intermediair/ongunstig risicoprofiel bij volwassenen
1.2 Aandoening en verloop van de ziekte
Niercelcarcinoom is een kwaadaardige tumor die zich bevindt in het weefsel van de nier. In ongeveer 85% van de gevallen ligt de oorsprong in het epitheel van de nier.3 Op basis van weefselonderzoek kan er onderscheid worden gemaakt in
verschillende type niercelcarcinoom. Het meest voorkomende type is heldercellig niercelcarcinoom, dat bij 80% van de patiënten voorkomt, gevolgd door het papillaire niercelcarcinoom (11%) en het chromofoob niercelcarcinoom (4%). Daarnaast zijn er nog een aantal andere subtypes.4, 5
Niercelcarcinoom is bij ongeveer 22-24% van de patiënten al gemetastaseerd bij diagnose.6 Metastasering vindt voornamelijk plaats in de longen (75%), weke delen
(36%), het skelet (20%), de lever (18%) en de hersenen (5%).3
1.3 Epidemiologie
Per jaar zijn er ongeveer 2.500 nieuwe patiënten met niercelcarcinoom.4 In
Nederland waren er in 2017 ongeveer 13.000 patiënten met niercelcarcinoom, waarvan 68% man was en 32% vrouw.7 Zij vormen ongeveer 2% van het totaal
aantal kankerpatiënten in Nederland.4 Niercelcarcinoom komt voornamelijk voor bij
een leeftijd ≥45 jaar, met een piek tussen 60 en 75 jaar.4
1.4 Onderzoeksvraag
De farmaco-economische analyse moet antwoord geven op de vraag of de toepassing van nivolumab plus ipilimumab in de dagelijkse klinische praktijk
kosteneffectief is, dat wil zeggen dat de investering in nivolumab plus ipilimumab in verhouding staat tot de gezondheidswinst en eventuele financiële besparingen die het bewerkstelligt. Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden wordt de
incrementele kosteneffectiviteitsratio van nivolumab plus ipilimumab ten opzichte van de standaardbehandeling bepaald.
DEFINITIEF | Farmaco-economisch rapport voor nivolumab plus ipilimumab (Opdivo® en Yervoy®) bij de eerstelijnsbehandeling van gevorderd niercelcarcinoom met een intermediair/ongunstig risicoprofiel bij volwassenen | 10 april 2019
2
Methoden
2.1 Patiëntenpopulatie
In de farmaco-economische analyse zijn de patiëntkenmerken grotendeels
gebaseerd op de pivotal studie CheckMate 214.8 In deze studie is behandeling met
nivolumab plus ipilimumab vergeleken met sunitinib voor volwassen patiënten met mRCC. De studie was gestratificeerd voor risicoprofielen, en de primaire
uitkomstmaten waren gericht op patiënten met een intermediair/ongunstig
risicoprofiel. De risicoprofilering is gebaseerd op het International Metastatic Renal Cell Carcinoma Database Consortium (IMDC) model.9 De risicofactoren die worden
meegenomen bij het bepalen van het risico in het IMDC model zijn de Karnofsky performance status (KPS)10, de tijd van diagnose tot behandeling (<1 jaar), en
verschillende bloedwaardes (calcium, bloedplaatjes, neutrofielen, en hemoglobine). Patiënten met één of twee aanwezige risicofactoren hebben een intermediair risicoprofiel en patiënten met drie of meer risicofactoren hebben een ongunstig risicoprofiel. De belangrijkste kenmerken van de patiënten met een
intermediair/ongunstig risicoprofiel in de CheckMate 214 studie zijn weergegeven in tabel 1.
Tabel 1: CheckMate 214 belangrijkste kenmerken van patiënten met een
intermediair/ongunstig risicoprofiel (n=847) bij behandeling met nivolumab plus ipilimumab en sunitinib
Nivolumab plus ipilimumab (n=425)
Sunitinib (n=422)
Mediane leeftijd (range) 62 (26-85) 61 (21-85)
Man (%) 314 (74) 301 (71) IMDC risicoprofiel (%)A Intermediair 334 (79) 333 (79) Ongunstig 91 (21) 89 (21) Geografisch gebied (%) Verenigde Staten 112 (26) 116 (26) Europa en Canada 148 (35) 146 (35) Overig 165 (39) 165 (39) PD-L1 expressie Minder dan 1% 74% 71% 1% of meer 26% 29% Voorgaande behandeling (%) Radiotherapie 52 (12) 52 (12) Nefrectomie 341 (80) 319 (76)
Aantal locaties met laesies (%)
1 90 (21) 84 (20)
Meer dan 1 335 (79) 337 (80)
DEFINITIEF | Farmaco-economisch rapport voor nivolumab plus ipilimumab (Opdivo® en Yervoy®) bij de eerstelijnsbehandeling van gevorderd niercelcarcinoom met een intermediair/ongunstig risicoprofiel bij volwassenen | 10 april 2019
Long 294 (69) 296 (70)
Lymfeklieren 190 (45) 216 (51)
Botten 95 (22) 97 (23)
Lever 88 (21) 89 (21)
A Uitleg over het IMDC risicoprofiel staat beschreven in paragraaf 2.1.
De registratiehouder heeft de vergelijkbaarheid tussen de CheckMate 214
patiëntpopulatie en Nederlandse mRCC patiënten met een intermediair/ongunstig risicoprofiel onderzocht aan de hand van de PERCEPTION database7, dit is een
Nederlandse mRCC patiëntenregistratie. In tabel 2 zijn enkele belangrijke
demografische kenmerken van de patiënten in de PERCEPTION database vergeleken met de CheckMate 214 populatie. Aangezien volgens de registratiehouder de door hen benaderde drie Nederlandse klinische experts bevestigen dat de CheckMate 214 studiepopulatie voldoende representatief is voor de Nederlandse populatie die ze met ipilimumab plus nivolumab verwachten te kunnen behandelen zijn de CheckMate 214 gegevens gebruikt voor de base-case analyse. Twee experts merkten ook op dat de PERCEPTION database een andere tijdsperiode betreft: - een groot aantal patiënten kreeg toen geen behandeling;
- tyrosine kinaseremmers (TKIs) werden niet op grote schaal toegepast als de eerstelijnsbehandeling;
- de verwijzing van patiënten was anders; - immunotherapie was niet beschikbaar.
Tabel 2: Vergelijking patiëntkarakteristieken
Karakteristieken Nederlandse dataA (base-case) CheckMate 214
Mediane leeftijd in jaren 66 61
Man (%) 67,6 72,6
Heldercellig mRCC (%) 68 100
Gemiddeld gewicht (kg) 80,2 81,3
Verdeling gewicht (kg, %) Man Vrouw
0-50 2,1 6,8 2,7 50-75 26,6 53,5 37,9 75-100 53,3 37,6 44,6 100-125 17,1 2,2 12,0 125-150 0,8 0,0 2,2 150-175 0,0 0,0 0,5
A Nederlandse data op basis van de PERCEPTION database (gewogen gemiddelde beide
cohorten) en CBS data (gewicht)6
Ondanks dat klinisch experts hebben aangegeven dat de CheckMate 214 populatie voldoende representatief voor de Nederlandse praktijk zijn er volgens Zorginstituut Nederland wel enkele belangrijke verschillen. In vergelijking met de CheckMate 214 studie zijn Nederlandse patiënten ouder en bovendien hebben de patiënten in de CheckMate 214 studie een gunstigere performance status. Een ander belangrijk verschil is het percentage patiënten met een intermediair/ongunstig risicoprofiel in beide studies. In CheckMate 214 had 79% een intermediair risicoprofiel en 21% een ongunstig risicoprofiel. In de PERCEPTION database zijn deze percentages
respectievelijk 42% en 58% in het 2008-2010 cohort en 52% en 42% in het 2011- 2013 cohort. Deze percentages zijn volgens de registratiehouder echter niet direct vergelijkbaar, aangezien in de PERCEPTION database een andere risicoprofilering is gehanteerd, namelijk een aangepaste variant van de Memorial Sloan Kettering Cancer Center (MSKCC) risico score.11 Het Zorginstituut acht het niet waarschijnlijk
DEFINITIEF | Farmaco-economisch rapport voor nivolumab plus ipilimumab (Opdivo® en Yervoy®) bij de eerstelijnsbehandeling van gevorderd niercelcarcinoom met een intermediair/ongunstig risicoprofiel bij volwassenen | 10 april 2019
tussen de studies verklaart. Conclusie patiëntenpopulatie:
Het Zorginstituut is van mening dat de CheckMate 214 studie voldoende representatief is voor de patiëntenpopulatie waarvoor vergoeding wordt
aangevraagd en vindt dat dit de populatie is die moet worden onderzocht in de base case analyse. Daarbij merkt het Zorginstituut op dat de Nederlandse patiënten mogelijk wel ouder zijn en mogelijk een slechtere performance status hebben dan de populatie waarop het model is gebaseerd.
2.2 Interventie
De interventie bestaat uit een combinatie van nivolumab en ipilimumab. Beide zijn monoklonale antilichamen die per infusie toegediend worden. In de farmaco- economische analyse is de dosering aangehouden zoals beschreven in de CHMP (figuur 1).
Figuur 1: Doseringsschema nivolumab plus ipilimumab