www.vrom.nl
>
Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard!
2e Tender Waddenfonds
8 september tot en met 17 oktober 2008
Investeren in het waddengebied is de moeite meer dan waard!
2e Tender Waddenfonds
8 september tot en met 17 oktober 2008
0
0
Het waddengebied is de moeite meer dan waard! Daarom stelt het kabinet, middels het Waddenfonds, € 800 miljoen ter beschikking voor extra investeringen in het waddengebied. Uit het fonds worden subsi- dies verstrekt voor nieuwe projecten die bijdragen aan één of liefst meerdere doelen van het fonds.
Wat voor soort projecten?
Projectvoorstellen moeten aantoonbaar bij- dragen aan één of meerdere van de volgende doelen:
1. Het vergroten en versterken van de natuur- en landschapswaarden van het waddengebied.
2. Het verminderen of wegnemen van exter- ne bedreigingen van de natuurlijke rijk- dom van de Waddenzee.
3. Een duurzame economische ontwikkeling van bestaande regionale activiteiten in het waddengebied en een substantiële transi- tie naar een duurzame energiehuishou- ding in het waddengebied en de direct aangrenzende gebieden.
. Het ontwikkelen van een duurzame kennishuishouding ten aanzien van het waddengebied.
Als algemene voorwaarde voor alle projecten die worden ingediend geldt:
1. dat projecten alleen voor subsidie in aan- merking komen indien de (positieve) effecten van de activiteiten aantoonbaar hun weerslag zullen vinden in het wadden- gebied zelf;
Hoe kunt u meedoen?
0
2. dat de activiteiten een additioneel karak- ter hebben; het zijn dus geen als regulier te waarderen beheers- of onderhouds- werken;
3. projecten moeten passen binnen de PKB- Waddenzee, het Investeringsplan en het Uitvoeringsplan.
De PKB Waddenzee
In de PKB Derde Nota Waddenzee is het rijksbeleid voor de Waddenzee voor de komende jaren vastgelegd. De hoofddoel- stelling is duurzame bescherming en ont- wikkeling van de Waddenzee als natuur- gebied en behoud van het unieke open landschap.
Het Investeringsplan
Het Investeringsplan beschrijft de ambities van het kabinet voor het waddengebied. Het plan omvat:
• een analyse van de belangrijkste uitdagin- gen en problemen van de Waddenzee en het waddengebied;
• een algemeen overzicht van de criteria waaraan projecten en investeringen moeten voldoen;
• de manier waarop het Waddenfonds werkt, dus bijvoorbeeld wie bepaalt welke aanvra- gen worden toegekend.
Het Investeringsplan Waddenfonds is in principe vastgesteld voor de hele looptijd van het Waddenfonds (twintig jaar). Om voor subsidie in aanmerking te komen, moet een project passen binnen dit perspectief. Het plan vormt een uitwerking van het ontwikke- lingsperspectief voor het waddengebied, zoals beschreven in de Nota Ruimte en de PKB Waddenzee.
Het Uitvoeringsplan
Het Uitvoeringsplan biedt de mogelijkheid om binnen de looptijd van het Waddenfonds accenten te kunnen leggen in de toekenning van middelen. Elke vijf jaar verschijnt een nieuw Uitvoeringsplan. Het eerste Uitvoe- ringsplan is een gezamenlijk product van rijk en regio, dat in samenspraak met de belang- hebbenden in het gebied is opgesteld.
Samen is getracht de belangrijkste prioritei- ten voor de eerste vijf jaar van het Wadden- fonds te benoemen en in grote lijnen aan te geven wat voor soort concrete projecten en programma’s in deze periode met subsidie uit het Waddenfonds kunnen worden uitgevoerd. Het Uitvoeringsplan wordt na twee jaar geëvalueerd. Wanneer de uitkomst van deze evaluatie daartoe aanleiding geeft, wordt het Uitvoeringsplan bijgesteld.
0
Hoeveel is er beschikbaar?
Voor de tender 2008 is door de minister van VROM een bedrag van € 33 miljoen beschik- baar gesteld. Het Waddenfonds onderscheidt twee categorieën projecten: projecten boven het drempelbedrag van € 200.000,- subsidia- bele kosten en projecten onder dit drempel- bedrag. Voor projecten onder de € 200.000,- is slechts een beperkt budget per jaar beschikbaar. Omdat er voor projecten boven de € 200.000,- een veel groter bedrag be- schikbaar is, maken die projecten ook meer kans gehonoreerd te worden. Hoe meer een project bijdraagt aan de doelstellingen en prioriteiten van het Waddenfonds, hoe meer kans het maakt op subsidie.
Wat is de aanvraagperiode?
De projectvoorstellen kunnen in de periode van 8 september tot en met 1 oktober 2008 bij de Uitvoeringsorganisatie Waddenfonds worden ingediend.
Wie kan subsidie aanvragen?
In principe kan iedereen een subsidie uit het Waddenfonds aanvragen: provincies, gemeen- ten, waterschappen, maar ook natuurorgani- saties, bedrijfsleven en burgers. Door Euro- pese regelgeving mag echter niet aan alle
activiteiten subsidie worden verleend. E.e.a.
is nader uitgewerkt in de Subsidieregeling Wet op het Waddenfonds.
Hoeveel subsidie kunt u krijgen?
Een project kan nooit voor 100% gesubsi- dieerd worden. Er moet dus altijd sprake zijn van cofinanciering. Voor projecten die de natuur- en landschapswaarden versterken, externe bedreigingen tegengaan en voor projecten op het gebied van kennishuishou- ding is een maximale subsidie van 90%
mogelijk. Projecten die investeren in de eco- nomie kunnen maximaal 0% subsidie krij- gen. Indien in Europese regelgeving een lager maximum wordt voorgeschreven, is dat uiteraard leidend.
08
09
Hoe verloopt de beoordelingsprocedure?
Het indienen en beoordelen van projecten voor subsidie uit het Waddenfonds verloopt in verschillende stappen. Deze procedure leidt er toe dat alleen de allerbeste project- voorstellen worden gehonoreerd.
Stap 1
Na sluiting van de tenderperiode vindt een
‘ontvankelijkheidstoets’ plaats: aan de hand van de toelatingscriteria wordt bekeken of een aanvraag in principe voor subsidie in aanmerking komt. Maximaal 8 weken na sluiting van de tender krijgen de aanvragers bericht of hun aanvraag ontvankelijk is ver- klaard. Deze toets en het berichten daarover wordt door de Dienst Landelijk Gebied (DLG) afgehandeld.
Een subsidieaanvraag wordt niet-ontvanke- lijk verklaard, indien het een project betreft:
a. dat kennelijk niet bijdraagt aan de reali- satie van de doelen van het fonds;
b. dat niet past binnen het wettelijk kader, met inbegrip van het investeringsplan;
c. dat niet de vereiste gegevens bevat;
d. dat niet voldoet aan de vereiste mate van cofinanciering
e. dat niet voldoet aan het vereiste drempel- bedrag;
f. dat betrekking heeft op reguliere investe- ringen, of beheers- of onderhoudswerken;
g. waarvan de exploitatie niet kan worden gerealiseerd zonder blijvende financiering uit het fonds;
h. waarvan de aanvrager niet aannemelijk kan maken dat er sprake is van markt- falen;
i. dat is ingediend door een niet-solvabele aanvrager.
Stap 2
Aanvragen die ontvankelijk zijn verklaard, worden voor een meer inhoudelijke beoorde- ling doorgeleid naar de Adviescommissie Waddenfonds. Deze onafhankelijke commis- sie bepaalt aan de hand van de wegingscri- teria (zie hierna) welke projecten het meest bijdragen aan de doelen van het fonds. Het kan voorkomen dat er meer ontvankelijk verklaarde subsidieaanvragen zijn dan met het beschikbare subsidiebedrag gehono- reerd kunnen worden. In dat geval rang- schikt de Adviescommissie de subsidieaan- vragen aan de hand van de wegingscriteria.
Bij haar advies over de ontvankelijke subsi- dieaanvragen houdt de Adviescommissie in ieder geval rekening met de mate waarin:
a. het project past binnen het in het Investeringsplan beschreven ontwikke- lingsperspectief;
b. het project bijdraagt aan de prioritaire thema’s, aangegeven in het Uitvoerings- plan;
10
c. het project bijdraagt aan de verwezen- lijking van meer dan één van de doelen van het fonds;
d. binnen de regio draagvlak bestaat voor de beoogde activiteiten;
e. wordt voorzien in cofinanciering;
f. de maatschappelijke lasten de maat- schappelijke baten overstijgen;
g. het project als innovatief kan worden gekwalificeerd;
h. het project haalbaar en uitvoerbaar is;
i. het project als doelmatig kan worden gekwalificeerd.
Stap 3
Het advies van de Adviescommissie (inclu- sief de rangschikking van de projecten) wordt voorgelegd aan een ‘regiocommissie’.
Deze regiocommissie is samengesteld door het Regionaal College Waddengebied (RCW) en bestaat uit vertegenwoordigers van bestuursorganen en relevante organisaties in het waddengebied.
Stap 4
De minister van VROM bepaalt uiteindelijk op basis van het advies van de Advies- commissie en het oordeel van de regiocom- missie, na overleg met andere betrokken bewindslieden, aan welke projecten subsidie zal worden verleend. De aanvragers worden geïnformeerd over deze beslissing. De aan-
vragers worden door DLG geïnformeerd over deze beslissing.
De beoordelingsprocedure mag maximaal zes maanden in beslag nemen.
Inschrijvingen en informatie
Voor advies en informatie kunt u contact opnemen met de Uitvoeringsorganisatie Waddenfonds, Dienst Landelijk Gebied Noord.
De Uitvoeringsorganisatie Waddenfonds Huis voor de Wadden
Ruijterskwartier 121a Postbus 1296
8900 CG Leeuwarden telefoon: 058-2339027 e-mail: info@waddenfonds.eu
Meer informatie kunt u ook vinden in het Dossier Waddenzee op de website van het Ministerie van VROM, www.minvrom.nl/
waddenzee. Hier vind u verwijzingen naar de wet en regelgeving en publicaties van de PKB-Waddenzee, het Investeringsplan en het Uitvoeringsplan. U kunt ook een aan- vraagformulier inclusief toelichting down- loaden. Het aanvraagformulier en de toelich- ting kunt u tevens opvragen bij de Dienst Landelijk Gebied.
Dit is een publicatie van: Ministerie van VROM w Rijnstraat 8 w 21 XP Den Haag w www.vrom.nl
Ministerie van VROM >
staat voor ruimte, milieu, wonen, wijken en integratie. Beleid maken, uitvoeren en handhaven.
Nederland is klein. Denk groot.
VROM 8238 / jUNI 2008
