• No results found

3. Toelichting kleuraanduiding Tabel S

2.1.6 Aantal soorten planten en dieren

1. Kernboodschap

Niet alle soorten profiteren van de positieve veranderingen in natuurgebieden. De Rode Lijsten worden langer, vooral de meest zeldzame soorten gaan nog steeds achteruit en sommige staan op het punt om uit Nederland te verdwijnen. Het is niet waarschijnlijk dat de achteruitgang van de huidige biodiversiteit gestopt is in 2010 en de Europese doelstelling gehaald zal worden.

2. Beleidsdoelen

Zekerstelling van de biodiversiteit door behoud, herstel, ontwikkeling en duurzaam gebruik van natuur. De achteruitgang van de huidige biodiversiteit moet per 2010 tot staan zijn gebracht. Het aantal bedreigde soorten in Nederland dat op de Rode Lijst staat, mag, in combinatie met de ernst van de bedreiging, in 2020 niet groter zijn dan in de periode 1994-2007 (LNV, 2007).

3. Toelichting kleuraanduiding Tabel S1

Aantal soorten planten en dieren Trend vanaf 1990 Recente trend Tijdige doelrealisatie

Het rijk streeft naar zekerstelling van de biodiversiteit en richting 2020 naar stabilisatie of ver- korting van de Rode Lijst van bedreigde soorten. Momenteel is 52% van de inheemse soorten gevoelig of heeft een negatieve trend en staat daarom op de Rode Lijst. Het gaat dan om reptie- len, platwormen, amfibieën, steenvliegen, sprinkhanen en krekels, zoogdieren, haften, libellen, dagvlinders, vissen, kokerjuffers, weekdieren, vogels, bijen, mossen, korstmossen, vaatplanten en paddenstoelen. 7% van de Rode Lijstsoorten komt in Nederland niet of nauwelijks meer voor en wordt als verdwenen uit Nederland beschouwd. Het betreft 458 soorten. Voor veel van de aquatische en mariene soorten zijn geen rode lijsten vastgesteld.

De Rode Lijsten zijn sinds 1990 langer geworden. Er is sprake van 9% stijging van Rode Lijsten van vogels, dagvlinders, zoogdieren, reptielen en amfibieën. Ook recentere trends van na 2000 voor de soorten die op de Rode Lijst staan, zijn vaak negatief: zo neemt de trend van veel zeld- zame (doel)soorten (waaronder Rode Lijstsoorten) nog af (zie diversiteit in Figuur 2.6 in para- graaf 2.1.3).

De toename van het aantal soorten op de Rode Lijst betekent dat er nog geen sprake is van ze- kerstelling van biodiversiteit. Ook de beoogde stop van het verlies van biodiversiteit in 2010 zal niet gehaald worden. De recente negatieve trend bemoeilijkt ook de realisatie van stabilisatie van de lengte van de Rode Lijst in 2020.

4. Figuur

Figuur 2.12 De Rode Lijst is sinds 1994 langer geworden voor die soortgroepen waarvan inmiddels ook recente gegevens beschikbaar zijn (vogels, dagvlinders, zoogdieren, reptielen en amfibieën).

5. Resultaat

De mate van bedreiging van afzonderlijke soorten kan in beeld gebracht worden met de Rode Lijst. Van een aantal groepen dieren en planten zijn Nederlandse Rode Lijsten verschenen. Momenteel is 52% van alle inheemse soorten gevoelig, bedreigd of zelfs uit Nederland verdwe- nen en staan daardoor op de Rode Lijst. Circa 5% van de vogels en planten en 25% van de vlin- ders zijn uit Nederland verdwenen. De grootste knelpunten spelen bij de steenvliegen, die af- hankelijk zijn van schone meanderende wateren: hiervan staat 95% op de Rode Lijst en is 45% uit Nederland verdwenen.

In de afgelopen tien jaar is de totale Rode Lijst (broedvogels, vlinders, amfibieën en reptielen en zoogdieren) gegroeid. Vooral het aantal ernstig bedreigde soorten is toegenomen. De Rode Lijst groeit met circa 9% in tien jaar, wanneer die soorten worden bekeken die op de twee Rode Lijs- ten voorkomen (zie voor toelichting bij methodiek) (Figuur 2.10). De Rode Lijstindex, zoals het CBS voor het ministerie van LNV heeft berekend, hanteert wegingsfactoren. Soorten die zijn verdwenen uit Nederland krijgen de wegingsfactor 5, ernstig bedreigde soorten wegingsfactor 4, bedreigde soorten wegingsfactor 3 en kwetsbare soorten wegingsfactor 2. Op die wijze bere- kend is de groei 7%. Informatie over ontwikkelingen van veel soorten van zoete en zoute wate- ren ontbreekt. Hiervoor zijn nog geen Rode Lijsten opgesteld. De recente groei van de Rode Lijst laat zien dat het stoppen van het verlies van de huidige biodiversiteit in 2010 niet waar- schijnlijk is. Met gerichte verbetering van de ecosystemen, waarin soorten met knelpunten voorkomen, wordt wel verwacht dat afname van de Rode Lijst mogelijk is. Zo laat het rapport Nederland Later (MNP, 2007) zien dat met vergroting van moeras en natte graslandlanden in plaats van met bos aan veel meer Rode Lijstsoorten een duurzame plek geboden kan worden.

6. Methodiek

Basis voor deze indicator vormen verspreidings- en trendgegevens van soorten. Soorten komen op een Rode Lijst als ze zeldzaam zijn en in aantal achteruitgaan. In Nederland zijn voor een beperkt aantal soortgroepen officiële nationale Rode Lijsten verschenen; officieel wil zeggen dat deze in de Staatscourant zijn gepubliceerd. Voor een aantal soortgroepen (dagvlinders, rep- tielen, amfibieën, zoogdieren, broedvogels) is voor de tweede keer een Rode Lijst gemaakt. Op deze manier kunnen de lijsten met elkaar vergeleken worden. Alleen die soorten zijn meegeno- men die in beide Rode Lijsten voorkomen. Hierdoor valt er een zeer beperkt aantal soorten af, die nieuw zijn voor Nederland of waarvoor in de eerste Rode Lijst onvoldoende gegevens aan- wezig waren.

De grafiek geeft per soortgroep het percentage weer van de soorten per Rode Lijstcategorie. De mate van bedreiging is overgenomen uit de bijbehorende Rode Lijsten.

7. Referenties

Hom, C.C., P.H.C. Lina, G. van Ommering, R.C.M. Creemers en H.J.R. Lenders (1996). Bedreigde en kwetsbare reptielen en amfibieën in Nederland. Rapport IKC Natuurbeheer nr. 25. Wageningen.

Hustings F., C. Borggreve, C. van Turnhout en J. Thissen (2004). Basisrapport

voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN-criteria. SOVON onderzoeksrapport 2004/13. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.

Lina, P.H.C. en G. van Ommering (1994). Bedreigde en kwetsbare zoogdieren in Nederland. Rapport IKC Natuurbeheer nr. 12. Wageningen.

Lina, P.H.C. en G. van Ommering (1996). Bedreigde en kwetsbare vogels in Nederland. Rapport IKC Natuurbeheer nr. 21. Wageningen.

LNV (2007). Begroting LNV 2008. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Ommering, G. van, I. van Halder, C.A.M. van Swaay en I. Wynhoff (1995). Bedreigde en kwetsbare dagvlinders in Nederland. Rapport IKC Natuurbeheer nr. 18. Wageningen.

Swaay, C. van (2006). De nieuwe Rode Lijst dagvlinders. Vlinders. Jrg 21 (3): 7-9.

Zoogdiervereniging VZZ (2007). Basisrapport voor de Rode Lijst Zoogdieren volgens Nederlandse en IUCN-criteria. VZZ rapport 2006.027. Tweede, herziene druk. Zoogdiervereniging VZZ, Arnhem.