• No results found

VOETBALTECHNISCH BELEIDSPLAN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "VOETBALTECHNISCH BELEIDSPLAN"

Copied!
27
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VERSIE : 3.0

DATUM : 9 maart 2016

VOETBALTECHNISCH BELEIDSPLAN

2016-2021

(2)

Het Voetbaltechnisch Beleidsplan van Voetbalvereniging Dieren is samengesteld door de commissie Voetbaltechnische Zaken en vastgesteld door het hoofdbestuur, na goedkeuring van de Algemene Ledenvergadering.

Het beleidsplan bestrijkt een periode van vijf jaar, zijnde vijf voetbalseizoenen. Elk jaar wordt een nieuwe deelversie vastgesteld, waarbij indien gewenst wijzigingen kunnen worden aangebracht.

Het nazien op de uitvoering van het beschreven beleid vindt plaats door de commissie Voetbaltechnische Zaken. De beide bestuursleden Voetbalzaken zijn hierbij eindverantwoordelijk.

(3)

INHOUD

1 ORGANISATIE 5

1.1 Organogram 5

1.2 Taakomschrijving coördinatoren 6

1.2.1 Technisch Coördinator 6

1.2.2 Leeftijdscoördinator 6

1.2.3 Keeperscoördinator 6

1.2.4 Coördinator Senioren (recreatief) 7

1.2.5 Coördinator Vrouwen-meisjes 7

1.3 Taakomschrijving commissies 7

1.3.1 Commissie Voetbaltechnische Zaken 7

1.3.2 Commissie Wedstrijdzaken 7

1.3.3 Commissie Scheidsrechterszaken 8

1.3.4 Commissie Vrouwenvoetbal 8

2 VISIE & DOELSTELLINGEN 9

2.1 Visie 9

2.2 Doelstellingen

2.2.1 Korte termijn 9

2.2.2 Middellange termijn 10

3 OVERZICHT VAN TEAMS 11

3.1 Pupillen 11

3.2 Junioren 11

3.3 Senioren 12

3.4 Overig 12

4 SAMENSTELLEN VAN TEAMS 13

4.1 Junioren en pupillen 13

4.1.1 Indelen: omvang leeftijdscategorie 13

4.1.2 Indelen: indeling spelers 13

4.1.3 Indelen: communicatie 14

4.1.4 Uitlenen 15

4.1.5 Verschuiven 16

(4)

4.2 Senioren (selectie) 16

4.2.1 Indelen: omvang selectie 17

4.2.2 Indelen: indeling spelers 17

4.2.3 Indelen: communicatie 17

4.2.4 Uitlenen 17

4.2.5 Verschuiven 17

4.3 Senioren (recreatie) 18

4.3.1 Indelen 18

4.3.2 Uitlenen 18

4.4 Vrouwen en meisjes 19

4.4.1 Indelen 19

4.4.2 Uitlenen 19

5 RICHTLIJNEN VOOR TEAMS 20

5.1 Normen en waarden 20

5.2 Speelwijze en speeltijd 20

5.3 Taakomschrijving van het kader 21

5.3.1 Organisatie 21

5.3.2 Registratie 21

5.3.3 Samenwerking 21

5.4 Toewijzing scheidsrechters 22

6 TRAINING & OPLEIDING 23

6.1 Trainers 23

6.2 Trainingsfaciliteiten 23

6.3 Trainingsmethodiek 23

6.3.1 Doelstellingen 24

6.3.2 Toepassing 24

6.3.3 BV De Graafschap 24

6.4 Keeperstraining 25

6.5 Opleidingsteam 25

(5)

1 Organisatie

1.1 Organogram

Onderstaand organogram geeft de organisatie van de afdeling Voetbalzaken weer.

(6)

1.2 Taakomschrijving coördinatoren

1.2.1 Technisch Coördinator

De Technisch Coördinator is verantwoordelijk voor de uitvoering van het voetbaltechnische beleid binnen zijn afdeling. Binnen Voetbalvereniging Dieren zijn drie Technisch Coördinatoren actief:

▪ Technisch Coördinator Senioren (selectie)

▪ Technisch Coördinator Junioren

▪ Technisch Coördinator Pupillen

De Technisch Coördinator is het aanspreekpunt voor leeftijdscoördinatoren en trainers op het gebied van voetbaltechnische onderwerpen. Hij is belast met de volgende hoofdtaken:

▪ aanstelling, advisering, begeleiding en beoordeling van selectietrainers;

▪ stimulering van de gewenste trainingsmethodiek, conform voetbaltechnisch beleidsplan;

▪ stimulering van de gewenste speelwijze, conform voetbaltechnisch beleidsplan;

▪ opzetten en eventueel tussentijds wijzigen van de samenstelling van teams.

Bij veel van zijn taken werkt de Technisch Coördinator nauw samen met de leeftijdscoördinatoren en trainers. Hij informeert het betreffende bestuurslid Voetbalzaken over de voortgang en resultaten ten aanzien van genoemde taken.

1.2.2 Leeftijdscoördinator

De Leeftijdscoördinator is verantwoordelijk voor alle organisatorische zaken betreffende zijn leeftijdscategorie. Binnen Voetbalvereniging Dieren zijn per leeftijdscategorie één of twee Leeftijdscoördinatoren actief.

De Leeftijdscoördinator is het aanspreekpunt voor de kaders van de teams met betrekking tot organisatorische zaken. Ook is hij het aanspreekpunt voor ouders van jeugdspelers. Hij is belast met de volgende hoofdtaken:

▪ aanstelling en begeleiding van trainers (niet zijnde selectietrainers) en leiders;

▪ opzetten en eventueel tussentijds wijzigen van de samenstelling van teams;

▪ competitie-indelingen.

Bij veel van zijn taken werkt de Leeftijdscoördinator nauw samen met de kaders van de teams en de Technisch Coördinator. Hij informeert het betreffende bestuurslid Voetbalzaken over de voortgang en resultaten ten aanzien van genoemde taken.

1.2.3 Keeperscoördinator

De Keeperscoördinator is verantwoordelijk voor de uitvoering van het voetbaltechnische beleid ten aanzien van keepers. De Keeperscoördinator is het aanspreekpunt voor keeperstrainers. Ook is hij het aanspreekpunt voor trainers op het gebied van voetbaltechnische onderwerpen met betrekking tot keepers. Hij is belast met de volgende hoofdtaken:

▪ aanstelling, advisering, begeleiding en beoordeling van keeperstrainers;

▪ stimulering van de gewenste keeperstraining, conform voetbaltechnisch beleidsplan;

▪ advisering van de commissie Voetbaltechnische zaken ten aanzien van keepers.

(7)

Binnen Voetbalvereniging Dieren is één Keeperscoördinator actief die zich richt op de jeugdkeepers.

1.2.4 Coördinator Senioren (recreatief)

De Coördinator Senioren (recreatief) is verantwoordelijk voor de organisatorische zaken betreffende de recreatieve seniorenteams. Hij is het aanspreekpunt voor de kaders van de teams. Binnen Voetbalvereniging Dieren is één Coördinator Senioren (recreatief) actief.

1.2.5 Coördinator Vrouwen-Meisjes

De Coördinator Vrouwen-Meisjes is verantwoordelijk voor de organisatorische zaken betreffende de vrouwen- en meisjesteams. Zij is het aanspreekpunt voor de kaders van de teams. Binnen Voetbalvereniging Dieren is één Coördinator Vrouwen-Meisjes actief.

1.3 Taakomschrijving commissies

1.3.1 Commissie Voetbaltechnische Zaken

De commissie Voetbaltechnische Zaken houdt zich bezig met de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van het voetbaltechnische beleid binnen de vereniging. De hoofdtaken van de commissie zijn:

▪ opstellen van het voetbaltechnische beleid;

▪ toezien op de uitvoering van het voetbaltechnische beleid;

▪ evalueren van het voetbaltechnische beleid.

De commissie bestaat uit de drie Technisch Coördinatoren en de twee bestuursleden Voetbalzaken.

1.3.2 Commissie Wedstrijdzaken

De commissie Wedstrijdzaken houdt zich bezig met het regelen van en toezien op een ordentelijk verloop van competitie-, beker- en oefenwedstrijden. De hoofdtaken van de commissie zijn:

▪ beheren van Sportlink met betrekking tot teamindelingen en wedstrijdformulieren;

▪ opstellen van een veld- en kleedkamerindeling voor trainingen;

▪ opstellen van een veld- en kleedkamerindeling voor wedstrijddagen;

▪ plannen van de bezetting van het wedstrijdsecretariaat op wedstrijddagen;

▪ plannen van oefenwedstrijden, inclusief veld- en kleedkamerindeling;

▪ communiceren van (wijzigingen in) wedstrijdprogramma naar kantinecommissie.

De commissie bestaat uit vier wedstrijdcoördinatoren, namelijk voor pupillen, junioren, senioren (zaterdag) en senioren (zondag).

1.3.3 Commissie Scheidsrechterzaken

De commissie Scheidsrechterszaken houdt zich bezig met de opleiding, begeleiding en planning van scheidsrechters. De hoofdtaken van de commissie zijn:

▪ plannen van scheidsrechters voor thuiswedstrijden;

▪ promotie van de functie van scheidsrechter;

▪ werving van nieuwe scheidsrechters;

▪ verzorgen van deelname aan scheidsrechtersopleidingen.

(8)

De commissie bestaat uit vier scheidsrechterscoördinatoren, namelijk voor pupillen, junioren, senioren (zaterdag) en senioren (zondag).

1.3.4 Commissie Vrouwenvoetbal

De commissie Vrouwenvoetbal houdt zich bezig met de ontwikkeling van het vrouwen- en meisjesvoetbal binnen de vereniging. De hoofdtaken van de commissie zijn:

▪ promotie van het vrouwenvoetbal bij vv Dieren, zowel intern als extern;

▪ werving van nieuwe leden;

▪ organiseren van specifieke activiteiten om promotie en werving te realiseren.

De commissie bestaat uit vier commissieleden, waaronder de Coördinator Vrouwen-Meisjes.

(9)

2 VISIE & DOELSTELLINGEN

Voetbalvereniging Dieren is in 2012 ontstaan uit een fusie tussen Voetbalvereniging Erica’76 en Voetbalvereniging Gazelle Nieuwland. Voetbalvereniging Dieren is een veelzijdige en maatschappelijk betrokken vereniging. Jeugdteams voetballen op zaterdag en voor seniorenteams is zowel op zaterdag als op zondag voetballen mogelijk. Voetbalvereniging Dieren is de thuisbasis van een grote en diverse groep voetballers: jongens, meisjes, mannen en vrouwen.

2.1 Visie

De voetbaltechnische visie van Voetbalvereniging Dieren is gericht op de opleiding en ontwikkeling van voetballers. Iedere voetballer moet zich binnen onze vereniging kunnen ontwikkelen tot het voor hem

of haar gewenste en haalbare niveau.

Een belangrijk uitgangspunt binnen onze teams is een optimale combinatie van plezier, ontwikkeling en prestatie. De gewenste verhouding tussen plezier en prestatie kan per individu verschillen. Elke voetballer moet zich wat dit betreft op zijn plek kunnen voelen binnen onze vereniging. Van selectiespelers wordt daarnaast verwacht dat ze beter willen worden.

De wedstrijdmentaliteit dient gericht zijn op het ‘willen winnen’, waarbij tegelijkertijd van de teams en individuele spelers een hoge mate van sportiviteit en respect naar teamgenoten, tegenstanders, arbitrage en publiek wordt verwacht. Bij de teams die niet aangemerkt zijn als selectieteam, dient het spelplezier boven het wedstrijdresultaat te gaan.

De speelwijze bij de jeugdteams (vanaf D-pupillen) en prestatieve seniorenteams is gericht op het 4-3- 3-systeem, waarbij aanvallend voetbal door middel van verzorgd positiespel wordt nagestreefd. Deze speelwijze dient als rode draad door de ontwikkeling van onze jeugdspelers te lopen.

Het streven is om onze prestatieve seniorenteams voornamelijk te vormen met voetballers afkomstig uit onze eigen jeugdopleiding. Voetbalvereniging Dieren heeft als visie om – zonder de uitkering van vergoedingen voor spelers – een zo hoog mogelijk competitieniveau voor de seniorenselectie na te streven.

2.2 Doelstellingen

2.2.1 Korte termijn

Voetbalvereniging Dieren heeft elk seizoen weer dezelfde belangrijke voetbaltechnische doelstelling, namelijk de groei en ontwikkeling van onze spelers mogelijk maken. Hiermee wordt ontwikkeling op voetbaltechnisch gebied, maar ook op fysiek, mentaal en sociaal gebied bedoeld. Persoonlijke ontwikkeling gaat in principe boven het teambelang: het individu staat voorop. De groei van de individuele spelers dient vervolgens een positief effect op de progressie van het team te hebben.

EEN OPTIMALE

COMBINATIE

VAN PLEZIER,

ONTWIKKELING

EN PRESTATIE

(10)

2.2.2 Middellange termijn

Voetbalvereniging Dieren heeft meerdere voetbaltechnische doelstellingen voor de middellange termijn. Met de middellange termijn wordt een periode van twee tot vijf jaar bedoeld.

Doelstellingen ten aanzien van senioren (selectie):

▪ het 1e team stabiel in de 2e klasse

▪ het 2e team stabiel in de 1e klasse

▪ het 3e team stabiel in de 3e klasse

▪ structureel en op zorgvuldige wijze doorstroming van junioren naar de seniorenselectie Doelstellingen ten aanzien van senioren (recreatie):

▪ handhaving c.q. uitbreiding van het aantal recreatieve seniorenteams op zaterdag

▪ handhaving c.q. uitbreiding van het aantal recreatieve seniorenteams op zondag Doelstellingen ten aanzien van vrouwen en meisjes:

▪ uitbreiding van het aantal vrouwenteams, door de realisatie van een 2e team

▪ het 1e team stabiel in de 3e klasse

▪ een meisjesteam binnen elke leeftijdscategorie van de junioren Doelstellingen ten aanzien van junioren:

▪ JO19-1, JO17-1 en JO15-1 stabiel in de Hoofdklasse

▪ JO19-2, JO17-2 en JO15-2 stabiel in de 2e klasse

▪ goede aansluiting van lagere juniorenteams op het eerstvolgende hogere team (bij voorkeur maximaal één klasse lager)

Doelstellingen ten aanzien van pupillen:

▪ JO13-1, JO11-1 en JO9-1 stabiel in de Hoofdklasse

▪ JO13-2, JO11-2 en JO9-2 stabiel in de 2e klasse

▪ goede aansluiting van lagere pupillenteams op het eerstvolgende hogere team (bij voorkeur maximaal één klasse lager)

(11)

3 OVERZICHT VAN TEAMS

Voetbalvereniging Dieren bestaat uit 651 spelende leden, die samen 45 teams vormen. In dit hoofdstuk staat benoemd welke teams dit betreft en – indien van toepassing – in welke klasse van KNVB- competities de teams uitkomen in het seizoen 2015-2016.

Gezien de halfjaarlijkse competitie bij de pupillen en het fluctuerende aantal spelende leden, is voor de beschrijving van de huidige situatie als peildatum 1 maart 2016 genomen.

3.1 Pupillen

In het huidige seizoen (2015-2016) zijn er 18 pupillenteams actief. Alle pupillenteams spelen wedstrijden in competitieverband. Van onderstaande teams worden JO9-1, JO11-2, JO11-1, JO13-3, JO13-2 en JO13-1 in het huidige seizoen als selectieteams aangemerkt.

Jongens Onder 13 Jongens Onder 11 Jongens Onder 9 JO13-1 1e klasse JO11-1 Hoofdklasse JO9-1 Hoofdklasse JO13-2 2e klasse JO11-2 1e klasse JO9-2 2e klasse JO13-3 2e klasse JO11-3 3e klasse JO9-3 4e klasse JO13-4 4e klasse JO11-4 3e klasse JO9-4 4e klasse JO13-5 5e klasse JO11-5 4e klasse JO9-5 5e klasse JO13-6 5e klasse JO11-6 5e klasse

JO11-7 5e klasse

3.2 Junioren

In het huidige seizoen (2015-2016) zijn er 12 juniorenteams actief. Alle juniorenteams spelen wedstrijden in competitieverband. Van onderstaande teams worden JO15-2, JO15-1, JO17-1 en JO19- 1 in het huidige seizoen als selectieteams aangemerkt.

Jongens Onder 19 Jongens Onder 17 Jongens Onder 15 JO19-1 1e klasse JO17-1 1e klasse JO15-1 1e klasse JO19-2 3e klasse JO17-2 3e klasse JO15-2 2e klasse JO17-3 4e klasse JO15-3 3e klasse JO15-4 4e klasse JO15-5 5e klasse

Meisjes Onder 19 Meisjes Onder 15 MO19-1 2e klasse MO15-1 2e klasse

(12)

3.3 Senioren

In het huidige seizoen (2015-2016) zijn er 11 seniorenteams actief. Van onderstaande teams worden het Mannen 1 en 2 (zat) in het huidige seizoen als selectieteams aangemerkt. In de kolom Mannen (zon) ontbreekt het derde team. Dit team heeft zich voor aanvang van de competitie teruggetrokken.

Mannen (zat) Mannen (zon) 1 - 2e klasse 2 - 3e klasse 2 - 3e klasse 4 - 6e klasse 3 - 4e klasse 5 - 6e klasse 4 - 4e klasse 6 - 7e klasse 5 - 5e klasse

6 - 6e klasse

Vrouwen (zat) VR1 – 4e klasse

3.4 Overig

In het huidige seizoen (2015-2016) zijn is er één groep Mini-pupillen actief. Zij spelen buiten de KNVB- competities om tegen teams van andere verenigingen.

Mini-pupillen Mini’s 1

In het huidige seizoen (2015-2016) zijn er buiten de reguliere seniorenteams, nog drie seniorenteams vanaf de leeftijd van 35 jaar actief. Het Mannen 40+ team en het Vrouwen 35+ team beperken zich hierbij tot één keer per week trainen. Zij spelen geen wedstrijden (in competitieverband).

Het Mannen 35+ team (7:7) speelt wel wedstrijden in competitieverband, Dit betreft een KNVB- competitie en deze wedstrijden vinden om de drie à vier weken plaats in toernooivorm op vrijdagavond.

Mannen 40+ Mannen 35+ Vrouwen 35+

40+ 1 35+ 1 1e klasse 35+ 1

(13)

4 SAMENSTELLING VAN TEAMS

4.1 Junioren en pupillen

4.1.1 Indelen: omvang leeftijdscategorie

De junioren en pupillen worden in eerste instantie ingedeeld in onderstaande leeftijdscategorieën.

Deze leeftijdscategorieën zijn conform de richtlijnen van de KNVB en als peildatum wordt 1 januari gehanteerd.

Leeftijd Categorie 4 – 6 jaar Mini-pupillen 6 – 8 jaar Onder 9 8 – 10 jaar Onder 11 10 – 12 jaar Onder 13 12 – 14 jaar Onder 15 14 – 16 jaar Onder 17 16 – 18 jaar Onder 19 18 – ouder Senioren

Alleen bij uitzondering kan door de Technisch Coördinator afgeweken worden van bovenstaande richtlijnen. In een dergelijk geval gaat dit in overleg met de speler, zijn of haar ouders, de leeftijdscoördinator en het kader van het betreffende team. Denk hierbij aan een speler die in zijn of haar leeftijdscategorie te weinig weerstand ondervindt om zich voldoende te kunnen ontwikkelen.

Uit deze leeftijdscategorisering kan worden afgeleid hoeveel teams er in een bepaalde leeftijdscategorie kunnen worden gevormd. Vervolgens kan ook per leeftijdscategorie worden vastgesteld hoeveel teams er komend seizoen worden aangemerkt als selectieteam.

4.1.2 Indelen: indeling spelers

Bij het indelen van de spelers staat een optimale combinatie van plezier, ontwikkeling en prestatie centraal.

Gestreefd wordt naar zoveel mogelijk nivellering. Een team wordt bij voorkeur gevuld met spelers van hetzelfde voetbaltechnische niveau. Echter, kan bij uitzondering

gekozen worden voor de meest optimale samenstelling van een team, boven het kiezen van voetbaltechnisch gelijkwaardige spelers.

Bij het indelen van de junioren- en pupillenteams wordt zoveel als mogelijk een vaste procedure gehanteerd. Hiermee wordt getracht zo eenduidig en transparant mogelijk om te gaan met deze taak.

Bij de procedure zijn de volgende personen betrokken:

ELK SEIZOEN STAPSGEWIJS WERKEN NAAR DE NIEUWE TEAMINDELING

EAMS

(14)

- Technisch Coördinator - Leeftijdscoördinator - Trainers en leiders

Stapsgewijs wordt door het lopende seizoen heen gewerkt naar de teamindeling voor het komende seizoen. De procedure wordt hierbij verdeeld in zes fasen, die door het seizoen heen gepland staan.

Planning Fase Betrokken

1 nov - 30 nov 1 1e beoordeling van spelers met SVS/KVS Kader - LC 1 dec - 31 dec 2 Tussentijdse evaluatie van teams LC - TC 1 feb - 28 feb 3 Concept teamindeling LC - TC 1 apr - 30 apr 4 2e beoordeling van spelers met SVS/KVS Kader - LC 1 mei - 31 mei 5 Definitieve teamindeling LC - TC voor 1 juni 6 Bekendmaking teamindeling LC

Fase 1: De kaders van alle junioren- en pupillenteams vullen voor elke speler een formulier van het Speler Volgsysteem (SVS) in. De keeperstrainers vullen formulieren van het Keeper Volgsysteem (KVS) in. De Leeftijdscoördinator neemt al deze formulieren na invulling weer in en biedt deze aan bij de Technisch Coördinator bij fase 2.

Fase 2: Alle junioren- en pupillenteams worden over het najaar geëvalueerd. Hierbij wordt het functioneren van het team, de ontwikkeling van de spelers en het kader besproken. Er wordt zowel naar de voetbaltechnische ontwikkeling als naar de mate van plezier gekeken. Vanaf dit moment kan er binnen selectieteams besloten worden om spelers mee te laten trainen bij hogere teams. Dit gaat in overleg met de betrokken trainers en de Technisch Coördinator.

Fase 3: Een eerste concept van de teamindeling voor het komende seizoen wordt gemaakt. Dit hoeft nog geen sluitende indeling te zijn, maar moet de contouren vormen van de definitieve indeling. Het concept wordt gemaakt aan de hand van de leeftijdscategorisering en de conclusies uit fase 2.

Fase 4: De kaders van alle junioren- en pupillenteams vullen nogmaals voor elke speler een formulier van het Speler Volgsysteem (SVS) in. De keeperstrainers vullen formulieren van het Keeper Volgsysteem (KVS) in. De Leeftijdscoördinator neemt al deze formulieren na invulling weer in en bespreekt deze met de Technisch Coördinator bij fase 6.

Fase 5: Een definitieve teamindeling voor het komende seizoen wordt gemaakt. Deze indeling wordt gemaakt na overleg tussen de trainers van de selectieteams, de Leeftijdscoördinatoren en de Technisch Coördinator.

De commissie Voetbaltechnische Zaken is eindverantwoordelijk voor de definitieve teamindeling.

4.1.3 Indelen: communicatie

Over de voortgang van de indelingsprocedure wordt door de technisch coördinatoren regelmatig terugkoppeling gegeven in de commissie Voetbaltechnische Zaken, die een goed verloop van de indelingsprocedure dient te bewaken. De bekendmaking van de teams wordt op de website van onze vereniging gedaan door de commissie Voetbaltechnische Zaken.

Ondanks de zorgvuldige en transparante wijze van indelen van teams en selecteren van spelers, kan het voorkomen dat er bij spelers en/of ouders ontevredenheid ontstaat over gemaakte keuzes. Zeer

(15)

belangrijk is dat de leeftijdscoördinatoren met ouders communiceren over de procedure en de gemaakte keuzes. De Leeftijdscoördinator verwijst ouders indien nodig door naar de Technisch Coördinator.

4.1.4 Uitlenen

Met uitlenen wordt het incidenteel uitlenen van een speler aan een ander team bedoeld. Uitlenen kan noodzakelijk zijn door ziekte, lichte blessures of andere omstandigheden die van tijdelijke aard zijn.

Om te bepalen in welke gevallen er spelers uitgeleend moeten worden, gaan we uit van onderstaande minimale bezetting van teams op wedstrijddagen.

1e team 2e team Overige teams

Onder 9 en 11 Minimaal 9 spelers Minimaal 9 spelers Minimaal 8 spelers Onder 13 Minimaal 14 spelers Minimaal 13 spelers Minimaal 12 spelers Onder 15, 17 en 19 Minimaal 14 spelers Minimaal 13 spelers Minimaal 12 spelers

Op basis van deze minimale bezetting kan het kader van een team het verzoek doen bij de Leeftijdscoördinator om een speler van een ander team te lenen.

Spelers van selectieteams (inclusief keepers) zijn verplicht om op verzoek van de Leeftijdscoördinator mee te spelen met een ander selectieteam in dezelfde leeftijdscategorie. In de overige gevallen van uitlenen gebeurd dit pas na overleg met betrokkenen, zoals de beide trainers en de speler. Bij een speler van een pupillenteam wordt hierbij ook zijn of haar ouders betrokken.

Indien een team op basis van genoemde minimale bezetting een tekort heeft, wordt er (met uitzondering van keepers) conform onderstaande richtlijn door een ander team uitgeleend.

Tekortkomend team Uitlenend team JO9-3 en lager JO9-4 en/of lager JO9-2 JO9-3 en/of lager

JO9-1 JO9-2

JO11-3 en lager JO11-4 en/of lager JO11-2 JO11-3 en/of lager JO11-1 JO11-2 of JO9-1 JO13-3 en lager JO13-4 en/of lager JO13-2 JO13-3 en/of lager JO13-1 JO13-2 of JO11-1 JO15-3 en lager JO15-4 en/of lager JO15-2 JO15-3 en/of lager JO15-1 JO15-2 of JO13-1 JO17-3 en lager JO17-4 en/of lager JO17-2 JO17-3 en/of lager JO17-1 JO17-2 of JO17-1 JO19-2 JO17-2 en/of lager JO19-1 JO19-2 of JO17-1

(16)

Van bovenstaande richtlijn kan bij hoge uitzondering worden afgeweken door de Technisch Coördinator. Hij legt hierover verantwoording af in de commissie Voetbaltechnische Zaken.

Bij een tekort aan spelers bij JO9-1, JO11-1, JO13-1, JO15-1, JO17-1 of JO19-1 bepaalt de trainer van het tekortkomende team welke speler hij graag wil lenen. Hij bespreekt dit met de trainer van het betreffende team. Bij verschil van mening neemt de Technisch Coördinator de beslissing.

Bij een tekort aan spelers bij een lager team, wordt in overleg met het kader van de teams bepaald welke speler er uitgeleend wordt. Bij een verschil van mening wenden zij zich tot de Leeftijdscoördinator.

De afwezigheid van een keeper in een selectieteam dient in principe opgelost te worden door het lenen van de keeper van het eerstvolgende selectieteam. De afwezigheid van een keeper bij een niet- selectieteam, dient in principe opgelost te worden binnen het team. In overleg tussen kaders van teams en de Leeftijdscoördinator kan gekozen worden voor een andere oplossing.

Er worden geen spelers uit juniorenteams uitgeleend aan seniorenteams, zonder overleg met en toestemming van zowel de Technisch Coördinator Junioren als de Technisch Coördinator Senioren (selectie).

4.1.5 Verschuiven

Met verschuiven wordt het voor een langere tijd veranderen van team bedoeld. Verschuiven kan noodzakelijk zijn door langdurige ziekte, zware blessures of andere omstandigheden waardoor een team een langdurig tekort aan spelers zal hebben.

Onder ‘andere omstandigheden’ kan worden begrepen een speler waarvan tijdens het seizoen blijkt dat hij of zij het niveau van het team en/of de competitie ontstegen is. Een speler die verschoven wordt naar een ander team, gaat ook de trainingen van dat team volgen.

Wanneer zich een verzoek tot verschuiven voordoet, wordt door de Leeftijdscoördinator, het kader en de Technisch Coördinator overlegd of de speler verschoven moet worden. Een belangrijk aspect hierbij is het standpunt van ouders. De Technisch Coördinator neemt uiteindelijk de beslissing, alleen na goedkeuring van betreffende speler en diens ouders.

In geval waarin verschuiven noodzakelijk blijkt, hanteert hij in principe de richtlijnen als beschreven onder 4.1.4. Hij legt hierover verantwoording af in de commissie Voetbaltechnische Zaken.

4.2 Senioren (selectie)

Spelers die uit de leeftijdscategorie senioren moeten voor 1 juni kenbaar hebben gemaakt of zij komend seizoen op zaterdag of op zondag willen voetballen. Na 1 juni kan deze keuze alleen nog gewijzigd worden met toestemming van de commissie Voetbaltechnische Zaken.

Het is niet toegestaan om spelers actief te benaderen over het eventueel overstappen van zondag naar zaterdag of vice versa. Indien het een speler uit de seniorenselectie betreft, dient dit verzoek te gaan via de Technisch Coördinator Senioren (selectie).

(17)

4.2.1 Indeling: omvang selectie

Elk jaar dient voor 1 juni zoveel mogelijk duidelijk te zijn wat de omvang van de groep selectiespelers is voor het komende seizoen. De Technisch Coördinator dient dit te monitoren heeft hierover regelmatig overleg met de hoofdtrainers van de selectieteams. Hij bespreekt de voortgang in de commissie Voetbaltechnische Zaken.

De seniorenteams Mannen 1 (zat) en Mannen 2 (zat) vormen samen de seniorenselectie. Het streven is om ook Mannen 3 (zat) aan te merken als selectieteam.

Alle spelers die tot de leeftijdscategorie van senioren behoren en de leeftijd van 25 jaar bij aanvang van het komende voetbalseizoen (peildatum 1 augustus) nog niet hebben bereikt, worden in principe geacht selectiespeler te zijn.

Op basis van uitzondering kan afgeweken worden van bovenstaande richtlijn. Indien een speler tot 25 jaar niet in de seniorenselectie wil spelen, bepaalt de commissie Voetbaltechnische Zaken in welk recreatieve seniorenteam de speler wordt ingedeeld. Dit gaat in overleg met de Coördinator Senioren (recreatie).

4.2.2 Indelen: indeling spelers

Voor de uiteindelijke indeling van de selectieteams geldt – in tegenstelling tot de junioren en pupillen – geen vaste indelingsprocedure. De te volgen werkwijze ligt in handen van de hoofdtrainers van de selectieteams, onder leiding van de Technisch Coördinator.

4.2.3 Indelen: communicatie

De communicatie over de wijze van selecteren en de bekendmaking van de teams wordt gedaan door de Technisch Coördinator. Dit in nauw overleg met en mede namens de hoofdtrainers van de selectieteams.

4.2.4 Uitlenen

Het uitlenen van spelers vindt bij de seniorenselectie naast ziekte, blessures en afwezigheid, ook plaats op basis van voetbaltechnische argumenten. Het uitlenen vindt plaats na overleg tussen de hoofdtrainers van de selectieteams.

Het 2e selectieteam dient op verzoek van de hoofdtrainer van het 1e selectieteam spelers aan het 1e team te leveren. Het 3e selectieteam dient op verzoek van de hoofdtrainer van het 2e selectieteam spelers aan het 2e team te leveren. De Technisch Coördinator is hier zijdelings bij betrokken en neemt een beslissing indien de hoofdtrainers er onderling niet uit komen.

Spelers uit de seniorenselectie worden niet uitgeleend aan recreatieve seniorenteams. Van deze richtlijn kan bij hoge uitzondering worden afgeweken in overleg met de Technisch Coördinator. Hij legt hierover verantwoording af in de commissie Voetbaltechnische Zaken.

SENIOREN TOT 25 JAAR IN

PRINCIPE IN

SELECTIETEAMS

(18)

4.2.5 Verschuiven

Het verschuiven van spelers vindt bij de seniorenselectie naast ziekte, blessures en afwezigheid, ook plaats op basis van voetbaltechnische argumenten. Het verschuiven vindt plaats na overleg tussen de hoofdtrainers van de selectieteams. De Technisch Coördinator is hier zijdelings bij betrokken en neemt een beslissing indien de hoofdtrainers er niet uit komen.

Het 2e selectieteam dient op verzoek van de hoofdtrainer van het 1e selectieteam spelers aan het 1e team te leveren. Het 3e selectieteam dient op verzoek van de hoofdtrainer van het 2e selectieteam spelers aan het 2e team te leveren. De Technisch Coördinator is hier zijdelings bij betrokken en neemt een beslissing indien de hoofdtrainers er niet uit komen.

4.3 Senioren (recreatie)

4.3.1 Indelen

Elk jaar wordt voor 1 mei door de Coördinator Senioren (recreatie) en de kaders van de teams overleg gepleegd over de huidige stand van zaken en de verwachtingen voor het komend seizoen. Hierbij wordt besproken of de omvang van de teams gaat veranderen en welke teams in het komende seizoen uit zullen komen.

Op basis van dit overleg wordt een concept teamindeling gemaakt voor het komende seizoen. Het is mogelijk dat er tussen 1 mei en de start van het nieuwe seizoen nog mutaties plaatsvinden. Deze dienen in overleg te gaan met de Coördinator Senioren (recreatie).

4.3.2 Uitlenen

Het uitlenen van spelers vindt bij de recreatieve seniorenteams in onderling overleg plaats. De kaders van de teams bespreken dit per situatie met elkaar. Bij verschil van mening neemt de Coördinator Senioren (recreatief) een beslissing. Het is niet toegestaan dat spelers uit eigen beweging mee doen met een ander team. Ook mogen spelers niet rechtstreeks benaderd worden. Dit dient altijd in overleg te gaan met het kader.

Voor uitlenen tussen seniorenteams is het van belang of de teams uitkomen in de A-categorie of de B- categorie van de KNVB-competities. De spelers en kaders van de teams dienen zich bij het uitlenen van spelers te houden aan onderstaande richtlijnen.

Tekortkomend team Uitlenend team Niet toegestaan A-categorie zaterdag A-categorie zaterdag

B-categorie zaterdag

A-categorie zondag B-categorie zondag A-categorie zondag A-categorie zondag

B-categorie zondag

A-categorie zaterdag B-categorie zaterdag B-categorie zaterdag B-categorie zaterdag

B-categorie zondag

A-categorie zaterdag A-categorie zondag B-categorie zondag A-categorie zondag

B-categorie zondag B-categorie zaterdag

A-categorie zaterdag

(19)

Spelers uit een seniorenteam in de A-categorie, zijn na het spelen van 15 wedstrijden ‘vastgespeeld’

en mogen niet meer voor een ander team uitkomen. Indien een speler een wedstrijd heeft gespeeld in de A-categorie op zaterdag, mag hij dat seizoen niet meer uitkomen voor een team op zondag. Indien een speler een wedstrijd heeft gespeeld in de A-categorie op zondag, mag hij dat seizoen niet meer uitkomen voor een team op zaterdag.

Deze regels zijn opgesteld door de KNVB en worden door Voetbalvereniging Dieren zonder uitzonderingen nageleefd.

4.4 Vrouwen en meisjes

4.4.1 Indelen

Elk jaar wordt voor 1 mei door de Coördinator Vrouwen-Meisjes en de kaders van de teams overleg gepleegd over de huidige stand van zaken en de verwachtingen voor het komend seizoen. Hierbij wordt besproken of de omvang van de teams gaat veranderen en welke teams in het komende seizoen uit zullen komen.

Op basis van dit overleg wordt een concept teamindeling gemaakt voor het komende seizoen. Het is mogelijk dat er tussen 1 mei en de start van het nieuwe seizoen nog mutaties plaatsvinden. Deze dienen in overleg te gaan met de Coördinator Vrouwen-Meisjes.

Uitgangspunt bij het indelen van vrouwen- en meisjesteams is dat meisjes tot en met de pupillen samen met jongens in gemengde teams voetballen. Vanaf de junioren spelen zij in meisjesteams.

Uitzonderingen hierop kunnen gemaakt worden op uitdrukkelijke wens van een speelster en/of haar ouders en in overleg met de Coördinator Vrouwen-Meisjes en het kader van het betreffende juniorenteam.

4.4.2 Uitlenen

Het uitlenen van speelsters vindt bij vrouwen- en meisjesteams in overleg met de Coördinator Vrouwen-Meisjes plaats. De kaders van de teams bespreken dit per situatie met de coördinator. Bij verschil van mening neemt de Coördinator Vrouwen-Meisjes een beslissing. Het is niet toegestaan dat speelsters uit eigen beweging besluiten mee te doen met een ander team. Dit dient altijd in overleg te gaan met het eigen kader.

Voor uitlenen tussen vrouwen- en meisjesteams, geldt verder de restrictie dat er niet mag worden afgeweken van de door de KNVB gestelde leeftijdsgrenzen. Uitzonderingen op deze regel worden alleen gemaakt bij vriendschappelijke wedstrijden, na overleg met de Coördinator Vrouwen-Meisjes.

(20)

5 RICHTLIJNEN VOOR TEAMS

5.1 Normen en waarden

Voetbalvereniging Dieren verlangt van alle teams, zowel spelers als kader, dat men zich houdt aan de tien gouden regels die binnen de vereniging zijn opgesteld. Dit

betreffen algemene gedragsregels, maar ook regels gericht op het gedrag op en langs het voetbalveld.

Alle teams binnen Voetbalvereniging Dieren worden met ingang van seizoen 2016-2017 tijdens hun thuiswedstrijden beoordeeld op Fair Play. Scheidsrechters, zowel ingezet door de KNVB als door de eigen vereniging, worden hierbij na elke thuiswedstrijd gevraagd het team op Fair Play te beoordelen aan de hand van vastgestelde beoordelingspunten.

Aan de hand van de beoordelingen worden door de commissie

Scheidsrechterszaken drie Fair Play-klassementen bijgehouden, namelijk voor pupillen, junioren en senioren. Aan het einde van elk seizoen worden de drie winnaars van de klassementen bekend gemaakt.

5.2 Wedstrijdbenadering

5.2.1 Speelwijze

Zoals omschreven in de voetbaltechnische visie van Voetbalvereniging Dieren is het 4-3-3-systeem vanaf de D-pupillen het uitgangspunt als speelwijze. Bij de jeugdteams is het 4-3-3-systeem leidend en hierdoor is het een rode draad door de jeugdopleiding van Voetbalvereniging Dieren. Structureel afwijken van het 4-3-3-systeem kan alleen na overleg met de Technisch Coördinator.

Het uitgangspunt ten aanzien van de speelwijze geldt niet voor de recreatieve seniorenteams. Deze teams bepalen zelf welke speelwijze zij kiezen.

5.2.2 Speeltijd

Alle spelers, met uitzondering van keepers, moeten tijdens een seizoen in principe allemaal evenveel speeltijd krijgen in wedstrijden. Dit behoudens blessures, disciplinaire maatregelen, ziekte, vakantie of andere redenen van tijdelijke afwezigheid. De verantwoordelijkheid voor de bewaking van het aantal speelminuten voor de spelers, ligt bij de kaders van de teams.

Een uitzondering op bovenstaande kan gemaakt worden bij selectieteams, waar een cruciale rol in een team in combinatie met het verloop van een wedstrijd en/of competitie reden kan zijn om één of meerdere spelers meer speeltijd te geven dan gemiddeld. Deze keuze ligt bij de trainer van het betreffende selectieteam, die hierbij de ontwikkeling en het spelplezier van elk individu niet uit het oog dient te verliezen. Eventueel kan het gebrek aan speeltijd voor één of meerdere spelers in een dergelijke situatie gecompenseerd worden met extra speelminuten in een ander team (uitlenen).

IEDER TEAM

WORDT

BEOORDEELD

OP FAIR PLAY

(21)

5.3 Taakomschrijving van het kader

Voetbalvereniging Dieren is gericht op het opleiden van voetballers. Opleiden en (laten) ontwikkelen heeft – zeker bij de pupillen- en juniorenteams – een hogere prioriteit dan het halen van het maximale wedstrijd- en competitieresultaat. Het is van belang dat de kaders van de teams deze visie volgen en hun spelers op deze wijze benaderen.

5.3.1 Organisatie

Van het kader van de teams wordt verwacht dat ze een duidelijke organisatie van hun team nastreven en hierover communiceren met spelers en eventueel ouders. Met een duidelijke organisatie worden vaste afspraken over onderstaande onderwerpen bedoeld:

▪ wedstrijdvoorbereiding

▪ wijze van afmelden

▪ redenen van afmelden

▪ wijze van warming up

▪ omgang met blessures

▪ rijden bij uitwedstrijden

▪ wassen van tenues

▪ omgang met verenigingsmateriaal

De Leeftijdscoördinatoren kunnen het kader zo nodig van tips of feedback voorzien ten aanzien van de teamorganisatie.

5.3.2 Registratie

Van het kader van de teams wordt verwacht dat ze van een aantal zaken gegevens bijhouden. Dit ten behoeve van eigen overzicht en eventuele communicatie richting spelers, ouders of coördinatoren.

Denk hierbij aan de volgende onderwerpen:

▪ wedstrijdgegevens

▪ basisplaatsen c.q. reservebeurten

▪ trainingsopkomst

Aanvullend op deze registraties zal het kader van de pupillen- en juniorenteams door de betreffende Leeftijdscoördinator gevraagd worden om het Speler Volgsysteem voor elke speler in te vullen.

5.3.3 Samenwerking

Van de kaders van de teams wordt verwacht dat zij op een positieve wijze samenwerken met elkaar, de coördinatoren en andere vrijwilligers binnen Voetbalvereniging Dieren. Van de kaders wordt verwacht dat zij op uitnodiging en op eigen initiatief afstemming zoeken en overleggen bijwonen met andere betrokkenen binnen de afdeling Voetbalzaken.

(22)

5.4 Toewijzing scheidsrechters

De commissie Scheidsrechterszaken streeft er naar om voor alle thuiswedstrijden waarvoor geen scheidsrechter door de KNVB is aangewezen, een clubscheidsrechter aan te stellen. Echter, door het beperkte aantal clubscheidsrechters is dit niet altijd haalbaar.

In situaties waarin er op een speeldag een tekort aan clubscheidsrechters is, heeft het de eerste prioriteit om alle jeugdwedstrijden te voorzien van een clubscheidsrechter. Daarna wordt er gekeken of de (recreatieve) seniorenteams kunnen worden voorzien van een clubscheidsrechter.

Indien er geen clubscheidsrechter beschikbaar is voor een wedstrijd van een recreatief

seniorenteam, wordt van het thuisspelende team verwacht dat zij zelf een scheidsrechter aanwijst.

Dit kan bijvoorbeeld een lid van het kader of een speler zijn.

(23)

6 TRAINING & OPLEIDING

6.1 Trainers

Voetbalvereniging Dieren hecht naast de opleiding van onze spelers, ook waarde aan de opleiding van onze trainers. Het streven is dat de trainer van het hoogste team uit een leeftijdscategorie een gediplomeerde trainer betreft. Ook voor de lagere jeugdteams streeft onze vereniging naar een goede en kundige bezetting van trainers.

Beginnende en minder ervaren trainers worden zo goed mogelijk gefaciliteerd en begeleid door de Leeftijdscoördinatoren en/of Technische Coördinatoren. Waar nodig, gewenst en mogelijk biedt Voetbalvereniging Dieren interne of externe trainersopleidingen aan. Hierbij wordt gebruik gemaakt van KNVB-opleidingen of cursussen, opgezet vanuit het convenant met BV De Graafschap.

Voetbalvereniging Dieren streeft er naar dat trainers zich ook bekwamen door onderlinge uitwisseling van kennis en ervaring. Zeker van selectietrainers wordt verwacht dat zij zich inzetten voor begeleiding en coaching van de andere trainers uit de betreffende leeftijdscategorie. Hierbij dient de gekozen trainingsmethodiek (zie 5.3) de leidraad te zijn.

6.2 Trainingsfaciliteiten

Voetbalvereniging Dieren streeft er naar om de teams zo optimaal mogelijk te voorzien van trainingsfaciliteiten. De mogelijkheden worden hierbij grotendeels bepaald door beschikbare velden, kleedkamers en materialen. Door de hoeveelheid teams kan de wens om elke week twee keer ’s avonds te trainen niet voor elk team ingewilligd worden.

De commissie Wedstrijdzaken maakt voor aanvang van elk seizoen een vaststaand wekelijks trainingsprogramma. Dit gebeurt zoveel mogelijk op basis van de ingediende wensen van de teams.

Aan de ingediende wensen kunnen echter geen rechten worden ontleend.

Voor de F- en E-teams – niet zijnde selectieteams – is het uitgangspunt dat in ieder geval elke week op woensdagmiddag getraind wordt. Op deze middag biedt Voetbalvereniging Dieren een training aan, geleid door CIOS-studenten. Voetbalvereniging Dieren is een Leerbedrijf, waar de CIOS-studenten zich ontwikkelen in het kader van hun opleiding. Waar ruimte is, kunnen deze teams in overleg met de commissie Wedstrijdzaken een tweede training per week in laten plannen op een avond. De commissie Wedstrijdzaken bepaalt hierbij welke dag(en) en tijdstippen er mogelijk zijn.

6.3 Trainingsmethodiek

Voetbalvereniging Dieren hanteert voor de jeugdopleiding de methodiek Voetbal Technische Ontwikkeling Nederland (VTON). De VTON-methodiek is een leeftijdsspecifiek en methodisch opgebouwd trainingsprogramma voor de voetbalsport. De methodiek geeft de trainers binnen onze voetbalvereniging uitgebreide ondersteuning en begeleiding bij het geven van voetbaltrainingen.

ONERVAREN TRAINERS WORDEN

GEFACILITEERD

EN BEGELEID

(24)

6.3.1 Doelstellingen

De doelstellingen van Voetbalvereniging Dieren ten aanzien van de VTON-methodiek zijn:

▪ het geven van een kwaliteitsimpuls op het gebied van talentontwikkeling;

▪ het vergroten van het spelplezier van zowel trainers als jeugdspelers;

▪ het faciliteren van beginnende trainers met uitgekiende trainingsopbouw/-vormen;

▪ het structureren van de trainingsstof binnen de jeugdopleiding.

Het bereiken van de doelstellingen kan alleen wanneer de methodiek breed gedragen wordt binnen het technisch kader van Voetbalvereniging Dieren. Dat vergt een goede structuur en regelmatig overleg over onder andere de voortgang en het oplossen van knelpunten. Interne kennisoverdracht binnen het technisch kader zal de invoering ten goede moeten komen. Van de betrokkenen bij de methodiek wordt verwacht dan men bij de door BV De Graafschap georganiseerde bijeenkomsten aanwezig is.

6.3.2 Toepassing

De methodiek van VTON is leidend. Het dient beschouwd te worden als de rode draad voor onze jeugdopleiding, op het gebied van trainen en opleiden. Van onze jeugdtrainers wordt verwacht dat ze gebruik maken van de methodiek en deze dus tijdens het hele seizoen toepassen tijdens de trainingen.

De trainingsvormen van de VTON-methodiek zijn per leeftijdscategorie verwerkt in een jaarplanning. Dat is de basis en de vaste leidraad voor het seizoen. Trainers werken volgens een uitgekiend trainingsplan, met oefeningen en spelvormen helemaal gericht op het aanleren van vaardigheden voor spelers van elke leeftijd en elk niveau. Ook spelers met minder talent en de minder assertieve spelers komen dus aan bod. Dit ook gericht op de doelstelling tot het behouden en vergroten van het spelplezier. Een erg belangrijke factor in een goede jeugdopleiding.

Alle kennis die opgeslagen wordt, blijft bij de vereniging, ook als trainers weer vertrekken. Dat zorgt voor structuur in de inhoud

van trainingen. Nieuwe trainers kunnen de materie naadloos overnemen en ook de jeugdspelers weten vaak al waar ze aan toe zijn, ook als er een nieuwe trainer voor de groep komt.

De methodiek is als smartphone-app of via een website te gebruiken. De methodiek is geschikt voor zowel ervaren als beginnende trainers.

6.3.3 BV De Graafschap

VTON werkt in Nederland met een twee Betaald Voetbal Organisaties, te weten FC Groningen en De Graafschap. In het convenant tussen Voetbalvereniging Dieren en De Graafschap is ruimte gemaakt voor kennisontwikkeling tussen VTON, De Graafschap en de voetbalverenigingen in de regio waar de VTON-methodiek wordt gehanteerd. Het VTON-project is dus onderdeel van het convenant tussen De Graafschap en enkele amateurverenigingen uit de omgeving, waaronder Voetbalvereniging Dieren.

MET MEER

PLEZIER

BETER LEREN

VOETBALLEN

(25)

6.4 Keeperstraining

Voetbalvereniging Dieren streeft er naar om keepers (pupillen, junioren en senioren) keeperstraining aan te bieden. Uitzondering hierop zijn de keepers van F-teams, niet zijnde selectieteams. De ervaring leert dat met name op het gebied van concentratie, het voor deze keepers te vroeg is om met keeperstraining te beginnen. Ook voor keepers van recreatieve seniorenteams wordt er geen keeperstraining aangeboden.

Voetbalvereniging Dieren streeft naar het vormen van ‘moderne’ keepers. De opbouw van de keeperstraining voor jeugdkeepers wordt gevormd aan de hand van de volgende elementen:

▪ techniek met bal

▪ techniek zonder bal

▪ atletische en persoonlijke eigenschappen

▪ positie en opstelling

▪ coachen en leidinggeven

De trainingen voor de jeugdkeepers vinden plaats binnen drie trainingsniveaus, waarbij het ontwikkelen en beter worden op individueel niveau voorop staat. De drie trainingsniveaus zijn de volgende:

Het Talentplan: de nadruk ligt op uitgangshouding, voetenwerk, duiken, vallen en zweven.

Het Basisplan: de nadruk ligt op positiespel, meevoetballen, wedstrijdsituaties, training met boarding.

Het Profplan: de nadruk ligt op wedstrijdsituaties met spelers om keeper heen, training met meer boarding, specifieke looptraining, krachttraining.

De organisatie en inhoud van de keeperstraining van jeugdkeepers wordt gecoördineerd door de Keeperscoördinator. Laatstgenoemde coördineert de inhoud van de trainingen. De inhoud van keeperstraining van de keepers van de seniorenselectie en de vrouwen- en meisjesteams worden bepaalde door de betreffende keeperstrainers.

6.5 Opleidingsteam

Een belangrijke stap in de opleiding van onze jeugdspelers is de doorstroming van junioren naar senioren. Om junioren zo goed mogelijk voor te bereiden op deze overgang, wordt er ieder seizoen een opleidingsteam gevormd, onder leiding van de hoofdtrainer van Mannen 1 (zat). De doelstelling van dit opleidingsteam, genaamd Onder 23, is om talentvolle jeugdspelers te laten wennen aan het voetbaltechnische en fysieke niveau van de seniorenselectie.

Het opleidingsteam dient meerdere – ten minste vier – vriendschappelijke wedstrijden per seizoen te spelen. De samenstelling van het opleidingsteam, wordt hierbij per samenkomst bepaald door de hoofdtrainer van Mannen 1 (zat). Hij doet dit in overleg met de overige hoofdtrainer(s) van de seniorenselectie en de hoofdtrainer van JO19-1. Per samenkomst worden de Technisch Coördinatoren

TRAINING VAN JEUGDKEEPERS WORDT

GEGEVEN OP

DRIE NIVEAUS

(26)

van de junioren en senioren (selectie) geïnformeerd over de gekozen samenstelling van het opleidingsteam.

(27)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

b) De ‘verzelfstandiging’ van het Steunpunt. In 2007 vervelde het Steunpunt WAV tot het huidi- ge Steunpunt WSE, dat niet enkel de monitoring van de arbeidsmarkt op zich neemt,

Patiëntervaringen maken momenteel deel uit van het Visitatieprogramma voor huisartsen (individueel functioneren huisartsen), de NHG-Praktijkaccreditering® (evaluatie van de

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

De gegevens in de GBA moeten worden ontleend aan een limitatief aantal brondocumenten (dit kunnen authentieke akten zijn zoals opgemaakt in de burgerlijke stand, maar ook

Wensen van ouderen | “Participatie en eigen kracht beleid”: mensen stimuleren te handelen vanuit hun eigen kracht (empowerment), onder meer door hun sociaal netwerk te benutten

Tabel 2.2 laat zien dat de totale kosten van de afhandeling van Wob-verzoeken in 2009/2010 naar schatting € 56 à 96 miljoen per jaar waren, waarvan € 16 à 27 miljoen

Huidige stand van zaken wetgeving, jurisprudentie en literatuur

Wat de timing van de onderhandelingen betreft, pleiten de werkgeversorganisaties – in tegenstelling tot de Britten - voor een status quo transitieperiode die loopt tot de dag van