• No results found

verzorging CSPE KB 2013

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "verzorging CSPE KB 2013"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

verzorging CSPE KB 2013 instructie voor de examinator

In deze instructie vindt u richtlijnen en aandachtspunten bij de geheimhouding, de voorbereiding, de afname en de herkansing van het cspe. De paragrafen 1 tot en met 5 bevatten algemene informatie, die ook van toepassing is op cspe’s van andere vakken.

Vakspecifieke informatie treft u aan in de overige paragrafen. De mededelingen over de cspe’s van 2013 (Septembermededeling op www.examenblad.nl) bevatten nadere informatie over dit cspe.

1 Geheimhouding cspe

1 Veel scholen hebben een protocol voor de afname van het cspe. In dit protocol staat dat de examinatoren tekenen voor de ontvangst van de examendocumenten van het cspe en verklaren alle zorgvuldigheid in acht te zullen nemen om te voorkomen dat de geheimhouding van de examendocumenten wordt geschonden. De examinator en de tweede examinator stellen in onderling overleg de score voor het centraal examen vast. In het protocol staat dat de eerste en tweede examinator verklaren dat zij de beoordeling in overeenstemming met het correctievoorschrift hebben verricht.

Op www.vo-raad.nl en www.aocraad.nl staat een goed voorbeeld van een protocol.

2 Alle examendocumenten (papier en digitaal) zijn geheim. Bewaar ze in een kluis op school. Neem ze niet mee naar huis. Voer de voorbereidingen van het examen uit in een ruimte waar geen leerlingen aanwezig zijn.

3 Reik examendocumenten aan het begin van iedere zitting uit aan de kandidaten en neem ze na iedere zitting in. Tenzij anders vermeld in de instructie voor de

examinator hebben kandidaten buiten de zittingen om geen inzage in de examendocumenten.

4 Houd het correctievoorschrift en de instructie voor de examinator voor de kandidaten geheim.

5 Examendocumenten zijn na afloop van de examenperiode pas openbaar. Hetzelfde geldt voor de producten die door de kandidaten in het kader van het cspe gemaakt worden. Deze kunnen pas na afloop van de examenperiode tentoongesteld of meegegeven worden. Pas eind juni is de examenperiode afgelopen (zie het

examenrooster voor het tweede tijdvak op www.examenblad.nl). Tot die tijd kunnen er nog kandidaten geëxamineerd worden en is geheimhouding noodzakelijk.

6 Eventuele foto- of filmopnamen van de afname mogen alleen gemaakt worden door bij de afname betrokken examenfunctionarissen die door de directeur zijn

aangewezen. Tenzij een opname een onderdeel is van een praktische opdracht mogen ook kandidaten dus geen opnamen maken. Eventuele gemaakte opnamen mogen niet toegankelijk gemaakt worden zolang er (op andere scholen) nog kandidaten geëxamineerd kunnen worden. Tot eind juni is publicatie van cspe- materiaal via bijvoorbeeld de website van de school of YouTube dus niet toegestaan.

(2)

7 Van de minitoetsen zijn varianten aanwezig. Alle kandidaten die gelijktijdig aan onderdeel X werken, kunt u dezelfde variant laten maken, mits de kandidaten niet bij elkaar kunnen kijken. Kandidaten die later zijn ingeroosterd, geeft u een andere variant van de minitoets. Zo waarborgt u de geheimhouding.

8 Op de laatste bladzijde van deze instructie voor de examinator staat vermeld welke informatie over de inhoud van het examen vooraf verstrekt mag worden aan de kandidaten. Meer inhoudelijke informatie geven is niet toegestaan.

Deze bladzijde behandelt u als een examendocument (zie punt 2). U reikt een kopie van deze bladzijde uit in de laatste lesweek die aan de afname van het cspe

voorafgaat. Dit examendocument is dus alleen ter inzage voor de kandidaten.

Na inzage neemt u deze bladzijde weer in.

9 Het is niet geoorloofd om de opdrachten van tevoren met de kandidaten te oefenen.

2 Voorbereiding cspe

1 Om het cspe voor te kunnen bereiden, ontvangt de school in de tweede helft van februari zending A van de cspe’s. Zending A bevat in tweevoud alle papieren examendocumenten inclusief de instructie voor de examinator. Het

correctievoorschrift behoort niet tot deze zending.

In deze examendocumenten is de informatie die niet nodig is voor de voorbereiding van het cspe met grijze vlekken bedekt.

2 Zending B van maart bevat de papieren examendocumenten in kandidaataantallen.

Met inachtneming van de geheimhouding mag u vijf werkdagen voorafgaand aan de start van de afname op uw school, de examendocumenten van zending B gebruiken om voorbereid te zijn op de afname van het cspe (bijvoorbeeld door zelf voorafgaand aan de afname, het cspe te maken).

3 Het cspe kent de onderdelen A, B, C, …. Uw school bepaalt per onderdeel, hoeveel kandidaten gelijktijdig geëxamineerd worden. Paragraaf 6 bevat aanbevelingen hiervoor.

4 Laat de opdrachten uitvoeren zoals ze in de examenopdrachten zijn gesteld. Het is niet toegestaan opdrachten aan te passen, te vervangen of over te slaan.

5 Zorg ervoor dat de school voldoet aan de eisen met betrekking tot veiligheid, hygiëne en milieu.

6 Controleer voor aanvang van het examen of per kandidaat alle benodigde materialen, grondstoffen, gereedschappen en/of hulpmiddelen aanwezig zijn.

7 Van elk onderdeel van het cspe is de richttijd aangegeven. Zie paragraaf 6 overzicht opdrachten. In de Septembermededeling staat in ‘de richtlijnen examentijd cspe’

nadere informatie hierover (zie de Septembermededeling op www.examenblad.nl).

In een cspe kunnen opdrachten voorkomen waarbij het werktempo beoordeeld wordt. Let erop dat u tijdens deze opdrachten per kandidaat de tijd exact bijhoudt.

8 Cito heeft een helpdesk ingericht voor technische vragen over computergebruik in het cspe. Informatie over de bereikbaarheid van deze helpdesk kunt u vinden op http://ictexamenhelpdesk.cito.nl

9 Met vakinhoudelijke vragen of opmerkingen over het cspe kunt u terecht bij de examenlijn van het College voor Examens (zie de Septembermededeling op www.examenblad.nl).

(3)

3 Afname cspe

1 Iedere kandidaat werkt individueel aan de opdrachten van het examen. Tenzij anders vermeld in de examendocumenten is overleg en samenwerking met anderen niet toegestaan.

2 De opdrachten moeten in de aangegeven volgorde gemaakt worden. Om organisatorische redenen kan eventueel van de aangegeven volgorde worden afgeweken.

3 Per onderdeel van het cspe zijn richttijden aangegeven. De richttijden gaan uit van een werktempo dat de kandidaat aan moet kunnen. Overschrijding van de richttijd en de reden hiervoor kunnen in het protocol vermeld worden (zie de

Septembermededeling op www.examenblad.nl).

4 Hulp aan kandidaten door de examinator of anderen tijdens het cspe is niet

toegestaan, tenzij anders vermeld in het vakspecifieke deel van deze instructie of in het correctievoorschrift. Deel de kandidaten vooraf mee dat u hen tijdens het

examen niet kunt helpen.

5 Het is niet toegestaan om bij de beoordeling af te wijken van het correctievoorschrift.

6 Stuur de WOLF-scores in van de eerste afname van de kandidaten, dus vóór een eventuele herkansing.

4 Herkansing cspe

1 Herkansing kan pas plaatsvinden nadat het gehele cspe is afgelegd.

2 Herkansen van het cspe betekent dat de kandidaat het cspe geheel, of onderdelen daarvan, opnieuw aflegt. Tijdens een eventuele herkansing demonstreert een kandidaat zijn kennis en vaardigheden door dezelfde praktische opdrachten van het cspe nogmaals uit te voeren.

3 BB- en KB-kandidaten kunnen het cspe herkansen en daarnaast mogen zij het centraal examen van één algemeen vak herkansen. GL-kandidaten mogen slechts één centraal examen herkansen, dat wil zeggen óf het cspe GL óf het centraal examen van één algemeen vak. Met de herkansing van het cspe GL kan derhalve pas gestart worden als de uitslag van het eerste tijdvak is vastgesteld.

4 De kandidaat maakt in de herkansing een andere variant van dezelfde minitoets dan tijdens de eerste afname. Van de onderdelen van het cspe, waarvan meer varianten voorhanden zijn, maakt de kandidaat eveneens een andere variant dan tijdens de eerste afname.

5 Van de onderdelen, die in de herkansing worden afgelegd, komen alle scores in de plaats van de scores die de kandidaat tijdens de eerste afname heeft behaald. Wat niet mag, is dat per onderdeel de hoogste score wordt genomen. Van de onderdelen die niet worden herkanst, blijft de score staan.

6 Het kan voorkomen dat een kandidaat, na een weinig succesvolle herkansing, achteraf meedeelt dat hij liever andere onderdelen had willen herkansen. Het verdient daarom aanbeveling dat de school voorafgaand aan de herkansing de keuze van de te herkansen onderdelen in overleg met de kandidaat en diens ouders/wettelijke vertegenwoordigers vastlegt in een overeenkomst.

Voor aanvullende informatie zie de Septembermededeling op Examenblad.nl.

(4)

5 ICT-gebruik en dvd met bestanden

1 De digitale bestanden die nodig zijn voor het cspe, worden in maart op dvd aan de secretaris van het eindexamen van uw school gezonden. Een handleiding voor het ICT-gebruik bij het cspe wordt tegelijkertijd met de digitale bestanden aan uw

examensecretaris gestuurd. In de handleiding staan onderstaande aandachtspunten voor ICT-gebruik.

2 Overleg vooraf met de ICT-coördinator / systeembeheerder van uw school over de afname van de cspe-onderdelen waarbij de computer wordt gebruikt.

3 Houd per groep één reservecomputer beschikbaar, en bij grotere groepen één reservecomputer per tien kandidaten. In de examenzaal dienen één of meer printers aanwezig te zijn.

4 Het is in het belang van de kandidaat dat de systeembeheerder de back-up- functionaliteiten zo instelt dat bij uitval van de computer zo weinig mogelijk examenwerk verloren gaat. Daarnaast wordt aanbevolen dat de examinator / surveillant tijdens de afname op de hoogte is van de locatie van de back-up- bestanden.

5 De digitale bestanden voor de praktische opdrachten dienen voor de kandidaten beschikbaar gemaakt te worden op, dvd’s, USB-sticks of op een veilige plaats op de centrale server. De kandidaten moeten een duidelijke instructie krijgen waar de bestanden te vinden zijn en waar de eigen bestanden opgeslagen moeten worden.

Op de USB-stick wordt de naam van de kandidaat en het kandidaatnummer vermeld. De opdracht is veelal zo geformuleerd dat de kandidaat het door hem bewerkte bestand opslaat onder een andere, eigen bestandsnaam. Dit maakt het mogelijk dat de kandidaat terugkeert naar het originele bestand, als er iets verkeerd mocht gaan.

6 Wanneer er meer zittingen zijn waarbij de computer gebruikt wordt, gebruikt de kandidaat bij elke zitting in principe dezelfde USB-stick. Wanneer een volgende zitting op een andere dag of dagdeel plaatsvindt, wordt de USB-stick ingenomen.

Laat de school de bestanden in een netwerkomgeving opslaan, dan zorgt men ervoor dat de toegang tot die bestanden buiten de examentijd geblokkeerd is.

7 In een volgende zitting mag de kandidaat geen veranderingen aanbrengen in examenbestanden die in een eerdere zitting zijn gemaakt. Na elke opdracht of examenonderdeel maakt de kandidaat tijdens het examen een afdruk op papier die wordt ingeleverd, tenzij anders wordt aangegeven. Deze afdruk is een “beveiliging”

tegen het later aanpassen van bestanden. Na afsluiting van het examenonderdeel worden afdrukken op papier niet meer in ontvangst genomen.

8 Het toetsprogramma voor de digitale minitoetsen moet vooraf in overleg met de ICT-coördinator / systeembeheerder zijn geïnstalleerd en gecontroleerd.

(5)

6 Overzicht opdrachten

ONDERDEEL A richttijd: 25 minuten akg*

1 praktijkopdracht ICT-gebruik: Word met bestanden ONDERDEEL B richttijd: 55 minuten

2 praktijkopdracht ICT-gebruik: Internet Explorer (offline

beschikbare website), PowerPoint, map met bestanden

3 minitoets varianten a, b, c, d ONDERDEEL C richttijd: 90 minuten

4 praktijkopdracht uitwerkbijlage 1

5 praktijkopdracht bijlage 5

ONDERDEEL D richttijd: 35 minuten

6 praktijkopdracht docent/vrijwilliger, uitwerkbijlage 2 1 7 minitoets varianten a, b, c, d

ONDERDEEL E richttijd: 45 minuten

8 praktijkopdracht ICT-gebruik: Internet Explorer (offline beschikbare website), Word

ONDERDEEL F richttijd: 20 minuten 9 praktijkopdracht uitwerkbijlage 3 ONDERDEEL G richttijd: 40 minuten

10 praktijkopdracht ICT-gebruik: Excel met bestand 11 minitoets varianten a, b, c, d

ONDERDEEL H richttijd: 25 minuten

12 praktijkopdracht docent/vrijwilliger, ICT-gebruik: Internet

Explorer (offline beschikbare website) 1 ONDERDEEL I richttijd: 15 minuten

13 praktijkopdracht uitwerkbijlage 4

* akg = aantal kandidaten gelijktijdig. Toetstechnisch advies over het aantal kandidaten dat bij deze praktijkopdracht gelijktijdig beoordeeld kan worden.

(6)

7 Vakspecifieke aanbevelingen met betrekking tot de organisatie

Algemene aanbevelingen

Dit examen bestaat uit twee casussen:

 Gezondheidscentrum Het Anker, de kandidaat loopt stage in een gezondheidscentrum.

 Buurthuis Zuidoost, de kandidaat loopt stage in een buurthuis in een multiculturele wijk.

De volgorde van de twee casussen kunt u desgewenst omwisselen.

Planning afname

De volgende onderdelen moeten in de aangegeven volgorde worden afgenomen:

 de onderdelen A en B

 de onderdelen E en F

Onderdeel I (reflectie) kan pas afgenomen worden als de onderdelen A tot en met H zijn voltooid.

Per onderdeel moeten de opdrachten in de aangegeven volgorde worden afgenomen.

Voorbereiding

De rollenspelen bij de opdrachten 6 en 12 worden gespeeld door een docent (of vrijwilliger) en niet door een leerling of de examinator. Voor het spelen van de rollenspelen kunnen desgewenst meerdere docenten of vrijwilligers ingezet worden.

Zij kunnen elkaar dan afwisselen. De rollenspelers moeten voldoende tijd krijgen om zich voor te bereiden op hun rol. De rollenspeler kan bijvoorbeeld de rol vooraf oefenen met een assistent of vrijwilliger.

ICT

Bij dit examen horen de volgende bestanden:

bestand opdracht vzkb13_informatiefolder.doc en vzkb13_anker.jpg 1

start_obesitas.htm, de map website_obesitas en de map vzkb13_afbeeldingen_obesitas

2

start_activiteiten_buurthuis.htm en de map activiteitenoverzicht 8, 12

vzkb13_spellen.xls 10

Macrobeveiliging

Veel Word- en Excel-bestanden voor de praktische opdrachten bevatten macro’s.

De macrobeveiliging in zowel Word als Excel moet daarom aangepast worden: in Office 2003 moet het beveiligingsniveau op laag gezet worden; in Office 2007 en Office 2010 moeten alle macro’s worden ingeschakeld.

In de Handleiding Applicaties die op de dvd met digitale bestanden te vinden is, staat beschreven hoe u dit kunt (laten) doen.

(7)

Internet Explorer (offline beschikbare website)

Op de dvd staan het bestand start_obesitas.htm en de map website_obesitas.

De bestanden in de map en onderliggende mappen zijn een website over obesitas.

Op de dvd staan ook het bestand start_activiteiten_buurthuis.htm en de map activiteitenoverzicht. De bestanden in de map en onderliggende mappen zijn een website over de activiteiten van buurthuis Zuidoost.

Kopieer de bestanden samen met de mappen naar een map op de harde schijf of het netwerk. U kunt vervolgens een snelkoppeling (rechtermuisknop) maken van de bestanden start_obesitas.htm en start_activiteiten_buurthuis.htm. De snelkoppeling kunt u verplaatsen naar het bureaublad van de computer.

Voor het goed functioneren van de websites kan het noodzakelijk zijn actieve inhoud toe te staan en de eventuele pop-up-blokkering op te heffen. In de Handleiding Applicaties die op de dvd met digitale bestanden te vinden is, staat beschreven hoe u dit kunt (laten) doen.

Afname

 varianten

Voor onderdeel C, opdracht 5, is de bijlage nodig. In de bijlage staan de varianten a en b van de recepten.

Het is aan te raden om vooraf een lijstje te maken met daarop voor elke kandidaat de gekozen varianten. In de bijlage markeert u de variant van de gerechten die de kandidaat moet bereiden. De kandidaten die tegelijk in dezelfde ruimte werken, bereiden bij voorkeur verschillende varianten.

 uitreiking examendocumenten

Uitwerkbijlage 4 mag de examinator pas uitreiken bij aanvang van onderdeel I, reflectie.

 toelichting bij de beoordeling

Voor het beoordelen van de opdrachten 1 en 2 bekijkt u waar nodig het digitale bestand.

Zie hiervoor het correctievoorschrift.

Aanbevelingen per opdracht

De examinator zorgt ervoor dat de uitgangssituatie van de opdrachten voor alle kandidaten gelijk is.

Onderdeel C opdracht 5

De examinator zorgt dat de oven leeg is en voorzien is van een ovenrooster.

Onderdeel D opdracht 6

De kandidaat krijgt vijf minuten de tijd om het telefoongesprek voor te bereiden.

Bij de voorbereiding heeft de kandidaat het opgavenboekje en uitwerkbijlage 2 nodig.

Op de uitwerkbijlage staat het formulier voor de telefoonnotitie. De kandidaat mag gebruik maken van kladpapier om notities te maken. De kandidaat mag het kladpapier

(8)

gebruiken tijdens het telefoongesprek. Het opgavenboekje mag zij/hij tijdens het telefoongesprek niet meer raadplegen.

De examinator vertelt de kandidaat welk telefoonnummer zij/hij moet bellen.

Instructie voor de rol van Ria de Boer

De rollenspeler bevindt zich in een ruimte die is afgeschermd van de kandidaat.

Ze kunnen elkaar alleen horen via de telefoon.

Tijdens het telefoongesprek moet de rollenspeler de instructie voor de rol van Ria de Boer kunnen raadplegen.

 Ria de Boer neemt de telefoon op en zegt: “Goedemorgen/-middag, met Ria de Boer.”

 Ze geeft de kandidaat gelegenheid te groeten en de naam van het

gezondheidscentrum (Het Anker), haar/zijn eigen naam en functie (stagiaire) te noemen en te vertellen waarvoor zij/hij belt.

 De kandidaat moet vertellen dat de kookcursus (voor jongvolwassenen met obesitas) helemaal vol zit en dat er geen plaats meer is voor Ria de Boer.

 Ria reageert teleurgesteld en zegt bijvoorbeeld: “Oh, wat jammer, ik heb me toch op tijd opgegeven!”

 Hierop geeft Ria de kandidaat gelegenheid om te reageren. Het is de bedoeling dat de kandidaat aangeeft dat Ria de Boer op de wachtlijst staat en dat ze alsnog geplaatst kan worden als een cursist zich afmeldt.

 Ria is nog steeds teleurgesteld, ze zegt bijvoorbeeld: “Wat jammer, mijn vriendin is wel geplaatst, nu kunnen wij niet samen gaan.”

 Ria geeft de kandidaat gelegenheid om hierop te reageren. Het is de bedoeling dat de kandidaat zegt dat er over twee maanden weer een kookcursus wordt gegeven en dat ze zich daarvoor alvast kan inschrijven.

 Ria is nog steeds een beetje teleurgesteld, ze zegt bijvoorbeeld: “Jammer, ik had me er zo op verheugd, dat ik samen met mijn vriendin de cursus zou doen.”

 Ria geeft de kandidaat gelegenheid om hierop te reageren.

Hierna zegt Ria: “Ik wil dit graag zelf even bespreken met de diëtiste, jij kunt het tenslotte ook niet helpen. Wil je vragen of zij mij terug kan bellen?

 Ria geeft de kandidaat gelegenheid om hierop te reageren en zegt dan: “Ik geef je mijn mobiele nummer, daarop ben ik altijd bereikbaar: 06 - 87 56 43 14.”

 Ria geeft de kandidaat gelegenheid om het gesprek zelf af te sluiten. Als de kandidaat dit niet doet, sluit Ria het gesprek af.

Onderdeel H opdracht 12

De kandidaat krijgt vijf minuten de tijd om de opdracht voor te bereiden.

In de voorbereidingsruimte heeft de kandidaat het opgavenboekje en een computer/laptop met het bestand start_activiteiten_buurthuis.htm nodig.

Tijdens de opdracht mag de kandidaat het opgavenboekje niet meer raadplegen.

De opdracht speelt zich af in de ontvangstruimte van het buurthuis.

 In de ontvangstruimte staat een tafel met daarop een computer/laptop. Op de computer/laptop is het activiteitenprogramma van het buurthuis geopend.

 Op de tafel staat ook een brievenbakje met inschrijfformulieren voor de activiteiten van het buurthuis. Het inschrijfformulier staat op pagina 11 van deze instructie.

U zorgt voor voldoende kopieën van dit inschrijfformulier en legt ze in het

(9)

brievenbakje. Op het brievenbakje plakt u een etiket/sticker met de tekst

‘inschrijfformulieren’. U vertelt de kandidaat vooraf waar de formulieren liggen.

 Bij de tafel staat een stoel voor de kandidaat en aan de andere kant van de tafel staan twee stoelen voor bezoekers.

 Op enige afstand van de tafel staat een kapstok.

 De ontvangstruimte heeft een deur met daarop een bordje/A4-tje met de tekst

‘Ontvangstruimte’.

 De loopafstand van de deur naar de tafel in de ontvangstruimte is ongeveer 7 meter.

Instructie voor de rol van de buurtbewoonster

De buurtbewoonster is een vrouw van 72 jaar. Ze loopt met een rollator. Ze heeft moeite bij het opstaan en gaan zitten in een stoel. Ze is op haar linkerhand gevallen en heeft haar hand in een handverband. De hand is nog pijnlijk. Ze heeft een jas aan. In het netje/mandje van de rollator zit haar handtas.

Degene die de rol speelt, houdt rekening met de volgende punten:

 Het humeur van mevrouw is gelijkmatig. Mevrouw geeft de kandidaat tijdens de opdracht steeds gelegenheid het initiatief te nemen.

 Mevrouw is voor het eerst in het buurthuis. Ze staat met haar rollator bij de deur van de ontvangstruimte, kijkt wat om zich heen, ze weet niet goed waar ze naartoe moet.

 Ze wacht tot de kandidaat bij haar komt en geeft de kandidaat gelegenheid om haar te groeten, zich voor te stellen en te vragen of zij/hij ergens mee kan helpen.

 Als de kandidaat zich heeft voorgesteld, noemt de buurtbewoonster haar naam.

(De rollenspeler kan bijvoorbeeld haar eigen naam noemen). Ze vertelt dat ze voor het eerst in het buurthuis is en graag informatie wil over enkele activiteiten.

 Mevrouw laat zich door de kandidaat begeleiden naar de tafel. Ze loopt hierbij zelfstandig met haar rollator. Haar pijnlijke linkerhand houdt ze daarbij losjes op het handvat.

 In de ontvangstruimte geeft mevrouw de kandidaat gelegenheid om haar een stoel aan te bieden. Mevrouw zegt daarop: “Ik wil eerst even mijn jas uitdoen.” en geeft de kandidaat daarna gelegenheid om te vragen of zij/hij daarbij kan helpen. Als de kandidaat dit niet vraagt, geeft mevrouw zelf aan dat ze hulp nodig heeft.

 De kandidaat moet rekening houden met de pijnlijke hand. Mevrouw mag daarover geen aanwijzingen geven. De kandidaat mag de jas aan de kapstok hangen.

 De kandidaat moet hierna vragen of mevrouw zelf kan gaan zitten. Mevrouw zegt dat ze daarbij hulp nodig heeft. Ze zegt dit ook als de kandidaat hier niet naar vraagt.

 De kandidaat moet zelf de rollator binnen handbereik van mevrouw op de rem zetten. Mevrouw geeft daarover geen aanwijzingen.

 Mevrouw vraagt of er een computercursus wordt gegeven in het buurthuis.

De kandidaat zoekt dit op in het bestand op de computer/laptop. Mevrouw stelt de volgende vragen:

• Waarover gaat/gaan de cursus(sen)?

• Wanneer is/zijn de cursus(sen), op welke dag en tijdstip?

• Hoeveel lessen zijn het?

• Wat zijn de kosten?

• Kan ik me nog aanmelden?

Als de kandidaat hierbij maar één cursus (in plaats van twee) noemt, stelt mevrouw alleen vragen over die cursus.)

(10)

 Mevrouw zegt: “De computercursus over sociale media/voor beginners lijkt me heel leuk. Daar wil ik me graag voor opgeven.” (De rollenspeler kan haar keuze hierbij afwisselen per kandidaat.)

 De kandidaat moet uit eigen beweging het inschrijfformulier aan mevrouw geven.

Mevrouw doet het formulier in haar tas of in het netje/mandje van de rollator. Als de kandidaat het formulier vergeet, vraagt mevrouw hier niet naar.

 De kandidaat moet tijdens het gesprek ook over de inloopochtend vertellen. Als de kandidaat dit niet doet, vraagt mevrouw hier niet naar.

 Dan zegt mevrouw bijvoorbeeld: “Bedankt voor de informatie, ik wil nu graag naar huis, want ik krijg nog visite.”

 Als de kandidaat niet uit eigen initiatief vraagt of zij/hij kan helpen bij het opstaan uit de stoel, dan vraagt mevrouw dit.

 Mevrouw geeft de kandidaat gelegenheid om haar te helpen met het aandoen van de jas. De kandidaat moet daarbij rekening houden met de pijnlijke hand. Mevrouw mag daarover geen aanwijzingen geven.

 Als de kandidaat de deur niet voor haar openhoudt, vraagt mevrouw hier niet naar.

Als de kandidaat niet uit zichzelf afscheid neemt, dan doet mevrouw dit.

(11)

Buurthuis Zuidoost

inschrijfformulier cursussen en workshops

achternaam voornaam geboortedatum straatnaam en huisnummer

postcode en plaatsnaam

telefoonnummer e-mailadres naam van de cursus

machtiging

Bij deze geef ik een eenmalige machtiging aan Buurthuis Zuidoost om het totale cursusbedrag af te schrijven van mijn rekening.

cursusbedrag naam rekeninghouder

rekeningnummer

datum handtekening

Het ingevulde inschrijfformulier a.u.b. afgeven aan de balie van Buurthuis Zuidoost.

(12)

8 Materialen, gereedschappen en hulpmiddelen

Algemeen

Voor eventuele ICT-benodigdheden zie paragraaf 7.

Overzicht per opdracht

Opdracht 5

Gepofte aardappel met magere kwark Ingrediënten per kandidaat

 1 aardappel van ± 60 gram

 ¼ groene paprika

 ½ eetlepel olijfolie

 2 radijsjes

 1 plakje Ardenner ham

 10 sprietjes bieslook

 50 gram magere kwark

 peper

 takje peterselie (garnering)

 aluminiumfolie

 satéprikker

Kipsalade

Ingrediënten per kandidaat

 30 gram peultjes

 25 gram gare rode biet

 40 gram komkommer

 50 gram gerookte kip

 2 verse muntblaadjes

 1 eetlepel pijnboompitten

 1 eetlepel olijfolie

 ½ eetlepel azijn

 ½ theelepel honing

 peper

(13)

Gepofte aardappel met hüttenkäse Ingrediënten per kandidaat

 1 aardappel van ± 60 gram

 ¼ rode paprika

 2 takjes peterselie

 2 radijsjes

 ½ eetlepel olijfolie

 50 gram hüttenkäse

 peper

 4 sprietjes bieslook

 aluminiumfolie

 satéprikker

Kaassalade

Ingrediënten per kandidaat

 40 gram (dunne) sperziebonen

 25 gram rucola

 50 gram belegen 20+ kaas

 1 klein sjalotje

 1 eetlepel olijfolie

 ½ eetlepel azijn

 ½ theelepel mosterd

 ½ theelepel honing

 1 eetlepel pijnboompitten

 peper

Opdracht 6

 kladpapier

 pen

 twee telefoons / een telefoonkoffer

Opdracht 12

 rollator met mandje/netje

 handverband

 handtas

 jas met lange mouwen

 tafel met 3 stoelen

 2 computers/laptops

 kapstok

 brievenbakje met inschrijfformulieren

 etiket/sticker met de tekst ‘Inschrijfformulieren’

 bordje/A4-tje met de tekst ‘Ontvangstruimte’

(14)

verzorging CSPE KB 2013 algemene informatie voor de kandidaat

Inleiding

Het examen verzorging CSPE KB gaat over twee casussen:

 Gezondheidscentrum Het Anker

 Buurthuis Zuidoost

Wat ga je doen?

Je loopt stage in Gezondheidscentrum Het Anker en in Buurthuis Zuidoost.

Je helpt mee bij diverse activiteiten, zoals een PowerPointpresentatie maken, gerechten bereiden, een draaiboek en kostenoverzicht maken. Je voert een telefoongesprek en ontvangt een buurtbewoonster in het buurthuis. Je maakt ook drie minitoetsen en een reflectieopdracht.

Overzicht van de opdrachten

Gezondheidscentrum Het Anker

Onderdeel A informatiefolder

Onderdeel B PowerPointpresentatie minitoets

Onderdeel C kcal uitrekenen gerechten bereiden Onderdeel D telefoongesprek

minitoets

Buurthuis Zuidoost

Onderdeel E draaiboek Onderdeel F kostenoverzicht Onderdeel G spelletjesavond

minitoets

Onderdeel H buurtbewoonster ontvangen Onderdeel I reflectie

Wanneer je deze informatie hebt gelezen, lever je het blad weer in bij je docent.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

 Per kandidaat is voor de examinator 15 minuten nodig: de kandidaat gebruikt 10 minuten voor de uitvoering van de opdracht; u hebt daarna nog 5 minuten voor het invullen van

3° andere vegetaties dan Europees te beschermen habitat of regionaal belangrijk biotoop. Voor type drie en type vier komen enkel Europees te beschermen habitats of

 U zorgt dat er afwisselend per kandidaat 2 dozen met interieurfilters te veel (voor de opdracht Dozen lossen) of 2 dozen te weinig zijn geladen (voor de opdracht Dozen laden). 

Sopro Nivelleer zwaar belastbaar HF-S is een snel verhar- dende, op Sopro Mikrodur ® -Technologie opgebouwde, hydrau lisch verhardende egalisatiemassa.. Hij is geschikt voor

Bij de vergaderingen zijn de leden van de Klantraad, het dagelijks bestuur van de Klantraad en 1 of meer leden van het management van FBTO aanwezig.. De voorzitter van de

Als de kandidaat niet uit eigen initiatief aangeeft wat de prijs van een vaas is, vraagt u wat een vaas kost bij een large formaat bloemstuk. U kiest er vervolgens voor om geen

Materiaal: Sopro Bouwhars (BH 869), Sopro Kristalkwartszand (KQS 607), Sopro Kwartszand grof (QS 511), Sopro Kwartszand fijn (QS 507), Sopro Dichtlaag Flex 1-K (DSF 523),

Als de kandidaat niet uit eigen initiatief aangeeft wat de prijs van een vaas is, vraagt u wat een vaas kost bij large formaat bloemstuk. U kiest er vervolgens voor om geen vaas