• No results found

20 december 2020 Bediening Heilige Doop aan Raphaël Adriaan Jozias Johannis de Koeijer

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "20 december 2020 Bediening Heilige Doop aan Raphaël Adriaan Jozias Johannis de Koeijer"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

20 december 2020

Bediening Heilige Doop aan Raphaël Adriaan Jozias Johannis

de Koeijer

(roepnaam Raphaël, geboren 10 september 2020)

Voorganger ds. L.C.P. Deventer Organist: Mark Christiaanse

Foto´s: Bas Blok

(2)

Voorzang gezang 437

1. Kom tot ons, scheur de heemlen, Heer, daal, Heiland, uit uw hemel neer.

Ruk open, rijt ze uit het slot, de hemeldeuren, Zoon van God.

2. Dauwt, heemlen, schenk u maatloos uit, daal, Heer, als dauw op dorstig kruid.

Gij wolken, breekt in regens neer, regent de Heiland, Isrels Heer.

3. Breek, aarde, uit, breek uit in pracht, dat berg en dal van lente lacht.

O aarde, wek die roze rood,

ontspring, Heer, aan der aarde schoot.

4. Waar blijft Gij toch, o ’s werelds troost, die wij verbeiden onverpoosd?

O daal toch uit uw hoog paleis in ons verloren paradijs.

5. Gij klare zon, gij schone ster,

door ons aanschouwd van eindloos ver, o zon ga op, o zonneschijn,

laat ons niet in het donker zijn.

6. Wij zijn hier in zo grote nood, wij leven allen naar de dood.

O kom, en voer met sterke hand ons weer terug in ’t vaderland.

Mededelingen

Aanvangspsalm 89: 1, 12

1. Ik zal zo lang ik leef bezingen in mijn lied

des Heren milde gunst, het werk aan ons geschied.

Mijn mond verkondigt, Heer, aan komende geslachten hoe Gij uw trouw betoont aan hen die U verwachten.

Uw goedertierenheid rijst op en gaat zich welven, een altijd veilig huis, vast als de hemel zelve.

(3)

12. Ik heb zijn nageslacht het leven toegekend.

Zijn troon staat even vast als ’t glanzend firmament.

Indien zijn zonen ooit mijn heilig recht ontwijden, niet wandlen naar mijn wil, dan zal Ik hen kastijden.

En toch zal Davids huis mijn liefd’ en trouw ervaren, Ik houd Mij aan mijn woord, zal mijn verbond bewaren.

Stil gebed Votum/groet

Kyriëgezang 301k

Kyrie eleison Kyrie eleison Christe eleison Christe eleison Kyrie eleison Kyrie eleison Vrijspraak

Gezang 433: 1, 2, 5

1. Komt tot ons, de wereld wacht, Heiland, kom in onze nacht.

Licht dat in de nacht begint, kind van God, Maria’s kind.

2. Kind dat uit uw kamer klein, als des hemels zonneschijn op de aarde wordt gesteld, gaat uw weg zoals een held.

5. Lof zij God in ’t hemelrijk, Vader, Zoon en Geest gelijk, nu en overal altijd,

nu en tot in eeuwigheid.

Gebed bij de opening van de Heilige Schrift

(4)

Lezing: Hebr. 1: 1-3, 8-12

11Op velerlei wijzen en langs velerlei wegen heeft God in het verleden tot de voorouders gesproken door de profeten, 2maar nu de tijd ten einde loopt heeft Hij tot ons gesproken door zijn Zoon, die Hij heeft aan- gewezen als enig erfgenaam en door wie Hij de wereld heeft geschapen.

3 In Hem schittert Gods luister, Hij is zijn evenbeeld, Hij schraagt de schepping met zijn machtig woord; Hij heeft, na de reiniging van de zonden te hebben voltrokken, plaatsgenomen aan de rechterzijde van Gods hemelse majesteit,

8Tegen de Zoon zegt Hij: ‘God, uw troon houdt stand tot in alle eeuwigheid, en de scepter van het recht is de scepter van uw koningschap.

9Gerechtigheid hebt U liefgehad en onrecht gehaat; daarom, God, heeft uw God U gezalfd met vreugdeolie, als geen van uw gelijken.’ En ook:

‘In het begin hebt U, Heer, de aarde gegrondvest, en de hemel is het werk van uw handen. 11Zij zullen vergaan, maar U houdt stand, ze zullen als een gewaad verslijten, 12als een mantel zult U ze oprollen, als een gewaad zullen ze worden verwisseld; maar U blijft dezelfde, en uw jaren zullen geen einde nemen.’

Gezang 439: 1, 4

1. Verwacht de komst des Heren, o mens, bereid u voor:

reeds breekt in deze wereld het licht des hemels door.

Nu komt de Vorst op aard, die God zijn volk zou geven;

ons heil, ons eigen leven vraagt toegang tot ons hart.

4. O Jezus, maak mij arme

in deze heil’ge tijd

uit goedheid en arbarmen zelf voor uw komst bereid.

Laat dit bestaan uw stal, dit hart uw kribbe wezen, opdat nu en na dezen ik U lofzingen zal.

(5)

Lezing: Joh. 1: 18-27

18 Niemand heeft ooit God gezien, maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft hem doen kennen. 19 Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’

20Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’ 21Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’ Hij zei:

‘Die ben ik ook niet.’ ‘Bent u de profeet?’ ‘Nee,’ antwoordde hij. 22‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben – wie zegt u zelf dat u bent?’

23Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer,” zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’ 24De afgevaardig- den die uit de kring van de farizeeën kwamen, 25vroegen verder:

‘Waarom doopt u dan, als u niet de messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’ 26‘Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, 27hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’

Prediking aansluitend Orgelspel Apostolicum (staande gesproken)

Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde. En in Jezus Christus, zijne eniggeboren Zoon, onze Here, die ontvan gen is van de Heil’ge Gees t, g eboren uit de maagd Maria, die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, ge storven en begraven, neder ge daald ter helle, ten derde dage wederom opgestaan van de doden, opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods, des al- machtigen Va ders, vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden.

Ik geloof in de Heilige Geest. Ik geloof ene heilige algemene christelijke Kerk, de gemeenschap der heiligen, vergeving der zonden, wederop- standing des vlezes en een eeuwig leven. AMEN

Gezang 348: 1, 2, 3 1. Heer van uw kerk,

Gij hebt het woord genomen

en zegt ons: laat de kindren tot Mij komen, want hunner is het koninkrijk.

(6)

2. Hier zijn wij dan:

van U is ’t jonge leven,

het moet U dankend worden weergegeven want alles komt uit uwe hand.

3. Reeds staat Gij klaar

en komt ons vriendlijk tegen,

uw liefde vindt ons langs verborgen wegen, eer wij U zoeken zijt Gij daar.

Onderwijzing

Vanochtend zal de doop worden bediend. Wij doen dit omdat wij gehoor- zaam willen zijn aan onze Heer, die gezegd heeft: ” Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest, en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat Ik jullie opgedragen heb .” De Heer wil dat Zijn gemeente gedoopt is. Want door de doop verzekert God ons dat wij bij Hem mogen horen. Door de doop zijn wij geroepen de Heer te loven en te dienen. De doop bevestigt onze gemeenschap met de gekruisigde en opgestane Christus. De doop verzegelt, dat wij horen bij de gemeente, die het lichaam van Christus is. Daarom kan ook van de doop gezegd worden: ”Dit geheimenis is groot”. Wij zijn verbonden met een verworpen Christus. Zijn dood is onze dood. Het oordeel dat aan Hem werd voltrokken is het oordeel over ons. Zijn verlorenheid is onze verlorenheid. Maar tegelijk is de doop een bron van troost en grote vreugde. Want de ge- kruisigde Heer is de opgestane Heer. Zijn opstanding betekent ook voor ons de belofte van leven. Wij delen in de verzoening die Hij bracht. God is zo niet alleen de Vader van Christus maar ook onze Vader. Zo gaat de toekomst van Zijn Rijk voor ons open. Tot de dag van de verlossing zal Christus ons bewaren door de Heilige Geest. Hij zal ons helpen waar wij Gods wil proberen te doen.

God gaat voorop. Voor wij roepen geeft Hij ons al antwoord. In de kinder- doop klinkt dit antwoord. God zegt daarmee dat de kleine kinderen al bij de gemeente mogen horen. Voor de klein sten heeft God al grote din- gen weggelegd. Wij hier bijeen als gedoopte gemeente, en ieder van ons persoonlijk, worden daarom geroepen met vreugde naar Gods Woord te leven. Wij worden geroepen onszelf te verloochenen en Christus te volgen, bereid om elke dag opnieuw te beginnen. Zó zullen wij de ene God, Vader, Zoon en Heilige Geest loven om Zijn kracht en om Zijn genade, alle dagen tot in eeuwigheid.

(7)

Doopgebed:

Heer, onze God en Vader, Uw ogen gaan over deze wereld om onze opstand en nood. Wij vallen in zonde en leven in chaos; maar U zoekt ons en onze kinderen op, in Jezus Christus Uw Zoon, onze Heiland.

Wij danken en loven U, dat U ons tot uw kinderen aanneemt en rekent tot de gemeente, die in Jezus Christus verkoren is.

Wij bidden U, dat hij, die nu gedoopt wordt, Hem kan volgen al zijn dagen, door waarachtig geloof, in vaste hoop, met vurige liefde, in vreugde en droefheid, in leven en sterven, tot aan de voleinding. Wij vragen U voor hen, die zullen opvoeden, geloof, liefde en trouw om Uw wegen bekend te maken en hun kind voor te gaan in toewijding en vast- beradenheid, in de verwachting van Uw Koninkrijk. Verbind kinderen en ouders, dit gezin en de gemeente aan elkaar, in een nieuwe gehoor- zaamheid, opdat wij, de doop begrijpend, komen tot verdiept belijden van Uw Naam. AMEN.

Doopvragen:

Willen jullie in gemeenschap met dit leren, be lijden en bid den, de doop voor jullie kind, en beloven jullie hem zo op te voeden dat hij leert begrijpen wat het is om gedoopt te zijn en de Heer te volgen? Wat is daarop jouw antwoord?

Bediening van de Doop Vraag aan de gemeente

Wilt u uw verantwoordelijkheid op u nemen voor deze mensen en zo een levend voorbeeld van waarachtig geloof geven aan hem die nu gedoopt is?

Gezang 972: 1, 2, 10

1. Hoe goed, o Heer, is ’t hier te zijn, bij woord en water, brood en wijn, waar alles ons een dag voorspelt dat hel en dood zijn neergeveld.

2. Ons leven zal geborgen zijn

en eenmaal zal het morgen zijn,

als helder licht ons overstraalt;

een Davidsster die nooit meer daalt.

(8)

10. Geloofd zij God die eeuwig leeft.

Geloofd Hij die zijn leven geeft!

Geloofd Hij die ons leven doet:

één lichaam uit één vlees en bloed.

Overhandiging van de doopkaart en doopkaars Voor- en dankgebed

Slotgezang 444: 1, 2, 4, 5 1. Nu daagt het in het oosten,

het licht schijnt overal:

Hij komt de volken troosten, die eeuwig heersen zal.

2. De duistenis gaat wijken

van de eeuwenlange nacht.

Een nieuwe dag gaat prijken

met ongekende pracht.

4. De zonne, voor wier stralen het nachtlijk duister zwicht, en die zal zegepralen, is Christus, ’t eeuwig licht!

5. Reeds daagt het in het oosten,

het licht schijnt overal:

Hij komt de volken troosten,

die eeuwig heersen zal.

Zegen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij zijn hemelvaart heeft onze Heer Jezus Christus zijn apos- telen de opdracht gegeven: `Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen door hen te dopen in de naam van de

Bij het begin van de kerk zei Jezus tot zijn volgelingen: ‘Ga op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige

leurstelling en opwinding: het archief bleek namelijk niet dat van mijn grootvader Christoph Kaerger te zijn maar dat van zijn vader, mijn overgrootvader, Ernst August

‘Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen door hen te dopen in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest en hen te leren dat zij zich moeten houden aan alles

Het College van Bestuur beslist binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift, maar niet eerder dan nadat de leerling en, indien deze nog niet de leeftijd van 18 jaar

19 Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, 20 en hun te leren dat ze zich moeten houden

In Almelo hebben ze iets wat de doorsnee middelgrote gemeente al lang niet meer heeft: een eigen bomenploeg die nagenoeg alle werk- zaamheden uitvoert.. Over drie jaar moet de

toentertijd leefden in het land Egypte. Sommige geschiedkundigen zijn van mening dat de naam JHWH reeds in de eerste versie van de Septuagint werd vervangen door het Griekse woord