• No results found

Wallonië gooit het anker naar de hoofdstad

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Wallonië gooit het anker naar de hoofdstad"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1,95

68

ste

jaargang • nummer 2 • woensdag 9 januari 2013 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

Wallonië gooit het anker naar de hoofdstad

Lees blz. 5

Muntoorlogen 2

Van kwaliteit tot pulp 3

Briefje aan Eric van Rompuy 3

De eerste zitting

van Bart in het stadhuis 6

De Pillecyns

Mechelse oorlogsjaren 4

Geen sleet op het cordon

Herinnert u zich de maanden en jaren dat de oren ons van het hoofd werden gezeurd met het gedoe over Brussel-Halle-Vilvoorde? Dat thema interesseerde de mensen toch absluut niet, klonk het bij de woordvoerders van het establishment. De gazetten besteed- den er te veel aandacht aan, was de teneur.

(Tussen haakjes: dat de ‘oplossing’ die werd uitgedokterd weinig geestdrift, maar ook weinig straatrumoer, opwekt, lijkt te bewijzen dat niemand ermee bezig was;

de verkiezingsuitslagen leren echter dat BHV stond voor de verfransing en het onvermogen daar iets tegen te doen. Dat probleem bekommert wél steeds meer Vlamingen.)

Enfin, vorige week bleken de kranten- redacties nogal wat ruimte vrij te hebben om gedachten te formuleren over die belang- wekkende zaak: het ‘cordon sanitaire’. Wie de zaken oppervlakkig volgde, kon de indruk opdoen dat één of andere veroordeelde politieke crimineel, uiteraard van extreem- rechtse signatuur, op het punt stond minister van Defensie of Binnenlandse Veiligheid te worden. Even de feiten van meer nabij beke- ken, betrof het volgende belangwekkende gebeurtenissen: lid politieraad en lid OCMW- raad Liedekerke; lid politieraad Kortrijk; lid OCMW-raad Westerlo; lid politieraad Zand- hoven; idem Lebbeke; idem Buggenhout; een half OCMW-zitje in Steenokkerzeel.

Schuilplaatsen in

Bent u er nog, of hebt u na het verne- men van deze dijkbreuk halsoverkop beslist uw koffers te pakken en politiek asiel aan te vragen in Frankrijk? Uiteraard sloeg dit nieuws in als een bom, in Vlaanderen, en wachten de bevende burgers nu, dicht tegen elkaar aan geschurkt, in tot schuilplaatsen geïmproviseerde kelders, gespannen het verdere verloop af.

Flauwekul, uiteraard. Het zal een Lebbekenaar worst wezen of er een Vlaams Belanger meer of minder in zo’n politieraad zetelt. Op de betrokkene na kunnen we ons maar één persoon voorstellen die daar enig belang aan hecht: het ‘slachtoffer’ dat de eigen verkiezing tot politieraadslid door de neus geboord zag. Kleine dorpspolitiek die plots de betekenis van een hooggestemd ideologisch of zelfs een ethisch debat krijgt.

In Denderleeuw kan de keuze van drie VB-raadsleden beslissen welk van beide grote kampen de burgemeesterssjerp toe- komt. Daar, in die ene gemeente, ligt de bete- kenis een ietsje hoger dan in de politie- en OCMW-raden van de dorpen Huppeldepup en Hoppeldepop. Maar ook dan gaat het over één gemeentebestuur waar het Vlaams Belang toevallig het verschil maakt maar niet eens in de bestuursmeerderheid zal worden opgenomen.

Much ado about nothing. Maar wel krantenbladzijden vol analyses, en partijvoor- zitters die naar hun mening wordt gevraagd.

Wat stellen we daarbij vast: niemand is

voor het doorbreken van dat cordon sani- taire. Op één uitzondering na. Senator Rik Torfs vindt het welletjes. Hij werd dan ook algemeen teruggefloten. Hij wilde met die stunt zijn mogelijk laatste weken als beroeps- politicus nog wat glans geven. Voor de rest klonk er maar één stem: vasthouden aan dat cordon, zonder één millimeter beweging toe te staan. Opdat ‘men’ ‘ons’ geen politieraads- zetel zou ontwringen!

Jaren dertig

Nu willen we een internetpeiling van Gazet van Antwerpen of een rondvraag op kleine schaal geen al te grote wetenschappelijke betekenis geven, toch blijkt uit alle cijfers die daarover bekend zijn dat een overgrote meer- derheid van de bevolking het wel helemaal gehad heeft met dat cordon sanitaire. De voorstanders mogen nog zo veel moeite doen als ze willen, elke vorm van samenwerking met verkozenen bij voorbaat afwijzen, is en blijft een zware inbreuk op de democratie en op het recht van de kiezers om te bepalen wie ze vertrouwen en wie niet. We zouden haast durven schrijven: het doet ons geweldig aan de jaren dertig denken.

Neen, niemand is verplicht een coalitie te vormen met een politieke partij omdat die succes heeft of zelfs maar een aantal zetels kon winnen. Het is volstrekt democratisch aanvaardbaar te beslissen geen bestuurs- akkoord af te sluiten met het Vlaams Belang, of een andere partij. Maar het principieel afwijzen van de mogelijkheid om daarover

zelfs maar een gesprek te hebben, is zon- der meer laakbaar. De gemeenteraadsleden van N-VA (7 zetels) en CD&V (4 zetels) in Denderleeuw zouden wat graag een akkoord afsluiten met VB (3 zetels), om sp.a (8 zetels) en Open Vld (3 zetels) naar de oppositie te duwen. Ze zouden een werkbare meerder- heid kunnen vormen. En de wereldvrede zou niet in het gedrang komen. De mensenrech- ten zouden niet met voeten getreden worden, in dat dorpje aan de Dender. Het beleid zou wat naar rechts opschuiven, zoals de kiezers dat overigens willen.

Maar het kan niet, het mag niet en het zal niet, want de nationale top van de N-VA en de nationale top van de CD&V willen zich op dat punt de les blijvend laten spellen door de linkerzijde én door Franstalig België. Dat brengt ons tot de vaststelling dat de grote discussie over het doorbreken van het cordon sanitaire a) eigenlijk over zo goed als niets ging, en b) juist aantoont dat het verroeste en democratisch stinkende idee van zo’n schuts- kring zelfs dan absoluut niet wankelt. Het cordon staat even stevig als ooit.

Zo moeten we aan het eind ons start- punt toch herzien: deze zaak verdiende wel degelijk de persheisa die eraan werd besteed. Maar dan om vast te stellen dat onze democratie nog steeds onvolkomen werkt én dat onze pers zich grotendeels opstelt aan de zijde van degenen die de democratie uithollen.

Ludo, Liesbeth, Geert en Bart staan klaar om komaf te maken met het tuig van de richel

74 DAGEN,

zolang is het geleden dat Jan Fabre van zeven mannen met knuppels klop kreeg. De daders zijn nog steeds niet gevonden. De politie gaat nu op zoek in kringen van de Bende van Nijvel.

(2)

Actueel

9 januari 2013

2

Uit de smalle beursstraat

Muntoorlogen

In economisch moeilijke tijden halen landen steevast een financieel wapen boven: het manipuleren van de koers van de eigen munt, om zo export en groei te stimuleren.

Regeringen kijken met een bang hart naar 2013. Zoals vorige week in deze rubriek gesteld, blijft de economische onzekerheid bij de bevolking groot, zeker in de westerse, volwassen economieën.

Christine Lagarde van het IMF vreest voor een nieuwe bankencrisis.

De lage groeicijfers die internationale instellingen in het vooruitzicht stellen, zijn weinig rooskleurig, maar de nationale regeringen en de centrale banken blijven niet bij de pakken zitten.

Er is een voor de hand liggende manier om de economie toch voor een stuk opnieuw aan te zwengelen: het ontwaarden van de eigen munt. Bij een lagere muntkoers wordt exporteren goedkoper, neemt de concurrentiekracht van de ondernemingen toe en kunnen er jobs gecreëerd worden. Dat leidt dan weer tot extra groei. Keerzijde van de medaille is dat de ingevoerde producten duurder worden, waar- door de inflatie toeneemt. Maar overheden die zware schulden dragen, hebben daar minder problemen mee. Inflatie doet de omvang van de schuld wegsmelten. Hier zijn vooral de spaarders de pineut.

Economen zien al een tijd dat meerdere landen en muntunies er alles aan doen om hun munt te ontwaarden en zo marktaandeel van andere staten en regio’s weg te pikken. Dat gebeurt eerst en vooral door interventies van de centrale banken op de internationale geldmarkten. Ze verkopen massaal eigen munten. Als de Zwitserse Centrale Bank dit doet, stijgt het aanbod van Zwitserse franken. Met munten is het niet anders dan met appels of peren: stijgt het aan- bod, dan daalt de prijs. Ook de geldpersen die de centrale banken doen draaien (eigenlijk het massaal uitgeven van overheidslenin- gen), hebben als gevolg dat massaal munten beschikbaar zijn. Ben Bernanke, hoofd van de Amerikaanse Centrale Bank, doet die geld- persen draaien om de VS niet in een nieuwe recessie te duwen. Het gedrukte geld dient voor investeringen en consumptie, maar het duwt de dollar omlaag. Dat is mooi meegenomen voor de VS die massaal aan het herindustrialiseren zijn. Met een zwakkere dollar wordt de export goedkoper. Sinds 2009 is de waarde van de dollar ten opzichte van de belangrijkste wereldmunten met 9 procent gedaald.

Eigenlijk voeren de VS een competitieve devaluatie door, als ant- woord op China, dat weigert zijn yuan te appreciëren, lees: duurder

te maken. Ook de Chinezen hebben alle belang bij een zwakke munt ter ondersteuning van hun export. Andere landen blijven niet aan de zijlijn staan. De lijst van landen die de voorbije tien jaar hun munt ten opzichte van de euro lieten ontwaarden, is echt wel indrukwek- kend. Het is ook zo dat de euro onder Duitse druk (onze oosterbu- ren vrezen voor hoge inflatie) relatief sterk blijft. Sinds 2002 is de Argentijnse peso ten opzichte van de euro met 84 procent gedeva- lueerd. Voor de Vietnamese dong is dat 49 procent, de Mexicaanse peso 46 procent, de Zuid-Afrikaanse rand 37 procent, de Indische roepie 37 procent, de Russische roebel 33 procent, de Braziliaanse real 30 procent, de Amerikaanse dollar 27,6 procent en de Britse pond 22 procent. Die landen zijn hun munten niet alleen ten opzichte van de sterke euro aan het verzwakken, maar ook onder elkaar. Eigen- lijk voeren alle ontwikkelde landen en alle groei-economieën regel- rechte muntoorlogen, om zo marktaandeel van elkaar af te snoepen.

Het verleden leert dat zo’n competitieve devaluaties negatieve gevolgen hebben. In de jaren dertig van vorige eeuw werden die muntoorlogen gebruikt om de impact van de Grote Depressie te beperken. Ze hadden een negatief effect en verdiepten de crisis nog. Ook nu zien we gelijkaardige problemen. Zo is de Zwitserse frank tussen 2009 en 2011 ten opzichte van de euro een kwart duur- der geworden. De Zwitserse economie is zeer divers, maar het toe- risme blijft voor dat skisportland een belangrijke inkomstenbron.

Door de dure Zwitserse frank blijven veel toeristen thuis. Ook de export van typische producten, zoals uurwerken, is teruggelopen. De Zwitserse Centrale Bank moest ingrijpen en besloot de eigen munt te laten zakken, terwijl de Zwitserse frank decennialang als veilige haven bekendstond. Kapitaalkrachtige wereldburgers parkeerden hun geld niet alleen in die bergstaat omdat het bankgeheim hen aantrok. Ook een stabiele en sterke munt trekt buitenlands kapitaal aan. Dat is nu voorbij.

Eén van de redenen waarom Spanje economisch in zwaar storm- weer zit, heeft met de muntoorlogen te maken. Door de goedkopere Britse pond, dus een dure euro, gaan vele Britse toeristen niet meer met vakantie in Spanje. Het is voor hen te duur geworden. Op die manier is, naast de bouwsector, een andere pijler van de Spaanse economie ingestort. Muntoorlogen zijn zoals alle oorlogen: er zijn winnaars, maar ook veel verliezers.

Angélique VAnderstrAeten

Misschien is het nog vroeg om te stellen dat, na de vorstelijke kerstboodschap anno 2012, het in dit land nooit meer zal worden zoals het was, maar het is niet te vroeg om te wijzen op tekenen in die richting. In een “exclusieve pei- ling” van Het Laatste Nieuws schaarden zes op tien Vlamingen zich niet achter de uitspra- ken van de koning, wel achter de reactie van Bart de Wever. Dat zegt veel over een vorm van

“change” bij een krant die er, via de pen van toproyalist en dito belgicist Luc van der Kelen, meestal alles aan doet - wordt dat nu “deed”?

- om het tricolore gevoel op peil te houden.

De treffendste en meest betekenisvolle

illustratie van de voortschrijdende Vlaamse bewustwording en het feit dat ze op steeds minder weerstand stuit, was het door leden van het Taal Aktie Komitee gevoerde protest aan de poorten van Le Palais/Het Paleis. Was het veelzeggend dat ze daar het spandoek met als tekst “geen tronen blijven staan” konden ophangen, dan was het alleszeggend dat ze dat konden zonder in elkaar getimmerd en wegge- voerd te worden.

Vanuit die samenhang bekeken, misten regimegetrouwe politieke krokodillen als Guy Verhofstadt en Wilfried Martens een unieke kans om te zwijgen. Martens had het over de

“kwade trouw” (sic) van sommige Vlamingen die door Di Rupo “onderschat was”. Dat was een uitspraak die eerder de “kwade trouw”

blootlegt van de man die ze deed. Verhof- stadt schaarde zich met volle gewicht achter de koninklijke boodschap. Hij noemde Albert II een “wijze man”. Mocht de koning even wijs zijn als vandaag beide politieke fossielen, hij zou er nog beroerder aan toe én verder van huis zijn, dan momenteel gedacht.

Gifpijlen

Men mag het draaien en keren zoveel men wilt, slechts één conclusie is moge- lijk: De Wever en zijn partij waren de laatste dagen van 2012 de winnaars, België, vorst en establishment waren de verliezers. Een omme- keer blijft altijd mogelijk, maar er is zoiets als het buikgevoel van de modale Vlaming. Het moet zijn dat de linkse club “culturo’s”, die al decennia de audiovisuele media regeert, zich rekenschap geeft van de uit dat buikgevoel waaiende nieuwe wind. Anders is het moeilijk verklaren dat BDW binnen twee dagen zowel in “De kruitfabriek” bij Marc Uytterhoeven op

“vier” als op de slotdag van “De laatste week”

op “een” bij Kobe Ilsen te gast was.

Op zich al merkwaardig, maar nog merk- waardiger was dat BDW in het eerste geval met Geert Hoste geconfronteerd werd, en in het tweede met “stand-upcomedian” Alex Agnew.

Beide heren - “gezworen kameraden” - toon- den zich in het recente verleden nooit verle- gen om hun gifpijlen op BDW af te vuren. De manier waarop ze zich plots verzoenend tegen- over hem opstelden, zal de burgemeester van Antwerpen allicht ook wat verbaasd hebben.

Zich tegen gebeurlijke “verandering” probe- ren in te dekken, door de indruk te wekken zich daar geleidelijk mee te kunnen verzoe- nen, om den brode, is het “betere cultuurwe- reldje” blijkbaar niet vreemd. Het geëtaleerde

“voordeel van de twijfel” dat Hoste en Agnew bereid waren aan het beleid van de populair- ste politicus van Vlaanderen toe te kennen, had zowaar iets van een op gang komende “Wie- dergutmachung”.

Verschil

Toen Hoste in zijn eindejaarsshow sprak over een donkerbruin sfeertje dat de euforie bij de N-VA-troepen doorbrak nadat de “grote lei- der” met harde stem “Zet die ploat af!” geroe- pen had, had dat niet echt met een verwij- zing naar de “jaren dertig” te maken. Hoste en Agnew waren het er min of meer roerend over eens dat zinspelen op die jaren “passé”

is. “Men” moet daar niet langer aan tillen. Een grapje als een ander, dat wel, maar “passé”, dacht Agnew, die door Kobe Ilsen zowaar her- innerd werd aan een mopje dat hij zich als ver- bale vuilnisemmer veroorloofd had, met de vraag waarin Adolf Hitler en Bart de Wever van elkaar verschilden. Het “ludieke” en door zijn links tot extreemlinks gehoor van BV’s op alge- mene bijval onthaalde antwoord luidde toen, dat Hitler tenminste iets gepresteerd had. Een voor zichzelf uitermate vergevingsgezind inge- stelde Agnew verschool zich achter een klate- rende neplach en verklaarde dat ook dat soort

“grapjes” zijn beste tijd heeft gehad. Als dat zo is, zie ik geen hinderpaal meer voor de rege- rende traditionele partijen om België, als laat- ste land ter wereld, met zijn oorlogsverleden in het reine te laten komen, in 2013. Mocht er sprake zijn van een zekere ommekeer, zoals hierboven gesuggereerd, is het eerste jaar van

“kracht van verandering” geknipt om dat verle- den in de catacomben van de geschiedschrij-

ving bij te zetten. d.Mol

Wat er onder de mensen leeft

Ook Albert Second en zijn secondant Di Rupo kunnen de klok niet terugdraaien. Was dat anders, had “de moeder van alle royale kerstboodschappen” allicht anders geoogd dan ze geoogd heeft. Wie de beruchte tekst geschreven heeft en wie die heeft goedge- keurd, is van minder belang dan de gevolgen, en die zijn wat ze zijn. Geen betere spiegel denkbaar voor “wat er onder de mensen leeft” dan de lezersrubrieken in kranten. Het aandeel protestbrieven was overweldigend, hoezeer de regimegetrouwe opinieschrij- vers ook hun best hebben gedaan om te minimaliseren. Een minimaal deductievermogen volstond om te horen hoe de klok luidde, en in één moeite te zien waar de klepel hing.

Nieuwjaarsbrief

Nummer 2 van ‘t Pallieterke heeft u in handen. In het komende jaar beloof ik u opnieuw een gezonde mengeling van politieke analyses, boekrecensies, buiten- lands spervuur, praatstoelen, en noem maar op. Ook dit jaar krijgt u van mij vier keer een extra dik nummer.

De hernieuwing van de abonnementen loopt als een sneltrein (neen, niet zoals de Fyra), maar mocht u vergeten zijn de nodige penningen op onze rekening over te schrij- ven, dan is dit wel het laatste nummerke dat u vasthoudt.

Alleen indien u van ons in de voorbije dagen een herinneringsbrief ontvangen heeft, bent u in dat geval.

Mijn medewerkers en ik hopen dat ook u tot onze trouwe lezersschare blijft behoren. Wij van onze kant beloven u dit jaar nog eens 50 nummers, of 816 bladzijden lectuur, of 8 miljoen lettertekens.

Plus nog eens 500 cartoons. Het kriebelt bij de idee alleen al.

De ganzenveren zijn aangescherpt. De potloden zijn geslepen. De drukpers is geolied. Met uw steun kittelen we ook dit jaar aan de tenen van onze Vlaamse (?) en Waalse (!) politici. Vrij en ongebonden, zoals de voorbije 67 jaar, onverpoosd!

KvC

(3)

Actueel 9 januari 2013 3

Statler (of Waldorf)

Mijnheer de oude querulant,

Gij zijt tegen de partij van de burgemeester van Antwerpen een kruistocht begonnen. De N-VA moet ‘te allen prijze’ ont- maskerd worden, want hoewel die partij niet openlijk voor het einde van het land pleit, doet ze er wel alles aan het te ondermijnen.

Gij zijt dat gaan zeggen in het Franse weekblad Paris Match, in de hoop wellicht dat uw verhaal daardoor ook in het Belzjiekske enige weerklank zou vinden. Hadt gij dat allemaal in een Vlaams blad uitgeschruweld, het zou zonder meer gepasseerd zijn.

De hypocriete houding van de - naar ons gevoel eerder gematigde - Vlaams-nationalisten moet tegen de verkiezin- gen van 2014 blootgelegd worden, vindt gij. Bovendien moe- ten volgens u de mensen weten dat de N-VA oneerlijk is en dat bepaalde media haar doorgeefluik geworden zijn. Het klimaat is “verschrikkelijk”, zegt gij zonder verpinken, maar met de angst in de ogen, want gij ziet overal demagogie en volksmisleiding.

Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig.

Vandaar dat wij uit heel uw betoog afleiden dat gij, als gij aan de moeder van alle verkiezingen in 2014 denkt, het in uw broek doet. Want als de traditionele partijen daar nog eens kletsen gaan krijgen, is het amen en uit. Dan ligt Het Edel Land

der Belgen definitief op apegapen. Gij wordt appelblauwzee- groen en uw maag werpt zure oprispingen op, als gij er nog maar aan denkt dat N-VA én Vlaams Belang samen wel eens vijftig procent van de Vlamingen achter zich zouden kunnen krijgen. In uw diepste, angstige binnenste is dat het einde van het Belze verhaal. Om die nachtmerrie te bevechten, trekt gij, zwetend en schuimbekkend, met een verbeten kramp op uw gezicht en uw uitgedunde haardos meer dan ooit in de war, tegen beter weten in ten strijde.

Nochtans hebt gij ooit in de N-VA geloofd, zij het dan als kartelpartner. Als strateeg vondt gij dat dat kartel best had blijven bestaan, want dan hield men greep op die partij. Toen het kartel evenwel barstte, haalde gij meteen uit naar Geert Bourgeois. Gij scholdt hem uit voor ‘zwakkeling’ en ‘un petit monsieur’.

Ach, Eric, waar is de tijd dat gij door Vlaamsgezind Vlaan- deren op handen werdt gedragen en dat gij als de rebelse fla- mingant van de CVP aanzien werdt? Al van in uw jonge jaren bij de CVP-jongeren waart gij een dynamische vent die het gelinksel in uw partij tegenstond, die een duidelijke Vlaamse stem vertolkte (vooral in de kwestie-BHV) en die bovendien, samen met uw broer, de conservatieve taal sprak die menig Vlaming naar het hart ging. En naar wie men in uw partij luis- terde. Want men had schrik telkens gij begont te tempeesten.

Vandaag zijt gij een oude, verkrampte kniesoor geworden, die alleen nog zaagt en klaagt. Gij zijt alle dynamiek verlo- ren. Wat gij vroeger zegde en deedt, zijt gij vergeten. Als een oude Statler of Waldorf – aan u de keuze – zit gij dag in dag uit te mekkeren en uit uw nek te kletsen. Gij zijt zo vanzelf op het niveau van het oude CVP-fossiel Mark Eyskens - Wal- dorf, als gij Statler zijt, of omgekeerd - beland. Jullie hebben gemeen dat alles moet gedaan worden (‘te allen prijze’, zegt gij) om het oude Belze vaderland overeind te houden en dat de Saxen-Coburgers daarvan het bindmiddel moeten blijven.

Het zal allemaal zo’n vaart nog niet lopen. Tenslotte wil de N-VA eerst nog de lange omweg van het confederalisme maken, net als uw partij en de Open Vld, waardoor het Bel- gische raamwerk nog voor héél lang overeind zal blijven.

Punt 1 - de Vlaamse onafhankelijkheid - in de statuten is eigenlijk maar om te lachen en om wat goedgelovige radicale Vlamingen te paaien. Gij trekt dus ten strijde, als een Don Qui- chote, tegen iets wat er niet is.

Gelukkig hebt gij zelf aangekondigd dat gij aan uw laatste parlementair mandaat bezig zijt en dat gij u na 2014 in Zaven- tem terugtrekt. Wij smeken u woord te houden, want trop is te veel. Gij hebt rust nodig. Veel rust.

Brief aan Eric van Rompuy

Het Coninckplein

Neem de kwaliteitsbladen De Standaard, De Morgen en Knack. Bui- ten de strips, de colofon en de opmaak lijken die bladen heel sterk op elkaar. De journalistiek is ontmand, gedompeld in een nirwana van post- moderne verpulping en oppervlakkigheid, en wordt ingezet tegen krach- ten die kritisch staan tegenover het heersende regime.

De gecreëerde, imaginaire werkelijkheid wordt dan als waarheid ver- kocht. Wie niet binnen dat proces meedenkt, ageert en beweegt, wordt aan kant gezet en krijgt geen ruimte meer. Een aantal gastschrijvers wordt aan het woord gelaten om een schijn van onafhankelijkheid en pluralisme te wekken.

Bij Knack stapten Rik van Cauwelaert en Koen Meulenaere op. Ze wei- gerden mee te marcheren in de verpulping van het blad. Meulenaere en Van Cauwelaert waren genadeloos voor de heersende overtuigingen en meningen binnen de mediawereld. Ze schreven heel scherpe bijdragen.

Ze vormden letterlijk de eerste en de laatste bladzijde van Knack en, geef toe, alles wat er tussen zat, was saai en weinig inspirerend.

De alliantie met de culturele wereld wordt fel in de verf gezet. Pers en kunstenaars vonden elkaar in de strijd voor de naamsverandering van het Antwerpse De Coninckplein.

Pieter moest Herman worden, omdat de eerste in 1302 ‘antisociaal gedrag’ vertoonde door de mondaine Fransen op hun bek te timmeren.

In dezelfde beweging wordt afgerekend met Hendrik Conscience, door Erwin Mortier in De Standaard weggezet als “sujetten (die) hun mis- baksels van identiteitstaarten met een dikke laag marsepein beleggen, omdat de stank anders niet de harden valt… de wieg van het nakende glorieuze, vrije Vlaanderen: een moestuin die zich Walhalla waant, met beendermeel bemest.”

Conscience wordt geklasseerd als een soort ‘literaire trol’ wiens boek over 1302 een prima handleiding is voor de vendelzwaaiende knokploe- gen van extreemrechts.

Daar tegenover staan natuurlijk de Vlaamse culturele elite en de ver- ontwaardigde pers, die met de Vlaamse eendimensionale ersatziden- titeit niets te maken willen hebben en die zich enkel kunnen vinden in het multiculturele koninkrijk België, als venster op de wereld. Intussen leven ze van de Vlaamse subsidiepotten, maar dat is niet meer dan een vervelend detail.

De grote ontkenning

De discussie over het Antwerpse De Conickplein was opgeblazen en werd in de pers breed uitgesmeerd. Tal van culturele prominenten kre- gen hun zeg. Het kerstessay in De Standaard stond in het teken van de afrekening met alles wat naar Vlaamse identiteit ‘stinkt’.

In het oeverloze gezwets werd amper gesproken over de verloede- ring van de buurt rond dat plein. Hoeren, pooiers, dealers, oplichters en ander fraai volk bevolken de straten.

Ontkenning is nog zo’n wapen van de Vlaamse pers. Onlangs werden de internationale Pisa-resultaten bekendgemaakt. Het Vlaamse onder- wijs staat in de top tien, maar is wel enkele plaatsen gezakt. Werd daar- over een drukte gemaakt zeg. De ‘zelfvoldaanheid’ van Vlaanderen werd aardig op de korrel genomen.

Maar over de wanprestaties van het peperdure Franstalige onderwijs werd met geen woord gerept. In die Pisa-resultaten bengelt het Frans- talige onderwijs helemaal achteraan. Een kwart van de Franstalige vijf- tienjarigen haalt het basisniveau voor lezen en wetenschappen niet.

De helft van de Franstalige vijftienjarigen heeft al één of meer leerja- ren overgedaan.

In Vlaanderen is dat nog geen kwart. In Wallonië zijn er 15 procent gettoscholen. 28 procent van de leerlingen zijn er van allochtone komaf en ondergraven de kwaliteit. In Brussel is de situatie nog dramatischer.

Daarover leest u in de Vlaamse pers geen woord. Kritische analyses daar- over worden door de redacties geweigerd.

U heeft vast en zeker kunnen genieten van de ordinaire scheldtirade van de koning. De N-VA werd bijna letterlijk in het gezicht gespuwd.

De reactie van de andere Vlaamse partijen was lauw. Ze zijn eigenlijk begripsvol voor de koning. De demonisering van de N-VA is in volle gang.

Als we morgen alle Vlaamse krachten over de partijgrenzen heen kun- nen verzamelen rond een uitgesproken Vlaams en democratisch project, ontdaan van iedere persoonlijke rancune en ambitie, dan loopt België in 2013 op zijn laatste benen.

Utopisch is dat niet. Het vergt alleen maar wat politieke moed. Is dat geen goed voornemen dat we met zijn allen kunnen maken?

JB

Van kwaliteit tot pulp

De Franse cultuurfilosoof Jean Baudrillard heeft steeds scherpe kritiek gehad op de sterk gemediatiseerde samenleving. De gepercipieerde realiteit wordt ingevuld, gevormd en gekneed door de media. De ‘realiteit’ wordt vervangen door het verschijn- sel ‘hyperwerkelijkheid’. We leven in een ‘betekenisloze’ wereld. Baudrillard fileert genadeloos: “Alles kan en alles mag, alles is bevrijd en er zijn geen taboes meer, maar in de plaats van een opwindend feest levert dit een geweldig gevoel van leegte op. We leven in de hel van hetzelfde.” Het bewustzijn van heel wat mensen wordt ingevuld en geregisseerd vanuit hoofdredac- ties en regiekamers. Ingewikkelde processen worden gesimplificeerd tot hapklare, makkelijk te consumeren brokken. De zoge- naamde actualiteit wordt geboetseerd tot een illusoire soap.

’t Pallieterke Jaargang 2012 op USB

De jaargang 2012 van ‘t Pallieterke zal ook dit jaar beschikbaar zijn op een USB-stick. Alle 52 nummers zijn in PDF-versie te lezen en af te drukken. Tevens leveren we een volledige index van alle boekrecensies, vraaggesprekken en dossiers. Bestel- len kan nog tijdens kantooruren: 03/232.14.17.

of via: secretariaat@pallieterke.info.

Kostprijs per stuk: 10 euro, verzendingskosten inbegrepen (binnenland). En we doen er gratis ook nog eens de jaargang 2011 bij.

Nu bestellen, en binnen enkele weken wordt de USB-stick u thuisbezorgd.

De Bruyne gestrAFt

Le Soir zette op 22 december vorig jaar de aanval in op Jan De Bruyne, ambassa- deur in Congo-Brazaville. Jan De Bruyne is de zoon van ex-VU-minister Hector De Bruyne.

Voor een economische Congo-missie van het Vlaamse kantoor voor buitenlandse handel (Flanders Investment and Trade) zou hij het Congolese regime corruptie hebben verwe- ten (wat hij ontkent), sprak hij Nederlands en gebruikte hij niet één keer het woord Bel- gië. Le Soir vond een drietal “misnoegden”, onder wie de vroegere sp.a-politica Anissa Temsamani (nu werkend voor het Vlaamse milieubedrijf Waterleau), die erop moest wij- zen dat De Bruyne van N-VA-signatuur was en

“een universele taal” had moeten gebruiken.

Minister Reynders startte “een onderzoek”

enroept nu De Bruyne terug naar Brussel, zo moesten we via de tv vernemen (RTL-TVi). Hij verwijt De Bruyne een gebrek aan terughou- dendheid en zegt dat hij ook “enkele woorden in het Frans” had moeten spreken. “Een afre- kening, een sanctie zonder gehoord te worden, een politiek spel”, aldus N-VA-senator Karl Vanlouwe. Zijn partijgenoot Ben Weyts sloeg eerder al de nagel op de kop: “Als Fransta- lige diplomaten hetzelfde doen, kraait er geen haan naar… Evenmin verbaast men zich over het feit dat diplomaten 100 jaar lang geen Nederlands kenden, laat staan het spraken of over het feit dat er zelfs vandaag nog diploma- ten te vinden zijn die geen Nederlands kunnen of willen spreken”.

VoorAl WAllonIë gAAt FAIllIet

Alarmerende faillissementscijfers van Graydon, spektakelredacteurs zijn er gek op. “Meer dan 5.000 Vlaamse bedrijven over de kop”, dondert een kop in Gazet van Antwerpen. Dat geeft de indruk dat de Vlaamse economie implodeert, quod non.

Toch even inzoomen. Volgens Graydon gingen vorig jaar 11.083 bedrijven failliet (+5,24 procent), waarvan 5.411 in Vlaan- deren (+11,4 procent). Elfduizend faillis- sementen stonden voor een verlies van 22.008 jobs, “zij het dat die zeker niet alle- maal verloren gingen”. Dat relativeert al één en ander: het gaat - gelukkig - vaak om eenmansbedrijfjes. Bovendien staan daartegenover een pak nieuwe starters.

Ook in het communautaire debat worden de Graydon-cijfers al eens opgevoerd. De regionale details zijn niet zonder belang. In verhouding tot de bevolking en het aantal bedrijven per regio, gaan er nog altijd veel meer Waalse en Brusselse bedrijven over de kop dan Vlaamse. Het probleem is in de andere gewesten dus wel een stuk urgen- ter, blijkt ook in De Standaard: in Vlaande- ren ging 1 op de 99 actieve ondernemin- gen over de kop, in Wallonië 1 op 89 en in Brussel 1 op 62. Wedden dat de perceptie anders is, in een wereld waar veel mensen vooral de krantenkoppen lezen?

(4)

Dossier

9 januari 2013

4

Zangfeest met een jeugdig motto

Op de voorstelling van het 76ste Vlaams Nationaal Zang- feest in het gastvrije Kasteel Fruithof in Boechout, werden van- uit het publiek nogal wat vragen op voorzitter Erik Stoffelen afgevuurd. Eén van de vraagstellers verwees naar het oubol- lige imago dat in bepaalde kringen op het Zangfeest wordt gekleefd en wat het ANZ daaraan denkt te doen.

“Niet makkelijk”, zei de voorzitter, “maar wij doen erg ons best om, uiteraard met eerbied voor de traditie, meer jeugd te bereiken.”

Om dat te staven, toonde hij de eigentijdse affiche met dito motto:

VLAANDEREN@DETOEKOMST.VL. De jeugdige boodschap werd niet door iedereen in dank afgenomen (de jeugd was niet opvallend aan- wezig...), want een vergrijsde Vlaamse beweger wou weten waarom het ANZ niet doodgewoon als motto had genomen: Vlaanderen onze toekomst. “Wij hebben bewust voor een modern thema gekozen”, klonk het antwoord, “omdat we héél Vlaanderen willen bereiken, want het is meer dan ooit belangrijk dat Vlaanderen de touwtjes in handen krijgt en dat is wat anders dan de borrelnootjes die we voorgeschoteld krijgen met de zesde staatshervorming waarin heel wat onzindelijke toegevingen worden gebetonneerd.” Op weg naar 2014 moet die ellendige staatshervorming ontmaskerd worden als één brok ellende. “Vlaanderen vraagt een doortastend beleid, maar

krijgt het tegenovergestelde”, meent Erik Stoffelen terecht. Met het staartje in het motto wil het ANZ afstappen van de drieletterexten- sie .vla en die vervangen door .vl als symbool van onze waarde en

“bovenal ons geloof in een eigen Vlaamse staat”, geïnspireerd door Catalanen en Schotten.

Bedankt, Geert en Hugo

Na meer dan vijftien jaar “rots in de branding” te zijn geweest voor het ANZ, vertrekt secretaris Geert Gravez binnenkort naar de provin- cie, om zich daar met culturele dossiers bezig te houden. De voorzit- ter hoopt dat hij daar met verve zal opkomen voor de ANZ-dossiers die hij vaak mee vorm heeft gegeven. Een dankwoord ook voor ere- voorzitter Hugo Portier, die na meer dan vijftig jaar harde inzet uit de raad van bestuur en de regie- en programmacommissie ontslag neemt. Van een rots in de branding gesproken! Om niet de indruk te wekken dat het ANZ alleen maar mensen dankt die weggaan, dankte Stoffelen ook al die idealisten die blijven, voor hun belangeloze inzet:

“Zonder hen zouden we hier niet moeten bijeenkomen.”

Steun op afbetaling

In naadloze aansluiting bij het dankwoord van de voorzitter, schoof Hugo Portier de tot hem gerichte lof door naar “hen die nooit op een podium of in de schijnwerpers staan en altijd het ANZ dienen, men- sen die vakantiedagen opnemen, ‘s nachts werken en nog zoveel meer om het Zangfeest te doen slagen”. Met ontroering dacht hij aan die vrouw die het Zangfeest wou steunen met een gift van 20 euro, maar die som niet in één keer kon betalen en vroeg of ze het in vier stortingen mocht doen. In zijn ontroering stelde de erevoorzitter die weldoenster níét als voorbeeld en daarom doe ik het maar, mét mijn warme waardering voor al die mooie zangfeesten die Hugo Porter, in de voetsporen van vader Valeer zaliger, ons heeft bezorgd: beste lezer of lezeres, kan je het nooddruftige ANZ niet in één keer steu- nen, in vier keer kan ook.

Over het door regisseur en boekschrijver Paul Cordy voorgestelde programma voor het 76ste Zangfeest heb ik het later, want deze week ontbreekt alweer plaats, maar wacht daar niet op om uw kaarten voor het Zangfeest van zondag 3 maart 2013 te bestellen.

Telefoon: 03/237.93.92, 070/345.345 www.teleticketservice.com.

hvo

In mijn stad stralen drie sterren tijdens de oorlog: schilder Prosper de Troyer, schrijver Filip de Pillecyn en componist Gaston Fere- mans. Dit stuk handelt alleen over De Pille- cyn, maar er moet me toch iets van het hart.

De Mechelse “Marnixring Gaston Feremans”

slaagt er in 2013 nog altijd in op haar webstek over haar schutspatroon te melden dat “hij muziekdirecteur werd bij het NIR, de voorlo- per van de VRT”. Zeventig jaar na datum moet een Vlaamsgezinde serviceclub toch niet beschaamd zijn om de waarheid te schrijven.

Feremans werkte niet bij het NIR maar bij de door de Duitsers gecontroleerde Zender Brus- sel.

De Pillecyn arriveert in Mechelen in 1933, ***

als hij leraar wordt aan het Koninklijk Athe- neum en aan de Brusselse Steenweg 280 woont. Hij schrijft er meesterwerken als Mon- sieur Hawarden, Hans van Malmedy en De Sol- daat Johan. Hij ontmoet Reimond Tollenaere die de opdracht heeft het Vlaams-nationa- lisme weer op te bouwen in de stad na de ver- woestende doortocht van Ward Hermans tot die in 1936 weerkeert. De Pillecyn stort zich in het Mechelse sociale leven. Voor de plaat- selijke VOS-sen (Vlaamsche oud-strijders) is een man met zijn immens prestige een gods- geschenk en hij wordt hun voorzitter. De Pil- lecyn merkt vlug dat de franskiljons nog altijd op straat en zelfs in het stadhuis heersen. Hij sticht de “Kunst- en Kultuurclub Tijl” die een verzamelpunt wordt voor Vlaamsgezinden. Tol- lenaere is er lid van. Na een paar jaar geeft De Pillecyn de voorzittershamer door, maar hij woont de vergaderingen in de bovenzaal van café Vondel wel geregeld bij en hij is een gewaardeerd spreker. Tijl organiseert in 1939 de eerste Mechelse “Nationale Kultuurdagen”.

Ook de katholieke senator Fons Verbist (de man achter de concentratie VNV-KVV) en de

De Pillecyns

Mechelse oorlogsjaren

Op vrijdagmorgen sla ik mijn ‘t Pallieterke open - als Kerstmis op dinsdag valt duurt het drie dagen vooraleer de post komt - en ik merk dat Brederode een stuk aan Filip de Pillecyn gewijd heeft. En dat net bij het begin van de driedaagse die ik heb voorzien om vijftig bladzijden nota’s te verwerken voor de Mechelse Kerjeuze over de culturele col- laboratie in Mechelen.

liberale franskiljon Oscar van Kesbeeck zijn lid van het “Eerecomite”. De Pillecyn spreekt over “Het proza in de Nederlanden” en drie voordrachtgevers lezen de lange citaten voor die hij als voorbeeld kiest (hij vergeet zichzelf niet, met een fragment uit De Soldaat Johan).

De inspirator

Zijn belangrijkste taak is natuurlijk zijn leraarschap. Op een foto uit 1938 staat hij met zijn collega’s op de trappen van het Athe- neum. Je kan niet naast zijn rijzige gestalte, zijn karakteristieke kop en zijn mooie vrouw kij- ken, want ze geeft ook les in deze eliteschool - waar geen letter in de gepubliceerde gedenk- boeken aan de auteur herinnert. De Pillecyn maakt er nochtans een enorme indruk. Hij is een inspirator, een verteller, maar niet iemand die zich van het leerprogramma veel aantrekt.

Sommige maar niet alle leerlingen dwepen met hem. Onder zijn invloed stichten leer- lingen de Vlaamsgezinde cultuurclub Kente- ring. De latere rechtshistoricus Theo Maes is de bekendste naam als voorzitter. Het Athe- neum en niet het aartsbisschoppelijk college (waar kardinaal Van Roey als een gier over de liefde voor België waakt) is het centrum van de culturele collaboratie. De Pillecyn wordt eerst na de Duitse bezetting lid van het VNV en de DeVlag. Zijn Atheneumcollega Albert de Poor- tere wordt cultuurleider van het hele VNV en Mechels oorlogsschepen, van Onderwijs en Cultuur. De Pillecyn is al lid van de Vlaamse Academie en leidt in de oorlog met Jef van de Wiele van de DeVlag de officiële Nederlande Cultuurraad, waar voorzitter-priester Ver- schaeve zich maar weinig laat zien. In Meche- len is De Pillecyn nog voorzitter van het Nati- onaal Kultuurverbond; een koepelorganisatie die de nieuwe orde toegedaan is en die gelei- delijk het monopolie krijgt van alle cultuurui- tingen (goedschiks als het kan, kwaadschiks

als het moet via De Poortere, die weigert sub- sidies en stedelijke zalen ter beschikking te stellen van verenigingen die zich niet aanslui- ten). De twee adjuncten van De Pillecyn in zijn Verbond zijn ook VNV’ers en leraar aan het Atheneum. Eentje is Luc Vandeweghe en iedere progressieve intellectueel leest in de jaren zestig en zeventig de linkse columns over buitenlandse politiek van E. Troch - het pseu- doniem van Vandeweghe - in De Standaard.

Ach, hij is niet de enige die zijn huik naar de wind hangt.

Ook na de oorlog blijft het Atheneum een school waar exact 20 procent van de leerlingen na zes jaar zijn humanioradiploma krijgt. Uw columnist studeert er tussen 1956 en 1962 en hij herinnert zich de afkeer voor iedere Vlaams- gezinde mening. Niemand uit het repressiemi- lieu stuurt zijn zonen naar die school. Ik voer als enige in mijn klas boze discussies over de Vlaamse discriminatie; zeker met de belgicis- tische leraar Engels (voorzitter ACOD Meche- len) die alles afdoet met de slogan: “In Vlaan- deren Vlaams en op Sint-Anneke mosselen.” Ik ontdek nu dat hij een leerling van De Pillecyn geweest is en voorzitter van de “Vlaamsche Studentenkring”, nationalistische universiteits- studenten uit het Atheneum. De jongeheren vergaderen nog in 1943 tezamen met de stu- dieprefect van het Atheneum in het stamlo-

kaal van de Dietsche Militie/Zwarte Brigade.

De studieprefect steunt De Pillecyn en zijn collega’s en er is geen “zwarte oorlogsmani- festatie” waar hij niet verschijnt. Na de oorlog wordt de studieprefect een tijdje geschorst, maar hij heeft de juiste filosofische overtui- ging (lees: vrijmetselarij) en mag het splin- ternieuwe Atheneum van Keerbergen leiden.

De bezige bij

Tijdens de oorlog verschijnt er geen schep- pend proza van De Pillecyn. Begrijpelijk. Hij wordt in mei 1941 directeur-generaal Mid- delbaar Onderwijs bij het ministerie. Hij ver- liest het jaar daarna zijn vrouw en in 1944 hertrouwt hij. En hij blijft een bezige bij in Mechelen. Ik heb meer dan duizend bladzij- den plaatselijk oorlogsnieuws doorgenomen en op honderden ervan verschijnt zijn naam.

Hij blijft tot het einde voorzitter van de VOS- sen en introduceert sprekers als de jonge col- laborerende historicus Theo Luyckx (van de bekende “Politieke Geschiedenis”) en kunst- kenner Jan D’Haese (oostfrontreporter en zijn halve leven criticus bij ’t Pallieterke). Hij laat cabaret- en kameraadschapsavonden orga- niseren en de 1ste november brengt hij op het kerkhof met zijn VOS-sen een hulde aan de gesneuvelden. Hij is meestal aanwezig bij cultuuravonden van de DeVlag, waar hij ook spreekt en dikwijls een Duitse gast inleidt of de vele oproepen steunt om naar het oost- front te trekken. Hij woont de tentoonstelling van de Nationaal-Socialistische Jeugd Vlaande- ren bij. Als het VNV van de Kreiskommandatur nieuwe, mooie lokalen krijgt, is VNV-leider Staf de Clercq de eregast. De stad biedt “den Lei- der” zelfs een academische zitting aan en Gas- ton Feremans dirigeert zijn koor Het Vendel.

De Pillecyn (gezeten naast Kreiskommandant von Maercker) is de spreker. En natuurlijk is hij de hoofdverantwoordelijke bij de jaarlijkse Nationale Cultuurdagen in Mechelen. In 1941 voert men er zijn De Soldaat Johan als toneel- stuk op, met Ast Fonteyne en Piet Bergers in een bewerking van Cyriel Verleyen.

Een apart fenomeen zijn de vele huldigin- gen die men hem brengt ter gelegenheid van zijn 60ste verjaardag, om zijn benoeming bij het ministerie te vieren, enzovoort. Hij is dan de eregast van vele verenigingen of van de stad die door zijn VNV-kameraden geleid wordt.

Een zo’n avond eindigt met een diner in de Drie Peerdekens en een toespraak door de Kreis- kommandant. Een hoogtepunt zijn de Cultuur- dagen van 1943; op het congres van Vlaamse letterkundigen verwelkomt hij Claes, Van der Hallen, De Pauw, Melis en Verbeeck. Tijdens een academische zitting houdt Verschaeve “de lijkrede van de Vlaamsche cultuur” wegens de bedreiging door “de Russische cultuur in samenwerking met het Jodendom”.

Mechelen kent De Pillecyn ook onder een andere gedaante. Mijn moeder is een volks- vrouw die toch al zijn boeken met bewon- dering leest. Zijn Duitsgezindheid vergeeft ze hem, maar zijn drankzucht niet. Eén keer vist ze hem met andere omstaanders letterlijk uit de goot. Op zondag 27 augustus 1944 huldigt De Pillecyn nog de nationalistische toneel- schrijver Buskens, maar de bevrijding wacht hij liever niet af in Mechelen. Hij vlucht naar zijn Oost-Vlaamse heimat, waar hij gearresteerd wordt. Zijn woning wordt geplunderd. Tot juli 1949 zit hij in de gevangenis.

Jan neckers Filip De Pillecyn, geschilderd door Luc Verbist

(5)

Actueel 9 januari 2013 5

Een gelukkig Nieuwjaar, ook voor alle Waalse buren. De eerste dagen van het jaar hebben toppolitici van de PS al behoorlijk van zich laten horen. Voorop loopt Di Rupo. Zijn regering is een geparfumeerd uithangbord van een niet zo fris ruikende staat.

Di Rupo herhaalde zondag nog eens zijn ode aan België. De boodschappen van Rudy Demotte en Paul Magnette waren dan weer blote pleidooien voor Wallobrux, en de boodschap van José Happart was de verzwakte stem van het Waalse regionalisme. De PS gaat voor de macht. Die komt uit België

De Belgische vlam

Beginnen we met het Belgische hoedje van Di Rupo. Zijn kerstboodschap, uitge- sproken door buikspreker Albert II, heeft Di Rupo dit weekend nog maar eens herhaald.

In De Zondag fulmineerde hij weer maar eens tegen de “separatistische en dus gevaar- lijke partij N-VA”. Benieuwd of de Vlaamse minderheid die hem steunt daar kan blijven mee lachen. Helemaal om te gieren, is zijn deuntje dat het discours van zijn copiloot Albert II voor 90 procent was geconcentreerd op de prioriteit van economisch herstel en de aanpak van hete dossiers als asiel, immigra- tie en justitie. Dat moet je horen uit de mond van dit koppel, dat al sinds onze kindertijd dit land naar het donker heeft gegidst.

Elio Blabla liet weten een contente mens te zijn, omdat België in 2012 zijn “geloof- waardigheid heeft teruggevonden” en hij zal in 2013 de “positieve dynamiek” voortzet- ten. Di Rupo wil vooral de nadruk leggen op economie en werk. Hij wil inzetten op job- creatie, competitiviteit van ondernemingen, innovatie en koopkrachtverhoging, sluitende begrotingen, asielbeleid en immigratiebe- leid. Begin er maar aan, maar dan vooral in Brussel/Bruxelles en Wallonië, zouden we zeggen. Misschien is daar plaats voor nog meer overheidstewerkstelling, voor nog een half miljoen nieuwe Belgen?

Onze troeven (knowhow, productiviteit, creativiteit, opleidingsniveau) wil Di Rupo aan het heelal verkopen onder het kwali- teitsmerk “made in Belgium”. Dat moet een Belgenmop zijn. De “veus” van een volunta- rist, waar Verhofstadt moet voor onderdoen.

Di Rupo wil ook de staatshervorming afronden. Als we de MR mogen geloven, wordt dat 2014 (ten vroegste), maar dat is maar een detail. “I’m a believer” zingen de federale CD&V’ers en de familie Van Rompuy tot zolang. Een liedje van The Monkees, waar- mee we verder niets bedoelen.

Vlaanderen op een PS-spoor blijven binden, dat zullen de Vlamingen niet zo wijs vinden. Het omgekeerde zullen de PS’ers evenmin een goed idee vinden. Dat belooft.

We willen die gulden middenweg onder de federale zon wel eens zien schitteren.

Het Waals-Brusselse perspectief

Waals minister-president Rudy Demotte was de tweede prominente PS’er in beeld.

Waar Di Rupo voluntarist is voor België, is planoloog Demotte aandoenlijk lyrisch over Wallonië. Zijn herstelplan Horizon 2022 zou de economische achterstand van zijn regio vierendelen. Helaas merken we daar niet veel van. De vragen van het weekblad L’Echo zeg-

gen meer dan de antwoorden van Demotte.

Horizon 2022 vervangt het vroegere Mar- shallplan. Is dat laatste dan mislukt? “Ah neen, Wallonië doet het economisch beter dan Vlaanderen.” Is het plan niet te vaag?

“Och neen, de PS wil geen planeconomie naar Sovjetmodel.” Is er kans op succes? “In Vlaanderen krijgt het meer krediet dan in Wallonië.” Er is toch nogal wat kritiek? “Wie kritisch is, stigmatiseert en dat is contrapro- ductief.” Maar in Vlaanderen is er toch ook veel kritiek? “Ja, maar die komt van diegenen die autonomie willen om de autonomie.” The Monkees zingen een tweede refrein.

Demotte is niet enkel minister-president van Wallonië, maar ook van de Federatie Wallonië-Bruxelles, zoals de Franstaligen hun Gemeenschap nu noemen. En die is minder fictief dan men in Vlaanderen soms denkt.

Wallonië gooit het anker naar de hoofdstad.

De Vlamingen die nog pleiten voor een “geza- menlijk beheer” van Brussel krijgen op hun donder.

Francofonië is het kader

Eenzelfde teneur bij Paul Magnette, in Le Soir. Deze PS’er zou de federale politiek ver- laten voor Charleroi, waar hij burgemeester wordt. Eerst zien en dan geloven. Magnette blijft senator en vooral topper van zijn partij.

Ook Magnette preekt optimisme en volun- tarisme. Ook hij heeft het over de succes- sen van het Marshallplan. Charleroi redden, dat ziet hij wel zitten. “Charleroi sera ’la’ ville créative, ‘la’ ville dont on parlera dans les dix ans. Charleroi sera notre petit Berlin…”

Dezelfde afkeer voor kritische vragen.

Heeft de PS niets te maken met de ontspo- ring van zijn stad? “Laat ons toch vooral naar de toekomst kijken. Het ergste ligt achter de rug.” Hoe zal hij dat herstel dan wel aanpak- ken? Op de maat der socialisten. Het moet gebeuren “via openbare diensten, scholen en crèches”, die beter moeten gaan werken.

Mooi zo, maar wie zal dat dan allemaal beta- len? De subsidiërende overheid. De Waalse, zegt hij. Ook de Vlaamse belastingbetaler, weet hij. Is Wallonië dan zijn perspectief? Is een Waalse natie zijn ambitie? Neen, want Walen en Brusselaars zijn één: “Wallons et Bruxellois, francophones, nous constituons un groupe humain, nous devons y croire.”

Het communautaire debat, “c’est fini” voor Magnette. Geen gezeur meer over de cultu- rele identiteit van Wallonië. Francofonië is het kader: “Maintenant, il faut prendre con- science de ce que l’on représente ensem- ble; je l’ai dit, une nation wallo-bruxelloise.”

Happart wil onderhandelen

De PS heeft zich dus verzekerd in België,

en heeft zich verankerd aan Brussel. Regiona- listisch rumoer wordt er marginaal, en stilaan beperkt tot het geluid van een excentrieke José Happart. “Onmiddellijk onderhandelen over confederalisme” is zijn pleidooi.

Happart (66), lange tijd het breekijzer van de Walen, is vandaag voorzitter van de Luikse luchthaven en sinds Kerstdag weer gedomi- cilieerd in Voeren. Een nieuwe stap in de lokale politiek sluit hij uit. Maar eigenzinnig gebekt blijft hij in elk geval. Ook tégen de PS-top. Façade?

De Franstaligen verliezen de Rand, als ze de faciliteiten zo slapjes blijven verdedigen, en Brussel wordt een vooral Engelstalige stad, waar almaar meer verkozenen van niet- Europese origine zijn en die zijn niet geïn- teresseerd in het verdedigen van het Frans, stelt Happart. De Franstalige partijen moeten de nodige maatregelen nemen om te voorko- men dat Brussel een Vlaamse stad zou wor- den. Als de Brusselaars niet radicaal eisen om

“une Région à part entière” te mogen zijn, “ils se feront bouffer par la Flandre”.

“De Vlamingen weten al 150 jaar wat ze willen. Terwijl de Walen la Belgique de papa willen redden”, klaagt Happart. De Brusselse media, RTBf op kop, hebben de Walen “bewerkt” om zich met Brussel te ver- enigingen, omdat ze het alleen niet zouden redden. Liever zag hij bij een staatshervor- ming de bevoegdheden naar de regio’s gaan, niet naar de gemeenschappen.

Is Happart dan voor een onafhankelijk Wal- lonië? Hij is voor “confederalisme”. De Wever zal er volgens Happart in 2014 een demon- stratie van maken, surfend op het wantrou- wen van de Vlamingen voor het Belgische establishment.

“Als we de meubelen willen redden, moe- ten we daarom niet in 2014, maar nu meteen over confederalisme onderhandelen. Anders leggen de Vlamingen het op. Wat gaan we doen als De Wever 50 procent van de zetels haalt in het Vlaams Parlement en Vlaamse independentisten meer dan de helft van de Vlaamse zetels in het federale parlement?

We moeten ophouden te geloven dat dit het einde van de wereld zou zijn.”

Neen, Demotte is voor Happart geen goeie leider, omdat hij twee petjes draagt, één van Wallonië en één van Wallobrux. “Dat komt nooit goed, het is het één of het ander…

De regionalistische vlam in de PS is uitge- doofd, want dat was de prijs die men heeft betaald om Di Rupo eerste minister te kun- nen maken”, besluit hij.

La Belgique de papa is de paraplu van de PS. Benieuwd hoe lang we van Happart nog zullen horen… AnjA Pieters

La Belgique de papa is de paraplu van de PS

Wallonië gooit het anker naar de hoofdstad

ON SE SENt PluS BElgES!

Voelen de in het buitenland actieve Rode Duivels Jan Vertonghen en Moussa Dembélé zich wel Belg, wou La Dernière Heure op 2 januari weten. “Absoluut, zelfs super-Belg als we voor de Rode Duivels spelen”, aldus Vertonghen. “We zijn zeer fier Belg te zijn”, vulde Dembélé aan.

De Waalse krant sleurde er ook nog Vincent Kompany bij die De Wever via een tweet (“België is van iedereen”, et cetera) van antwoord diende na de overwinning tegen Schotland. “De Duivels zijn de beste politieke partij om België te verdedigen”, probeerde de krant. “Laat de politici maar hun ding doen, maar ik sta achter de bood- schap van Kompany. We voelen ons meer Belg dan Vlaming. Meer dan sommigen vermoeden”, aldus Vertonghen. Een beetje tricolore gekte, tot daar. Maar de manier waarop de francofone pers die gekte uit-

perst en politiek wil uitspelen, laat zien hoe wanhopig men daar spartelt rond het laatste symbool van de Belgische eenheid.

Communicatie-expert Jan Callebaut vroeg zich in Knack al af of de tweet van Kom- pany de eerste stap was van een bewuste strategie. Het begint erop te lijken…

Het vedettenploegje van Wilmots moet zich als grootste van de klas in de voor- ronde in groep A nog meten met de jonge staten Macedonië (°1991, 2 miljoen inwo- ners, wedstrijd in maart), Servië (°2006, 7,5 miljoen inwoners, wedstrijd in juni) en Kroatië (°1991, 4,5 miljoen, wedstrijd in oktober), met de onafhankelijke staat in spe Schotland (5,1 miljoen, wedstrijd in september) en Wales (2,9 miljoen, wed- strijd in oktober).

Geen risicoloze onderneming. Zeker niet als de sjotters menen dat ze een poli- tiek spelletje tegen de grootste partij van Vlaanderen moeten spelen.

gOED VOOR EEN liNtJE

Het tweede, definitieve afscheid van tennisdiva Kim Clijsters ligt al even ach- ter ons. In de nasleep daarvan bleek dat er op het voorziene programma enige vertra- ging zat. Dat lag aan het praatje dat Kim maakte met het prinselijke koppel Philippe en Mathilde. Het had hen “behaagd” haar te helpen uitwuiven. Op zich was daar niks mis mee, behalve dan dat de meute, het plebs, wat geduld moest oefenen.

Er een eind over, was, zoals waarne- mers opmerkten, dat het praatje in de taal van Molière gevoerd werd. Dat gebaar van

“Vlaamse” Kim was allicht ruim voldoende om haar bij de eerstvolgende door het cir- cus van Laken op het getouw gezette lint- jesparade een plaatsje op de eerste rij van te lauweren “echte Belgen” te verzekeren.

WiE HEt klEiNE NiEt EERt…

In Gazet van Antwerpen van 29 decem- ber stelde Roger Blanpain dat we “op weg zijn naar de sociale dieperik”. De kranige professor arbeidsrecht zegt er behartens- waardige dingen over de sociaaleconomi- sche situatie, armoede en uitbuiting, over de meedogenloze multinationals en nog veel meer.

Maar hij durft ook te zeggen dat de voor een habbekrats werkende niet-Belgen ons sociale systeem bedreigen, dat treinsta- kingen zouden moeten verboden worden, dat overheidstewerkstelling (scholen, zie- kenhuizen) onbetaalbaar is geworden, en dat de vakbonden niet meer vooruit durven of willen kijken. Lezenswaardig is zijn stuk ongetwijfeld. Blanpain, een ex-VU-senator, is niet mals voor de N-VA, haar kritiek op de transfers en haar streven naar Vlaamse onafhankelijkheid. Helaas is de hele alinea daarover in de krant onleesbaar afgedrukt.

Wel leesbaar is zijn argument dat een onaf- hankelijk Vlaanderen “wel een héél kleine speler zou zijn”.

So what? Denemarken, dat hij overigens als voorbeeld stelt, telt 5,5 miljoen inwo- ners, minder dan Vlaanderen. Het is niet het enige kleine land dat het meer dan behoorlijk doet. Misschien moet de pro- fessor de relatie tussen de grootte van een staat en menselijk geluk eens wat scherper onderzoeken. Dat zou wel eens een verras- send beeld kunnen opleveren. Meer subsi- diariteit en kleinschaligheid, zou het geen bijdrage zijn naar een efficiëntere en soci- alere wereld?

“HOOfDDOEkEN gENOciDE”

Wij begrijpen niet wat westerse vrou- wen bezielt zich tot de islam te bekeren.

De vrouw die door Hema ontslagen werd omdat ze weigerde haar hoofddoek af te leggen, was zo’n bekeerlinge. Zij liet haar naam zelfs veranderen in Lemia. Maar het was in alle geval een lucratieve bekering, want Hema moet haar volgens de arbeids- rechtbank meer dan 9.000 euro uitbetalen wegens onterecht ontslag. Dat is op zich al absurd, maar het toppunt van idiotie zagen we in een betoging tegen dat ontslag: een aantal moslimvrouwen met hoofddoeken droeg ballons mee met slogans. Eén daar- van was: “hoofddoeken genocide”. Alsof hier elke dag tienduizenden lijken worden gevonden van vrouwen die omwille van hun hoofddoek zijn vermoord.

(6)

Al van bij het begin is moeder Kerbache, die over wat van de roodhuiden in het Antwerpse stadhuis rest fractieleidster mag spelen, bij Bart de Wever komen eisen dat hij zijn stra- lende “A” uit zijn knoopsgat haalt. Volgens haar is de “A” een vinding van “P” van “A”.

De Wever zou ze dan kunnen vervangen door een “pin” van de Marnixring. Of door één van de kentekens die het Vlaams Belang uitdeelde op de nieuwjaarsreceptie van ’t Stad, zondag op de Grote Markt. Flup Dewinter had liefst tweeduizend speldjes, met een echt stadswapen dat verbroedert met de Vlaamse Leeuw, laten aanruk- ken. Ze gingen vlot van de hand. Kosteloos, ziet ge. Dat is in deze barre tijden altijd mooi meegenomen.

Op zijn installatie en die van de nieuwe Antwerpse gemeente- raad, was Bart de Wever nog helemaal serieus. Dat moest wel, want er was veel pers, ook uit Broekzele en Wallonië. Die pers dacht waarschijnlijk aan incidenten, maar die bleven uit. Alles verliep ordentelijk en zonder enig tumult. Grote afwezige was “P” van “A”.

Die liet zich niet zien. De plechtige overdracht gebeurde door schoolmeester Robert Voorhamme, de vroegere socialistische sche- pen van Onderwijs. Die deed het voortreffelijk.

Aldus kon iedereen in de raadszaal ordentelijk op zijn plaats geraken en de eed afleggen. Vervelend was de lange duur van het tellen in verband met het OCMW. Ook het Vlaams Belang haalde een zetel, met name voor Nick de Wilde van ’t Sint-Anneke.

Filip Dewinter, de doorgewinterde fractieleider van het uitge- dunde VB, kon het niet laten, tijdens deze eerste samenscholing, kersvers burgemeester De Wever te tackelen.

Hij hield, in verband met de aanstelling van de voorzitter van de gemeenteraad, een vurig pleidooi voor democratie en de aanstel- ling van een neutrale figuur, liefst van de oppositie. Filip stelde zelfs André Gantman voor, die fractieleider speelt voor de N-VA. Uitein- delijk hield De Wever de job voor zich.

De grote democraten van de PvdA+, die nu met vier zetelen, lie- ten het debat aan zich voorbijgaan. Zij waren één en al oor voor

het luidruchtig groepje aanhangers dat applaudisseerde telkens één van hen de eed aflegde. Proficiat.

Tijdens de lange pauze, waarin de stemmen voor de bestuur- ders van de “Openbare Onderstand” werden geteld, kon ieder- een in het bonte en drukke gezelschap op ’t Schoon verdiep met mekaar kennis maken.

Wij stuitten op een groepje uit de Polder, waar ze nog altijd geen bestuur hebben. Een vreemd verschijnsel, want het Polderdistrict is in wezen de bakermat van de districtsvorming. Het was toenmalig burgemeester Bob Cools die van daaruit gepraamd werd de instel- ling op te richten.

De roodhuiden onder leiding van oud-senator Marcel Bartholomeeussen, waren er heer en meester. Het Vlaams Blok/

Belang niet meegerekend, want dat behaalde bij vorige bollekes- kermis het grootste aantal stemmen.

Maar, hoewel de meeste gekozenen vroegere socialisten waren, mochten ze niet meespelen. Bij de verkiezingen van 14 oktober jongstleden, gebeurde er echter iets merkwaardigs:

Bartholomeeussen haalde met een gemeenschappelijke lijst van sp.a, CD&V en Open Vld, vijf zetels. N-VA (een samenraapsel van een amechtig groepje Vlaamsgezinden en Polderbelangen) haalde er zes.

Burgerbelangen (aangevoerd door een vroegere VB’er) kwam uit op één.

De derde kandidaat nog wel. Zes-zes dus, en drie VB’ers op de wip. Vandaar de aanslepende besprekingen die, wanneer dit num- mer op de persen ligt, nog steeds voortduren.

Nog even naar de nieuwjaarsreceptie van ‘t Stad. De Wever liep er rond in pitteleer met strik, als in Samson en Gert. Veel volk, maar anders dan vroeger.

Gewoon volk, geen kaviaarsocialisten, ambtenaren, geitenwol- lensokkendragers, geen socio’s, geen groenen, geen allochtonen.

Erwtensoep. De feestmeester had er wel op gelet dat er geen varkensknook in lag.

Pagaddertoren

De eerste zitting van Bart in het stadhuis

“From Brussels with love”

Stel, je zit in een restaurant te lunchen, ergens in de buurt van de Europese wijk. Aan de tafel naast je zit een man aan zijn smartphone te prutsen. Een eurocraat, denk je al snel. Om het wachten aangenamer te maken, tracht je zijn nationaliteit te raden. En waarom niet, zijn precieze functie. De mogelijkheden zijn legio, maar eentje wordt misschien te snel over het hoofd gezien. Wie zegt dat die man geen eigentijdse James Bond is? Een spion, zeg maar, waarvan er, volgens de staatsveiligheid, in Brussel erg veel rondlopen.

De ene hoofdstedelijke functie werkt de andere in de hand. Tal van instellingen - EU, NAVO - trekken duizenden ‘lobbyisten’ aan. Diezelfde instanties zorgen ervoor dat het spi- onnenaantal in Brussel ongeziene hoogtes bereikt heeft. Ook Genève is erg in trek, maar volgens kenners spant Brussel werkelijk de kroon.

Even terug naar die onbekende, een tafel verwijderd. Misschien doet hij zich voor als diplomaat. Of wie weet, als journalist. In beide gevallen zou dat het vermoeden van spio- nage moeten voeden, want dat zijn net de meest gebruikte dekmantels van spionnen. De diplomatie is een klassieker. Tijdens de Koude Oorlog wemelde het op de Sovjetambas- sade van spionnen, netjes van een diplomatiek paspoort voorzien, dat spreekt.

Zich voordoen als journalist is een recenter fenomeen. Ergens begrijpelijk. Ze bestaan in alle geuren en kleuren en – het is geweten – ze zijn in grote getale aanwezig. Het profiel is gezien die diversiteit voldoende “flou”. Een kolfje naar de hand van de spion, die heel wat te verbergen heeft. Toch blijft het al bij al rustig in Brussel. Vergeet de schietpartijen à la James Bond. De moderne spion beoefent zijn beroep vooral in een kantoor. Sommigen zouden eraan toevoegen: saai. Van de ‘licence to kill’ wordt slechts zelden gebruik gemaakt. Naar verluidt was Gerald Bull de laatste uit dat rijtje op Belgische bodem, vermoord in 1990. Ter herinnering, Bull was een Canadese ingenieur die aan het befaamde superkanon van Sad- dam Hoessein werkte. Maar, die rust is misleidend.

De aanwezigheid in Brussel van de NAVO, de EU en aanverwanten heeft een magneti- sche aantrekkingskracht. Het maakt de contraspionage er niet makkelijker op. Wat binnen de EU-gebouwen gebeurt, is geen zaak voor de Belgische staatsveiligheid, maar eens men zich op de openbare weg begeeft, wordt het dat plots wel. Het is een realiteit dat de NAVO historisch beter gewapend is tegen de bedreiging van spionage. Bij de EU is die cultuur minder aanwezig. In tijden van cyberspionage verhoogt dat het risico op lekken aanzienlijk.

Met hoeveel zijn ze precies? Er een exact cijfer op plakken, is moeilijk, maar volgens bronnen van de staatsveiligheid zijn er – alle landen samengeteld – meerdere honderden spionnen. De Russen zouden de kroon spannen, maar die hebben dan ook jaren ervaring opgedaan, tijdens de Koude Oorlog. Sommigen dachten dat de val van de Berlijnse Muur de sfeer helemaal zou doen veranderen. Niets was minder waar, al verschoven de zwaarte- punten. Economische onderwerpen primeren op het militaire verhaal van weleer. Ook de Chinezen zijn erg actief, alleen hebben die één groot probleem: ze vallen op met hun uiter- lijk. Hun verwevenheid met Chinese bedrijven is vaak groot, een beetje zoals die van de Russen met hun diplomatenkorps. Iran zou op plaats drie staan, en dat is al even traditioneel.

Waar benaderen ze mensen? Tijdens de Koude Oorlog bestonden op dat vlak heuse patronen. Zo bleken de Tsjechen over een lijstje van favoriete restaurants te beschikken. Er waren vaste routes om zich in het centrum van de stad te begeven.

Het metrostation Rogier was een geliefkoosde plaats van afspraak. In het algemeen was het Woluwe Shopping Centre bij spionnen erg in trek, maar de Grote Markt, stations en de luchthaven van Zaventem meden ze. De rustplaatsen langs de E-40 waren gelief- koosd voor ‘transacties’. De meeste van die gewoontes zijn niet meer. Vandaag is discretie de rode draad. Meer dan vroeger wordt van privéwoningen gebruik gemaakt. En toch. Het Luxemburgplein, vlak tegenover het Europees Parlement, blijkt een trekpleister te zijn. Vol- gens kenners is de concentratie van spionnen daar opvallend hoog. Net zoals die van Euro-

pese stagiaires. Toeval is dat niet. KNIN.

De Geuzenberg

Dwars door vlaanderen

9 januari 2013

6

Brief van het jaar

2013 is pas op gang getrokken, maar wie Yvonne Kok uit Brasschaat als auteur van de brief van het jaar nog wil onttronen, zal over uitzonderlijk goede kaarten moeten beschik- ken. Geniet mee van haar proza, over het door

“Patrick” achtergelaten o zo veilige Antwerpen:

“Ik wou voor de kerstdagen inkopen doen in de grote stad. Ik maakte me klaar.

Om te beginnen geen juwelen aan, geen handtas meenemen, geen mobiele telefoon, niet mijn mooie nieuwe jas aantrekken want anders denken ze dat ik rijk ben. Hoe er naar- toe? Niet met onze nieuwe auto. Met de bus durf ik ook niet. Dan maar met het autootje van mijn zoon. Die moest wel thuis blijven om op het huis te letten. Ik voelde me een land- loper maar heb wel rustig kunnen winkelen.”

Alle verdere commentaar over door “een min- derheid jongeren” veroorzaakte toestanden is compleet overbodig.

Het eerste lijk

De nieuwe burgemeester van Antwerpen, Bart de Wever, heeft de goegemeente laten weten dat het stadhuis dringend aan renova- tie toe is.

Voor de habbekrats van om en bij 27 miljoen euro kan het bestuurdersstulpje aan de Grote Markt voor instorting behoed worden. Het dos- sier is niet nieuw. De ploeg onder “Patrick van A” had een kostenraming laten maken, maar toen ze de cijfers onder ogen kreeg, bleven

die cijfers “onder ons”, geklasseerd zonder ver- der gevolg. Na de machtswissel viel dat reno- vatiedossier als eerste lijk uit de rode kast. Er wordt gefluisterd dat BDW elke dag een paar schietgebedjes prevelt en dat hij hoopt dat er geen tweede, derde en vierde lijk uit die kast valt. Om van de schrik van het eerste te beko- men, plant BDW medio februari een duik in het water, samen met de Antwerpse ijsberen.

Recht in de ogen

Het gaat in de Antwerpse gemeenteraad nog plezant worden. Van op de schepenbank kijkt Claude Marinower recht in de ogen van André Gantman, fractieleider van de N-VA. Marinower is een oude liberaal van belgicistische strekking en een fanatieke Vlamingenvreter, Vlamingen van Vlaams-nationale obediëntie weliswaar.

Gantman is een ex-liberaal en ex-partijman van Marinower die plots het Vlaams-nationale licht zag en zich aansloot bij de troepen van Bart de Wever, op speciaal verzoek van De Wever trouwens.

Nadat tijdens de kiescampagne Gantman als een bekeerde zeloot met aanstekelijk enthou- siasme zijn nieuwe overtuiging had verkon- digd, lichtte Marinower Andrés doopceel op en tekende een weinig fraai beeld van het poli- tieke verleden van de nieuwe nationalist. Zou André hem dat vergeven hebben?

“Ik ben niet verbitterd”

Met het aantreden van de nieuwe coalitie N-VA, Open Vld en sp.a in de Groeningestad, komt er aan de macht van bepaalde politieke families voorlopig een eind. Immers, sinds het einde van de tweede Duitse bezetting werd Kortrijk door katholieke families als Verhenne, De Clerck, Dejaegere en de Bethune gedomi- neerd. Gedurende meer dan zestig jaar deel- den die katholieken van vader op zoon er de politieke lakens uit.

De machtswissel liet zich al onmiddellijk voelen. Marie-Dominique Dejaegere, de echt- genote van oud-burgemeester De Clerck, werd niet meer als voorzitster van de raad van beheer van het AZ Groeninge herko- zen. In haar plaats komt schepen en OCMW- voorzitter Decoene (sp.a). Wel kreeg haar echtgenoot, als een soort compensatie voor het geleden leed, het voorzitterschap van Belgacom aangeboden. Ja, zo gaat dat in klas- sieke politieke partijen.

Het liefst zou Van Quickenborne, burge- meester-in-afwachting, de strijdbijl met zijn voorganger begraven. Of De Clerck daartoe op korte termijn bereid is? Heel recent verklaarde hij: “Ik ben niet verbitterd, al liggen de gebeur- tenissen me nog op de maag.”

Quick wil het allemaal volkser aanpakken.

Ambiance moet er zijn, luidt het. Zo komt er eind dit jaar in Kortrijk alvast een kerstmarkt.

Cordon in Kortrijk

Afgelopen week werd in Kortrijk de nieuwe gemeenteraad geïnstalleerd. Alles verliep vol- gens de spelregels. Maar toen kwam de ver- kiezing van de politieraad aan bod. Wat bleek?

Maarten Seynaeve, licentiaat in de criminolo- gie, van Vlaams Belang, werd tot zijn bijzonder aangename verrassing herkozen.

Hoe was dat toch mogelijk? ’t Kot was te klein. Tussen oppositie en stadscoalitie werd over en weer geschreeuwd. Iemand had Maar- ten een extra stem bezorgd, waardoor hij verko- zen werd. Niemand had het natuurlijk gedaan.

Een vergissing bleek echter uitgesloten.

Lees verder blz. 14

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De eerste voorzichtige plannen voor de Regionale Infrastructuur Werk & Inkomen Rivierenland zijn gemaakt in 2011, als voorbereiding op de komst van wat toen nog de Wet

Chronische pijn is immers niet alleen pijn die geen nut meer heeft, het brengt ook andere on- gemakken met zich mee, telkens met een negatieve invloed op de

euthanasie aan te geven, dan vermoeden experts van de Euthanasiecommissie nu dat er daarnaast ook minder 'echte' euthanasie wordt uitgevoerd in Wallonië.. Volgens de Belgische wet

Van de respondenten uit de enquête geeft slechts één persoon aan via een professional terecht te zijn gekomen bij Kunst op Recept en géén van de geïnterviewden heeft voorafgaand

Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar te zoeken... Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar

Marcellus Emants, ‘Het is me niet mogelik een mening juist te vinden, omdat ze aangenaam is’.. Misschien is u 't met mij oneens, maar ik vind, dat een schrijver zo goed als

Daarnaast zou Van der Meer zou volgens Kuijpers bezig zijn met één van de grootste stedelijke omwente- lingsoperaties van Nederland op dit moment, waar bouwen aan de

[r]