‘Heer, U weet alles’ (Joh 21, 17)
Heb dank vooral dat ik niet eenzaam al mijn falen
alleen voortdragen moet
tot ik bezwaard niet verder kan, mijn tocht zou moeten staken.
Ik mag altijd
zoals ik ben, maar ben, mij aan U toevertrouwen.
U weet toch dat ik U bemin, spijts en ondanks.
Ik weet dat U mij zo bemint
dat U mij altijd als uw broeder aanneemt, mij steeds weer thuisbrengt bij uw Vader, mij in uw beider Liefde ent
en nieuw maakt.
Uw Liefde reikt zo eindeloos ver dat U mij steeds vergeven wilt, uw Geest weer geven wilt.
Michel T’Joen