• No results found

SECTORCOMITE xvm VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST Boudewijnlaan 30, 1000 BRUSSEL Tel. (02) Fax (02)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "SECTORCOMITE xvm VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST Boudewijnlaan 30, 1000 BRUSSEL Tel. (02) Fax (02)"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

ministerie van de Vlaamse Gemeenschap afdeling Statutaire Aangelegenheden

SECTORCOMITE xvm

VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST Boudewijnlaan 30, 1000 BRUSSEL Tel. (02)553.50.20 - Fax (02)553.51.06

protocol nr. 125.320

PROTOCOL HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN VAN 12 APRIL 1999 DIE GEVOERD WERDEN IN HET SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN

VLAAMS GEWEST

ontwerp van besluit van de Vlaamse regering houdende toekenning van een verlof dat voorafgaat aan de pensionering voor de ambtenaren van de dien- sten van de Vlaamse regering (kaderbesluit uitstapregeling).

(2)

vervolg protocol nr. 125.320

door de afvaardiging van de overheid, samengesteld uit :

1. de heer LUC Van den Brande, minister-president van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Wetenschap en Technologie, voorzitter ;

2. de heer Eddy Baldewijns, Vlaams minister van'onderwijs en Ambtenaren- zaken, ondervoorzitter ;

3. mevr. Wivina Demeester - De Meyer, Vlaams minister van Financiën, Be- groting en Gezondheidsbeleid ;

enerzii ds ,

en de afvaardigingen van de twee representatieve vakorganisaties : - de Algemene Centrale der Openbare Diensten, vertegenwoordigd door :

de heer Hilaire Berckmans Richard De Winter Ronny Vande Winckel

- de Federatie van de Christelijke Syndicaten der Openbare Diensten die onder meer de Christelijke Centrale van de Openbare Diensten en de Christelijke Vakbond van Communicatiemiddelen en Cultuur groepeert, vertegenwoordigd door :

de heer Stefaan Van de Kerckhove Jan François

Chris Herreman

anderzi i ds ,

(3)

vervolg protocol N. 125.320 3

Werd e e n akkoord b e r e i k t o v e r het voorgelegde ontwerp van besluit van de Vlaamse regering houdende toekenning van een verlof dat voorafgaat aan de pensionering voor de ambtenaren van de diensten van de Vlaamse regering

(kaderbesluit uitstapregeling).

Bijgaande tekst maakt integraal deel uit van dit protocol.

DE AFVAARDIGING VAN DE REPRESENTA- DE AFVAARDIGING VAN DE OVERHEID TIEVE VAKORGANISATIES :

Voor de Algemene Centrale der De Voorzitter, Openbare Diensten

-

Voor de Fedqatie van de Christe

LUC Van den Brande

minister-president regering en Vlaams minister van van de Vlaam e

h

Buitenlands Beleid, Europese Aan- gelegenheden, Wetenschap en Tech- nologie

DE ONDERVOORZITTER,

w- -- 2

Eddy Baldewij ns

Vlaams minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken

(4)

vervolg protocol nr.125.320 4

LEDEN

Begroting en Gezondheid eleid

P

(5)

VLAAMSE REGERING

ONTWERPBESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING HOUDENDE TOEKENNING VAN EEN VERLOF DAT VOORAFGAAT AAN DE PENSIONERING VOOR DE AMBTENAREN VAN DE DIENSTEN VAN DE VLAAMSE REGERING

DE VLAAMSE REGERING,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der in- stellingen, inzonderheid op artikel 87, 53, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op het advies van het coliege van secretarissen-generaal van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, gegeven op 11 maart 1999;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begro- ting, gegeven op 17 december 1998;

Gelet op het akkoord van de federale minister, bevoegd voor de pensioe- nen, gegeven op t

Gelet op het protocol nr. van

van het Sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap - Vlaams Gewest;

Gelet op de beslissing van de Vlaamse regering, op

,

be- treffende de aanvraag om advies bij de Raad van State binnen één maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op I met toepassing van artikel 84, eerste lid, l", van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;

Na beraadslaging,

BESLUIT:

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de ambtenaren van het mi- nisterie van de Vlaamse Gemeenschap en van de Vlaamse wetenschappelijke instellingen.

Art. 2. Het verlof dat voorafgaat aan de pensionering kan worden toege- staan aan alle ambtenaren die minimum 56 en maximum 59 jaar oud zijn gedurende de periode van één jaar volgend op de datum van de goedkeu- ring van het personeelsplan voor de entiteit waar de betrokken ambte- naar is geaffecteerd. Bij ontstentenis van een goedgekeurd personeels- plan gaat de termijn van één jaar in op 1 januari 2003.

Voor de entiteiten die reeds over een goedgekeurd personeelsplan be- schikken, begint de termijn van één jaar vermeld in het voorgaande lid te lopen op datum van de goedkeuring van dit besluit.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 april 2014 houdende subsidiëring van incubatoren, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december

In het ontwerp-BVR werd volgende categorie van onrendabele projecten niet meer weerhouden: de projecten waarbij de combinatie van de investeringskosten – voor de werken

gecumuleerde steun is maximaal 85% van de kosten die in aanmerking komen. Bij onvoldoende begrotingskredieten kan de minister bij het agentschap voor het lopende begrotingsjaar

4° de aankoopfactuur of het leasecontract van het voertuig ter staving van de aankoopwaarde van het voertuig. Het maximale kredietbedrag voor de achtergestelde lening, vermeld

In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 april 2014 houdende subsidiëring van incubatoren, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 31 december

Parallel met het invoeren van het systeem van de functioneringstoelage voor de personeelsleden van rang A2 en lager (zie verder) wordt voor de leidend ambtenaar

Het in artikel 7 van het Ontwerpbesluit vooropgestelde nieuwe artikel 3.1.52, §1, zevende lid van het Energiebesluit stelt: “Met behoud van de toepassing van het tweede tot en

Om deze evaluatie te faciliteren, maar ook om de nodige informatie te capteren om desgevallend de gehanteerde werkwijze waar nodig bij te stu- ren, wordt aan de