Nederlandse mededingingsautoriteit
De Brauw Blackstone Westbroek T.a.v. mr. M. Mulder
Postbus 90851 2509 LW Den Haag
Geachte heer Mulder,
In reactie op het door u in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) ingediende verzoek om een kopie van het EIM-rapport inzake Vendex-KBB bericht ik u het volgende.
Uw verzoek om inzage in het rapport van het EIM wordt om de volgende reden niet gehonoreerd.
Artikel 44, derde lid, van de Mededingingswet schrijft voor dat de
beschikking op een vergunningsaanvraag voor een concentratie waarvoor volgens de mededeling van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit een vergunning is vereist, voor een ieder ter inzage wordt gelegd nadat zij is bekendgemaakt, waarbij gegevens die met inachtneming van artikel 10 van de Wob niet voor verstrekking in aanmerking komen, niet ter inzage worden gelegd.
Voorts bepaalt artikel 44, vierde lid, van de Mededingingswet dat van de beschikking mededeling wordt gedaan in de Staatscourant.
Deze openbaarheidsregeling moet wat betreft de vergunningsfase van het concentratietoezicht als uitputtend worden beschouwd. Uit de parlementaire geschiedenis van de Mededingingswet blijkt dat het de uitdrukkelijke bedoeling van de wetgever is, dat concentratieprocedures niet openbaar zijn. Ik wijs u in het bijzonder op de Nota naar aanleiding van het nader verslag (Kamerstukken II, 1996-1997, 24 707, nr. 12). Daarin is, ondanks de bescherming die artikel 10 van de Wob biedt, overwogen dat de vertrouwelijkheid van gevoelige gegevens een zeer zwaar punt is. Om die reden is de openbare voorbereidingsprocedure (afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht), die aanvankelijk van toepassing zou zijn op de vergunningsfase van concentratieprocedures, geschrapt.
Gezien het samenstel van bepalingen betreffende openbaarmaking in de vergunningsfase van het concentratietoezicht en de wetsgeschiedenis terzake, concludeert de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit dat de Wob in dit kader geen rechtstreekse toepassing toekomt.
Ten overvloede merk ik op dat de resultaten uit het onderzoek van het EIM, voor zover deze van belang waren voor de beslissing op de
vergunningsaanvraag van Vendex en KBB, verwerkt zijn in het besluit d.d. 5 oktober 1998. Een openbare versie van dit besluit is beschikbaar op de web site van de Nederlandse mededingingsautoriteit.
Hoogachtend,
w.g. Drs. R.J.P. Jansen Hoofd Concentratiecontrole
Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van de verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de directeur-generaal van de Nederlandse mdedingingsautoriteit, Postbus 16326, 2500 BH te 's-Gravenhage.
Dit besluit is verzonden op de in de aanhef van deze brief vermelde datum.
terug
Aan de inhoud van deze pagina's kunt u geen rechten ontlenen.