• No results found

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Ministerie van Verkeer en Waterstaat"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

,J.

Rijkswaterstaat

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

verslag

Verslag van voorontwerpoverleg Wilhelminapolder Oostbevelandpolder

Datum bespreking 27 augustus 2009

Deelnemers

Afschrift aan

opent de vergadering en na een korte inventarisatie wie niet aanwezig is, geeft hij het woord aan . Deze presenteert aan de hand van een Powerpoint presentatie de stand van zaken met betrekking tot het ontwerp van het dijkvak Wilhelminapolder Oostbevelandpolder. De presentatie bestaat uit drie delen. Het eerste deel betreft een samenvatting van het startoverleg, het tweede deel bevat de varianten, en hoe en welke keuze is gemaakt. In het derde deel worden een aantal belangrijke zaken er uit gelicht.

Het dijkvak bevindt zich langs het noordoostelijk deel van de Wilhelminapolder en langs de noordzijde van de Oostbevelandpolder, welke aan de west-, zuid- en oostzijde geheel omsloten wordt door de Wilhelminapolder. Ten oosten van het dijkvak bevindt zich het dijkvak Stormesandepolder - Brede Watering Bewesten Yerseke, welke in 2010 zal worden uitgevoerd. Ten westen van het dijkvak bevindt zich het dijkvak Wilhelminapolder-Zandkreekdam, welke qua uitvoering staat gepland voor 2014. Centraal in het dijkvak is het Goese Sas, met de sluis als toegang tot het havenkanaal. Aan de oostkant van het dijkvak ligt het dorpje

Rijkswaterstaat Zeeland Projectbureau Zeeweringen

Pia Waterschap Zeeuwse Eilanden

Kanaalweg 1 Middelburg

PiaPostadres: Postbus 1000 4330 ZW Middelburg T (0118) 62 13 70 www.zeeweringen.nl Contactpersoon

Datum 28 augustus 2009 Nummer

L~!Z[)T~\I-=~92~ c>_ntw__) Bijlage(n)

2

Pagina 1 van 5

(2)

.c

IIHI~III"IIIIIIIIIIII'lllIlllllllllm ~II ~~ ~I .!

' 014361' 2009, PZDT-V-09296 ontw

I

~afitëifVerslag vooronfwerpoverleg Wilhelminapoldere

--

',- '--_

- '----'-- -----__ '---- -

---,

(3)

I"

Kattendijke. Kenmerkende elementen binnen het dijkvak zijn verder het schor Nummer 1, aan de westzijde van het dijkvak, het getijden poeltje nabij het Goese Sas, de gebroken dijk tussen het Goese Sas en Kattendijke en het gedempte landbouwhaventje van Kattendijke. De inrichting van de gebroken dijk als hoogwatervluchtplaats is in het verleden al volledig uitgewerkt en zal qua ontwerp niet meer wijzigen. Enige aandachtspunten zijn de duur van de uitvoering en het eventueel hergebruik van vrijgekomen materialen in de hoogwatervluchtplaats.

Voor de zekerheid moet bij Roy van de Voort gecheckt worden of dit inderdaad zo de bedoeling is. Tevens moet bij nagegaan worden of en wanneer het zeegras op de slikken tussen de gebroken dijk en Kattendijk verplant zal worden.

De bekleding van het dijktraject scoort grotendeels onvoldoende, uitgezonderd het basalt tussen dp1638 en dp1646 en het basalt boven de damwand, ten zuiden van de sluis. Door miscommunicatie is het basalt aan de noordzijde boven de damwand van de sluis nog niet getoetst. zal hier alsnog zorg voor dragen. De bestaande bekleding is zeer divers en is een mix van Haringmanblokken, basalt, Lessinische, Petit graniet en Doornikse. Nabij het schor komt ook nog een redelijk aantal vlakke blokken voor.

De luchtfoto met randvoorwaardenvakken gebiedsindeling wordt besproken.

Doordat er tussentijds nog wijzigingen hebben plaats gevonden, is de indeling niet helemaal bijgewerkt. Als bijlage bij dit verslag is een bijgewerkte tekening gevoegd.

Binnen het dijkvak zijn de volgende bekledingstypes technisch en ecologisch toepasbaar:

-Breuksteen, vol en zat gepenetreerd, al dan niet afgestrooid met lavasteen .Setonzuilen

.Waterbouwasfalt (alleen boven ontwerppeil) -Betonblckken (vrijkomend en uit depot) -Basalt (in kleine hoeveelheden en herzetten)

Voor de nieuwe bekleding zijn vier alternatieven opgesteld. Het uitgangspunt bij het opstellen van de alternatieven is twee varianten die voldoen aan het predikaat van (ecologisch) herstel en twee varianten die voldoen aan het predikaat van (ecologisch) verbetering. In alle varianten blijft het basalt tussen dp1638 en dp1645 gehandhaafd. De kleilaag is inmiddels onderzocht en de resultaten zijn bekend, maar het waterschap moet nog haar finale besluit er over nemen.

Verder is in alle varianten de bekleding tussen dp1662 en dp1666 het zelfde. In de ondertafel worden ecozuilen toegepast en in de boventafel gewone betonzuilen. geeft een toelichting op het hoe en waarom van de ecozuilen in dit traject. In de bestaande situatie bevinden de ecozuilen zich voornamelijk in de boventafel. Echter op de onderste 10 cm, welke zich net in de getijdenzone bevindt, groeien enkele bijzondere wieren, die nog niet eerder in Oosterseheldezijn aangetroffen. Het verzoek is dan ook om nieuwe ecozuilen aan te brengen tot een meter boven gemiddeld hoog water (taludlengte?).

Variant 1 wordt gekenmerkt door het toepassen van breuksteen vol en zat in de ondertafèl en Haringmanblokken in de boventafel, tussen het haventje van Kattendijke en de havendam van het Goese sas. Het traject tussen het Goese Sas kenmerkt zich door breuksteen in de ondertafel en betonzuilen in de boventafel.

In variant 2 wordt het grootste deel van de ondertafel uitgevoerd in gekantelde blokken en betonzuilen. In variant 3 worden ten opzichte van variant 2 de

Rijkswaterstaat Zeeland Projectbureau Zeeweringen

Datum 28 augustus 2009 Nummer

Pagina 2 van 5

(4)

Haringmanblokken in de ondertafel vervangen voor betonzuilen en de betonzuilen in de ondertafel van variant 2 worden vervangen voor ecozuilen. In variant 4 tenslotte, worden de delen welke in variant 3 zijn uitgevoerd in vol en zat gepenetreerde breuksteen, uitgevoerd in gekantelde blokken.

Omdat er vanwege vakanties geen afstemming meer mogelijk was, is in de voorontwerp notitie op basis van score en kosten in eerste instantie gekozen voor vriant 1. In de periode tussen het verschijnen van de voorontwerpnotitie en het overleg heeft er alsnog nadere afstemming plaats gevonden. Het resultaat van deze afstemming is dat er uiteindelijk is gekozen voor een variant, die het midden houdt tussen variant 1 en variant 2. Deze variant, getiteld variant 5, is als bijlage bij dit verslag gevoegd.

Bij de behandeling van de varianten merkt op asfalt, afgestrooid met lavasteen weliswaar wieren op het asfalt laat groeien, maar dat er voor andere levensvormen, zoals krabbetjes en anemonen geen leefplek meer is. Dit is het gevolg dat er bij asfaltpenetraties geen holle ruimten overblijft.

Na de presentatie wordt nader ingegaan op enkele specifieke stukjes dijk. Tussen diverse ecologen heeft een discussie plaatsgevonden lover een eventuele schorrandverdediging voor schor Nummer 1. De eenduidige conclusie luidt dat die niet gewenst is. Het waterschap is er als beheerder verder neutraal in, maar wil dan wel dat de teen op een diepte van een voorland zonder schor wordt aangelegd. Bij een verdieping van twee meter ten opzichte van de huidige visuele teen, een kreukelberm van 3,00 meter en een werkstrook van 3,00 m zal een strook van ca. 12 m worden geroerd. Verder moet de overgang geschikt gemaakt worden voor rolstoelen (vlak asfalt, niet te stijl) en moet er een informatiebord worden geplaatst.

Het getijdenpoeltje zal alleen worden aangepakt aan de landzijde, de zeezijde blijft ongemoeid. De oplossing bestaat in het vervangen van de bekleding het aanbrengen van een kreukelberm, welke in lijn met het talud wordt doorgetrokken en tot de bodem van het poeltje wordt opgevuld met stortsteen.

Als bij de maatgevende storm het voorliggende dijkje bezwijkt en het voorland afkalft, zal de hoeveelheid stenen naar voren en beneden rollen, en wordt het geacht lang genoeg stand te houden, om het achterliggende dijklichaam niet af te laten schuiven. merkt bij de voorgestelde oplossing op dat nadere afstemming met de ecologen noodzakelijk is, om te voorkomen dat het net niets wordt. Onderwerp van nader onderzoek is de wijze van uitvoering. In de huidige situatie is het poeltje altijd gevuld met water. Het is in de uitvoering echter onvermijdelijk om (een deel) van het poeltje door te zetten. Verder zal er ook de nodige aandacht besteed moeten worden aan een waterslot, daar waar de primaire waterkering en het dijkje elkaar raken, zodat het poeltje niet onderlangs leeg loopt. Verder is het ook de bedoeling dat het poeltje wat uitgebaggerd wordt.

Voor het vrijkomend slib zal echter nog een oplossing gevonden moeten worden.

Ten zuiden van de sluis bij het Goese Sas bevindt zich een uitwateringsbuis van zagerkwekerij Topsy Baits. Omdat er continue water over de bekleding over het talud stroomt, wil het waterschap daar een glooiing van breuksteen, vol en zat gepenetreerd met asfalt. 150 m terug passeert de primaire waterkering de zuidelijke strekdam van de toegang tot de sluis. Deze wordt geacht tijdens de maatgevende storm verloren te gaan. Daarom zal achter de strekdam een

Rijkswaterstaat Zeeland Projectbureau Zeeweringen

Datum 28 augustus 2009 Nummer

(5)

verborgen glooiing aangebracht worden. Tussen de havendam en de uitstroom buis en de strekdam wordt daarom ook in de ondertafel breuksteen, vol en zat gepenetreerd en afgestrooid met lavasteen, worden aangebracht en in de boventafel bètonzuilen.

Het haventje van Kattendijke zal achterlangs worden gepasseerd, middels een verborgen glooiing van breuksteen, vol en zat gepenetreerd. Omdat niet bekend is wat er precies in de grond zit, moet in het bestek de nodige voorzieningen worden opgenomen.

Er is een concept tekening met de bedachte transportroutes. Aan de oostzijde zal grotendeels gebruik gemaakt worden van de transportroute van de Stormezandepolder en een groenstrook aan de binnenzijde van de dijk. Aan de westzijde is het wat lastiger. De enige weg die van zichzelf geschikt is voor vrachtverkeer in twee richtingen, is de Lange Weg. De weg langs de dijk is vrij smal en zal moeten worden voorzien van passeerstroken. Eén en ander wordt nog nader bekeken en er zal nog overleg plaats vinden met de maatschap Koninklijke Wilhelminapolder en de gemeente Goes.

Na het bespreken van de transportroute is er vanuit de diverse disciplines nog de mogelijkheid om vragen te stellen of opmerkingen te maken. en hebben verder niets toe te voegen aan hetgeen is besproken over de wieren. Met betrekking tot broedvogels zal aangeven welk stuk landbouwgrond hij eventueel in gedacht heeft als alternatieve broedplaats.

Vervolgens kan worden bekeken of de maatschap Koninklijke Wilhelminapolder bereidt is hier aan mee te werken en tegen welke prijs. Verder zal er goed gekeken moeten worden naar de fasering. Dat zal nog niet eenvoudig worden, daar het langste stuk tussen twee overgangen 3,7 km is.

merkt nog op dat er in de hoek bij dp1629 veel overlast is van rottend zeesla. zal zelf bekijken hoe het opruimen van de zeesla eenvoudiger gemaakt kan worden.

r is van mening dat het nieuwe ontwerp een lappendeken is. Dit wordt echter voor een groot deel veroorzaakt de lengte van het traject (5,7 km) en de basalt welke gehandhaafd blijft. Daarbij blijft het beeld aan de zijde van Kattendijke min of meer gelijk aan dat van het voorgaande werk (Stormezandepolder). maakt na het overleg een afspraak met

stelt de vraag wat nu de status is van het openstellen van het onderhoudspad tussen dp1652 en dp1658.

t vraagt aan fort wat de status is van het teenonderzoek. antwoord dat hij halverwege is.

Tot slot worden alle openstaande actiepunten nogmaals doorgenomen, maar deze blijken allemaal al aan de orde te zijn geweest.

Rijkswaterstaat Zeeland Projectbureau Zeeweringen

Datum

28 aug ustus 2009 Nummer

Pagina 4 van 5

(6)

Actielijst:

Actie Houder

Afstemmen transportroutes met maatschap Koninklijke Wilhelminapolder en gemeente Goes.

Aanneven locatie alternatieve broedplaats

Overleg tijdelijk huren stuk land als alternatieve broedplaats.

Werkzaamheden dijkverzwaring afstemmen met Topsy Baits.

Nagaan haalbaarheid onderwaterdeoot.

Overleg met pachter dijkvak.

Toetsen basalt boven noordeliike damwand Goese Sas.

Oplossing vinden voor vrijkomend slib getijdelpoeltje.

Nagaan of uitvoering HVPGebroken Dijk gelijktijdig wordt uitgevoerd.

Nagaan of en wanneer zeegras wordt verplant,

Rijkswaterstaat Zeeland Projectbureau Zeeweringen

Datum

28 augustus 2009 Nummer

(7)

,~

Waterschap ZIeuwM ,EI18ftden

1)atlJfll: 31-08-2008

older

(8)

e

~

GlooIIngskaart met topl.aagtypes WJlhelmlnapolder variant 5 • definitieve voorstel km 162,1 • km 164,1 Figuur 39

~ b.UU o.uu

4.bU 4.50

.s

+ 4.UU 4.00

J.bU 3,50

J.UU 3,00

z.eu 2.50

:.!.UU 2.00

UlU 1.50

1.UU 1.00

U.bU 0.50

U.UU- 0.00

-U.bU -0,50

-'.UU -1,00

-t.eo -1.50

162,10 162.20 162.30 162,40 162.50 162,60 162.70 162,80 162,90 163.00 163,10 163.20 163.30 163,40 163,50 163.60 163,70 163,80 163.90 164.00 164.10

L!I!I.nda

-

.1.J asfalt

-

betonblokken Q.~anleld .. oeUIQ,anl.1

-

oIaatbekledlnQ

--

kruinliln

'~~i eeen 8Ieenó)$f.lI. FllOIlone :f2ö[i kaperslakblo~en rwJ aranlelbtokken I!I!BI Qr.s ~

.

.:; belonpenelratle .'27,1 belonzullen

-

basalt

-

0_. naluursteen mJ! doororoelslonen ~ asfallllenetralie (volen zall

belonblokken

-

Vilvoordse

-

k1eukelberrn m.il ke.rmuur od Effi3 asfaltoenetratle (patroon)

Harlnqmanblo~en

r~

Lesslnlsche DI aeoenelreerde breuksleen _ overlQe bekledlnq Whl asfalto.nelrali. (EcolaaQ)

di.boolblokken 28.3; Doornikse ID breuksteen -

--

siorlSleenliln ~ ecolOplaaq

(9)

e

.~

Glooiingskaart met toplaagtypes Wllhelminapolder variant 5· definitieve voorstel km 164,1 • km 166,1

~.uu.---,

4.~

·1,~

164.10 164.20 164.30 164.40 164.50 164.60 164.70 164.80 164.90 166.00 165.10 166.20 165.30 166.40 165.60 166.60 165.70 165.80 165.90 166.00 166.10

l end.

r'1 1 asfall

-

betonblokken qekanteld _ Deut oraniet

-

Dloalbekledino

--

krulnllin

:_~1. ooen steenasIalI. Flxslone f~--": kooerslakblokken ~ aranletblokken RI ar.s =:oa: belonDenetralie

r:271 belonzuIlen

-

basalt

-

ovarlae naluursleen

cm

doororoelslenen [[i~lasfaltoenetratie lvol en zat]

belonllto""en

-

Vilvoordse

..

kreukelberm lEiil keelTl'lUured lHt:I asfaltDenelratie (oatroenl Hartnomanblokken [1§_.~ lessinlsche

m

Qeoenetreerde breuksteen _ ovehQe bekledlna Wh .sfallaen.tralle IEc:olaaQl

diaboolbloklcen

2~:~,

Doornikse lIIfD breuksleen

- --

stonsle.mlin ~~ ec01oPi8aQ

GlooiIngskaarten WHP varlant5,xls

Figuur40

Ö.W 4,60 4.00 3.60 3.00 2.60 2.00 1.50 1.00 0.60 0.00 ..(l.50

·1.00

·1.60

31-8-2009

(10)

e e

GlooIIngskaart met toplaagtypes W1lhelminapolder variant 5· definitieve voorstel km 166,1 • km 168

b.UU,---;

4.bU

4.UU

-1.UO

-r.so

166.10 166.20 166,30 166.40 166,50 166.60 166,70 166.60 166.90 167,00 167.10 167.20 167.30 167,40 167.60 167.60 167.70 167.60 167.90 166.00

L enda

cf] asfall I!D belCnblokken Qekanleld _ ""UI aranlel

-

otaetbekledlnQ --- krulnllin

~,1i ooen 51"nasfall. Flxstone ~291i kooerslakblokken frul aranlelblokken l1li was ~ belonpenetra!!e

~70 beloozuflen

-

basalt

-

avenae natuursteen

r::m

cIooraroeiSienen n:O'l as'allCenelralle lvol en zall

Mm betonblokken

-

Vil\lOOrdse

-

kreukelberm Wil keermuur ed I:I:I±I asfalloenelraüe ,"oalroon)

HarlnQmanblokken (Wl Lessinische DI aepenetr"rde breuksleen _ ovenqe beldedino W, a.fsllJlenelraUe (Ecolaaq I ill]] dJabooiblokken ~j Doornikse BI breuksteen

- --

slorlsleenilin

ssss

8oolool8Sa

Figuur41

b.UU 4.50 4.00 3.50 3.00 2.50 2.00 1.60 1.00 0.50 0.00 .0.50 -1.00 -1.50

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In antwoord op uw email van 20 april jl., gericht aan de heer van het Waterschap Zeeuwse Eilanden, kan ik u het volgende melden. Ik ben accoord met uw voorstel om een bedrag van

Na de werkzaamheden moet het uitgegraven slik weer op zijn oude hoogte terug gebracht worden.. De oude haven bij de scheepswerf is opgeslibt hier heeft zich een primair schor

De projectmanager van het project Zeeweringen van de Directie Zeeland van het Directoraat- generaal Rijkswaterstaat draagt hierbij over aan waterschap Zeeuwse Eilanden de.

De mate van voorkomen is gecodeerd volgens methode Tansley en de soorten in de tabellen zijn gerangschikt naar afnemende zouttolerantie. De in 1999 ingezaaide grassoorten

Het gedeelte van het strand waar geen werkzaamheden zullen worden uitgevoerd, is tijdens de uitvoeringsperiode toegankelijk en hier kunnen de huisjes geplaatst worden.. Daarnaast

De mate van voorkomen is gecodeerd volgens Tansley en de soorten in de tabellen zijn gerangschikt naar afnemende zouttolerantie.

De methode wordt begin 2002 voorgelegd aan de TAW om te komen tot een landelijk geaccepteerde methode (uitgaande van de nieuwste inzichten op dat moment en waarin beide

Hierbij kunnen tevens de mogelijkheden voor een eventuele herbestemming worden onderzocht.. Tevens zal onderzocht dienen te worden wie de eigenaar is en wie verantwoordelijk is voor