• No results found

hf, gi = Z

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "hf, gi = Z"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Aanvulling Analyse 3NA.

1. De onzekerheidsrelatie.

Laat L2(R) de vectorruimte van kwadratisch intregreerbare functies zijn: f ∈ L2(R) als de inte- graal

Z

−∞

|f (x)|2dx. bestaat. Op L2(R) kunnen we een inwendig product defini¨eren d.m.v.

hf, gi = Z

−∞

f (x)g(x)dx.

Dan geldt de ongelijkheid van Schwarz:

|hf, gi|2≤ hf, f ihg, gi. (1)

De Fouriergetransformeerde ˆf van f is gedefinieerd en volgens de identiteit van Parseval is hf, f i =

Z

−∞

|f (x)|2dx = Z

−∞

| ˆf (ω)|2dω = h ˆf , ˆf i. (2)

We nemen aan dat de functie f op 1 genormeerd is: hf, f i = 1. Dan is volgens (2) ook h ˆf , ˆf i = 1.

f en ˆf kunnen we dus opvatten als kansdichtheden. Nu zijn de verwachting ¯x en de spreiding (of standaardafwijking) ∆x van x gedefinieerd als resp.

¯ x =

Z

−∞

x|f (x)|2dx, (∆x)2= Z

−∞

(x − ¯x)2|f (x)|2dx.

Analoog zijn de ¯ω en ∆ω gedefinieerd. Nu geldt:

Propositie 1 (de onzekerheidsrelatie): Onder de hierboven gedane aannamen geldt: ∆x · ∆ω ≥ 1 2. Bewijs: We kunnen zonder beperking der algemeenheid aannemen dat ¯x = 0. De Fouriergetrans- formeerde van xf (x) is i ˆf0(ω). We moeten dus aantonen:

Z

−∞

| ˆf0(ω)|2dω · Z

−∞

(ω − ¯ω)2| ˆf (ω)|2dω ≥ 1 4. In termen van het inproduct is dit

h ˆf0, ˆf0i · h(ω − ¯ω)f, (ω − ¯ω)f i ≥ 1 4.

We kunnen afgeleide nemen en vermenigvuldigen met ω − ¯ω als lineaire operatoren D, Ω op (een lineaire deelruimte W van) de vectorruimte L2(R) beschouwen: Dh = h0 en Ωh = (ω − ¯ω)h. De operatoren zijn niet op de gehele vectorruimte L2(R) gedefinieerd omdat niet elke h ∈ L2(R) een afgeleide in L2(R) heeft en omdat vermenigvuldiging van een L2-functie met x niet een L2-functie hoeft op te leveren. Er geldt voor h, k ∈ W , omdat lim

x→±∞h(x) = lim

x→±∞k(x) = 0:

hDh, ki = Z

−∞

h0(x)k(x)dx = − Z

−∞

h(x)k0(x)dx = −hh, Dki (3a) 1

(2)

en, omdat ω − ¯ω re¨eel is,

hΩh, ki = Z

−∞

(ω − ¯ω)h(x)k(x)dx = hh, Ωki. (3b)

Nu geldt, volgens (1) en (3a,b), en volgens |z| ≥ |Re(z)| = |(z + ¯z)|/2 voor z ∈ C:

h ˆf0, ˆf0i · h(ω − ¯ω)f, (ω − ¯ω)f i ≥ |h ˆf0, (ω − ¯ω) ˆf )|2= |hD ˆf , Ω ˆf i|2

1 4

³

hD ˆf , Ω ˆf i + hD ˆf , Ω ˆf i

´2

= 1 4

³

hD ˆf , Ω ˆf i + hΩ ˆf , D ˆf i

´2

=

= 1

4h(ΩD − DΩ) ˆf , ˆf i2= 1

4h− ˆf , ˆf i2= 1 4, waarbij we in de laatste regel hebben gebruikt dat

(ΩD − DΩ) ˆf (ω) = (ω − ¯ω) ˆf0(ω) − d

((ω − ¯ω) ˆf (ω)) = − ˆf (ω). ¦

2. De stelling van Nyquist-Shannon en de somformule van Poisson. Als f = f (t) een func- tie van de tijd t is, dan is de Fourier-getransformeerde ˆf (ω) op te vatten als de amplitude-dichtheid van f (t) bij frequentie ω. De waarden van ˆf (ω) bepalen dus het (frequentie-)spectrum van f . Om het spectrum te kennen, moeten we derhalve alle waarden van f (t) kennen. In de praktijk beschikt men echter slechts over een discrete verzameling waarden. De stelling van Nyquist-Shannon zegt dat als de bandbreedte kleiner is dan een zekere B, d.w.z. als ˆf (ω) = 0 voor |ω| ≥ B, dan kan de functie f (t) (en dus de Fouriergetransformeerde ˆf (ω)) geheel gereconstrueerd worden uit de discrete verzameling waarden {f (nT )}n=−∞, mits T ≤ π/B. We geven twee bewijzen:

Bewijs 1: Omdat ˆf (ω) = 0 als |ω| ≥ B, is ˆf (ω) op [−B, B] in een Fourierreeks te ontwikkelen:

f (ω) =ˆ X n=−∞

cneπinω/B (4)

waarbij de Fourierco¨effici¨enten gegeven worden door cn = 1

2B Z B

−B

f (ω)eˆ −πinω/Bdω = 1 2B

Z

−∞

f (ω)eˆ −πinω/Bdω =

2B f (−πn B ).

Door cn weer in (4) in te vullen vinden we, met T = π/B:

f (ω) =ˆ T

X n=−∞

f (nT )e−inT ω.

Uit de omkeerformule voor Fouriertransformatie volgt nu f (t); omdat ˆf (ω) = 0 voor |ω| ≥ B integreren we slechts over [−B, B]:

f (t) = 1

Z B

−B

f (ω)eˆ iωtdt = T ·

X n=−∞

f (nT ) Z B

−B

eiω(t−nT )dω =

2

(3)

= X n=−∞

f (nT ) · sinc(π( t

T − n)). ¦

Het tweede bewijs is wiskundig minder precies maar geeft een beter begrip van de voorwaarde T ≤ π/B. We leiden eerst een verband af tussen de periodieke som van waarden van een functie f en van zijn Fouriergetransformeerde:

Propositie 2 (de somformule van Poisson): Laat f continu en absoluut integreerbaar zijn op R (d.w.z. de integraalR

−∞|f (t)|dt bestaat). Dan is voor t, T ∈ R en T > 0 de reeks X n=−∞

f (t + nT ) (absoluut) convergent en verder geldt

X n=−∞

f (t + nT ) =

T

X m=−∞

f (ˆ 2πm

T )e2πimt/T. (5)

Bewijs: De (absolute) convergentie van de reeks volgt onmiddellijk uit de absolute integreer- baarheid van f (teken een plaatje!). Laat F (t) =

X n=−∞

f (t + nT ). De functie F (t) is periodiek met periode T en is in een Fourierreeks te ontwikkelen:

F (t) = X n=−∞

cne2iπnt/T

waarbij

cn= 1 T

Z T /2

−T /2

F (u)e−2iπnu/Tdu = 1 T

X m=−∞

Z T /2

−T /2

f (u + mT )e−2iπn(u+mT )/Tdu =

= 1 T

Z

−∞

f (u)e−2iπnu/Tdu =

T · ˆf (2πn T ).

Invullen in de Fourierreeks levert het gewenste resultaat:

X n=−∞

f (t + nT ) = F (t) =

T ·

X n=−∞

f (ˆ 2πn

T )e2πimt/T.

Bewijs 2 van N.-Sh.: Toepassing van de somformule van Poisson op de Dirac-kam F (t) = T ·

X n=−∞

δ(t + nT ) levert de volgende uitdrukking:

T · X n=−∞

δ(t + nT ) = 2π ·

X m=−∞

δ(ˆ 2πm

T )e2πimt/T = X m=−∞

e2πimt/T (6)

waarbij gebruikt is dat ˆδ(ω) = 1/ 2π.

3

(4)

Laat nu f een functie zijn met Fouriergetransformeerde ˆf zodanig dat ˆf (ω) = 0 voor |ω| ≤ B. Zij T = π/B. We tonen aan dat ˆf (ω) geheel bepaald wordt door de rij {f (nT )}n=−∞. We defini¨eren de sampling functie fs(t) = T ·

X n=−∞

f (t)δ(t + nT ). fs(t) is geheel bepaald door de waarden van f (nT ); i.h.b. is fs(t) = 0 als t 6= nT voor zekere gehele waarde van n. We laten nu zien dat ˆf (ω) afgeleid kan worden uit ˆfs(ω). Inderdaad is

fˆs(ω) = 1

Z

−∞

fs(t)e−iωtdt = X m=−∞

f (t)e2πimt/T −iωtdt = 2π ·

X m=−∞

f (ω −ˆ 2πm T ), waarbij formule (6) is gebruikt. Het spectrum ˆfs(ω) van fs(t) is dus (op een factor

2π na) gelijk aan oneindig veel kopie¨en van het spectrum ˆf (ω) van f (t) die onderling telkens over een afstand van 2π/T = 2B verschoven zijn. Omdat ˆf (ω) = 0 als |ω| ≥ B, overlappen deze verschillende kopie¨en elkaar niet en dus is het spectrum van f (t) geheel te herleiden uit dat van de sampling functie fs(t). ¦

4

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om te bepalen of twee vingerafdrukken identiek zijn, kijkt men naast de Henry classificatie naar andere bijzondere punten in het vingerafdrukpatroon. Een deskundige kiest 12 van

Her style is pleasant and easy to read and she concentrates on the development of the Catholic Church in the Eastern Cape, the perso- nalities of the bishops and priests

Een studie naar de functie van het begrip hemelrente in opschriften in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden tussen 1600 en 1800. George

geen beter renten": Een studie naar de functie van het begrip hemelrente in opschriften in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden tussen 1600 en 1800..

De vraagstelling van de studie is: wat zijn de betekenis en de maatschappelijke functie van het gebruik van het begrip hemelrente in het kader van liefdadig geven voor armenzorg

The main question in this research is: what are the meaning and the social function of the use of the concept heaven- interest in the framework of charitable giving for poor

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

De – niet getoetste – veronderstelling is dat de maatschappelijk-godsdienstige context van de Republiek in de zeventiende en achttiende eeuw geen seculiere teksten over liefdadig