• No results found

ONS BEGINSELPROGRAM NADER BEZIEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "ONS BEGINSELPROGRAM NADER BEZIEN "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Gesprek met

Staatssecretaris Den Toom

(Zie pag. 3)

IN GROTE

dat wij haar juist achten, gaarne on- derschrijven: "De buitenlandse poli- tiek wordt practisch voor 99 proc.

gemaakt door professionals". De pro- blemen zijn immers te ingewikkeld en vooral ook te technisch, dan dat buitenstaanders hierop meer dan een globale invloed zouden kunnen uit- oefenen Daarnaast behoren de parle- mentariërs, in dit geval de Europese parlementariërs, steeds bèdacht te wezen op het toekomstbeeld der ge- wenste ontwikkelingen. Naast en te- genover de keiharde realisten, ook op economisch gebied, hebben dus de idealisten een eigen t~ak. Daarbij kan het som.s zaak zijn, om door een bepaalde ontwikkeling niet te force- ren, de mogelijkheid te laten van de realisel'ing in een niet te verre toe- komst.

LIJNEN

Er zijn weinig terreinen der menselijke bedrijvigheid, die zich zo zeer tot speculatie lenen als de buitenlandse politiek. Beschou- wingen over hetgeen zich afspeelt in het achterhoofd van President John- son. Berekeningen - met wiskundi- ge waarschijnlijkheidskansen - om- trent datgene, dat generaal de Gaul- le van zins is te doen. Voorspellin- gen betreffende de allernieuwste plannen van Premie1· Chroesjtsjow.

Het zijn alle schone objecten voor meditatie, beschouwingen en specu-

latie. Soms wordt één factor op vir- tuose wijze verwaarloosd. Het is zeer wel mogelijk, dat op het moment der geleerde beschouwingen, de staats- man in kwestie over het bepaalde

punt nog geen enkel besluit heeft genomen.

* * *

Een verstandige benadering van de problemen der buitenland- se politiek kan slechts een behoed- zaam wikken en wegen zijn, al be- hoeft dit visie niet uit te sluiten. Men kan grote lijnen en tendenzen on- derkennen. Men kan leerzame voor-

H.B. BESLOOT TOT INSTELLING VAN NIEUWE COMMISSIES

Zate·rdag. 20 juni j.l. kwam het Hoofd- bestuur te Utrecht in vergadering bijeen.

Besloten werd over te gaan tot rnstel- ling van twee nieuwe Partij-commissies.

n.l. een Commissie Bezitsvorming en een Sportcommissie.

Van gedachten werd voorts o.m. ge- wisseld over de samenstelling van de Sociaal-Economische Commissie, over het beleid van de Radio- en Televisie- C:<>mmissie, over de dit najaar te houden Kadercursus en over de politieke toe- stand.

Na afloop van de Hoofdbest.uursverga- dering kwam de Partijraad bijeen. Na een korte inle.iding door de Voorzitter van onze Eerste Kamerfractie, mr. H.

van Riel, over het onderwerp .,Neder- land in Europa", volgde een geanimeer- de discussie.

beelden putten uit de historie, mits men de reserve aanlegt, dat, tegen- gesteld aan het spreekwoord, de ge- schiedenis zich somtijds in het ge- heel niet herhaalt.

Onder die hoek bezien en vooral ook in een ons opnieuw ingescherpt bewustzijn, dat buitenlandse poli- tiek een ingewikkeld samenstel van feiten, wensen en machtssituaties vertegenwoordigt, willen wij vast- stellen, dat de Partijraad van de V.V.D. gedurende het laatste week- end een bijzonder interessante stu- die-vergadering heeft gewijd aan de positie van Nederland in de wereld.

Daar was een inleiding van mr. H.

van Riel, de voorzitter van de V.V.D.

fractie in de Eers•te Kamer. In en- kele rake trekken gaf hij een schets van de siutatie van ons land temid- den van de grote machtsblokken.

Al noemde hij zich op het buiten- lands-politieke terrein "een tweede hands schaduwfiguur" achter mevr.

Stoffels-van Haaften en de heer Berkhouwer, het was allerminst een

"schimmig" betoog, dat de Partij- raad te horen kreeg. Integendeel.

* * *

Hoe wel wij geenszins de bedoe- ling hebben, mr. Van Riel's persoonlijke en boeiende benadering der buitenlandse problemen woord voor woord weer te geven, willen wij een enkele hoofdzaak het volle zoeklicht geven, waarop zij recht heeft.

Allereerst dan de machtsgroepen in deze wereld. Inderdaad, men spreekt van ontspanning. Maar van de zijde van het Oost- blok, is zulks in de eerste plaats een kwestie van taktiek. Indien het - althans in de eerste tien of vijftien jaren --:: tot een werkelijke botsing zou komen, is de kans groot, dai China en Rus-

land zich toch weer tezamen tegen het Westen zouden keren.

Weinigen geloven meer in het ge- bruik van atoomwapens. De gevol- gen van die wapenen zijn voor alle partijen zo onvoorzienbaar, dat men ze slechts aanwendt als afschrikmid- del, als deterrent. Door het steeds sterker wordend NATO-apparaat zal binnen afzienbare termijn de tijd voorbij zijn, dat Rusland een voor het Westen ongewenste situatie met militaire dreigementen kan handha- ven.

Er zijn verder de recente ontwik- kelingen in Amerika. De grote aan- hang van senator Goldwater duidt in

ieder geval op een ruk naar rechts, althans in de republikeinse partij.

Bovenal: de wereldpolitieke situa- tie kan zich ieder ogenblik toespit- sen. Men denke slechts aan Vietnam, Saigon, Birma. In dat gedeelte van de wereld staan de Amerikanen voor zeer grote moeilijkheden en zeer moeilijke beslissingen. Bombarderen van verbindingslijnen, en een zich terugtrekken kunnen hier gelden als uitersten van een ..:ala van moge- lijkheden. Men behoeft, mèt mr. Van Riel de staatsman, die hier een eind- beslissing moet nemen, zijn verani- woordelijkheid niet te benijden.· En toch - zo willen wij aanvullen - zei Eisenhower op de vooravond van de invasie in 1944: Het nemen van decisies is de voornaamste taak van de man, die de leiding heeft.

-:<- ·X·

*

Wat nu de Europese politiek be- treft, inderdaad zou het ver- drag van Rome nooit tot stand geko- men zijn zonder sterke politieke druk van buiten.

Eén algemene, door mr. Van Riel geponeerde stelling willen wij, om-

Behalve de behartiging van die keiharde belangen behoort er dus een zeker gericht idealisme te zijn.

Op de Nederlandse Europese parle- mentariërs rust de ontzaglijk zware taak van geval tot geval, van situatie tot situatie te beoordelen, wat de juiste oplossing zal zijrr. Anders ge- zegd: de afweging van het Neder- landse belang tegenover het alge- mene Europese belang kan soms uitermate moeilijk zijn. Waarbij nog komt, dat soms de afgevaardigden

· van bepaalde grote landen ook in Europees verband geenszins opzien tegen een enge nationaliteitspolitiek.

In ieder geval is het zaak, de reële verworvenheden van de E.E.G. niet lichtvaardig "uit elkaar te doen spat- ten". Ook dit vergt een verstandig beleid.

* * *

Aldus . enkele hoofdpunten naar aanleiding van een discussie, waaraan onder meer de liberale se- nator Sidney J. van den Bergh, het V.V.D. Tweede Kamerlid mr. dr. C.

Berkhouwer en mr. H. R. Nord, secretaris-generaal van het Euro~

pese Parlement, hun zeer waardevol- le bijdragen hebben verleend. Voor- zitter drs. J. A. F. Roeien kon de in- leider met reden bedanken voor de

"wijze wijze", waarop hij ons inzicht in een aantal zeer gecompliceerde za- ken had verruimd.

Buitenlandse politiek niet als voohverp van speculatie, maar als studie-object: het is een vorm van menselijke bedrijvigheid die reeds dit ehe voordeel heeft, dat men nood- gedwongen in grote lijnen denkt.

L.M.

(2)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE

ONS BEGINSELPROGRAM NADER BEZIEN

Bij de bespreking van de door de Commissie tot Herziening van het Be- ginselprogram aan de Algemene vergadering van onze partij te Eindhoven voorgelegd discussie-grondslag, hebben professor Oud en verschillende andere sprekers er terecht op gewezen, dat bij de herziening niet overt haastig te werk mag worden gegaan, want dat een grondige bezinning op de liberale beginselen een bij uitstek geschikt middel is om de partij te aktiveren. Het Hoofdbestuur heeft inmiddels deze suggestie gevolgd en een tijdschema voor de behandeling vastgesteld.

tij naar een werkelijke volks_Qartij. In het internationaal stellen van de liberale beginselen aanspreken; het ideële karak- ter van de partij wordt er immers door versterkt.

het bijzonder tot de jongere kiezers zal In dit verband moge ik erop wijzen, dat ons beginselprogram werd vastgesteld op 24 januari 1948 en dat op 10 decem- ber van datzelfde jaar de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens door de Verenigde Naties werd geproclameerd. Aan deze eerste, maar belangrijke stap naar de uitiendelijke wereldsamenleving moet in ons beginsel- progam dringend aandacht worden be- steed.

De hierna volgende beschouwing, waarin ik mij bewust beperk tot enige punten van algemene aard, kan wellicht tot de bezinning bijdragen.

Liberale beginselen

Wij zijn een liberale partij. Dat dit in onze naam niet tot uitdrukking komt, is vreemd, doch historisch wel verklaar- baar. Veel vreemder is, dat in on.s be- ginselprogram nergens het woord "libe- raal" voorkomt. De discussie-grondslag is in dit opzicht "liberaler" en gebruikt het, zij het terloops, tweemaal.

Een beginselprogram wil beginselen geven. In onze partij draait alles om de liberale beginselen. Deze behoren der- halve als zodanig met name te worden genoemd en centraal te worden gesteld.

Is dit principieel reeds een dringende eis, ook praktisch is het van veel belang.

Iemand, die zich politiek gaat interes- seren en zich wil oriënteren op de libe- rale beginselen, heeft daarmede de groot- ste moeite om de eenvoudige reden, dat in ons beginselprogram niet met zoveel woorden wordt gezegd wat de liberale beginselen zijn.

Gaat hij zorgvuldig te werk door ons beginselprogram te vergelijken, met die van andere partijen, dan vindt hij ten slotte in ons program wel enige punten.

die hij niet bij de andere aantreft, maar dan is hij er nog niet.

Verschillende liberale beginselen komen immers ook voor in de programs van andere partijen, maar daarin worden zij natuurlijk niet als zodanig aangeduid.

Als goede liberalen verheugen wij er ons over, dat liberale beginselen gemeengoed voor anderen zijn ge- worden, maar de politiek geïnteres- seerde, die zich wil oriënteren, zal zich afvragen waarom het hem zo moeilijk wordt gemaak~ in het beginselprogram van een liberale partij de liberale begin- selen te ontdekken.

Een gevoel van onbehagen zal niet uit- blijven en dit kan ertoe leiden, dat hij zijn belangstelling verliest, om van er- ger maar niet te spreken.

Het komt mij voor, dat het verwijt van vaagheid ten aanzien van onze be- ginselen, dat ons door buitenstaanders nogal eens wordt gemaakt en waarvan onze politieke tegenstanders gebruik ma- ken om allerlei over ons te beweren, hetgeen dikwijls kant noch wal raakt, zonder dat wij dit recht kunnen zetten met een verwijzing naar ons beginsel- program, n1et van grond is ontbloot. Die vaagheid is naar mijn mening een rem op de ontwikkeling naar een werkelijke volkspartij, die wij krachtens onze naam willen zijn.

Blik verruimen

Het Koninkrijk der Nederlanden in Europa is een samenleving van Neder- landers. Dit is een realiteit, waarmede onze partij natuurlijk rekening heeft te houden. De menselijke kontakten en werkzaamheden strekken zich evenwel steeds meer uit over de grenzen van ons land en parallel daarmede heeft onze samenleving steeds mee·r rekening te hou- den met die van andere landen

Reeds heeft ons land delen ~an zijn souvereinHeit overgedragen aan interna- tionale instanties. Benelux, EEG, Navo en Verenigde Naties zijn geen van alle nog volmaakt, maar zij hebben toch ge- leidelijk het ontstaan van grotere ge- meenschappen ten gevolge.

Door de steeds snellere vervoer- en com- municatiemiddelen en de toenemende toegankelijkheid daarvan voor een ieder zal de mens zich· straks in een grotere gemeenschap even vrij kunnen bewegen als hij dit thans in eigen land kan. Door de steeds ruimer wordende ontwikkeHngs.

mogelijkheid voor een ieder zullen de taal- en andere verschillen tussen de mensen hun belemmerende werking VOOr onderling begrip verliezen. Al zal

onze generatie het niet beleven, het is geen utopie meer te stellen, dat er ten- slotte één wereldsamenleving zal ont- staan.

De hiervoor geschetste ontwikkeling, die in volle gang is, brengt reeds met zich mede, dat wij ons niet afzijdig kun- nen houden ten aanzien van hetgeen er in andere landen gebeurt. Het axioma

"geen inmenging in de binnenlandse aangelegenheden van een ander land"

spreekt niet meer aan. Wanneer wij in of buiten partijverband, individueel of als partij, menen ons een oordeel te moe- ten vormen over hetgeen er in een ander land gebeurt en dit oordeel willen uit- dragen doen wij zulks vanuit onze li- berale beginselen.

Een politieke partij moet vooruitzien.

Zij behoort zich zonder de realiteit uit het oog te verliezen in te stellen op de toekomst en moet lijnen uitstippelen, waarlangs de ontwikkeling naar haar oordeel behoort te verlopen.

Daarom moeten wij in ons beginsel- program, het roer omgooien en onze blik principieel wijder richten dan, zo- als thans het geval is, nagenoeg uitslui- tend nationaal.

Het komt mij voor, dat ook dit van belang is voor de uitgroei van onze par-

De Partij van de Arbeid heeft zulks reeds gedaan door die verklaring als aanhangsel in het in 1959 vastgestelde herziene beginselprogram op te nemen.

Ik meen, dat jongeren, die tot elke prijs het ideaal van één wereldsamenleving willen vooropstellen, zich alleen al hier- door eerder tot de Partij van de Arbeid aangetrokken kunnen voelen dan tot ons.

Misverstand uitsluiten

Ons beginselprogram is stellig niet slecht. Er komen voortreffelijke gedach- ten in voor en de woordkeus en formule- ring zijn kennelijk zorgvuldig overwo- gen. Maar bij het lezen dringt zich de vraag toch op of het niet te moeilijk be- grijpbaar is voor iemand, die zich wil oriënteren over de beginselen van onze partij. Iemand, die zich oriënteert, is ook een kandidaat voor het lidmaat- schap; alvorens tot toetreding te beslui- ten wil hij weten waarvoor hij zich in- zet.

Het moet hem daarbij niet moeilijker worden. gem;J.akt dan onvermijdelijk is;

uiteraard is het niet zo, dat wij kunnen hopen een beginselprogram zodanig te redigeren, dat ieder, ongeacht zijn ont-

Burger

begrijpt best, dat iedere tijd zijn eigen wezenstrekken heeft met alle daarbij behorende bijverschijnselen. Hij heeft er geen moeite mee deze ook te aan- vaarden mèt de erkenning dat de "vroegere tijd" niet beter was dan de hui- dige. Maar hij weigert om àlle tijdsverschijnselen te aanvaarden en als zoete koek te slikken.

In talrijke opzichten vind ik de huidige stand van zaken heel wat gunstiger dan de vorige, al blijf ik mij er wel terdege van bewust dat volgende gene- raties heel wat (gerechtvaardigde) bezwaren zullen koesteren tegen de onze.

Want zo is het altijd gegaan en zo zal het altijd b 1 ij ven gaan. Alles vloeit.

En u moet u, tijdgenoot anno 196<1, vooral niet verbeelden dat de mensen van over honderd jaar, ons n ie t als bewoners ener achterlijke wereld zullen zien.

Of dacht u, dat wij de wijsheid voor de eeuwigheid in pacht hebben?

Er zijn weinig dingen van de "nieuwe tijd", die ik niet aanvaard als be- horende tot de "nieuwe tijd". althans die ik niet zózeer, als behorende tot deze tijd beschouw, dat ik, ook al zouden zij mij persoonlijk niet zinnen, ze niet als onlosmakelijk van de levensconceptie der tijdgenoten zie. Al zou men ze inner 1 ijk en voor zich persoonlijk anders wensen, men kan (en men màg ook) niet verlangen dat de anderen zich zouden richten naar onze, per- soonlijke, opvattingen. Daarnaar te streven is Don Quichoterie, een belachelijk en tragisch gevecht tegen windmolens.

Eén van de dingen waartegen ik wèl in opstand kom - een opstandigheid die ik n i e t kan onderdrukken - is het heffen van dingen en mensen naar niveaus waarop zij niet thuis behoren: de intense belangstelling, aangewak- kerd door de communicatiemiddelen, voor onbelangrijke gebeurtenissen, en onbelangri;jke personen en voor hun - als u dat zo noemen wilt - prestaties.

Een uur voordat ik dit stukje ging schrijven, heb ik het zaterdagnummer van een veelgelezen dagblad zitten lezen. Ik heb dat met opzet gedaan. Vrijwel van a tot z. Niet omdat ik die lectuur interessant vond, doch uit journalistieke nieuwsgierigheid, of - om het aardig te zeggen - uit collegiale, profesionele belangstelling.

~k geloof, dat ik niet overdrijf, wanneer ik constateer, dat op z'n minst drxe kwart van de vele fraai· opgemaakte, met toepasselijke foto's en tekenin- gen opgetuigde stof, volmaakt onbelangrijk is. Volkomen onzin over de levens en werkzaamheden van volslagen onbelangrijke mensen; mitsgaders ellenlang-uitgerekte verslagen van strafzittingen; van bruiloften en partijen in "hogere" kringen, van "gebeurtenissen" in liedjeszingende en melodietjes- spelende milieu's en al zulke slappe was meer.

En tegen het brede geweld van deze blijkbaar onuitputtelijke stroom in, moeten zij, die communicatie zoeken, gehoor en begrip voor zinniger zaken, de blijmoedigheid voor wat zij hun roeping en plicht achten, bewaren.

Zij hebben de (diepe) bewondering van

25 JUNI 1964 - PAGINA 2

wikkeling, alles zonder meer zal kun- nen begrijpen.

Meerdere artikelen zijn te veel be- schrijvend en daardoor te lang. In meer- dere artikelen worden te veel verschil- lende - en dikwijls moeilijke - be- grippen geïntroduceerd, soms zelfs in één enkele alinea of zin. Misverstand is hiervan het gevolg, zowel in als buiten partijverband.

Als voorbeeld noem ik de artikelen 1 en 3 In artikel 1 worden in één zin de begrippen vrijheid, verantwoorde- lijkheid en sociale gerechtigheid geïn- troduceerd (voorwaar geen kleinigheid!) en wordt vastgesteld, dat de Nederland- se samenleving op christelijke grondslag berust. De drie genoemde begrippen, zo- als die nader zijn toegelicht in artikel 4, zijn stellig liberale beginselen. Maar waarom dit niet duidelijk gezegd?

Omdat zulks is nagelaten en de chris- telijke grondslag der Nederlandse sa- menleving als een vaststaand feit wordt gesteld gaat de lezer zich afvragen of hij met een christelijke partij heeft te doen.

Leest hij verder, dan begrijpt hij uit de 2e alinea van artikel 1 dat dit niet het geval kan zijn.

Bij artikel 3 gaat hij zich echter wel- haast zeker afvragen of zijn eerste in- druk soms toch de juiste kan zijn. Im- mers, alle waarden worden daarin ge- plaatst tegen de achtergrond van het Christend(}m en van de christelijke geest;

het wordt een onafwijsbare eis genoemd door versterking van de christelijke geest zedelijke ontworteling en geestelijk nihi- lisme te overwinnen, opdat de grondsla- gen onzer samenleving daadwerkelijk kunnen worden beschermd tegen de haar bedreigende gevaren. Het mag ons niet verbazen wanneer degeen, die van dit alles kennis neemt er nu niets meer van begrijpt.

Nu weet ik heel goed - want ik loop al zo'n slordige 25 jaar mede en profes- sor Oud heeft het ons vele malen voor- gehouden, ook weer te Eindhoven - dat wij geen confessionele partij zijn, echter wel de grote zedekundige waarde van het Christendom erkennen. Dat wij geen confessionele partij zijn volgt inderdaad uit de 2e alinea van artikel 1. Maar dat het in artikel 3 alleen om de erkenning van de grote zedekundige waarde van het Christendom gaat, wordt door de tekst bepaald niet duidelijk. Over een dergelijk belangrijk punt moet elke twij- fel uitgesloten zijn.

De discussie-grondslag gaat ten aanzien van het Christendom en de beginselen daarvan veel verder; trouwens, ook ove- rigens zou zij de leesbaarheid en het be- grijpen van het beginselprogram moeilij- ker maken.

Aanbeveling

Indien het voorgaande "gewogen en niet te licht wordt bevonden", kan daar- aan op de volgende wijze tegemoet wor-

den gekomen. ·

Het beginselprogram worde onderver- deeld in drie hoofdstukken.

Hoofdstuk I behandelt de doelstelling der partij, hoofdstuk 11 formuleert ver- volgens de liberale beginselen in alge- mene zin en hoofdstuk III werkt ten slotte de van de algemene liberale be- ginselen afgeleide beginselen met betrek- king tot de Nederlandse samenleving nader uit.

Bij het redigeren van de afzonderlijke artikelen worde voorts doelbewust ge- streefd dit kort en duidelijk te doen.

Alweer uitsluitend bedoeld als een voorbeeld, zou artikel 1 als volgt kunnen luiden:

"De Volkspartij voor Vrijheid en De- mocratie wenst in Nederland het tref- punt te zijn van allen, die de overtui- _ging hebben, dat de mens het beste

wordt gediend met een samenleving, waarin de liberale beginselen tot gelding komen".

In deze formulering zijn alle uitgangs- punten kort en duidelijk samengevat.

"De mens" staat voorop. Door alleen te speken van "een samenleving" (zonder toevoeging van "Nederlandse:•, zoals in de huidige tekst), wordt getoond, dat wij deze in de ruimste zin willen verstaan.

Als middel om onze bedoeling te ve- wezenlijken, worden "de liberale begin- selen" centraal gesteld.

Uit het voorgaande blijkt, dat ik tot hen behoor, die niet gelukkig waren met de discussie-grondslag. Toch heeft de Commissie tot Herziening van het Be- ginselprogram recht op onze erkentelijk- heid. De bezinning is er immers do.or op gang gebracht. Moge deze ertoe leiden, dat een nieuw beginselprogram tot stand komt, hetwelk aan velen de weg naar het liberalisme zal kunnen wijzen.

's Gravenhage, juni 1964 -

A. E. J. MODDERMAN

(3)

HOPEN

* * Soekarno heeft nog steeds geen

* beslissing genomen ten aanzien van het gratieverzoek, dat de ter dood veroordeelde dr. Soumokil bij hem heeft ingediend. Aangenomen, dat de Indonesische president bereid is. de voormalige leider van het verzet van Ambon in leven te laten, dan nog is het de vraag of hij in staat is de macht van de communisten in zijn land te weerstaan, die voltrekking van het vonnis eisen.

Nederland kan en mag zich niet als partij in deze kwestie mengen. Dat zou de Indonesische president wel eens in een te moeilijk parket kunnen brengen.

Wij moeten slechts hopen, dat de stem van de Nederlandse regering voldoende in Djakarta heeft doorgeklonken.

Mocht Soekarno volgende maand nog geen besluit hebben genomen dan krijgt minister Luns er bij ûjn bezoek aan Indonesië, een moeilijke, tact ver- eisende taak bij.

TOTAAL

* * De Middeleeuwen kenden pest-

* en cholera-epidemieën. Onze tijd offert duizenden mensenlevens aan de demon van het verkeer. Juist daarom moet men ieder middel gebruiken om het getal der slachtoffers omlaag te brengen. Als één van die middelen zien wij de controle op autowrakken. Een tweetal ministers plus een staatsse- cretaris hebben nu te kennen gegeven, controle op dergelijke auto-wrakken noodzakelijk te achten. Dit zal dan blijkbaar gelden voor binnenlandse automobielen, die, na zeer ernstige schade, zijn hersteld; alsooit voor van uit het buitenland ingevoerde "opge- lapte" motorrijtuigen. Voorts zal van een auto, die als "total loss" wordt aangemerkt, het herstel "zoveel moge- lijk" worden tegengegaan. Het laatste schijnt ons zacht gezegd. Een total loss behoort eens voor al t o t a a l ·van de weg te verdwijnen.

TRAGEODES

* * In Soest is een jongeman, ver-

* dacht van diefstal van een brom- fiets, om het leven gekomen door een schot uit een politierevolver. In Val- kenswaard doodde een kogel van een douanier een automobilist, die voor een smokkelaar werd aangezien. Het ongeluk aan de grens was extra tra- gisch, want de automobilist moet zich van geen kwaad bewust zijn geweest en het stopteken van de douane ver- keerd hebben begrepen.

Zowel in· Soest als it1 Valkenswaard is niet tegen de voorschriften gehan- deld. De hoofdagent struikelde nadat hij twee waarschuwingsschoten had ge- lost. De douane richtte, nadat de auto- mobilist een stopteken had genegeerd, op de benzinetank en de banden van de wagen. ·De strijd tussen douaniers en botersmokkelaars is nu eenmaal een geheel andere dan die tussen agenten en fietsendieven.

Toch dient hier te worden gesteld, dat in beide gevallen niet voorzichtig genoeg is opgetreden. De agent had rekening kunnen houden met een der- gelijk ongeluk. De douane had de mo- gelijkheid onder ogen kunnen zien, dat men met een onschuldige te doen had.

Dat deze tragedies een les mogen zijn voor een ieder, die met vuurwapens omgaat.

DICTATORUlAL

* * Naar "De Volkskrant'• weet te

* melden, is een dreigement van het Centraal Bureau voor afgifte van rijvaardigheidsbewijzen (CBR) te Rijs- wijk er de oorzaak van, dat een aan- gekondigde vergadering in restaurant

"AB" te Enschede niet kan doorgaan.

Genoemd restaurant is tevens de cen- trale van de rij-examinatoren in En- schede, die er dagelijks tientallen kan- didaten ontvangen, die hun rijbewijs willen halen. In hetzelfde restaurant nu zou een vergadering worden ge- houden van de Belangenvereniging Autorijschoolhouders Nederland (BE- VAN).

Het CBR heeft de exploitant van het restaurant evenwel laten weten, dat het zal overwegen de examens elders te gaan afn~men, wanneer de vergade- ring van de BEV AN zou doorgaan.

Voor dit dreigement is de exploitant tenslotte gezwicht.

Wij kennen het conflict tussen het CBR en de BEV AN niet en weten nog minder wie het gelijk aan zijn zijdè heeft, doch een intimidatie als door de CBR toegepast is toch wel buitenge- woon ergerlijk, unfair en dictatoriaal.

Een man op wie men rekenen kan

Gesprek met staatssecretaris W. den Toom

Wie mocht menen, dat een man als Willem den Toom, staats- secretaris van Defensie (Koninklij- ke Luchtmacht) en bovendien mili- tair van hoge rang (luitenant-gene- raal), een steenrots van gestreng- heid moet zijn, zal zich aangenaam verrast voelen bij de ontdekking, dat hij zich heeflt vergist. ·Deze ge- zagsdrager draagt het gezag niet op het voor-, maar in het achterhoofd als reserve.

Een natuurlijke beminnelijkheid - mengeling van goed begrip, hu-

mor en sportiviteit - stroomt ons tegemoet, wanneer wij tegenover hem zitten in zijn werkkamer op de tweede verdieping van helt mo- derne regeringsgebouw aan de 1ste Van den Boschstraat in Den Haag.

Het gesprek heeft geen enkele bar- rière te overwinnen; het ontstaat vanzelf en beweegt zich vlot over een breed veld van praatstof waar- op zich al spoedig een vaste lijn af- tekent. Die vaste lijn heert "samenle- ving" - een begrip, dat in zijn ge- dachtenpatroon sterk naar voren treedt en in allerlei variaties wordt ervaren.

Telkens, in de loop van het gesprek, dat de loop van zijn leven nagaat, keren de woorden "vriendschap",

"samenwerking", "teamgeest",

"eensgezindheid" en "solidariteit"

terug, omdat ze voor hem ver- schillende termen zijn voor een en dezelfde richtlijn. Het blijkt ook uit de wijze waarop hij spreekt over de plaatsen, die in zijn leven een rol hebben gespeeld.

Daar is in de eerste plaats Rotter- dam, waar hij op 11 juli 1911 werd geboren. "Ik kom er nog altijd graag en ik hoor niets liever dan het geratel en gehamer op de scheepswerven langs de Maas, die eeuwige beweging van de werkstad waar iedereen gezamenlijk be- zig is". Toch heeft hij niet lang in de Maasstad gewoond; als kind nog verhuisde hij met zijn familie naar Den Helder. "Alweer een haven- stad dus, ik heb er mijn hbs:.tijd doorgebracht, veel vriendschap on- dervonden en. . mijn vrouw leren kennen, dus u begrijpt dat ik aan Den Helder goede herinneringen bewaar".

Naar Breda

In 1930 ging de 19-jarige naar de KMA te Breda en drie jaar later werd hij tot tweede luitenant be- noemd bij het 12de Regiment Infan- terie in Groningen. "Het kon mij eigenlijk niet zo veel schelen waar men mij heen stuurde, alles was goed, maar ik moet zeggen, dat het.

mij daar in het Noorden uitstekend beviel, ik kon het als jong officier- tje goed met mijn soldaten vinden, we hebben menigmaal allerplezie- rigst in de Emmer Dennen gekam- peerd en ik heb ook leren inzien, dat in Groningen, trouwens in het hele Noorden, heel veel potentieel zit".

In 1937, terwijl hij inmiddels bij de Koninklijke Luchtmacht was ge- komen en op Soesterberg de oplei- ding tot waarnemer had gevolgd, werd hij tot eerste luitenant bevor- derd. Na het behalen van zijn bre- vet kwam hij vervolgens als lucht- vaartofficier op het ministerie van oorlog (afd. Generale Staf), waar hij - "piepjong luitenantje" - met officieren in contact kwam, die kor-

te tijd later veel van zich zouden doen spreken: mannen als Hassel- man, Kruis én het tegenwoordige Kamerlid Couzy.

Toen het "scheef" ging in Europa werd hij (van het voorjaar 1939 tot mei 1940) belast met de navigatie- en bommenwerp-instructie van vlie- gers en waarnemers op het vlieg-

veld van Bergen (N-H). Tijdens de Duitse bezetting werd hij krijgsge- vangen en, mede als gevolg van de spectaculaire vlucht van de vliegers Vos en Leegstra, aanvankelijk in Schoorl (vlak bij zijn woning) en in de beruchte Amsterdamse Euter- pestraat vastgehouden; daarna voer- de men hem met zovele andere Ne- derlandse 'officieren naar het kamp te Stanislaw in Polen. Maar ook in gevangenschap heeft de jonge luite- nant den Toom "made the best of it".

"Ik heb er van alles en nog wat gedaan om mentaal op peil te blij- ven, want als je geestelijk achteruit gaat ondervind je daar bok licha- melijk de nadelen van, ik heb dus veel gemusiceerd (cello gespeeld) en navigatie gestudeerd en verder ..

twee boeken over onze belevenissen geschreven, zelf ook de plaatjes er- bij getekend; die boeken heb ik nog, ze zien er alleen erg verfomfaaid uit

maar dat hindert niet, het is toch een hainnering aan die verschrik- kelijke tijd. Nu en dan ontving ik een brief van mijn vrouw, altijd op- gewekt en hoopvol; daar ben ik haar steeds dankbaar voor geweest; ik had tenminste de zekerheid, dat zij

·het in Laren goed maakte en dit gaf mij steun."

Onmiddellijk na terugkeer in Ne- derland werd luitenant Den Toom als instructeur en liaison-officier op de navigatieschool bij Jurby op het Britse eiland Man geplaatst en tij- delijk bevorderd tot kapitein. Hij profiteerde niet weinig van zijn stu- die voor navigator 1ste klasse tijdens de krijgsgevangenschap. In juni '46 volgde zijn aanstelling tot perso- neelsofficier bij het door generaal Aler geleide Directoraat Lucht- strijdkrachten en nog geen jaar later werd hij kapitein. Daarna ging hij naar de Hogere Krijgsschool in Den Haag, waar hij in het voorjaar van 1949 het Generale Staf-brevet ver- wierf. In november van dat jaar werd hij tot majoor bevorderd en in april 1949 benoemd tot luchtvaart- adviseur bij het Militair Kabinet van de minister van Oorlog.

Er viel in die tijd heel veel te doen. Na de oorlog telde de Konink- lijke Luchtmacht niet meer dan 32 officieren. Het gehele wapen moest van onderaf worden opgebouwd. Met behulp van Britse adviseurs werd een nieuw kader opgeleid. Samen met de Belgen en de Engelsen be- gonnen de Nederlanders een plan voor gezamenlijke luchtverdediging op te stellen. Later zou dit door de NATO worden overgenomen.

Wanneer staatssecretaris Den Toom over de eerste na-oorlogse ja- ren spreekt, noemt hij verschillende malen de naam van staatssecretaris Fockema Andreae. "Met hem heb ik bijzonder prettig samengewerkt", zegt hij met nadruk. "Het was juist in die tijd, dat de KNIL naar Ne- derland overkwam. De zaak werd goed opgevangen. Viermaal ben ik noe met Fockema Andreae naar (Vervolg op pag. 4)

CRYPTOGRAM VRIJE SCHOOLKRANT

In onze laatste televisie-uitzending

"Jeugd en Liberalisme" van 11 mei j.l. werd voor de belangstellende kijkers de gelegenheid geopend een z.g. "Vrije Schoolkrant" bij het Algemeen Secretariaat der Partij aan te vragen.

Ruim 1400 kijkers naar onze te- levisie-uitzending maakten van deze . gelegenheid gebruik.

In deze "Vrije Schoolkrant" was een cryptogram opgenomen. Onder de goede oplossers van dit crypto- gram is een tiental platenbonnen verloot.

De prijswinnaars zijn:

W. J. Spek, Rechterenstraat 22, 's-Gravenhage.

S. Last, Braak en Bosch 23, Amsterdam-Osdorp.

J. Kerling, Havenstraat 91, Rijswijk (Z.H.).

E. Hummels, Sparrenlaan 38, Berkurn post Zwolle.

P. Swart, Harderwijkerweg 18, Ermelo.

H. C. Pijnenburg, Boulevard Hen·

velink 171, Arnhem.

R. V. Huisman, Zandstraat 38, Son (N.B.).

K. van Dijke, Plein· 3, Melissant (Z.H.).

G. Dalenoord, Zijde 21, Boskoop.

St. Bosma, Marwei 98, Delfstrahui·

zen (Fr.).

De goede oplossing luidt:

Horizontaal: 1. Witteveen; 6. volk;

8. elba; 11. ideaal; 13. Schouwenaar;

16. e.a.; 17. prins; 18. nu; 19. no- den; 21. au; 22. JOVD; 25. angst;

28. Oud; 29. ra; 30. hamer.

Verticaal: 1. Wassenaar; 2. t.v.; 3.

Toxopens; 4. el; 5. walrussen; 7. ki- wi; 8. eens; 9. la; 10. baan; 12. Den Toom; 14. cao; 15. urn; 20. dag; 23.

vue; 24. DDR; 26. na; 27. TH.

De platenbonnen zijn inmiddels aan de winnaars toegezonden.

Wij wensen hun van harte geluk!

(4)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE

Gesprek met staatssecretaris W. den Toom

(Vervolg van pag. 3)

Indië geweest om een en ander te regelen".

Naar Parijs

Toen generaal Aler chef van de Luchtmachtstaf werd, trok hij ma- joor Den Toom aan als hoofd van de sectie Operatiën. Kort daarop werd de majoor bevorderd tot luite- nant-kolonel. Enkele maanden later, in mei 1952, ging hij - tijdelijk kolonel nu - als hoofd van de luchtmachtsectie van de Europese Defensie Gemeenschap naar Parijs;

een betrekking die zou duren tot oktober 1953. De bedoeling was, een Europese luchtmachtorganisatie op poten te zetten. Ofschoon deze EDG tenslotte geen voet aan de grond kreeg, is staatssecretaris Den Toom de mening toegedaan, dat zijn werk in die Parijse periode zeker niet vergeefs is geweest. "Er zijn heel veel stevige contacten ge- legd, die hun uitwerking niet hebben gemist en die ook nog altijd voort- bestaan".

Generaal Baretta, na .generaal Aler chef van de Luchtmachtstaf gewor- den, benoemde ·hem op 1 oktober 1953 tot sous-chef; drie jaar lang

i~ hij als zodanig werkzaam ge- weest. In februari 1955 werd hij tot kolonel bevorderd en nog in dat- zelfde jaar heeft men hem het com- mando over de vliegbasis Ypenburg

toevertrouwd een functie die slechts driekwart jaar zou du- ren maar die staatssecretaris Den Toom zich blijft herinneren als

"reusachtig goed", want - zo zegt hij - "een basiscommando is wel het mooiste, dat er is!"

In 1956 -zijn ster kwam snel ge- rezen - werd hij, onder tijdelijke bevordering tot commodore be-

noemd tot commandant van het Commando Luchtvaart Opleidingen in Arnhem. De titel commodore werd hem op 1 januari 1958 ver- leend. Zes maanden later kwam zijn benoeming af to>t hoofd van de Ne- derlandse militaire verbindingsmis- sie bij SHAPE in Parijs; tevens was hij nu militair adviseur van mr.

Stikker, Nederlands permanente

GELDERSE PROVINCIEDAG

Voor het eerst heeft Gelderland een provinciale dag gehouden en het weid een geslaagde dag. Hoe zou het ook anders kunnen met zulke spreeksters als mevr. H. van Someren-Downer en mej.

mr. J. L. M. Toxopeus Pott, met heer- lijk weer op het mooie Sansbeek en met een forum, dat met toewijding en zorg- vuldig de vragen, die vanuit de gezellig gevulde zaal gesteld werden, behandelde.

Het experiment (want dat was het na- tuurlijk zo'n eers~ keer) zal stellig lei- den tot herhaling en ten slotte tot een traditie als in andere provincies.

Na de opening door mevr. A. Bergsma- Feenstra, die deze dag presideerde, sprak eerst de landelijke secretaresse di:e o.m. zei, dat het bestuur van de Ou:ga- nisatie Vrouwen in de VVD verheugd is, dat nu ook in Gelderland een provinciale bijeenkomst wordt gehouden.

Daarna was het woord aan mevr. Van Someren-Downer. lid van de Tweede Ka- mer. Zij behandeide de speciale taak van de vrouw in de democra.tie, de opvoeding van onze kinderen in democratische zin.

De eerste stappen op weg naar het bUir- gerschap worden :iJ.1. het gezin gezet. Daar- na v<o-lgt de taak van het onderwijs.

Goede uitzonderingen daargelaten, wordt eJ· op onze scholen vaak nog veel te wei- rr:Lig aandacht besteed aan onze demo- cratische instellingen. Men spreekt vaak van een achteruitgang van de belangstel- linng voor de politiek en van extremis- tische opvattingen. Zie o.a. het ontstaam van de Boerenpartij.

Het heeft weinig zin op deze partijen af te geven. Men moet zich afvragen hoe de kiezers weer gebracht kunnen wor-

clen tot een partij met een constructieve

vertegenwoordiger bij de 'NATO.

Twee jaar lang heeft hij deze func- tie bekleed en het was alweer een

succes. "Voor de zoveelste maal had ik de "time of my life", dank zij een intensieve samenwerking. Wij vormden daar in Parijs een uitzon- derlijk goed team, samen met de po- litieke en de financiële adviseurs jhr. de Ranitz en mr. van Schelle, en niets is voor mij zo belangrijk als wanneer mensen een goede werkgemeenschap vormen. Mr. Stik- ker is er ook wel de figuur voor om een samenspel van krachten zo voortreffelijk te regelen".

Op een Italiaans strand

Inmiddels was hier te lande de vacature ontstaan van plaatsvervan- gend chef van de Luchtmachtstaf.

Op 1 oktober 1960 werd commodo- re Den Toom, tijdelijk tot generaal- majoor bevorderd, in deze functie benoemd en drie jaar later kreeg hij voorlopig de rang van luitenant- generaal om op te treden als direc- teur Materieel Luchtmacht, een ge- heel nieuwe werkkring voor hem omdat hij tot nu toe altijd aan de operationele kant had gezeten. Lang zou deze functie echter niet duren, want nog geen half jaar verder, toen hij op een Italiaans strand van va- kantie ·lag te genieten, werd plotse- ling een beroep op hem gedaan, het staatssecretarisschap van Defensie te aanvaarden. "Het merkwaardige is", vertelt staatssecretaris Den Toom,

"dat ik juist op dat strand lag te filosoferen met de man, die tegelij- kertijd staatssecretaris van Ver- keer en Waterstaat zou worden, de heer M. J. Keyzer, die ik daar toe- vallig had ontmoet".

Een geheel ander soort werkkring dan alle vorige sloot zich nu om de nieuwe bewindsman heen. Deze ti- tel doet hem even glimlachen met een vleugje ironie. "Ja, een mooie naam: be-winds-man. Maar het is bijzonder mooi werk en hier" (hij legt de linkerhand voorzichtig op een stapel papier, de nog niet open- baar gemaakte defensienota) "hier

Copie voor dexe rubriek te xen- den aan: Mej. Joh. H. Springer, Alexanderstraat 16, Haarlem.

democratische inslag. De VVD heeft wat dat betreft kansen als nooit tevoren.

Wij allen kunnen aan de hand van de feiten de kwaadwillige legende bestrij- den, dat de liberalen niet tot een socia- le politiek in staat zijn. Minister Wit- teveen kondigt een formidabele belasting- verlaging aan en tegelijkertijd werken de liberalen mee aan een flinke verhoging van de AOW. Idealisme en realisme gaan bij de liberalen hand in hand.

In het onderwijs moet ieder gelijke kansen hebben. Daau: zijn eigenlijk alle partijen het ove~· eens. Maar een logi- sche consequentie hiervan is, dat men la- ter beloond wordt naar prestatie. De ni- vellering van de inkomens, zoals de so- cialisten die voorstaan, is alle goede be- doelingen, die rrien er mee mag hebben, onverstandig omdat de prikkel tot pre- statie ermede wordt gedood. Die prik- kel wordt ook ged!Yod door te drukkell1- cle belastingen; vandaar onze vreugde

· over wat minister Witteveen van plan

is al een belangrijk resultaat".

In de loop der jaren heeft hij niet alleen de Koninklijke Luchtmacht tot in de fijnste onderdelen leren kennen, maar ook ontzaglijk veel mensenkennis opgedaan in nauwe contacten met alle lagen van onze maatschappij, van de allerhoogste tot de allereenvoudigste. Met geest- drift spreekt staatssecretaris Den Toom over de verschillende fondsen, die ten doel hebben, luchtmacht- mensen - van alle rangen - in ge- val van nood te helpen; ook familie- leden van overledenen.

Deze stichtingen, alle op het par- ticuliere vlak- doen - geruisloos - prachtig sociaal werk en het is daarom, dat hij, met zijn voorliefde voor alles wat op vriendschap, sa- menwerking, teamgeest, eensgezind- heid en solidariteit doelt, gaarne zitting heeft genomen in de verschei- dene raden van toezicht op de on- dersteuningsfondsen. "Nergens is zo'n hechte band tussen de mensen on- derling, zoveel sterke solidariteit, als juist bij de luchtmacht", zegt hij met oprechte trots.

In het begin van zijn staatssecre- tarisschap heeft men hem wel ver- weten, dat hij -als liberaal- geen lid van de VVD was. "Ik wilde niet de schijn op mij laden, dat ik mijn ambt meteen aan een partij bond, dat is al, maar het spreekt vanzelf dat de partij op mij kon rekenen".

En dit is misschien wel de be- langrijkste sleutel tot het geheim van staatssecretaris Den Tooms bril- jante carrière. Op hem kunnen wij rekenen! Altijd!

Bslr

STALEN MEUBELEN

GISPE

CULEMBORG

25 JUNI 1964 - PAGINA 4&

N. V. Houthandel v.h. W. KUNST

*

EEMSKANAAL Z.Z. 19 GRONINGEN Telef. 05900- 36541 •

WIJ LEVEREN

DOZEN

uit Massief Carton

*

Speciaal voor export

*

N .V. ~oocartonfabriek v /h

E. l!ree & Co.

OUDE PEKELA

Telefoon 05978 - 2233, 2 lijnen

Eigen modern ingericht laboratorium.

a"·~·~

m; ·,

<~; ~ ~J:ot!K· . • : -;. -.'·- ~-.-·

U.v K. w, ~ , .. - .

'O'ud~-genever '* Besse~ro~d * 'Citroer1. jénèv~r-~ _ · ..

~. ~ ' J

is. De liberale ideeën kunnen aJleen uit- gedragen worden door ons allen tesa- men. Een handjevol Kamerleden kan da•t niet. Daat· moeten allen, jruist de va·ou- wen bij helpen, aldus besloot spreekster. ·

Na de verzorgde ltmch zaten achter de tafel de dames F. B. van Beek-va1n Duyn C. B. H. Breebaart-Bruseker, E. G. van Heuven-Reesink, A. Kreeft-enlberg-Prak- ke en A. H. van Versendaal-Hol, allen ge- meenteraadsleden. Het presidium berustte bij mevr. dr. T. Stark-Heeringa, lid van Provinciale Staten van Gelderland.

De eerste vraag betrof de wenselijk- heid om in VVD studiegTlo<E>pen gemeen- telijke problemen te behandelen en de kwestie of het zelfstandige oordeel van de gemeenteraadsleden er ge-en gevaa~·

door loopt.

Wel, voor het laatste wa,ren de ge- meenteraadsleden niet bang en zij von- den, dat zij er wel wat aan hadden ver- schillende meningen te horen. Maar er mogen geen onderwerpen besproken worden, die nog in de commissieverga- deringen zijn.

Dat een vü·lgende vraag, de woningbouw betrof, koln niet uitblijven.

Het gaf een levendige discussie tussen forum en zaal, waarbij de mannen er niet zo best af kwamen. De conclusie was, dat e<r nog veel te weinig V A C's zijn (vrouwen-adviescommissies voor de wo- ningbouw).

Een andere vraag had betrekking op de verbetering tussen het contact van raadsleden en ingezetenen. Het bleek plaatselijk nogal uiteen lopen en het is voora·l in grote plaatsen mK>teilijk. De pers kan veel doen. Mevr. Staek propa- geerde het uitgeven van (maand-) bulle- tins door de gemeente. Zij vindt ook, dat

de gemeenteraadsleden moeten meeleven en zelf ovel!'al gaan kijken.

Vervolgens kwam de 5-daagse werk- week aan de orde. Kunnen wij ons die wel permitteren? Een vraa~g., die buiten het terrein van de gemeéntm·aadsled-en lag.

De la.ats~ vraag betrof de Duitsers: irn de etalage,<; "Spargel", geen : asperges.

In Arnhem vaart de middenstand er wel bij: in Varsseveld schijnt het wat miJni- der te worden. Men v:roeg prijsstop vOI<Jl!' terreinen en huizen, omdat de Duitsers de prijzen opdrijven en de Nederlandea'S niet meer aan bod komen.

Mej. L. Toxopeus Pot sprak 'n slotwoord als altijd levendig en enthousiast en vaak met vermakelijke beeldspraak. Zij drukte de liberale vrouwen nog eens op het hart meer de afdelingsvergaderingen bij te wo- nen, meer mee te leven met haar eigen organisatie en meer plaatselijke vrouwen- groepen op te richten.

Zij wees erop, dat de libm·ale begin- selen een wisselende toepassing vragen.

Het is altijd moeilijk: waar moet men iets van de vrijheid prijs geven? Zij noemde daa;:bij de fluoridering van het water. waarover aan één valn de koffie- tafels .levendig gedebatteerd was. De libe- ralen, noch de deskundigen zijn het on- derling eens.

Onder onze beginselen is ook, dat van de sociale gerechtigheid. Wij moeten noolt vergeten, dat onze geestelijke voor- vaderen de eerste sociale maatregelen ge- nomen hebben en dat zij gepresteerd hebben, wat geen enkele andere partij ooit gepresteerd heeft.

Alleen bij ons is de geestelijke vrij- heid waarachtig veilig.

Wij strijden een goede stl·ijd.

J. H.S.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Staatkundig gereformeerd houdt in dat voor beleidsbepaling de eisen van Gods VVoord van doorslaggevende betekenis zijn. Rechtvaardige afweging kan slechts plaats vinden

De beperkte ruimte die de onderzoekers heb- ben gecreëerd een andere instantie dan de rechtbank een last onder dwangsom te doen opleggen voor de handhaving van economische

Mijns inziens is het afleggen van de eed voor huidige leden echter enkel van waarde voor die le- den die werkzaamheden in het vakgebied van de ac- countancy verrichten,

In Loois en Boeijen (2016) worden ook resultaten gepresenteerd voor het geval waarin de risicodeling met toekomstige generaties bepaald wordt door een andere verdeling van de

Wanneer het antwoord op de vraag van de politiek of deze personenschade vergoed moet worden onder de Wet tege- moetkoming schade bij rampen ondanks deze bezwaren positief

D e wilde landbezet­ tingen van de laatste jaren door zogenaamde ‘oorlogsveteranen’ heb­ ben niet alleen geleid to t de moord op veel blanke landeigenaren, maar

Vrijwel geen enkele Neder- lander (0,5%) kent volgens deze slachtoffer- enquête, het Schadefonds voor Slachtoffers van Geweldsmisdrijven. Nog minder Neder- landers kennen

In hoeverre is het aannemelijk dat de door de minister van Veiligheid &amp; Justitie aan De Letselschade Raad (DLR) verstrekte subsidie ten behoeve van de Gedragscode