• No results found

Gezamenlijke scenario’s voor Harmonisatie voorschoolse voorzieningen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Gezamenlijke scenario’s voor Harmonisatie voorschoolse voorzieningen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ministeries SZW en OCW

t.a.v. minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mr. L.F. Asscher en staatssecretaris van Onderwijs, drs. S. Dekker

Postbus 20001

2500 EA ’S-GRAVENHAGE

Utrecht, 16 september 2013 Kenmerk:UB.2013.095.RdB-EH

Betreft: Harmonisatie voorschoolse voorzieningen

Geachte heer Asscher, geachte heer Dekker,

Meer samenwerking tussen onderwijs, kinderopvang en peuterspeelzaalwerk en harmonisatie van de voorschoolse voorzieningen. Dat heeft uw Kabinet zich als doel gesteld in het regeerakkoord. Terwijl u aan de uitwerking daarvan werkt, staan de ontwikkelingen in het veld niet stil. Op vele plaatsen in Nederland werken voorschoolse voorzieningen en basisscholen samen aan kwaliteit en doorlopende ontwikkellijnen van kinderen. Om deze positieve ontwikkeling niet te frustreren is het van belang dat de uitwerking van uw voornemen aansluit op de ideeën en bestaande expertise uit de praktijk. De Branchevereniging Kinderopvang, MOgroep, PO-Raad en VNG willen namens die praktijk daarover graag met u in gesprek treden.

Bij goed onderwijs voor elk kind hoort ook een goede start voor elk kind. De voorschoolse

voorzieningen moeten daarom toegankelijk zijn voor alle kinderen van 2,5 tot 4 jaar, pedagogische kwaliteit leveren en zorgen voor een doorgaande ontwikkellijn. Want als het gaat om jonge kinderen hebben wij een grote verantwoordelijkheid en een groot belang bij het optimaal ontwikkelen van deze kinderen. Een verantwoordelijkheid om deze kinderen een goede start in het leven te bieden op velerlei terreinen, zoals onderwijs, socialisatie etc. Een groot belang omdat hier de basis wordt gelegd van de ontwikkelkansen en het toekomstperspectief van alle kinderen.

In het veld is iedereen het er over eens: de gemeente moet samen met de partners als

peuterspeelzalen, kinderopvang en onderwijs komen tot goede ontwikkelarrangementen voor kinderen tussen 2,5 en 4 jaar. Wij vinden dit bovenal een gezamenlijke verantwoordelijkheid en hebben daarom als samenwerkende partijen mogelijke scenario’s verkend. Scenario’s die, binnen de kaders van het regeerakkoord, tegemoet komen aan het perspectief van meer integrale

voorzieningen voor kinderen tussen 2,5 en 4 jaar. Voor welk scenario ook wordt gekozen, kwaliteit moet altijd de hoogste prioriteit hebben bij een voorschoolse voorziening. Alleen dan kan het maximale worden gedaan aan het voorkomen, signaleren en aanpakken van

ontwikkelingsachterstanden.

(2)

De samenwerkende partijen in het primair onderwijs, de gemeente, de kinderopvang en de peuterspeelzalen hebben in maart dit jaar al aandacht gevraagd voor één geharmoniseerde basisvoorziening voor het jonge kind. Het huidige versnipperde aanbod voor jonge kinderen is niet efficiënt, niet effectief en onduidelijk voor ouders. Daarom moeten de systemen van kinderopvang, peuterspeelzaal, voorschool en onderwijs meer worden geïntegreerd. Een dergelijke stelselwijziging heeft echter alleen zin als het de samenwerking tussen de voorschoolse voorzieningen, kinderopvang en het basisonderwijs verder bevordert.

Voor de lange termijn zien wij als meest wenselijke situatie één integrale voorziening voor opvang, ontwikkeling en onderwijs van alle kinderen met minimaal vier dagdelen per week zodanig dat de voorziening een hoog bereik heeft onder kinderen vanaf 2,5 jaar. Het regeerakkoord biedt goede aanknopingspunten om stappen te zetten richting dit lange termijnperspectief. Echter, dat vereist wel dat bij de uitwerking van het regeerakkoord nu voor een zodanige invulling wordt gekozen dat geen onomkeerbare stappen worden gezet die onze gezamenlijke ambitie in de weg staan.

Vandaar dat we u beiden vragen ons, als vertegenwoordigers van het veld, te betrekken bij de uitwerking van het regeerakkoord. Ga met ons gezamenlijk in gesprek over de scenario’s die wij kansrijk achten en ga dit financieel doorrekenen en inhoudelijk doorredeneren. Zodanig dat de invulling van het regeerakkoord de samenwerking tussen de voorschoolse voorzieningen,

kinderopvang en het basisonderwijs verder bevordert en het gezamenlijke lange termijn perspectief voor integrale voorzieningen voor jeugd niet uit beeld verdwijnt. De betrokkenheid van al deze partijen, met name in de samenwerking op lokaal niveau en in de dagelijkse praktijk, is daarbij cruciaal.

Hoogachtend,

Mevr. Rinda den Besten Voorzitter PO-Raad

Mevr. Jantine Kriens Voorzitter directieraad VNG

Mevr. Mariëlle Rompa

Voorzitter Brancheorganisatie Kinderopvang

Mevr. Marijke Vos Voorzitter MOgroep

cc. Vaste Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Vaste Kamercommissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Correspondentieadres: PO-Raad, Varrolaan 60, 3584 BW Utrecht, telefoon 030-3100933

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

 Informeer bij de ouders in uw samenwerkingsverband, met name bij de ouders van leerlingen die op extra ondersteuning zijn aangewezen..  Neem contact op met een

jaarlijks conform afspraken cie. Verbonden Partijen okt. Keulen toegevoegd LTA-overleg nov. Paterswoldsewegtunnel) de Rook collegebrief 28-8-15. 3e kw 16 2015-228 B&V PvA

Maar de diensten voor jonge kinderen op zichzelf volstaan niet om de armoedepro- blematiek uit de wereld te helpen: kwaliteitsvolle programma’s voor jonge kinderen van gezinnen met

Verschillende elementen in het huidige toezicht zouden beter op elkaar aan kunnen sluiten De IvhO signaleert in een recent rapport dat er ruimte is voor betere samenwerking en

Voor Gooise Meren betekent dit, dat de keuzevrijheid en gelijkheid zoals die er per 1 januari 2018 is voor werkende ouders, ook zoveel mogelijk zal gelden voor ouders zonder recht

Onderzocht kan worden of deze ruimte voldoende is voor alle evenementen.. Indien dat het geval is, kan Meester Gielenplein vervallen als

Michelles Kinderopvang behoudt zich het recht voor opvang te weigeren voor de duur van de periode dat het kind door ziekte of anderszins extra verzorgingsbehoeftig is, dan wel een

• De onderzoekers dienen voor het praktijkgericht onderzoek (paragraaf 3.2.3 en 3.4.1 ‘Programmering Evaluatie Passend Onderwijs’) samen te werken met samenwerkingsverbanden,