• No results found

Aanbieden van SB-activiteiten aan specifieke (groepen) SB-deelnemers 5.2 werkproces: Stelt een plan op.

In document Details (pagina 36-40)

Omschrijving De trainer/coach stelt, in overleg met deskundigen, een (jaar)plan op. Hij beschrijft en bepaalt concrete doelen, inhoud, organisatie en evaluatiemethode en ontwerpt een trainings-, les- of activiteitenplan en een

begeleidingsplan. Hij overlegt met collega's/deskundigen en stelt op basis hiervan hetplan eventueel bij. Gewenst resultaat Er ligt een compleet, realistisch en goed leesbaar (jaar)plan, dat afgestemd is met collega’s en andere

deskundigen, aansluit op de beginsituatie van de SB-deelnemer(s) en past binnen het (sport) technisch beleid en de visie van de SB-organisatie. Een binnen de langere langere termijn passend, gestructureerd en haalbaar trainings-, les- of activiteitenplan en begeleidingsplan is ontworpen, waarin onderbouwde keuzes zijn gemaakt voor de aan te bieden SB-activiteiten, begeleiding en coaching en de te hanteren methodieken, dat veilig uitgevoerd kan worden.

Vakkennis en vaardigheden Competentie en component(en) Prestatie-indicator • Kennis van anatomie en fysiologie

• Kennis van gesprekstechnieken • Didactische vaardigheden

• Evaluatievaardigheden

• Kennis van doelgroepen m.b.t. sport en bewegen

• Kennis van SB-accommodatie,

-materialen en -middelen • Kennis van SB-organisaties • Kennis van strategisch en

beleidsmanagement

• Kennis van (ortho)pedagogiek • Sportspecifieke kennis

• Sporttechnische- en tactische kennis

• Methodische vaardigheden

Samenwerken en overleggen

• Afstemmen

• Anderen raadplegen en betrekken

De trainer/coach overlegt met collega’s of andere deskundigen van de eigen of een andere discipline en stemt het (jaar)plan af met de beleidsverantwoordelijken in de SB-organisatie, zodat hij gebruik kan maken van hun kennis en expertise en het plan past binnen de visie en het (sport) technisch beleid van de SB- organisatie.

Formuleren en rapporteren

• Correct formuleren

• Structuur aanbrengen

De trainer/coach formuleert bij het opstellen van het plan concrete doelen waarbij hij in de beschrijving rekening houdt met de vraag/beginsituatie van de SB- deelnemers, zodat het opgestelde programma/plan helder en duidelijk is voor de trainer/coach en andere betrokkenen.

Vakdeskundigheid toepassen

• Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden

De trainer/coach stelt een trainings-/lesplan en begeleidingsplan op waarin de SB-activiteiten en de begeleiding en coaching naadloos aansluit bij de beginsituatie en specifieke kenmerken van de (groep) SB-deelnemers, zodat het plan passend is en veilig uitgevoerd kan worden.

Onderzoeken

• Informatie achterhalen

De trainer/coach achterhaalt informatie over onder andere beleid, beginsituatie, doelstellingen, begeleiding en coaching om in het (jaar)plan aan te sluiten bij de beginsituatie van de specifieke (groep) SB-deelnemers en zodat het past binnen het les-, trainings, en

Kerntaak 5 Aanbieden van SB-activiteiten aan specifieke (groepen) SB-deelnemers. 5.2 werkproces: Stelt een plan op.

Plannen en organiseren • Activiteiten plannen • Tijd indelen

• Mensen en middelen organiseren

De trainer/coach plant de lessen/trainingen en begeleiding, zet op adequate wijze een tijdpad uit en houdt rekening met of creëert de randvoorwaarden zoals de inzet van materialen en middelen, zodat de plannen haalbaar zijn.

Kerntaak 5 Aanbieden van SB-activiteiten aan specifieke (groepen) SB-deelnemers. 5.4 werkproces: Geeft trainingen/lessen aan specifieke (groepen) SB-deelnemers.

Omschrijving De trainer/coach regelt op grond van het plan de randvoorwaarden, draagt zorg voor de inrichting van de sport- en bewegingssituatie en bespreekt vooraf het doel en de aanpak met betrokkenen. Hij verzorgt en coördineert de uitvoering: hij geeft bijvoorbeeld instructies, demonstreert, legt uit, licht toe, gebruikt daarbij leermiddelen en let op de veiligheid. Hij bewaakt de voortgang en sluit de training/les af.

Gewenst resultaat De SB-deelnemers krijgen voldoende houvast van de trainer/coach tijdens de training/les om de activiteiten uit te voeren. De training/les verloopt veilig, volgens plan, de sport- en bewegingscondities zijn maximaal en de

doelstellingen worden behaald.

Vakkennis en vaardigheden Competentie en component(en) Prestatie-indicator • Kennis van anatomie en fysiologie

• Kennis van gesprekstechnieken • Didactische vaardigheden

• Kennis van SB-accommodatie,

-materialen en -middelen

• Kennis van methodisch handelen • Kennis van (ortho)pedagogiek

• Kennis van protocollen m.b.t.: hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch werken en kostenbewust werken

• Sociale vaardigheden

• Kennis van sport en gezondheid • Sportspecifieke kennis

• Sporttechnische- en tactische kennis

• Begeleidingsvaardigheden

Aansturen

• Instructies en aanwijzingen geven

• Uitoefenen van gezag

• Functioneren van mensen controleren

• Richting geven

De trainer/coach toont overwicht, houdt de betrokkenen gericht op het bereiken van de doelen en zorgt ervoor dat ieders rol duidelijk is, hij geeft heldere en duidelijke instructies, stelt duidelijke omgangsregels en grijpt op passende wijze in bij risicovol (bewegings)gedrag, zodat samenwerking tussen trainer/coach, kader en SB- deelnemers soepel verloopt en de training/les in sociaal en fysiek opzicht veilig is.

Vakdeskundigheid toepassen

• Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden

• Vakspecifieke fysieke kwaliteiten tonen

De trainer/coach geeft instructie, oefeningen en opdrachten op maat aan de SB-deelnemers op zowel technisch, tactisch, mentaal, fysiek als

materiaaltechnisch gebied en demonstreert

sporttechnische en tactische handelingen, zodat de SB- deelnemers op passend niveau kunnen sporten en bewegen en de doelstellingen worden behaald. Materialen en middelen inzetten

• Materialen en middelen doelmatig gebruiken • Materialen en middelen doeltreffend gebruiken • Geschikte materialen en middelen kiezen

De trainer/coach zet materialen, middelen en media effectief, vindingrijk en veilig in en sluit aan bij de mogelijkheden van de SB-deelnemers, zodat

materialen, middelen en media een positieve bijdrage leveren aan de sport- en bewegingsactiviteiten en de bewegingssituatie veilig is.

Plannen en organiseren

• Mensen en middelen organiseren

• Voortgang bewaken

De trainer/coach regelt de randvoorwaarden en de mogelijke inzet van deskundigen, hij controleert regelmatig de voortgang van de training/les en

Kerntaak 5 Aanbieden van SB-activiteiten aan specifieke (groepen) SB-deelnemers. 5.4 werkproces: Geeft trainingen/lessen aan specifieke (groepen) SB-deelnemers.

bewegingscondities optimaal zijn en hij tijdig bij kan sturen als de situatie daartoe aanleiding geeft. Op de behoeften en verwachtingen van de "klant"

richten

• Aansluiten bij behoeften en verwachtingen • "Klant"-tevredenheid in de gaten houden

De trainer/coach geeft SB-deelnemers op de persoon of doelgroep gerichte lessen/trainingen, neemt klachten van SB-deelnemers serieus en onderneemt zo nodig actie, zodat de lessen/trainingen aansluiten bij de behoefte van de SB-deelnemers.

Kerntaak 5 Aanbieden van SB-activiteiten aan specifieke (groepen) SB-deelnemers.

In document Details (pagina 36-40)