijn er ook aanbestedingen die een langdurige samenwerking met de leverancier vereisen?  Kunt u zo’n relatie ontwikkelen door het gebruik van een bepaald inkoopmodel?  Zijn er ook mogelijkheden om deze partij een volgende aanbesteding te gunnen?  Zijn er belangrijke verschillen tussen partijen die al langer zaken doen met de gemeente, en

die dat nog niet zo lang doen? Complexiteit

Welke onderdelen van de Wmo zijn voor de gemeente nieuw terrein? Verschilt de inkoopprocedure wanneer een aanbesteding complexer is?

Hoe gaat de gemeente om met producten en diensten waarvan kennis ontbreekt?  Zijn er voor alle Wmo onderdelen voldoende aanbieders om een goede aanbesteding te

kunnen doen?

VI. De relatie met de leverancier.

Hoe zou u de relatie met zorgaanbieders willen omschrijven? Verschilt deze relatie ook per soort zorg die wordt geleverd? Werkt u ook samen met zorgaanbieders om te innoveren?

 Wat voor invloed heeft het soort product of dienst wat wordt aanbesteed op deze samenwerking?

 Ziet u een verband tussen het inkoopmodel dat wordt aangehouden tijdens een aanbesteding, en de relatie tussen gemeente en zorgaanbieder die daarop volgt?

VII. Wetgeving

Hoe sterk is de invloed van wetgeving op de keuze voor een bepaald aankoopmodel?  Op welke punten in de aankoopprocedure zou u anders handelen, als de regelgeving dit toe

52

 Zijn er ook regels of procedures voor inkoop in de gemeente opgesteld, als aanvulling of uitwerking van de Aanbestedingswet?

VIII. Beleid/politiek

 Hoe beïnvloedt het Wmo beleid van de gemeente de keuze voor een aankoopmodel?  Wordt er binnen de gemeenteraad weleens gediscussieerd over de Wmo-inkoop, en

beïnvloedt dit de aanbestedingen?

 Welke overwegingen neemt u ten aanzien van bevolkingskenmerken in uw gemeente en de Wmo-inkoop?

 Wordt er ook bewust rekening gehouden met bepaalde wensen onder de burgers?  Is maatschappelijke ondersteuning een belangrijk onderwerp tijdens

gemeenteraadsverkiezingen?

 In hoeverre is maatschappelijke ondersteuning verweven met bijvoorbeeld Jeugdzorg en Werk en Inkomen?

 Wat voor invloed heeft dit op aanbestedingen voor de Wmo?

IX. Afsluiten.

 Zeggen dat we kunnen gaan afronden.

 Zijn er nog zaken, die ik niet genoemd heb, maar die wel belangrijk zijn?  Bedanken voor het interview.

 Heeft u interesse voor mijn scriptie als die klaar is?

Interview zorgaanbieder I. Algemeen:

 Voorstellen als onderzoeker  Bedanken voor interview  Korte omschrijving onderzoek:

 Onderzoek naar Wmo-inkoop door gemeenten.  Welke inkoopmodellen worden gebruikt.

 Hoe is de relatie tussen gemeenten en leveranciers  Huishoudelijke hulp, dagbesteding en hulpmiddelen.  Kunt u omschrijven wat de kerntaken zijn van uw bedrijf?  Kunt u uw functie binnen dit bedrijf omschrijven?

II. Kenmerken van dagbesteding/huishoudelijke hulp/ hulpmiddelen

Asset specificity

Wat voor diensten en/of producten levert u aan gemeenten?

Kunnen deze worden aangepast aan de wensen van gemeenten?

Zijn er grote investeringen om voor te kunnen voldoen aan de eisen bij een aanbesteding? Zijn er ook aanbestedingen, waarbij de gemeente een grote investering heeft moeten doen?  Wat kunt u verliezen wanneer een opdracht die aan u was gegund opnieuw wordt aanbesteed,

en aan een andere partij wordt gegund? Uncertainty

Is het altijd duidelijk wat de gemeente van u als aanbieder verwacht? Verschilt dit ook per aankoopmodel?

Hoe expliciet formuleert de gemeente wat voor prestaties zij van u verwacht? Zijn contracten nog praktisch toe te passen na verloop van jaren?

Frequency

Doet u regelmatig zaken met dezelfde gemeenten?

 Hoe verschilt het zaken doen met gemeente die al met u verbonden zijn met nieuwe gemeenten?

 Is het moeilijker een aanbesteding te verkrijgen van een gemeente waar u nog geen zaken mee hebt gedaan?

 Hebben zorgaanbieders met lopende contracten bepaalde voordelen op zorgaanbieders die nog geen contract met een gemeente hebben?

53 Complexiteit

Wat voor zaken kunnen een aanbesteding complex maken?

Verschilt een de inkoopprocedure ook wanneer een aanbesteding complexer is?

III. Aankoopmodellen die door gemeente worden gebruikt

Merkt u grote verschillen tussen gemeenten in de aankoopprocedures die zij gebruiken? In hoeverre bent u op de hoogte van aankoopmodellen die de gemeente gebruikt? Zijn er aankoopmodellen die uw voorkeur genieten?

Welke modellen zijn dit en waarom?

IV. Relaties met gemeenten

Hoe onderhoud u contact met gemeenten? Verschilt dit per gemeente?

In hoeverre beïnvloedt de gemeente uw dagelijkse bedrijfsvoering?

 Heeft de manier waarop een opdracht aan u is gegeven (aankoopmodel) invloed op hoe de samenwerking met de gemeente verloopt?

Hoe gaat u om met onduidelijkheden in het contract?

 Wanneer de omstandigheden dermate veranderen dat u of de gemeente zich niet meer volledig aan het contract kunt houden, hoe overlegt u dit dan?

 In hoeverre ziet u een verband tussen het inkoopmodel dat wordt aangehouden tijdens een aanbesteding, en de relatie tussen gemeente en zorgaanbieder die daarop volgt?

Welke partijen zijn nog meer betrokken bij aanbestedingen?

V. Afsluiten.

 Zeggen dat we kunnen gaan afronden.

 Zijn er nog zaken, die ik niet genoemd heb, maar die wel belangrijk zijn?  Bedanken voor het interview.

GERELATEERDE DOCUMENTEN