• No results found

[ Uitzending 311: Rechters 12:1 t/m 13:24]

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "[ Uitzending 311: Rechters 12:1 t/m 13:24]"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

[ Uitzending 311: Rechters 12:1 t/m 13:24]

Nadat de Ammonieten verslagen zijn, roepen de Efraïmieten hun legers samen.

Zij steken de Jordaan over en legeren zich in Safon (een strategische plaats in de buurt van Sukkot). De reden voor hun boosheid is dat Jefta hen niet heeft

opgeroepen om hem in de strijd tegen de Ammonieten te vergezellen. Zij voelen zich door Jefta gepasseerd en dreigen zelfs zijn huis plat te branden.

Rechters 12 vers 1 t/m 3:

Toen werden de Efraïmieten onder de wapenen geroepen. Ze trokken naar Safon en stuurden Jefta de volgende boodschap: Waarom hebt u ons niet geroepen toen u de Ammonieten aanviel? Uit wraak zullen wij uw huis, terwijl u daar zelf bent, platbranden! Ik heb u wel laten roepen, maar u weigerde te komen, antwoordde Jefta. U kwam niet opdagen toen wij dit ernstige conflict met de Ammonieten hadden. Daarom heb ik mijn leven op het spel gezet en ben zonder u ten strijde getrokken. Maar de HERE heeft mij geholpen de vijand te verslaan. Waarom zou u ons dan nu aanvallen?

Net als bij de Ammonieten, probeert Jefta de situatie in eerste instantie met woorden op te lossen. Maar, hij kiest een heel andere benadering dan Gideon in Rechters 8. Waar Gideon diplomatieke taal gebruikt en niet schroomt zichzelf als de mindere af te schilderen, kiest Jefta voor de tegenaanval. Hij zegt dat hij de Efraïmieten wel degelijk heeft opgeroepen, toen hij de strijd met de Ammonieten aanbond. Maar, zij hebben aan zijn oproep geen gehoor gegeven. Met een retorische vraag maakt Jefta duidelijk dat hij het onterecht vindt dat Efraïm nu tegen hem optrekt. Door deze reactie gooit Jefta olie op het vuur en slaat de vlam in de pan. Jaloersheid, egoïsme en eigen eer zijn licht ontvlambaar!

In de kerk of gemeente speelt jaloezie vaak ook een rol. Het is een van de grootste problemen en zonden. Paulus zegt in Filippenzen 2 vers 3:

Wees niet egoïstisch en probeer niet de eer naar u toe te trekken, maar wees nederig en sla een ander hoger aan dan uzelf.

(2)

De Efraïmieten hadden gezegd: Uit wraak zullen wij uw huis, terwijl u daar zelf bent, platbranden! Jefta moet zichzelf beschermen.

Rechters 12 vers 4 t/m 6:

Toen Efraïm de mannen van Gilead uitschold voor weggelopen Efraïmieten (Gilead ligt namelijk tussen Efraïm en Manasse), kwam Jefta in actie. Hij riep alle mannen van Gilead op voor de strijd en viel het leger van Efraïm aan. Efraïm werd verslagen. Jefta bezette alle doorwaadbare plaatsen van de Jordaan op de weg naar Efraïm en telkens wanneer een vluchteling van Efraïm de rivier wilde oversteken, hielden de soldaten van Gilead hen aan.

Hoort u bij de stam van Efraïm? vroegen zij dan. Als de man met ‘nee’

antwoordde, zeiden zij: Zeg eens sjibbolet. Maar als hij de ‘sj’ niet kon uitspreken en ‘sibbolet’ zei, werd hij gedood. Op die manier stierven 42.000 mannen van de stam van Efraïm.

Op hun beurt kleineren de Efraïmieten de inwoners van Gilead door te stellen dat zij in feite niets anders zijn dan vluchtelingen uit Efraïm die nergens meer bij horen, noch bij Manasse, noch bij Efraïm. Jefta vat de woorden op als een zware belediging en voelt zich in zijn eer aangetast. Er volgt een bloedige burgeroorlog.

Jefta roept zijn troepen samen, trekt ten strijde tegen de Efraïmieten en verslaat hen. Bovendien bezetten zijn troepen de doorwaadbare plaatsen van de Jordaan, die de grens vormt tussen Gilead en Efraïm. Zo snijden zij de pas af van de vluchtende troepen. Vluchtelingen die de Jordaan willen oversteken (in een poging aan Jefta te ontkomen) en desgevraagd ontkennen uit Efraïm te komen, laten zij het woord ‘sjibbolet’ uitspreken. De uitspraak verraadt uit welk gebied de vluchteling afkomstig is. Rechters 12 vers 7:

De Gileadiet Jefta leidde Israël zes jaar. Hij werd begraven in een van de steden van Gilead.

Hoe moeten we Jefta als richter en rechter beoordelen? Dankzij de bekrachtiging met de Geest van de HERE was Jefta in staat Israël te verlossen van de

Ammonieten. Terecht wordt hij daarom tot de richters gerekend. In het NT wordt hij genoemd in de lijst met geloofshelden (Hebr.11).

(3)

De beschrijving van het optreden van Jefta ná de overwinning op Ammon roept alleen negatieve associaties op. In het licht van het boek Richteren als geheel, worden deze alleen nog maar sterker. Jefta’s schandelijke behandeling van zijn dochter vindt aan het slot van het boek een tegenhanger in het misbruik op grotere schaal van de vrouw uit Bethlehem. Zijn ondoordachte belofte waarvan zijn dochter het slachtoffer wordt, vindt een parallel in de ondoordachte belofte van de Israëlieten aan het einde van het boek, waarvan talloze vrouwen het slachtoffer worden (Rechters 21). De burgeroorlog tussen Efraïm en Gilead vindt zijn tegenbeeld in de burgeroorlog tegen Benjamin waarbij alle stammen van Israël betrokken zijn (Rechters 20). Jefta’s optreden heeft het land geen rust gebracht, zoals in het geval van de eerdere richters.

In de Hebreeuwse grondtekst staat in Rechters 12:2 dat Jefta over zichzelf zegt:

ik ben een man van twist, en zijn leiderschap brengt dan ook weinig goeds voort. Jefta stelt niet zozeer het belang van het volk voorop en zelfs niet dat van zijn gezin, maar wordt in beslag genomen door zijn eigen belangen. Binnen de context van het boek Richteren als geheel is dan ook overduidelijk dat iemand als Jefta niet het soort leider is dat Israël nodig heeft. Zijn optreden is illustratief voor de neergaande lijn, in het tweede hoofddeel van het boek Rechters.

Rechters 12 vers 8 t/m 10:

De volgende Richter heette Ibsan. Deze man, die in Bet-Lechem woonde, had 30 zonen en 30 dochters. Hij huwelijkte zijn dochters uit aan mannen buiten zijn familie en haalde elders 30 meisjes om met zijn zonen te laten trouwen. Nadat hij Israël 7 jaar had geleid, stierf hij en werd in Bet-Lechem begraven. Na Jefta staat Ibsan op als richter. Zijn woonplaats wordt vermeld, maar het is niet duidelijk of Bethlehem in Juda of Bet-Lechem in Zebulon wordt bedoeld. Net als Jaïr heeft ook Ibsan een rijk nageslacht van 30 zonen en 30 dochters. Voor al zijn kinderen arrangeert hij een huwelijk buiten zijn eigen familie. Vaak gebruikten heersers huwelijkssluitingen (voor zichzelf of hun kinderen) om politieke banden te versterken of aan te gaan.

(4)

Het ligt voor de hand dat dit ook hier het geval is en dat de huwelijkssluitingen van de kinderen van Ibsan getuigen van zijn grote invloed in de regio en tegelijkertijd van de politieke rust en stabiliteit die hij daar brengt.

Op moderne westerse mensen komt het vreemd over dat een vader de huwelij- ken van zijn kinderen arrangeert, maar in de context van het oude Nabije Oosten was dit niet ongebruikelijk. Ibsan treedt gedurende zeven jaar als richter op.

‘Richten’ is niet in de eerste plaats ‘rechtspreken’, maar veeleer ‘besturen’. Het richterschap van de kleine rechters zal, net als dat van de grote rechters, vaak beperkt zijn geweest tot de eigen familie of stam en eventueel één of meerdere aangrenzende stammen. Dat desondanks over ‘Israël’ wordt gesproken, sluit aan bij het vaker in het Bijbelboek voorkomende woordgebruik, waarbij het betrokken deel van de Israëlieten als representatief voor het volk als geheel wordt gezien.

De genoemde perioden in de verslagen van de ‘kleine’ richters zijn exacte aantallen, anders dan in het geval van de ‘grote’ richters, waar vermoedelijk sprake is van afgeronde perioden. Ibsan wordt in zijn woonplaats begraven.

Rechters 12 vers 11 en 12:

Na hem werd Elon uit het gebied Zebulon richter. Hij was 10 jaar leider van Israël en werd begraven in Ajjalon in Zebulon.

De volgende richter is Elon uit de stam van Zebulon. Gedurende 10 jaar treedt hij op als richter. Zijn woonplaats is vermoedelijk dezelfde als de plaats waar hij uiteindelijk begraven wordt. Elon is de enige van de kleine richters over wie geen persoonlijke informatie is opgenomen. Rechters 12 vers 13 t/m 15:

Vervolgens werd Abdon, de zoon van Hillel, uit Piraton richter. Hij had 40 zonen en 30 kleinzonen, die allemaal op een eigen ezelshengst reden. 8 jaar leidde hij Israël.

Nadat Abdon was overleden, werd hij begraven in Piraton, in het gebied Efraïm, in de bergen van de Amalekieten.

Na Elon treedt Abdon op als richter over Israël. Hij is de zoon van Hillel en komt uit de plaats Piraton.

(5)

Ook in het geval van Abdon wordt zijn nakomelingschap genoemd: 40 zonen en 30 kleinzonen, een welhaast ongeëvenaard nakomeling-schap. De 70

nakomelingen die rijden op ezelshengsten illustreren in deze context het grote aanzien van hun vader en ook dat Abdon een welgesteld man moet zijn geweest.

Het richterschap van Abdon beslaat een periode van 8 jaar. Hij sterft en wordt begraven in Piraton, in het stamgebied van Efraïm, ‘in het gebergte van de Amalekieten’.Piraton is het huidige Farata, een kleine 10 km ten zuidwesten van Sichem. Het ligt ten zuiden van de wadi Kana en daarmee strikt genomen in het stamgebied van Manasse, maar de steden in dat gebied werden tot het

stamgebied van Efraïm gerekend (Joz.17:8 en 9). Vermoedelijk was in die tijd de uitdrukking ‘in de bergen van de Amalekieten’ een vaste aanduiding voor het gebied waar voorheen Amalekieten leefden.

De rust en de stabiliteit die de richters Ibsan, Elon en Abdon brengen in de gebieden die zij besturen, vormen een positief contrast met de neergaande lijn die het tweede hoofddeel van Richteren kenmerkt. Maar, de neergaande lijn in het optreden van de rechters is nog niet beëindigd. Het dieptepunt moet nog komen. Rechters 13 vers 1:

En weer zondigden de Israëlieten tegen de HERE door afgoden te aanbid- den. Daarom liet de HERE toe dat zij 40 jaar lang door de Filistijnen werden onderdrukt.

De cyclus die we in het begin van het Bijbelboek Rechters tegenkwamen wordt vanaf Gideon doorbroken. Tot aan Gideon kwamen we steeds dezelfde cyclus tegen van: ‘ongehoorzaamheid, verdrukking van Israël door de vijanden, Israël bekeert zich, gevolgd door verlossing door een richter’. Vanaf Gideon is alle aandacht voor de persoon van de richter. Dit zet zich door bij Simson. De strijd om verlossing maakt plaats voor allerlei gebeurtenissen in het privéleven van de richter. Structureel wordt de geschiedenis van Simson ingekaderd door een verslag over zijn geboorte (Rechters 13) en zijn dood (het slot van Rechters 16).

De Israëlieten gaan door met het doen van wat kwaad is in de ogen van de HERE.

(6)

Net als voorheen door het dienen van de afgoden (Baal en andere goden) en het verlaten van de HERE. Het gevolg is dat Israël 40 jaar lang is overgele-verd aan de macht van de Filistijnen, een volk dat behoorde tot een groep van zeevolken die in de 13e eeuw v.Chr. vanuit het gebied van de Egeïsche Zee richting oosten kwamen en 5 steden bouwden: Gaza, Asdod, Askelon, Gat en Ekron. Er is in deze verzen geen sprake van gebed tot de HERE om uitkomst, maar de HERE geeft die uitkomst wel. De Filistijnen waren waarschijnlijk de ergste vijanden die Israël ooit heeft gehad.

Simson is één van de bijzondere richters. Hij was degene die de meest

fantastische overwinningen behaalde. Alle omstandigheden waren gunstig voor een geweldige loopbaan, maar hij faalde. Dat was een dieptepunt in zijn leven.

Rechters 13 vers 2:

Op een dag verscheen de Engel van de HERE aan de vrouw van Manoach van de stam Dan, zij woonde in de stad Sora. Sora is het moderne Sur’ah, een kleine stad aan de noordzijde van het vruchtbare Sorekdal, een paar kilometer ten noorden van Bet-Semes. Volgens het boek Jozua viel Sora zowel in gebied van Dan (Joz.19) als van Juda (Joz.15). Waarschijnlijk lag de stad aan de wadi Sorek, die als grens tussen Dan en Juda gold. Zo kon het gebied rondom de stad aan beide kanten van de wadi liggen. Volgens Joz.18 is het gebied tussen Sora en Estaol het hoofdgebied van Dan geweest voordat de Danieten naar het noorden trokken. Waarschijnlijk behoorde de familie van Simson bij de achterblij- vers van de stam Dan. De geschiedenis begint bij het feit dat Manoach en zijn vrouw geen kinderen hebben en de Engel van de HERE aan de vrouw van Manoach verschijnt.

Rechters 13 vers 3 t/m 5:

De Engel zei tegen deze vrouw, die geen kinderen had: U bent lang onvruchtbaar geweest, maar nu zult u in verwachting raken en een zoon krijgen. Denk erom dat u geen wijn of sterkedrank drinkt en dat u niets eet dat onrein is.

(7)

Het haar van uw zoon mag nooit worden geknipt, want hij zal vanaf zijn geboorte een Nazireeër, een speciale dienaar van God zijn. Hij zal de aanzet geven tot de bevrijding van Israël uit de macht van de Filistijnen.

De geboorte van Simson is een wonder, net zoals de geboorte van Isaäk, Jozef en Benjamin. Voordat Simson was geboren had de HERE hem al uitgekozen om een geweldige opdracht uit te voeren: Simson mocht Israël bevrijden van de vijanden. Gods volk verkeerde in een erbarmelijke toestand. Door hun zonden en het aanbidden van de afgoden waren ze van de HERE afgevallen. God had hen in de handen van de Filistijnen overgeleverd, opdat zij zouden terugkeren naar Hem!

De Engel van de HERE verscheen aan Simsons moeder en zei: hij zal vanaf zijn geboorte een Nazireeër, een speciale dienaar van God zijn. Over het Nazireeërschap hebben we gelezen en gesproken in de Bijbelboeken Leviticus en Numeri. Via onze website kunnen u de uitzendingen nogmaals beluisteren of het programmascript nalezen. Het nazireeërschap hield in: geen sterkedrank, niet je haar knippen, geen contact met een dood lichaam (Num.6).

In het geval van Simson worden er wel een paar aanpassingen gemaakt op de gebruikelijke nazireeërgelofte. De gelofte is nu niet vrijwillig, maar door de HERE opgelegd. Hij is van kracht: vanaf zijn geboorte, d.w.z. vanaf de conceptie.

Daarmee wordt de moeder verplicht ook aan de voorwaarden te voldoen, zoals geen wijn of sterke drank drinken, totdat het kind geboren is en oud genoeg is om zich er zelf aan te houden. De gelofte geldt niet voor een paar dagen of weken, maar geldt voor het hele leven, tot aan de dood van Simson. De enige andere persoon in het OT voor wie dit ook gold was Samuël.

Tenslotte, aan de 3 standaardeisen voor een Nazireeër wordt een vierde toege- voegd: de moeder van Simson mag beslist geen onrein voedsel gebruiken tijdens de zwangerschap. Blijkbaar werd deze voor iedere Israëliet geldende eis (Lev.11 en Deutr.14) niet door iedereen gehouden. Gezien het gebruik van de uitdrukking ‘denk erom’ was deze bepaling voor de moeder van Simson blijkbaar niet vanzelfsprekend. In vers 5 volgen een aantal aanwijzingen voor Simson.

(8)

Er zal geen scheermes over zijn hoofd gaan, want hij is een Nazireeër Gods, d.w.z. hij is aan God gewijd. Hij zal een begin maken met de bevrijding van Israël uit de macht van de Filistijnen.

Volledige verlossing kwam pas onder David (2 Sam.5).

Luisteraar, hoe zou een NT nazireeër er uit kunnen zien? Als we de eerste eis voor een nazireeër bekijken dan kunnen we zeggen: een nazireeër moet zijn vreugde in de HERE vinden en niet in sterke drank. Efeziërs 5 vers 18:

Bedrink u niet, want daardoor verliest u de controle over uzelf. Wees daarentegen vol van de Heilige Geest. En in Galaten 5 vers 22 en 23 zegt de apostel Paulus: Maar de Heilige Geest brengt ons tot betere dingen: liefde, blijdschap, geduld, vriendelijkheid, mildheid, trouw, tederheid en zelfbe- heersing. Er is geen wet die zulke dingen veroordeelt. Vreugde is één van de vruchten die de Heilige Geest in het leven van een gelovige wil bewerken.

Een nazireeër mocht zijn haar niet knippen. In Num.6 wordt daarvan gezegd:

want hij is heilig en aan de HERE gewijd. In het NT gaat het dan niet alleen om uiterlijke reinheid maar vooral om innerlijke reinheid. Rein, heilig en toegewijd aan de HERE en Zijn dienst. Reinheid van binnen, is minstens zo radicaal als de reinigingswetten voor de Israëlieten in het OT. 1 Petr.1 vers 13 t/m 16: Gebruik dus uw verstand en wees nuchter. Kijk vol verwachting uit naar de dag waarop Jezus Christus terugkomt en God Zijn genade aan u zal bewijzen.

Gehoorzaam God omdat u Zijn kinderen bent. Geef niet toe aan de

verlangens van vroeger, toen u nog niet beter wist. Wees heilig in alles wat u doet, want de HERE die u heeft geroepen om Zijn kind te worden, is heilig.

Hij heeft dat Zelf gezegd: Wees heilig, want Ik ben heilig.

De HERE blijft heilig, ook in het NT. In het NT is het wel meer ethisch ingevuld.

Wij mensen moeten heel nieuwe mensen worden die alleen voor God leven, zuiver en goed. Ef.4:24 zegt: Trek een nieuwe natuur aan als een stel nieuwe kleren. Wat dat betekent leest u erna in Ef.4:25 t/m 5:20. Ontdek wat de HERE van u verlangt!

(9)

Een nazireeër moest de HERE boven alles stellen. Ook dat is in het NT niet anders. De Here Jezus zei in Lucas 14 vers 26 en 27:

Wie bij Mij wil horen, moet meer van Mij houden dan van zijn vader, moeder, vrouw, broers en zusters. Ik moet hem zelfs meer waard zijn dan zijn eigen leven. Anders kan hij Mijn leerling niet zijn. Niemand kan Mijn leerling zijn als hij niet zijn kruis draagt en Mij volgt.

Simson was een Nazireeër. Hij was een man van God en dat was zijn geheim. Hij werd geroepen om een grote taak te vervullen. Ongelukkigerwijs vervulde hij niet de opdracht die de HERE hem had gegeven. Aan het slot van vers 5 zegt de Engel van de HERE: Hij zal de aanzet geven tot de bevrijding van Israël uit de macht van de Filistijnen. Hij begon, maar maakte het niet af. Zo zijn er ook veel christenen. Zij beginnen goed, maar maken het niet af. Paulus vraagt de gelovigen in Galatië: Het enige wat telt, is geloof dat zich in liefde uit. U was zo goed op weg. Wie heeft u ervan weerhouden de waarheid te blijven volgen? (Gal.5:7). Luisteraar, moet ik vandaag hetzelfde aan u vragen?

In Rechters 13:6 t/m 23 wordt verteld hoe Manoach door zijn vrouw op de hoogte wordt gebracht van de ontmoeting en de boodschap van de Engel van de HERE.

Samen ontmoeten ze de Engel weer. Dezelfde instructies volgen. Dan wil

Manoach dat de Engel nog blijft, hij wil eten halen en Zijn naam weten. Waarom wilt u Mijn naam weten? Antwoordde de Engel, die is onuitsprekelijk (vs.18).

Dan wordt er geofferd aan de HERE en de Engel steeg - voor de ogen van Manoach en zijn vrouw - in het vuur omhoog. Ze vallen plat op de grond (vs.20).

Rechters 13 vers 24:

Toen hun zoon werd geboren, noemden zij hem Simson. De jongen groeide op onder de zegen van de HERE. En de Geest van de HERE leidde hem steeds weer naar het legerkamp van Dan tussen de steden Sora en Estaol.

In de volgende uitzending lezen we verder over Simson in Rechters 14 t/m 16.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deuteronomium 32 vers 44 t/m 46: Toen Mozes en Jozua alle woorden van het lied aan het volk hadden doorgegeven, zei Mozes tegen de aanwezigen:.. Onthoud en overdenk de wetten die ik

In vers 23 geeft Paulus de reden voor de verandering van zijn reisplan en het niet doorgaan van zijn extra bezoek.. Hoe tegenstrijdig het ook klinkt voor de Korinthiërs, het was

Voor alle duidelijkheid, wij moeten deze Jakobus niet verwarren met Jakobus, de broer van de Here Jezus (Matth.13:55), de latere leider van de christelijke gemeente in Jeruzalem..

De daar aangegeven weelde, trots en het gevoel van veiligheid van Tyrus kan historisch niet worden terug- gelezen in de profetie van Jesaja, maar geeft wel een indruk wat er aan de

Zijn ooms legden de burgers van Sichem Abimelechs plan voor en deze kozen Abimelech, omdat zijn moeder uit Sichem kwam.. Zij gaven hem geld uit de tempel van de

Nebukadnezar de overwinning gaf op Jojakim; Daniël 1 vers 2: ‘En de Heere gaf Jojakim, de koning van Juda, in zijn hand, en een deel van de voor- werpen van het huis van God?.

1 Korinthiërs 12 vers 4: De bijzondere gaven zijn verschillend, maar ze worden gegeven door dezelfde Geest.. Nadat Paulus heeft verklaard dat er één kenmerk is, waaraan

We hebben in vers 1 gelezen dat God zegt: ‘Ga met uw familie aan boord van de ark’ En in vers 16 lezen we: ‘Toen sloot de HERE God de toegang tot de ark.’ God liet Noach niet