• No results found

algemene informatie over daltononderwijs

In document schoolgids algemeen deel (pagina 21-24)

Wat staan wij voor met ons onderwijs?

Centraal stellen we dat het onderwijs zich op het kind richt. Dit klinkt logisch maar helaas is het nog maar al te vaak zo dat het kind zich aanpast aan het onderwijs i.p.v. andersom. Een zeer belangrijk doel daarbij is de sociale opvoeding, de klas moet daarbij een soort werkplaats, werkgemeenschap zijn. Voor die sociale

opvoeding zijn de 5 Daltonkernwaarden van groot belang 1. Verantwoordelijkheid

2. Zelfstandigheid 3. Samenwerken 4. Reflectie

5. Doelmatigheid (effectiviteit) De taak dient daarbij als middel.

De zesde kernwaarde ‘borgen’ is voor de school belangrijk om de continuïteit te waarborgen.

ad 1: Vrijheid en verantwoordelijkheid

“Freedom and responsibility together perform the miracle” (Helen ParkhursT) Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken en eigen wegen te

vinden. Vrijheid in het daltononderwijs is de gelegenheid krijgen om het taakwerk zelf te organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen waarbinnen de leerlingen hun vrijheid leren gebruiken. Een leerling leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn omgeving te dragen, als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt. Door leerlingen meer vrijheid te bieden kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve leerhouding ontwikkelen. Maar vrijheid betekent niet dat alles zomaar kan en mag. Het is een taak van de leerkracht om iedere leerling een

structuur te bieden om vrijheid binnen grenzen te leren hanteren. Leerlingen krijgen de ruimte om te ontdekken en te experimenteren, maar worden tegelijk ook

geconfronteerd met de relatie tussen wat ze doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk leerproces, waarin zelfkennis en zelfinschatting een grote rol spelen. Vrijheid geven betekent voor ons zeggen: ik vertrouw jou! Ik vertrouw erop dat jij die verantwoordelijkheid kan dragen.

ad 2: Zelfstandigheid

“Experience is the best and indeed teh only real teacher”(Helen Parkhusrt) Zelfstandig leren en werken op een daltonschool is actief leren en werken. Een leerling wil doelgericht werken aan een taak of opdracht en is in staat om tijdens dit leerproces hulp te zoeken indien noodzakelijk. Deze manier van werken stimuleert het probleemoplossend denken van leerlingen. Om later als volwassene goed te kunnen functioneren moet een leerling leren beoordelen welke beslissingen hij/zij moet nemen en wat de gevolgen daarvan zijn. De keuzevrijheid dwingt een leerling tot het nemen van zelfstandige beslissingen die voor hem effectief en verantwoord zijn.

Vroeger was het stil zitten en luisteren en daarna herhalen, oefenen en toepassen.

Maar kinderen willen zelf nieuwe dingen ontdekken.

De taak moet ze daarvoor de ruimte bieden. Wij als leerkrachten moeten onze leerlingen goed kennen want pas dan zijn we in staat een takenpakket samen te stellen dat kinderen de kans geeft zelfstandig problemen op te lossen.

Daardoor leren ze creatief denken en handelen. En hoe zelfstandiger een kind wordt, des te gemakkelijker zal het leren een beredeneerde keuze te maken.

De taken zullen dus op het kind moeten worden afgestemd. Natuurlijk zijn er grote individuele verschillen tussen kinderen in leermogelijkheden maar ook in de mate van het aankunnen van de vrijheid en zelfstandigheid. Op het moment dat kinderen zelfstandig aan hun taak werken, hebben wij als leerkrachten onze handen vrij om individueel begeleiding te geven aan hen die dat behoeven.

ad 3: Samenwerken

“The school finctions as a social community” (Helen Parkhurst)

Een daltonschool is een leefgemeenschap waar leerlingen, leerkrachten, ouders en schoolleiding op een natuurlijke en gestructureerde wijze samen leven en werken.

Een daltonschool is ook een leeromgeving waar leerlingen en leerkrachten iets van en met elkaar leren. Doordat leerlingen samen met leerkrachten en medeleerlingen aan hun taken werken, leren zij met elkaar om te gaan en leren zij dat zij elkaar kunnen helpen. Het verwerven van kennis en vaardigheden in samenwerking met anderen kan het leren vergemakkelijken. Leerlingen leren dat er verschillen bestaan tussen mensen. Ze leren naar elkaar te luisteren en respect te hebben voor elkaar.

Als leerlingen met elkaar samenwerken, ontwikkelen ze sociale vaardigheden en leren ze reflecteren op de manier waarop ze leren, zoals het beoordelen van eigen inbreng en die van medeleerlingen, het aangaan va de dialoog, het leren omgaan met teleurstellingen en het ervaren van een meeropbrengst uit de samenwerking.

Het uiteindelijke doel is democratisch burgerschap. Een daltonschool is een oefenplek voor democratisering en socialisering.

In het dagelijks leven moet een mens samenwerken met allerlei andere mensen die hij/zij niet altijd zelf heeft gekozen. Zo'n teamverband moet je o.i. vroeg starten. In onze school kunnen leerlingen ervoor kiezen om samen te werken, tenzij op de taakbrief staat aangegeven dat bepaalde stof alleen gedaan moet worden. Ze leren elkaar leerstof uitleggen, hetgeen beter begrip kweekt dan alleen memoriseren. Door samen te werken leren kinderen ook dat afkijken of overschrijven zinloos is. Als leerkracht aan een Daltonschool zal je ook bewust moeten zoeken naar opdrachten die samen moeten, waarbij leerlingen zelf taken verdelen en gezamenlijk

verantwoordelijk zijn voor het eindresultaat. Samenwerken heeft zo meerwaarde;

anderen spreken je tegen, laten je andere wegen/ideeën zien etc. Ook “tutoring”

(oudere leerlingen begeleiden jongere leerlingen) speelt in toenemende mate een rol binnen ons onderwijs.

ad 4: Reflectie

“I would bet he first toe hear welcome critism”(Helen Parkhurst)

Reflexiviteit, nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk, is op daltonscholen belangrijk. Onze leerlingen leren we vooraf een inschatting van de

moeilijkheidsgraad en de tijd van de opdrachten te maken. Achteraf wordt hierover ook een feitelijke beoordeling gegeven en willen we in coachinggesprekjes

regelmatig de inschattingen vooraf en de feitelijke beoordeling achteraf met elkaar vergelijken. In zulke gesprekjes kan er dan bijvoorbeeld aandacht worden

geschonken aan het feit waarom een kind steeds de rekenopgaven in de weektaak moeilijker inschat dan ze (achteraf) blijken te zijn. Op andere aspecten van het

werken inde klas wordt op een soortgelijke wijze gereflecteerd. Zo wordt geleidelijk de vaardigheid in het zelfstandig werken en het samenwerken opgebouwd. Het kritisch benaderen van onderwijskundige ontwikkelingen en inzichten is op een daltonschool vanzelfsprekend. Ook wij, als leerkrachten, reflecteren op onze

onderwijspraktijk en professioneel handelen. Ook op schoolniveau vindt reflectie over de kwaliteit van het daltononderwijs voortdurend plaats.

Ad 5: Effectiviteit, doelmatigheid

“Dalton is een efficiency measure” (Helen Parkhurst)

Dalton is een maatregel om effectiever te werken: “a simple and economic

reorganization of the school”. Parkhurst wil met haar Dalton plan het schoolse leren doelmatiger maken. Daarom zijn effectiviteit en efficiency al vanaf het begin twee belangrijke begrippen. Effectiviteit en efficiency veronderstellen duidelijkheid over de onderwijsopbrengsten. Parkhurst vindt dat het onderwijs een brede functie heeft.

Onderwijs behoort kinderen en jeugdigen ook cultureel en moreel te vormen, zodat ze zelfredzaam en sociaal verantwoordelijk worden: geoefend in, gewend aan en voorbereid op leven, werken en samenleven. Het daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen. Parkhurst wil omwille van de efficiency leerlingen juist verantwoordelijkheid in handen geven. Zij stelt dat als leerlingen een taak krijgen, waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die ze in vrijheid zelf plannen en uitvoeren, het onderwijs dan veel effectiever is dan het stilzit- en luisteronderwijs dat zij zelf doorlopen heeft. Parkhurst maakt in haar Dalton plan van kinderen als het ware kleine ondernemers, die verantwoordelijkheid leren dragen voor het schoolwerk, hun eigen werk, dat ze in vrijheid uitvoeren. Over de

doelmatigheid en effecten van het leerproces willen we ook in gesprek zijn met onze kinderen. Het is prachtig om te ervaren hoe goed (jonge) kinderen soms al in staat zijn hun eigen doelmatigheid te beoordelen.

Onderwijs is een proces dat altijd in beweging is. Enerzijds vanuit veranderde onderwijskundige inzichten, anderzijds om zich aan te passen aan

maatschappelijke veranderingen. Als school proberen we hier steeds op in te spelen. Belangrijk hierbij is dat we steeds alle processen die zich afspelen in de school, om te komen tot bepaalde einddoelen (maar ook de einddoelen zelf ), controleren. Het controleren van deze processen heet kwaliteitszorg.

Praktisch gezien betekent dit dat we d.m.v. observaties, proefwerken en de afname van (landelijk) gestandaardiseerde toetsen regelmatig nagaan of de aangeboden stof en de gewenste sociale vaardigheden worden beheerst. Door middel van

klassenbezoeken, via inventarisaties, trendanalyses, dwarsdoorsnedes en tijdens teamvergaderingen gaan we na of de wijze waarop we ons onderwijs hebben

ingericht moet worden aangescherpt. In leerteams werken we een en ander uit. Een vraag die we ons hierbij regelmatig stellen is dan ook:

"Doen we de dingen goed en doen we de goede dingen?" Zowel inspectiebezoek als kwaliteitsaudit laten scores zien waar we trots op zijn. Ook BPS en Dalton

visitaties resulteerden in het met trots mogen dragen van de BPS en dalton licentie.

Wij blijven doorgaan met onze ontwikkelingen, zeker omdat we leerlingen willen toerusten met vaardigheden die zij voor de 21e eeuw nodig hebben.

leerlingenraad

Nadat u bovenstaande hebt gelezen begrijpt u ook dat wij op onze school naast de ouderraad en medezeggenschapsraad ook een leerlingenraad hebben. Deze raad is een vertegenwoordiging van leerlingen uit de drie bovenbouwgroepen. Twee leerlingen uit iedere groep (groep 6, 7 en 8) vormen deze raad. Door middel van presentatie en verkiezing zijn deze leerlingen door hun groep gekozen. Deze leerlingen vertegenwoordigen hun groep in de leerlingenraad.

De raad kan gevraagd en ongevraagd ideeën inbrengen aangaande alles wat met de school te maken heeft. Dat wat er wordt besproken in de raad is vooraf binnen de groepen besproken middels de klassenvergadering, op die manier brengen de afgevaardigden ook echt een groepsmening in. Zij streven ernaar om realistische zaken te bespreken en voorstellen in te dienen. De voorstellen worden meegenomen naar het team. De antwoorden komen terug in de raad.

De raad vergadert 1x per maand samen met juf Lydia, de directeur. Zij zorgen zelf voor een agenda, voor de notulering en de voorzitter komt ook uit hun midden. Ook op deze manier leren de groepen medeverantwoordelijkheid te dragen voor het reilen en zeilen op school, zij ervaren dat er serieus naar hen wordt geluisterd en dat zij onderdeel zijn van de organisatie. In het schooljaar 2013-2014 zijn we gestart met het invoeren van microkredieten. De groepen 6, 7 en 8 krijgen ieder € 20,--.

Gezamenlijk kiezen zij een goed doel uit waarvoor ze het betreffende schooljaar geld willen verdienen. Zelf zijn ze verantwoordelijk voor het organiseren van activiteiten en acties om het budget te laten groeien.

In document schoolgids algemeen deel (pagina 21-24)