• No results found

Appendix D: overview of the interview questions

8. APPENDICES

8.4 Appendix D: overview of the interview questions

Change project management in general:

1. Kunt u iets vertellen over uw ervaring met veranderprojecten. Hoe bent u hierbij terecht gekomen?

a. In welke industrie heeft u voornamelijk ervaring? Sociale zekerheid en welzijn in iets mindere mate.

b. Wat is uw studieachtergrond?

c. Heeft u ook trainingen gevolgd op het gebied van project management?

2. Wat denkt u dat het verschil is tussen een veranderproject en een “normaal” project? (bijvoorbeeld de ontwikkeling van een nieuw product) Wat is een kenmerk van een veranderproject?

3. Zijn er aspecten die u moeilijk vindt aan veranderprojecten? (of aspecten die altijd een uitdaging zullen blijven bij veranderprojecten?)

4. Wat vindt u vaak de grootste moeilijkheid/de grootste uitdaging van veranderprojecten? 5. Wat voor rol kunnen stakeholders spelen binnen een veranderproject?

6. Verschillen de belangen van stakeholdergroepen over het algemeen van elkaar?

7. Denkt u dat het aantal stakeholders en het aantal verschillende belangen het succes van een project kunnen beïnvloeden? Waarom wel/niet?

8. Denkt u dat de projectmanager invloed heeft op de tevredenheid van stakeholdergroepen? 9. Wat zou een projectmanager kunnen doen in het kader van stakeholdermanagement om

het succes van een project te vergroten?

10. Hoe denkt u over de rol van emotionele intelligentie van een project manager in project management?

Questions on the last completed change project:

Neemt u alstublieft uw laatst afgeronde veranderproject in gedachten voor het beantwoorden van de volgende vraag. Project success 1 = not at all 2 = to a limited extent 3 = to a moderate extent 4 = to a certain extent 5 = to a large extent

1. In hoeverre hebt u het gevoel dat u het project succesvol heeft afgerond?

2. Waarom?

3. In hoeverre was de opdrachtgever (project sponsor) tevreden met de resultaten van het project?

4. In hoeverre was het project team gemotiveerd voor het project? 5. In hoeverre was het project team tevreden met de resultaten van het

project?

6. Denkt u dat de teamleden opnieuw deel zouden nemen aan een soortgelijk project team?

7. In hoeverre waren de ontvangers van de verandering (change recipients) tevreden met de resultaten van het project? 8. In hoeverre voldeden de resultaten van het project aan de

verwachtingen/eisen van de ontvangers/gebruikers van de verandering?

9. In hoeverre maken de ontvangers gebruik van de resultaten van het project? Is de verandering daadwerkelijk geland in de organisatie?

1 2 3 4 5 Open 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5

Social complexity

10. Hoeveel verschillende

stakeholdergroepen waren betrokken bij het veranderproject? (zowel de partijen die invloed hadden op het project als de partijen die door het project beïnvloed waren) Welke? 11. Hoeveel verschillende

stakeholdergroepen waren betrokken bij de sturing van het project? 12. In hoeverre waren deze

stakeholdergroepen aan elkaar gerelateerd? (bestonden er relaties tussen de partijen?)

13. In hoeverre veranderden de belangen van de stakeholders gedurende de uitvoering van het project?

14. In hoeverre bestonden er conflicten tussen de belangen van de

stakeholders?

15. In hoeverre bestonden er conflicten tussen de belangen van de meest invloedrijke partijen?

16. Hoe bepaalde u welke

stakeholdergroepen belangrijker waren dan anderen?

17. Hoe ging u om met de verschillende belangen van stakeholdergroepen? 18. Hoeveel verschillende

vakgebieden/disciplines waren er betrokken gedurende de uitvoering van het veranderproject?

19. In hoeverre waren deze vakgebieden tegelijk betrokken bij de uitvoering van het project?

20. In hoeverre waren deze vakgebieden bekend met elkaar?

(open) (I will determine the scale later)

1 <3 <7 <10 <15 >15

Helemaal niet, in beperkte mate, in bescheiden mate, in een zekere mate, grotendeels.

Helemaal niet, in beperkte mate, in bescheiden mate, in een zekere mate, grotendeels.

Helemaal niet, in beperkte mate, in bescheiden mate, in een zekere mate, grotendeels.

Helemaal niet, in beperkte mate, in bescheiden mate, in een zekere mate, grotendeels.

Open

Open

1-2 3-4 5-6 7-10 >10

Helemaal niet, weinig tegelijk, sommigen tegelijk, een groot aantal tegelijk, bijna allemaal

Uiterst bekend, zeer bekend, enigszins bekend, sommigen waren nieuw voor elkaar, velen waren nieuw voor elkaar.

21. Hoeveel individuele stakeholders moesten deze verandering doormaken of doorvoeren?

22. Hoe breed was de impact van de verandering binnen de organisatie?

23. Hoe groot was de verandering voor belangrijkste stakeholders vanuit een persoonlijk perspectief?

<10 10-30 30-100 honderden, duizenden

Binnen een team binnen meerdere teams binnen een business unit binnen de organisatie

ook impact op mensen buiten de organisatie Nieuwe taken, nieuwe of andere instrumenten Nieuw gedrag vereist

Nieuwe rollen, nieuwe verantwoordelijkheden nieuwe normen/nieuwe cultuur, transformatie.

Questionnaire on Emotional Intelligence:

Gender: Male / Female

Year of birth: ________________________ Nationality: ________________________ Highest level

of education: ________________________

Directions:

Each of the following items asks you about your emotions or reactions associated with emotions. After deciding whether a statement is generally true for you, use the 5-point scale to respond to the statement. Please circle the “1” if you strongly disagree that this is like you, the “2” if you somewhat disagree that this is like you, the “3” if you neither agree nor disagree that this is like you, the “4” if you somewhat agree that this is like you, and the “5” if you strongly agree that this is like you. 1= strongly disagree

2= somewhat disagree 3= neither agree nor disagree 4= somewhat agree

5= strongly agree

1. I know when to speak about my personal problems to others 1 2 3 4 5 2. When I am faced with obstacles, I remember times I faced similar

obstacles and overcame them

1 2 3 4 5

3. I expect that I will do well on most things I try 1 2 3 4 5 4. Other people find it easy to confide in/trust me 1 2 3 4 5 5. I find it hard to understand the non-verbal messages of other people 1 2 3 4 5 6. I am aware of my emotions as I experience them 1 2 3 4 5 7. I expect good things to happen 1 2 3 4 5 8. I like to share my emotions with others 1 2 3 4 5 9. When I experience a positive emotion, I know how I make it last 1 2 3 4 5 10. I arrange events others enjoy 1 2 3 4 5 11. I seek out activities that make me happy 1 2 3 4 5 12. I am aware of the non-verbal messages I send out to others 1 2 3 4 5

13. I present myself in a way that makes a good impression on others 1 2 3 4 5 14. By looking at their facial expressions, I recognize the emotions people

are experiencing

1 2 3 4 5 15. I know why my emotions change 1 2 3 4 5 16. I have control over my emotions 1 2 3 4 5 17. I easily recognize my emotions as I experience them 1 2 3 4 5 18. I motivate myself by imagining a good outcome to tasks I take on 1 2 3 4 5 19. I compliment others when they have done something well 1 2 3 4 5 20. I am aware of the non-verbal messages other people send 1 2 3 4 5 21. When another person tells me about an important event in his or her

life, I almost feel as though I experienced this event myself

1 2 3 4 5

22. When I am faced with a challenge, I give up because I believe I will fail 1 2 3 4 5 23. I know what other people are feeling just by looking at them 1 2 3 4 5 24. I help other people feel better when they are down 1 2 3 4 5 25. I use good moods to help myself keep trying in the face of obstacles 1 2 3 4 5 26. I can tell how people are feeling by listening to the tone of their voice 1 2 3 4 5 27. It is difficult for me to understand why people feel the way they do 1 2 3 4 5