Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
op de op 27 mei 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Attero Zuid B.V., om vergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), voor de inrichting gelegen aan Energiestraat 22 te Deurne.
Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl
Pagina 2 van 11
Registratienummer: Z.46267 / D.157306
Besluit
Onderwerp
Wij hebben op 27 mei 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen van de inrichting ontvangen van Attero Zuid B.V. Het betreft het aanpassen van de bestaande inpandige bewerkingsinstallatie. De aanvraag gaat over de Energiestraat 22 te Deurne. De aanvraag is geregistreerd onder OLO-nummer 2365805 en Squit-nummer HZ_WABO-2016-3353.
Concreet wordt verzocht om een vergunning ex artikel 2.1, lid 1, onder e (milieu) waarbij artikel 3.10, lid 3 (milieuneutraal veranderen) van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de reguliere
voorbereidingsprocedure van toepassing verklaart.
Besluit
Wij besluiten, gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze vergunning en gelet op artikel 2.1 en artikel 2.14, lid 4 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo):
de omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen van de inrichting te verlenen (art.
2.1 lid 1 onder e en 3.10 lid 3 Wabo);
dat de volgende delen van de aanvraag onderdeel uit maken van deze vergunning:
- 2365805_1464352291757_aanvraag, ontvangen op 27 mei 2016;
- 2365805_1464345372245_0_Brief.pdf, ontvangen op 27 mei 2016;
- 2365805_1464345398565_1_Beschrijving, ontvangen op 27 mei 2016;
- 2365805_1464345424997_2_Tekening.pdf, ontvangen op 27 mei 2016.
Procedure
Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo.
Ondertekening en verzending Eindhoven, 24-6-2016
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, namens deze,
A.M.J. Leermakers- v. Heijst
Afdelingsmanager, Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant
Pagina 4 van 11
Registratienummer: Z.46267 / D.157306
Rechtsmiddelen Bezwaar
Als u het niet eens bent met dit besluit, kunt u een bezwaarschrift indienen. Dit kan tot zes weken na de bekendmaking van dit besluit. In het bezwaarschrift moet u het volgende opnemen: uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt en de reden(en) van uw bezwaar. U moet het bezwaarschrift ook ondertekenen.
Het bezwaarschrift kunt u richten aan:
Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Secretariaat van de hoor- en adviescommissie
Postbus 90151
5200 MC 's-Hertogenbosch
Wij verzoeken u om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden.
Voor meer informatie over de behandeling van bezwaarschriften verwijzen wij u naar ww.brabant.nl/bezwaar. Het secretariaat van de hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) 680 83 04, faxnummer (073) 680 76 16.
Voorlopige voorziening
Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een voorlopige voorziening te vragen. Deze kunt u richten aan:
Voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant Postbus 90125
5200 MA ’s-Hertogenbosch
Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende een bepaalde periode. Voorwaarde om een voorlopige voorziening te vragen is dat er sprake moet zijn van een spoedeisend belang. Er zijn kosten verbonden aan het vragen van een voorlopige voorziening.
Inhoudsopgave
Besluit...2
Milieu ...6
Procedurele overwegingen ...7
Inhoudelijke overwegingen ...9
Milieu ...10
Pagina 6 van 11
Registratienummer: Z.46267 / D.157306
Milieu
PROCEDURELE OVERWEGINGEN
GEGEVENS AANVRAGER
Op 27 mei 2016 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen van de inrichting als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen. Het betreft een verzoek van Attero Zuid B.V., Energiestraat 22, 5753 RN te Deurne.
PROJECTBESCHRIJVING
Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd betreft het aanpassen van de bestaande inpandige bewerkingsinstallatie (aanvullende scheidingsstap en kunststofafzuiging). Een uitgebreide
projectomschrijving is opgenomen in de aanvraag om vergunning.
De vergunning heeft betrekking op een inrichting die valt onder 28.4 van onderdeel C van bijlage I bij het Besluit omgevingsrecht. De inrichting is daarom vergunningplichtig.
Gelet op het bovenstaande wordt vergunning gevraagd voor de volgende in de Wabo omschreven activiteiten:
- het oprichten, veranderen of veranderen van de werking of het inwerking hebben van een inrichting of mijnbouwwerk (artikel 2.1 eerste lid onder e Wabo).
HUIDIGE VERGUNNINGSSITUATIE
Voor de inrichting zijn eerder de onderstaande vergunningen en/of ontheffingen verleend dan wel meldingen geaccepteerd:
SOORT VERGUNNING DATUM KENMERK
Revisievergunning 30-03-2006 1181484
Melding 16-03-2009 1514291
Veranderingsvergunning 04-02-2011 2399250 Veranderingsvergunning 10-10-2012 HZ-2012-0968 Veranderingsvergunning 20-03-2014 HZ_WABO-2013-179 BEVOEGD GEZAG
Gedeputeerde Staten zijn bevoegd gezag voor de inrichting. Dit volgt uit artikel 2.4 van de Wabo juncto artikel. 3.3 lid 1 van het Bor. De activiteiten van de inrichting zijn genoemd in Bijlage I onderdeel C categorie 28.4 van het Bor en daarnaast betreft het een inrichting waartoe een IPPC-installatie behoort.
VOLLEDIGHEID AANVRAAG EN OPSCHORTING PROCEDURE
Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze getoetst op volledigheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook in behandeling genomen.
PROCEDURE (REGULIER)
Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij conform artikel 3.8 Wabo van de aanvraag digitaal gepubliceerd op internet: www.brabant.nl
Pagina 8 van 11
Registratienummer: Z.46267 / D.157306
Wij hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn van 8 weken te verlengen met 6 weken als bedoeld in artikel 3.9, lid 2 Wabo. Van deze verlenging is digitaal kennis gegeven op internet:
www.brabant.nl
ADVIEZEN
In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.5 van het Bor, hebben wij de aanvraag ter advies aan de volgende instanties/bestuursorganen
gezonden:
Waterschap Aa en Maas;
Gemeente Deurne.
Naar aanleiding hiervan hebben wij geen adviezen ontvangen.
ACTIVITEITENBESLUIT MILIEUBEHEER
Op 1 januari 2013 is het Activiteitenbesluit gewijzigd en kan sindsdien ook op inrichtingen met een IPPC- installatie van toepassing zijn. Op type C inrichtingen, die vergunningplichtig zijn, kunnen bepaalde artikelen uit het Activiteitenbesluit van toepassing zijn. Dit betekent dat bepaalde voorschriften uit het Activiteitenbesluit en de bijbehorende Activiteitenregeling een rechtstreekse werking hebben en niet in de vergunning mogen worden opgenomen.
INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN
Pagina 10 van 11
Registratienummer: Z.46267 / D.157306
Milieu
Toetsing voorwaarden Wabo
De aanvraag heeft betrekking op het milieuneutraal veranderen of veranderen van de werking van een inrichting of mijnbouwwerk als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 aanhef en onder e van de Wabo. De Wabo bepaalt in artikel 2.14, lid 5 dat een omgevingsvergunning voor een milieuneutrale verandering kan worden verleend als voldaan wordt aan de voorwaarden uit artikel 3.10, lid 3 van de Wabo. Hieruit volgt dat de gevraagde vergunning kan worden verleend indien de realisering van de met deze aanvraag beoogde verandering van de inrichting of verandering van de werkwijze binnen de inrichting:
1. niet zal leiden tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende vergunning zijn toegestaan; en
2. niet zal leiden tot het ontstaan van een andere inrichting dan waarvoor vergunning is verleend; en 3. niet m.e.r.-plichtig is.
Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden.
Toetsing gevolgen milieu
Naar aanleiding van de ingediende aanvraag en de daarbij overgelegde gegevens concluderen wij dat de aangevraagde verandering hieraan voldoet, omdat:
Afval
De hoeveelheid en soort inkomende afvalstoffen blijft gelijk. Het geldende acceptatieprotocol dateert van 14 juni 2013 (deel 1 en 2) en 20 januari 2014 (deel 3). Het protocol is goedgekeurd met het besluit van 20 maart 2014. Zowel het innameproces als het soort te accepteren afval wordt met onderhavige beschikking niet gewijzigd.
Geluid
Bij de revisievergunning van 30 maart 2006 is een geluidrapport opgesteld en deze is
aangevuld/geactualiseerd bij de veranderingsvergunning in 2011 (rapport SPA, 16 augustus 2010, 10103.R01). Relevante aspecten bij de vergunde situatie zijn de geveluitstralingen en de
vervoersbewegingen over het terrein. Het gaat in de revisievergunning en bijbehorende aanvraag per dag om ruim 30 vrachtwagens die het terrein oprijden. De geveluitstraling is in het verleden bepaald met behulp van metingen.
Met de onderhavige situatie wijzigt niets in de geluidbronnen op het buitenterrein. De
aanpassingen van de bewerkingsinstallatie vinden primair inpandig plaats in een ruimte waarin ten tijde van de laatste geluidmetingen de scheidingsinstallatie reeds in bedrijf was. Met de onderhavige aanvraag neemt verder het aantal transportbewegingen niet toe. De hoeveelheid aan te voeren en af te voeren materiaal blijft gelijk. Derhalve vindt geen verhoging plaats van de geluiduitstraling.
Lucht
In het kader van de revisie in 2006 is aandacht besteed aan stof. Dit onderzoek is bij de veranderingsvergunning van 2011 geactualiseerd (rapport SPA, 10 augustus 2010, kenmerk 10103.R02). Daarbij is de emissie van het wegverkeer, gasmotor, noodfakkel, laadschop en schoorsteen beschouwt. Voor het transportverkeer gaat het op jaarbasis om ruim 7.000 vrachtwagens.
Met de onderhavige aanvraag neemt de hoeveelheid te accepteren afval en af te voeren compost en reststromen niet toe. Er zijn daarmee geen aanvullende verbrandingsmotoren en vrachtwagens nodig.
Geur
Ook het geuraspect is bij de revisievergunning betrokken doch geactualiseerd met de
veranderingsvergunning in 2011 (rapport SPA, 9 augustus 2010, kenmerk 10103.R02). Enkel de schoorsteen binnen de inrichting veroorzaakt een geuremissie. De opbouw van de geuremissie kan worden herleid naar het inpandig bewerken van GFT, het opslaan en het composteren. Uit het onderzoek blijkt dat aan de normering wordt voldaan. Met de onderhavige aanvraag wijzigt niets aan de bestaande geurbronnen.
Afvalwater
Met de aanpassing van de installatie ontstaat niet meer of ander afvalwater dan reeds is beschouwd en vergund.
Energie
De bewerkingsinstallatie zal met de aanpassing op jaarbasis minder energie gaan verbruiken.
Hoewel het opgestelde vermogen toeneemt zorgt de aanpassing ervoor dat de installatie door de verbeterde scheiding in zijn geheel minder uren in bedrijf is.
Afvalstoffen
De inname van afvalstoffen blijft gelijk. Door het plaatsen van een folie-afzuiging ontstaat een nieuwe afvalstroom binnen de inrichting die wordt afgevoerd naar een erkend verwerker. Derhalve wordt ook aan de minimum standaard voldaan. De totale balans van de inrichting blijft gelijk.
De verandering leidt niet tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu.
Conclusie
Vanuit het toetsingskader zijn er ten aanzien van de voorgenomen veranderingen geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren.