• No results found

AFKORTINGEN, BEGRIPPEN EN

TERMINOLOGIE

Angel investor: Informele investeerder in een bedrijf, vaak vrienden of familieleden

met sympathie voor de plannen.

Ashoka: wereldwijde organisatie die investeert in sociale ondernemingen en

kennis- en netwerkvorming van sociale ondernemers faciliteert. De organisatie is opgericht door Bill Drayton in 1980 en genoemd naar de Indiase koning Ashoka, die zo’n 2300 jaar geleden leefde en wordt gezien als een rechtvaardige en op vrede gerichte heerser.

B Corp: keurmerk voor bedrijven met sociaal-maatschappelijke doelen

(van Amerikaanse origine). Om dit te verkrijgen, moet een onderneming voldoen aan strenge eisen op het gebied van impact op mens en milieu.

Betekeniseconomie: nieuwe economie waarin ‘maatschappelijk van betekenis zijn’

de primaire vorm van waarde-uitwisseling wordt (Klomp et al, 2016, p. 17).

Blended value: het totaal van alle maatschappelijke, ecologische en financiële

waarden die door een onderneming worden gecreëerd. Ze zijn ondeelbaar aan elkaar verbonden (Franssen & Scholten, 2007, p. 166).

B.V.m.: Besloten Vennootschap maatschappelijk. Voorstel voor een nieuwe

rechtsvorm speciaal voor sociale ondernemingen, gedaan door Social Enterprise NL (Hillen & Panhuijsen, 2016).

CIC: zie Community Interest Company.

Civil society: de derde sector in de maatschappij, naast de publieke sector (de staat)

en de private sector (de markt). Ook wel non-profit sector, civic sector, civil society of in het Nederlands maatschappelijk middenveld of burgermaatschappij genoemd.

Community Interest Company: Britse rechtsvorm voor ondernemingen met

maatschappelijke doelstellingen. Wettelijke eisen regelen onder meer dat een CIC ten minste 70 procent van de winst herinvesteert in het bedrijf en dus besteedt aan het bereiken van de statutair beoogde maatschappelijke impact.

CSR: Corporate Social Responsibility, zie Maatschappelijk verantwoord

ondernemen.

Deadweight: ‘wat er hoe dan ook zou zijn gebeurd.’ Een meting van het resultaat

dat zou zijn ontstaan als de organisatie of het bedrijf niet zou hebben bestaan (Franssen & Scholten, 2007, p. 167).

Donuteconomie: model voor een nieuwe economie, gebaseerd op werk

van Raworth (2017). Bestaat uit twee cirkels die de twee grenzen aangeven waarbinnen de economie zich volgens haar moet bevinden: het sociale fundament van menselijk welzijn [de binnenste cirkel] en het ecologische plafond van

planetaire grenzen [de buitenste cirkel]. Daartussen bevindt zich de veilige en rechtvaardige ruimte voor de mensheid.

Duurzame ontwikkelingsdoelen: zie Sustainable Development Goals.

Earned income: eigen inkomsten uit verkoop van goederen of diensten, die niet

van subsidies, fondsgelden of andere giften afkomstig zijn (zie Franssen & Scholten, 2007, p. 112).

EFESEIIS: Enabling the Flourishing and Evolution of Social Entrepreneurship for

Innovations and Inclusive Societies. Europees onderzoeksproject naar sociaal ondernemerschap, gefinancierd door EU (FP-7).

EMES: Emergence of Social Enterprise in Europe. Dit Europese onderzoeksnetwerk

ontstond in 1996 vanuit een onderzoeksprogramma; het werd de eerste jaren door de EU ondersteund en is inmiddels zelfstandig.

ENACTUS: een internationale non-profitorganisatie gericht op studenten die

een verschil willen maken in de wereld door middel van ondernemerschap. De organisatie is actief in 36 landen, waaronder Nederland, en wordt georgani-seerd in ‘chapters’, gekoppeld aan hogeronderwijsinstellingen. Afkorting is gebaseerd op ‘ENtrepreneurial ACTion US’.

GECES: Groupe d’experts de la Commission sur l’entrepreneuriat social

(expertgroep rond sociaal ondernemerschap van de Europese Commissie).

Hybriditeit: letterlijk ‘van gemengde afkomst’. In relatie tot sociale ondernemingen

wordt bedoeld dat deze opereren op het kruispunt van overheid, markt en civil society en dat de activiteiten dus niet vanuit slechts een van deze sectoren te verklaren zijn.

Impact: de verandering die je als bedrijf teweegbrengt op lange termijn. Formele

definitie: het totaal aan maatschappelijke effecten van de activiteiten van een onderneming op korte en lange termijn, gecorrigeerd voor de effecten die anderen teweegbrengen (alternative attribution), die sowieso gebeurd zouden zijn (deadweight), negatieve effecten (displacement), en geleidelijk afnemende effecten (drop-off)’ (gebaseerd op GECES, 2014, p. vi).

Impactgebied: het specifieke maatschappelijke probleem waarop een sociale

onderneming een positieve netto-impact wil maken.

Inclusieve onderneming: verschillende definities zijn mogelijk. ‘Een onderneming

die haar for-profit-doelstellingen wil bereiken door gericht producten en/of diensten in de markt te zetten die bijdragen tot het oplossen van sociale en/of ecologische uitdagingen’ (Michiels, 2016, p. 222); of gericht op werkgeverschap waarbij ‘de organisatie openstaat voor verschillende werknemers met

uiteenlopende talenten en daarmee een afspiegeling van de omringende samenleving vormt’ (Abu Ghazaleh et al., 2017, p. 31).

Maatschappelijk rendement: het saldo van de maatschappelijke baten

(opbrengsten) en lasten (kosten) die de activiteiten van een organisatie teweegbrengen (ook wel aangeduid als netto impact).

Maatschappelijk verantwoord ondernemen: de inspanning die een bedrijf verricht

om maatschappelijke waarde te creëren en schade te verminderen (en hierover transparant te rapporteren).

Maatschappelijke Kosten-Baten Analyse: instrument om kosten en baten voor

de maatschappij te berekenen, vooral gericht op financiële waarde. Wordt vooral gebruikt door de overheid om vóór een belangrijk besluit verschillende beleidsalternatieven door te rekenen.

Maatschappelijke onderneming: deze term werd gebruikt in een wetsvoorstel voor

een nieuwe juridische ondernemingsvorm met maatschappelijke doelstellingen. Sinds het stranden van dit wetsvoorstel is de term nauwelijks nog in gebruik.

MKBA: zie Maatschappelijke Kosten-Baten Analyse.

Multi-stakeholder model: model voor de analyse van activiteiten van sociale

ondernemingen in de maatschappij, waarin de belangen van overheid, markt en civil society vertegenwoordigd zijn.

MVO: zie Maatschappelijk verantwoord ondernemen.

NGO: Non-Governmental Organisation, niet-gouvernementele organisatie.

Outcome: de effecten die de activiteiten van een sociale onderneming op de

stakeholders en de maatschappij hebben.

Output: directe resultaten van de activiteiten van een sociale onderneming.

PPP: Public Private Partnerships, samenwerkingsvormen tussen de publieke en

PSO: Prestatieladder Socialer Ondernemen. Keurmerk van TNO voor sociale

ondernemingen rondom arbeidsparticipatie, bestaande uit een aantal treden.

Public value: publieke waarde, ofwel de waarde die een organisatie aan de

gemeenschap toevoegt. Het begrip wordt geassocieerd met bestuurskundig onderzoek van Moore.

Purpose economy: zie Betekeniseconomie.

SAA: zie Social Accounting and Auditing, kwalitatieve methode om impact van een

sociale onderneming te meten.

Scaling: opschalen, uitbreiden van activiteiten van een bedrijf.

SDG: zie Sustainable Development Goals.

SEFORIIS: Social Entrepreneurship as a Force for more Inclusive and Innovative

Societies. Onderzoeksproject naar sociaal ondernemerschap, gefinancierd door EU (FP-7).

Sociaal kapitaal: containerbegrip in de sociale wetenschappen dat uitgaat van

het idee dat sociale netwerken waarde hebben. Wetenschappers verschillen van mening over de vraag of sociaal kapitaal een individuele hulpbron is (bv. Coleman, 1988) of een kenmerk van collectieve gemeenschappen (bv. Putnam, 2000).

Social Accounting and Auditing: kwalitatieve methode om impact van een sociale

onderneming te meten.

Social Business Initiative: programma van de Europese Commissie om sociaal

ondernemerschap te onderzoeken en ondersteunen (sinds 2011).

Social Enterprise NL: platformorganisatie voor sociaal ondernemers in Nederland,

in 2012 opgericht door Mark Hillen en Willemijn Verloop. Geeft jaarlijks de Social Enterprise Monitor uit.

Social impact bond: financieringsconstructie waarbij een contract gesloten

wordt tussen een private investeerder en de overheid over de aanpak van een maatschappelijk probleem, en waarbij afspraken worden gemaakt over de te realiseren sociale impact. De overheid betaalt uit als de doelstelling behaald wordt.

Social return: de verplichting dat bij aanbestedingen een klein percentage van het

totale aanbestedingsbedrag op een sociale manier moet worden ingevuld. De eisen aan deze sociale invulling verschillen, maar vaak gaat het om het bieden van werk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Vaak toegepast door overheden.

Sociale firma: Nederlandse term voor sociale ondernemingen gericht op het

verschaffen vanwerk aan mensen met afstand tot arbeidsmarkt / arbeidsintegratie (in internationale literatuur vaak WISE genoemd).

Sociale onderneming: ‘Zelfstandige onderneming die een product of dienst levert

en primair en expliciet een maatschappelijk doel nastreeft, dat wil zeggen een maatschappelijk probleem wil oplossen’ (naar SER, 2015).

SROI: Social Return On Investment, methode om impact van een sociale

onderneming te meten, waarbij alle elementen worden omgezet in geldwaarde.

Stakeholders: belanghebbenden die een rol spelen bij het functioneren van een

onderneming.

Step-changer: sociale onderneming die met de eigen bedrijfsactiviteiten markt en

maatschappij wil veranderen door te redeneren vanuit het maken van impact in de waardeketen (uit: Keizer et al., 2016).

Sustainable Development Goals: de SDG’s vormen de wereldwijde agenda voor

duurzame ontwikkeling voor de periode 2015-2030. De lijst bestaat uit 17 doelen en voor elk doel is een aantal specifieke indicatoren vastgesteld.

Systemic changer: sociale onderneming die markt en maatschappij wil veranderen

door te redeneren vanuit het maken van impact in de waardeketen en in te zetten op bewustwording (uit Keizer et al., 2016).

Theory of change: de theorie die aan de basis ligt van de activiteiten van een

onderneming, gericht op de verandering die de onderneming wil bewerkstelligen, en gewoonlijk gesplitst in input, activiteiten, output, outcome en impact.

Third sector: zie Civil society.

TOC: zie Theory of change.

Venture philanthropy: investeringen in liefdadigheid (filantropie) met als doel om

maatschappelijke impact te bereiken en niet alleen financiële rendementen te behalen.

LITERATUUR

Aanbestedingswet 2012, geldend van 01-07-2016 t/m heden. http://wetten.overheid.nl/ BWBR0032203/2016-07-01

ABN AMRO (2017). De romantiek voorbij. De noodzaak van marktontwikkeling voor sociale

ondernemingen. https://www.abnamro.com/nl/images/Documents/035_Social_Newsroom/Press_

Releases/2017/ABN_ AMRO_Sociaal_Ondernemen_2017-07.pdf

Abu Ghazaleh, N., Hogenstijn, M., Meerman, M., Zinsmeister, J., & Ballafkih, H. (2017). Meedoen in

Nieuw-West 2. De rol van bedrijven in de participatiesamenleving. Amsterdam: Hogeschool van

Amsterdam. http://www.hva.nl/binaries/content/assets/subsites/kc-be-carem/assets_10/meedoen_ in_nieuwwest_def_web2.pdf

Alegre, I., Kislenko, S., & Berbegal-Mirabent, J. (2017). Organized Chaos: Mapping the Definitions of Social Entrepreneurship. Journal of Social Entrepreneurship, 8(2), 248-264. http://dx.doi.org/10.10 80/19420676.2017.1371631

Alter, K. (2007). Social enterprise typology. Virtue Ventures LLC, 12. https://www.globalcube.net/ clients/philippson/content/medias/download/SE_typology.pdf

Aps, J., Carpenter, B., Fortuna, A., Nicholls, J., Ongan, G., Titiz, S., Urgan, E., Uibu, M., & Seda Muftügil Yalçin, A. (2017). Maximise your impact. A guide for social entrepreneurs. http://www. socialvalueuk.org/app/uploads/2017/10/MaximiseYourImpact.24.10.17.pdf

Argyrou, A. (2018). Social enterprises in the EU: Law promoting stakeholder participation in

social enterprises (Doctoral dissertation, University Utrecht). https://dspace.library.uu.nl/

handle/1874/362304 (embargo op open access publicatie tot februari 2019).

Arnoldus, M., van Kuik, J. , Hillen, M., & Verloop, W. (2013). Stimuleren van de social enterprise sector.

Ervaringen en lessen uit Europa voor het ministerie van Economische Zaken.

https://www.social-enterprise.nl/wp-content/uploads/2014/01/Stimulansen-voor-de-Social-Enterprise-Sector.pdf Arvidson, M., Lyon, F., McKay, S., & Moro, D. (2013). Valuing the social? The nature and controversies

of measuring social return on investment (SROI). Voluntary Sector Review, 4(1), 3-18.

Avance (2017). Sustainable Development Goals voor Sociaal Ondernemers. https://avance-impact.nl/ av2015/content/uploads/2017/06/Avance_SDGs_voorSociaalOndernemers-1.pdf

Avance, Social Enterprise NL en Impact Centre Erasmus. (2018). Het Impactpad - Hoe je als

ondernemer groeit in het meten van je maatschappelijke impact. https://impactpad.nl/

wp-content/uploads/2018/06/Impactpad_final.pdf

Backer, J. W. (2018). Understanding Social Enterprise in the Netherlands. An application

of the Macro-Institutional Social Enterprise framework to identify the influence of institutions on social entrepreneurship in the Netherlands. https://www.researchgate.

net/profile/Joost_Backer/publication/326353851_An_application_of_the_Macro-Institutional_Social_Enterprise_framework_to_identify_the_influence_of_institutions_ on_social_entrepreneurship_in_the_Netherlands/links/5b477040aca272c6093b4125/

An-application-of-the-Macro-Institutional-Social-Enterprise-framework-to-identify-the-influence-of-institutions-on-social-entrepreneurship-in-the-Netherlands.pdf

Bacq, S., Hartog, C., Hoogendoorn, B., & Lepoutre, J. (2011). Social and commercial entrepreneurship:

Exploring individual and organizational characteristics. EIM Research Reports H201110. http://

www.ondernemerschap.nl/pdf-ez/H201110.pdf

Bacq, S., & Janssen, F. (2011). The multiple faces of social entrepreneurship: A review of definitional issues based on geographical and thematic criteria. Entrepreneurship & Regional Development,

23(5-6), 373-403.

Blom, R., Bosdriesz, G., van der Heijden, J., van Zuylen, J., & Schamp, K. (2010). Help een

burgerinitiatief! De faciliterende ambtenaar: werkboek met informatie, suggesties en tips voor gemeenteambtenaren die te maken hebben met initiatieven van burgers. Den Haag: Ministerie

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. https://pure.uva.nl/ws/files/1380596/106706_ Werkboek_Help_een_burgerinitiatief.pdf

Bornstein, D., & Davis, S. (2010). Social entrepreneurship: What everyone needs to know. Oxford University Press.

Bosma, N. (2015). Impactmeting: wetenschappelijke inzichten. Presentatie bij Social impact factory, 1 december 2015. http://www.slideshare.net/SocialImpactFactory/universiteit-utrecht-niels-bosma Bosma, N., Schøtt, Th., Terjesen, S.A., & Kew, P. (2016). Global Entrepreneurship Monitor 2015:

Special Topic Report on Social Entrepreneurship. http://gemconsortium.org/report/49542

CEDRIS, & SBCM (2015). Van SW naar Sociale Firma. Handreiking voor transitie van SW-activiteiten

naar privaat ondernemerschap. http://cedris.nl/uploads/media/Van_SW_naar_Social_Firm_A4_

printversie.pdf

Choi, N., & Majumdar, S. (2014). Social entrepreneurship as an essentially contested concept: Opening a new avenue for systematic future research. Journal of Business Venturing, 29(3), 363-376. http:// www.firstorm.com/wp-content/uploads/2014/05/18Social-entrepreneurship-as-an-essentially-contested-concept.pdf

ChristenUnie (2018). Ondernemen met een maatschappelijke missie. (H)erkenning van Sociale

Ondernemingen door de BVm. https://www.christenunie.nl/l/library/download/1227578

Coleman, J. S. (1988). Social capital in the creation of human capital. American Journal of Sociology, S95-S120.

Commissie Code Sociale Ondernemingen (2017). Impact First. Code Sociale Ondernemingen.

Vastgestelde versie 1.0, Juli 2017. https://www.social-enterprise.nl/files/5614/9855/5734/

Vastgestelde_versie_Code_Sociale_Ondernemingen.pdf

Dacin, P. A., Dacin, M. T., & Matear, M. (2010). Social entrepreneurship: Why we don’t need a new theory and how we move forward from here. The academy of management perspectives, 24(3), 37-57.

Dacin, M.T., Dacin, P.A., & Tracey, P. (2011). Social Entrepreneurship: A Critique and Future Directions.

Organization Science 22(5), p. 1203-1213. http://dx.doi.org/10.1287/orsc.1100.0620

Dagevos, M. & Kiers, J., Kors, J., & Verhagen, P. (2015). Voor een goede zaak. Sociaal ondernemen in

theorie en praktijk. Bussum: Coutinho.

Dees, J.G. (2001). The meaning of social entrepreneurship. Original Draft: October 31, 1998 Reformatted and revised: May 30, 2001. https://centers.fuqua.duke.edu/case/wp-content/uploads/

Dees, J.G., & Anderson, B.B. (2006). Framing a theory of social entrepreneurship: building on two

schools of practice and thought. Research on social entrepreneurship, ARNOVA occasional paper

series, 1 (3), 39–66. https://centers.fuqua.duke.edu/case/wp-content/uploads/sites/7/2015/02/ BookChapter_Dees_FramingTheoryofSE_2006.pdf

Defourny, J., & Nyssens, M. (2010). Conceptions of social enterprise and social entrepreneurship in Europe and the United States: Convergences and divergences. Journal of Social Entrepreneurship,

1(1), 32-53.

Delsen, L. (2016). The realisation of the participation society. Welfare state reform in the Netherlands:

2010-2015. Institute for Management Research, Department of Economics, Radboud University.

https://www.ru.nl/publish/pages/516298/nice_16-02.pdf

Doherty, B., Haugh, H., & Lyon, F. (2014). Social enterprises as hybrid organizations: A review and research agenda. International Journal of Management Reviews, 16(4), 417-436.

During, R., van der Jagt, P., & de Sena, N. (2014). Social Enterprise, Social Innovation and

Social Entrepreneurship in The Netherlands: A National Report. http://www.fp7-efeseiis.

eu/?wpdmdl=756

Ecorys & Verwey-Jonker Instituut. (2008): Handleiding voor kosten-batenanalyses in het sociale

domein. http://www.verwey-jonker.nl/doc/vitaliteit/1277_Eindversie%20handleiding%20

kosten%20batenanalyse.pdf

Es, B. van (2015). Social impact bonds. Een nieuw instrument om jeugdwerkloosheid te bestrijden.

Scriptie Hogeschool Rotterdam.

http://social-enterprise.nl/wp-content/uploads/2015/09/Brian-van-Es-Social-impact-bonds-openbare-versie.pdf

Estrin, S., Mickiewicz, T., & Stephan, U. (2016). Human Capital in Social and Commercial Entrepreneurship. Journal of Business Venturing, 31(4), 449-467.

European Commission (2014a). A map of social enterprises and their eco-systems in Europe. Synthesis

report. http://ec.europa.eu/social/BlobServlet?docId=12987&langId=en

European Commission (2014b). The Social Business Initiative of the European Commission. http:// ec.europa.eu/internal_market/publications/docs/sbi-brochure/sbi-brochure-web_en.pdf European Commission (2015). How can policy makers improve their country’s support to social

enterprises? European Policy Brief, 4th November 2015.

https://ec.europa.eu/research/social-sciences/pdf/policy_briefs/efeseiis_pb-1115.pdf#view=fit&pagemode=none

Faber, T., & Mulders, E. (2012). Een kennismaking met de maatschappelijke kosten-batenanalyse

(MKBA). Handreiking voor beleidsmakers. Rijksoverheid. https://www.rijksoverheid.nl/

onderwerpen/ruimtelijke-ordening-en-gebiedsontwikkeling/documenten/brochures/2012/10/04/ een-kennismaking-met-de-maatschappelijke-kosten-batenanalyse-mkba

Franssen, B., & Scholten, P. (2007). Handboek voor sociaal ondernemen in Nederland. Assen: Koninklijke Van Gorcum.

GECES (Groupe d’experts de la Commission sur l’entrepreneuriat social) (2014). Proposed Approaches

to Social Impact Measurement in European Commission legislation and in practice relating to: EuSEFs and the EaSI. GECES Sub-group on Impact Measurement. Adopted by the GECES -

June 2014. https://doi.org/10.2767/28855

Gemeente Amsterdam (2015). Werkplan sociale firma’s. https://www.amsterdam.nl/publish/ pages/721423/werkplan_sociale_firma_rapport_sjabloon2.pdf

Giddens, A. (1984). The constitution of society: Outline of the theory of structuration. University of California Press.

Goudswaard, A. (2018). Aan het werk zonder vragen. PW Magazine 6, 46-47.

Granovetter, M. (1983). The strength of weak ties: A network theory revisited. Sociological Theory,

1(1), 201-233.

GRI, United Nations Global Compact, & WBSCD (2015). SDG compass - The guide for business action

on the SDGs. https://sdgcompass.org/wp-content/uploads/2015/12/019104_SDG_Compass_

Guide_2015.pdf

Hehenberger, L., Harling, A-M., & Scholten, P. (2013). A Practical Guide to Measuring and Managing

Impact. EVPA Knowledge Centre. http://www.oltreventure.com/wp-content/uploads/2015/05/

EVPA_A_Practical_Guide_to_Measuring_and_-Managing_Impact_final.pdf

Hillen, M. (2014). Iedereen werk, iedereen winst. Hoe sociale firma’s een inclusieve economie creëren. Amsterdam: Warden Press.

Hillen, M., & Panhuijsen, S. (2016). B.V.m.- De sociale onderneming op weg naar het Burgerlijk

Wetboek. Social Enterprise NL. https://www.social-enterprise.nl/files/6914/5735/5318/Op_Weg_

Naar_Het_Burgerlijk_Wetboek.pdf

Hogenstijn, M., Zinsmeister, J., Meerman, M., & Sander, J. (2016). In geouwehoer kun je niet werken.

Leernetwerk Sociaal Ondernemerschap en Omgaan met de Overheid - pilot Amsterdam Nieuw-West. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam. https://pure.hva.nl/ws/files/424068/eindrapport_

leernetwerk_sooo_nieuw.pdf

Hogenstijn, M. (2017). Samen sociaal en ondernemend: tips voor betere samenwerking tussen sociale

ondernemingen en de lokale overheid. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam. https://pure.hva.

nl/ws/files/1336766/Brochure_HvA_samen_sociaal_en_ondernemend.pdf

Hogenstijn, M., Meerman, M., & Zinsmeister, J. (2018). Developing stereotypes to facilitate dialogue between social entrepreneurs and local government. Journal of Innovation and Entrepreneurship

7:3 https://doi.org/10.1186/s13731-018-0084-5

Hoogendoorn, B. (2011). Social entrepreneurship in the modern economy: Warm glow, cold feet (No. EPS-2011-246-STR). Erasmus Research Institute of Management (ERIM). http://repub.eur.nl/ pub/26447/

Hoogendoorn, B., Pennings, E., & Thurik, R. (2011). A conceptual overview of What We Know About

Social Entrepreneurship. EIM Research Report H201114. http://citeseerx.ist.psu.edu/viewdoc/

download?doi=10.1.1.465.3134&rep=rep1&type=pdf

Hoogerwerf, P. (2017). Échte winst. In zeven stappen naar succesvol ondernemen met

maatschappelijke impact. Amsterdam: Uitgeverij SWP.

Hummels, G. J. A. (2018). The 18th SDG. Social entrepreneurship in a global society. Oratie Universiteit Utrecht, 1 maart. https://dspace.library.uu.nl/handle/1874/369840

Hurst, A. (2014). The purpose economy. How your desire for impact, personal growth and community

is changing the world. Elevate Publishing.

Karré, P.M., & Mossel, V. (2017). Sociaal én ondernemend. Een essay over de kansen en risico’s van

hybriditeit voor sociale ondernemingen. http://cdn.instantmagazine.com/upload/2227/essay_

sociaal_ondernemerschap_ih_13092017.2a756e208fa6.pdf

Karré, P.M. (2018). Navigating between Opportunities and Risks: The Effects of Hybridity for Social Enterprises Engaged in Social Innovation. Journal of Entrepreneurial & Organizational Diversity

7(1), 37-60. http://dx.doi.org/10.5947/jeod.2018.003

Karré, P.M., Dagevos, H., & Walraven, G. (Eds.) (2018). Sociale innovatie in de praktijk. Zoeken naar

Keizer, A., Stikkers, A., Heijmans, H., Carsouw, R., & van Aanholt, W. (2016). Scaling the impact of the

social enterprise sector. McKinsey & Company. http://www.mckinsey.com/industries/social-sector/

our-insights/scaling-the-impact-of-the-social-enterprise-sector

Kerlin, J. A. (2006). Social enterprise in the United States and Europe: Understanding and learning from the differences. Voluntas: International Journal of Voluntary and Nonprofit Organizations,

17(3), 246-262. Online beschikbaar via ResearchGate.

Kerlin, J. (2017). Shaping Social Enterprise: Understanding Institutional Context and Influence. Emerald Group Publishing.

Klomp, K., Wobben, S., & Kleijer, J. (2016). Handboek betekenisvol ondernemen. Amsterdam/ Antwerpen: Business Contact.

Klomp, K., & Maarhuis, N. (2018). Pioniers van de nieuwe welvaart. Drijfveren en dilemma’s van

ondernemers in de betekeniseconomie. Amsterdam/Antwerpen: Business Contact.

KplusV (2018). Sociaal ondernemerschap in coalitieakkoorden? Een onderzoek bij 25 gemeenten. Arnhem: KplusV. http://www.kplusv.nl/wp-content/uploads/2018/07/Onderzoeksrapport-sociaal-ondernemen-akkoorden.pdf

Kroese, E. (2015). Impact First. Waarom meten moet, en hoe je dat doet. Social Enterprise NL / Avance. http://social-enterprise.nl/impact-first/Impact-First.pdf

Krull, B., & van der Minne, C. (2016). Buy social: impact door inkoop. Inspirerende cases van maatschappelijk inkopen. https://www.social-enterprise.nl/files/8314/5951/4653/BuySocial_ Online.pdf

Kwakkenbos, T. (2017). Handvat Code Sociale Ondernemingen. Social Enterprise NL. https://www. social-enterprise.nl/files/6515/1247/8160/Handvat_Code_Sociale_Ondernemingen_online_versie. pdf

Labyrinth Onderzoek & Advies (2013). Sociaal ondernemen: passie en poen. Mogelijke succes- en

faalfactoren van sociale ondernemingen gericht op arbeidsparticipatie van mensen met een