• No results found

Someren-Hei, dat zijn wij!

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Someren-Hei, dat zijn wij!"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Alstublieft! Voor u ligt de eerste uitgave van het magazine dat we uitgeven in het jubileumjaar van Someren-Heide. Dit magazine zal in 2022 vier keer uitkomen.

april 2022 In 2022 vieren we het 100-jarig bestaan van ons dorp.

Terugkijkend in de historie mag Someren-Heide trots zijn!

Bijvoorbeeld vanwege de pioniersgeest en de samenhorigheid.

Door samen feest te vieren wordt dit onderstreept en leggen we een basis voor de toekomst. We gaan voor een warm dorp, aandacht voor elkaar, in een gezellig dorp, klaar voor de toekomst.

Vandaar het motto:

De Hei 100 jaar – dat vieren we met elkaar.

Ook in dit magazine kijken we terug in de tijd en is er aandacht voor het heden en de toekomst. Heeft u ideeën of suggesties voor volgende edities, laat het ons weten. Wij wensen u veel leesplezier.

Wat een boom je wil vertellen.

Sta stevig en rechtop Groei en bloei je hele leven Laat je niet kaal plukken

Laat los wat je niet meer nodig hebt

Laat af en toe een frisse wind door je bol waaien Drink veel water

Vergeet niet waar je roots liggen

Wees buigzaam maar laat je niet breken Wees tevreden met je natuurlijke schoonheid

Haal voedsel zoveel mogelijk uit de natuur, daar pluk je de vruchten van

Je takken kunnen ver reiken als je wortels diep verankerd zijn

Bied een schuilplaats voor hen die het nodig hebben Geniet van het uitzicht!

(Auteur onbekend)

Bij de opening van het jubileumjaar is een boom geplant aan de Eggendreef. Deze is geschonken door de hoveniers en boomkwekers van Someren-Heide. Het is een Pterocarya Fraxinifolia ofwel een Kaukasische vleugelnoot. Bij het planten van de boom is het volgende gedicht vol levenswijsheden uitgesproken.

Agenda feestweek In deze editiie

22 april 2022: Opening feestweekend

23 april 2022: Opening expositie & feestavond 24 april 2022: Heel de Hei Bakt & Bingo met Foodplein 25 april 2022: het Perfecte Plaatje & Thema-avond

• Canon van Someren-Heide

• Column van Gydo van den Boomen

• Drieluik familie van Mierlo

• BedrijvigHEId door Wim van den Broek &

Foto’s Jubileumboom: Patrick van den Broek

Someren-Hei, dat zijn wij!

De Jubileumboom

(2)

Column: Gydo van den Boomen

Het 100-jarig bestaan van de Hei is een goede reden om terug te kijken. Voor mij persoonlijk ook een

gelegenheid voor een terugblik, per slot van rekening behoort de Hei ook al bijna 30 jaar tot mijn geschiedenis.

Het is flink graven in mijn hoofd om wat herinneringen naar boven te halen van mijn eerste jaren in de Hei. Als klein kind zal ook ik wel een hoop meegemaakt hebben, maar wat er van blijft hangen is maar een klein deel.

Wat ik me herinner zijn flarden van momenten die op zich niet veel voorstellen, maar misschien wel een beeld geven van hoe het toen was.

Onder leiding van Marij Tinnemans gingen we met een bal aan de voet rondjes rennen tijdens de training van de F’jes of E’tjes van SVSH. Maar ook het jaarlijkse voetbalkamp met de gehele jeugd, waar ieder kind een grote fles cola en een grote zak chips kocht en vervolgens zo lang mogelijk wakker wilde blijven in de slaapzaal. Aan Koninginnedag heb ik ook mooie herinneringen overgehouden, het penaltyschieten tegen keeper Mark van Zoggel was altijd iets om naar uit te kijken.

Ik herinner me ook nog wel de Jeugdvakantieweek, waarbij Wim Sonnemans ons hielp met een extra pallet om onze hut dicht te maken. Helaas leverde dit ons strafpunten op. En dat Dorien van

Bommel met mij naar de huisarts moest, omdat we te lomp waren geweest met het bouwen van de hut. Maar natuurlijk ook de feestavond, waar we tot laat in de avond rondliepen om het grasveld aan de Graathof. Op het grasveld stonden de ouders te drinken en Willy van Mierlo verzorgde de loterij.

Nog enkele herinneringen komen bij mij naar boven, zoals met Jong Nederland naar de grote zandbult in de bossen. Of doordeweeks trainen bij de tennisvereniging, ook al kon ik er niks van. En ten slotte tijdens carnaval een snoepzak samenstellen bij Martien Raijmakers.

Het zijn slechts een paar herinneringen die me te boven komen van die tijd, maar die hebben allemaal wel iets gemeen. Deze herinneringen had ik niet kunnen hebben zonder de inzet van de vele vrijwilligers. Mensen uit het dorp, toen nog onbekenden voor mij, die tijd en inspanning leverden voor een leuke tijd voor mij en voor de andere jeugd in de Hei. Een enkeling heb ik hier bij naam genoemd, maar ook hen die ik niet noem zal ik niet vergeten. Aan al deze vrijwilligers zeg ik graag: Bedankt voor de mooie herinneringen!

Witte gij wie dè is????

Werkt graag met beestjes

Vrolijke kletser

Creatief Sportief

Vrouwenhuishouden,

met één dapper

standhoudende man

Kan goed organiseren

(3)

Toen steeds meer ontginners zich in Someren-Heide vestigden, kwam er ook de behoefte om spullen te kunnen kopen. Veel werd zelf geproduceerd, vooral het voedsel, maar producten als kleding en klompen moesten ergens vandaan komen.

Dat snapte Kobus Spruijt maar al te goed. Hij had in 1925 15 ha grond gekocht aan de Kerkendijk, maar niet met de bedoeling om die te ontginnen. Hij bouwde eerst een plaggenhut en begon van daaruit een handel in zaken die de boeren nodig hadden zoals klompen, overalls, stoffen en garens. Al fietsend, met een

leren koffer vol handelswaar voorop, trok hij jarenlang bij de boeren langs. Ondertussen had hij zijn grond verkocht en vestigde zich aan de Kerkendijk in een boerderij, van waaruit hij toen zijn winkel runde. Maar de bewoners van Someren-Heide hadden ook behoefte aan andere producten zoals grutterswaren, wat we tegenwoordig levensmiddelen zouden noemen. Nol Hendriks begon daarom met vrouw en kinderen een winkeltje in de voorkamer van zijn huis aan de Kerkendijk, de Theresiahoeve. Dat deden zij tot in de jaren vijftig.

Kleindochter Berthy Hendriks zat op de lagere school bij meester Van Winkel. Die had nogal eens last van zijn keel. Geregeld werd Berthy gevraagd, om tijdens de les “groentjes” te gaan kopen bij de winkel tegenover de school, bij haar opa dus. Zo ging zij voor meester Van Winkel naar “opa Winkel” en met groentjes terug naar Van Winkel.

Toen de familie Hendriks stopte met hun winkelnering, werd deze overgenomen door Theo van de Laar uit Someren-Eind, die dat vanuit de voorkamer van de Theresiahoeve doorzette, tot 1959. Toen verhuisde het gezin naar Someren-Eind, waar ze de winkel overnamen van zijn ouders Tieske en Anna vd Laar. Van daaruit heeft hij nog tot 1973 wekelijks boodschappen bezorgd aan de al maar groeiende bevolking van de Hei.

In 1955 liet bakker Arnold Verhofstad door Simon Nagel een kruidenierszaak, annex bakkerij bouwen op de hoek van de Brink en Brinkweg. Door zijn plotselinge overlijden in 1963 werd na 6 maanden de bakkerij gesloten. De winkel werd door weduwe Verhofstad tot 1966 voortgezet, waarna die verhuurd werd aan Jo Vriens. Zelf ging het gezin in Someren-Dorp wonen. In 1976 huurde Cees Veldpaus de winkel als dependance van zijn IFA-winkel in Someren- Noord. Kees Bosch was in 1981 uiteindelijk de laatste die als kruidenier aan de Brink tot 1991 de winkel exploiteerde.

Ook kwam hij in de tweede helft van de jaren tachtig met een SRV-wagen door de Hei gereden.

Hij werd daarbij gehinderd door de drempels, die als verkeer remmende

maatregelen, in de Kerkendijk door de gemeente waren aangelegd. Met zijn wagen met kleine wielen reed hij erop vast. Nadat de gemeente noodzakelijkerwijs de drempels had verlaagd, kon hij zijn verkooproute weer oppakken.

Maar uiteindelijk bleek de verkoop van kruidenierswaren onvoldoende om e.e.a.

rendabel te maken en verdween, naast de winkel, ook de SRV-wagen uit het straatbeeld van Someren-Heide.

De afwezigheid van een kruidenierszaak duurde wel vijfentwintig jaar. Een doorbraak kwam er in 2008 met plannen voor een Integraal Dorps Ontwikkelings Plan (Idop). Ook vond er in 2010 een onderzoek plaats naar de gewenste voorzieningen. Omdat de Heise gemeenschap al zo lang verstoken was van een kruidenierszaak, bleek de behoefte niet overweldigend. Andere voorzieningen stonden hoger op het wensenlijstje. Toch ging de werkgroep voorzieningen van het Dorpsoverleg aan de slag om bij de verbouwing van de Bunt, ook het idee van een kleine winkel op te nemen. Men oriënteerde zich bij de dorpswinkel in Helenaveen en Sterksel en de plannen namen een steeds meer concrete vorm aan. Na lang aandringen ging de gemeente overstag en de architect nam een winkelruimte op in zijn definitieve tekening. Een businessplan werd opgesteld en een werkgroep samengesteld, die de exploitatie ter hand zou nemen. En inderdaad verscheen er een alleraardigst

winkeltje, dat bij de opening op 14 april 2013, de naam SHop meekreeg.

Inmiddels bestaat de SHop bijna 9 jaar en heeft ze een niet meer weg te denken plaats in de gemeenschap van Someren-Heide ingenomen. Met meer dan 40

enthousiaste vrijwilligers wordt de winkel gerund en wekelijks weten vele inwoners van de Hei de SHop te vinden voor hun dagelijkse of voor hun “vergeten” boodschappen. De leefbaarheid is door het terugkeren van een kruidenierswinkel in Someren-Heide flink vergroot en de SHop is een echte “ontmoetingsplaats” geworden.

Door: Wim van den Broek en John Henkes

BedrijvigHEId - Van Opa Winkel tot SHop

(4)

De mooiste herinnering aan de Hei Theo: Het spelen met de kinderen uit de buurt, heerlijk buiten in de natuur. Het feest van 50 jaar bestaan van de school. Met paard en wagen zijn we met de kinderen naar de bossen gereden. We droegen oude klederdracht. Het was een mooi gezicht.

Fried: Toen ik jong was gingen we met de jeugd uit de buurt crossen in het bos en bij Het gat van Roels. Eerst met zelf gemaakte zeepkisten, later met crossfietsen, ook zelf gemaakt, en later weer met crossbrommers, en toen we 16 waren met de eigen brommer.

Martijn: Dat Prins Fried d’n Uurste en prinses Marion werden uitgeroepen tijdens de carnaval.

Het was een prachtig seizoen en we hebben veel mee mogen maken als snotapen. Daarbij werden wij als kinderen destijds goed verzorgd binnen de vereniging door Frans Dielissen.

De pioniers van Someren-Heide ontgonnen niet alleen de woeste grond, ze stichtten ook families.

In deze rubriek komen van die families drie generaties aan het woord.

Aan het woord zijn de nakomelingen van Fried van Mierlo en Helena Vlemmings.

• Theo, 86 jaar, 2e generatie van Mierlo,

• Fried, 55 jaar, 3e generatie van Mierlo,

• Martijn, 31 jaar, 4e generatie van Mierlo.

3 generaties in de Hei - Familie van Mierlo

Theo, hoe bent u in de Hei terecht gekomen?

Wat zijn/waren jullie bezigheden in Someren-Heide?

Fried, waarom ben je in de Hei gebleven? Martijn, denk je in de Hei te blijven wonen?

Theo: Mijn vrouw Riek zat in het bestuur van de lagere school.

Ik heb veel hand en span diensten verricht in en rondom het schoolgebouw. Ik ben veel met jeugd bezig geweest in het clubhuis. Voor onderhoud van het kerkhof heb ik me ingezet. Ik heb veel “bessums” gemaakt van berkentakken en wandelstokken van takken uit het bos. Dat doe ik nog steeds met veel plezier.

Fried: Op 25-jarige leeftijd werd ik lid van het NCB bestuur van de Hei. Ik heb Dorus Leenders destijds opgevolgd. In 2002 ben ik prins Carnaval geworden van de Keijepaol en Marion prinses. De vergaderingen in het bestuur van de Carnavalsvereniging spraken ons zo aan dat ik Jan de Laat opgevolgd ben toen hij het bestuur van de Keijepaol verliet. Ik ben 13 jaar penningmeester geweest.

Martijn: Ik ben lid van enkele verenigingen binnen de Hei. Dit zijn Vocal Group Heart and Soul en Carnavalsvereniging de Keijepaol.

Mijn vader, Fried van Mierlo, heeft zich in 1939 met nog vijf broers in de Hei gevestigd. Ik was toen een jochie van 3 jaar oud. Ome Frans van Bree heeft de boerderij op de Limburglaan gebouwd. Hij was getrouwd met de zus van Leen Vlemmix, de vrouw van Fried. Het was een mooie plek om op te groeien. Veel kinderen kwamen hier spelen, omdat er veel ruimte en vrijheid was. ‘s Winters konden we tot de bossen schaatsen over de vennen en het ondergelopen land.

In 1965 heb ik de boerderij overgenomen. Het was een gemengd bedrijf met koeien, varkens en een beetje akkerbouw. Vanaf 1975 ben ik alleen met melkvee verder gegaan. Daarvoor zijn veel verbouwingen nodig geweest, die we hebben kunnen realiseren met hulp van vrienden, buren en kinderen.

Toen ik naar de MAVO ging in Someren wilde ik altijd al Landbouwwerktuigbouwkundige worden. Voor vervolg ging ik landbouw gerelateerd naar de MAS in Helmond. Toen ik daar eenmaal was begonnen, wilde ik steeds meer thuis werken met de koeien en het werk op het land. Zodoende ben ik in 1989 in maatschap gegaan met mijn ouders om het bedrijf op een later tijdstip over te nemen.

Jazeker, ik houd van de gemeenschap en het rustige plekje dat wij hebben kunnen bemachtigen in dit prachtige dorp.

(5)

Theo: Vroeger was er een vee fonds waar de boeren uit de Hei geld in konden leggen voor als er een paard of rund stierf. Een mooi voorbeeld van saamhorigheid.

Zelf heb ik 14 jaar in het bestuur gezeten. Er sloten zich steeds meer mensen aan bij het fonds.

Helaas werd er steeds gesjoemeld.

Uiteindelijk was het verstandiger om je te laten verzekeren door een grote verzekeringsmaatschappij.

Fried: Naarmate je ouder wordt, wordt de interesse naar het verleden en ontstaan van de Hei steeds groter merk ik. De Hei is eigenlijk van vroeger uit al een gemeenschap die uitstaan is uit diverse culturen. Er zijn niet alleen Brabantse boeren komen wonen, maar ook uit Gelderland, Utrecht, Limburg, België en Duitsland. Zij hebben samen de Hei opgebouwd tot wat het nu is.

Ook de geschiedenis van het grenskerkje en de stenenpaal en uiteindelijk de terugkeer van de Keijepaol uit Someren naar de Hei.

Martijn: Ons kent ons, je kunt alles aan iedereen vragen. En de gemoedelijkheid is bijzonder binnen de verenigingen die de Hei rijk is.

Wat vinden jullie leuk/bijzonder aan de Hei?

Het mooiste plekje van Someren-Heide Theo: Het prachtige oude gebouw

van de school en het parkje er omheen. Ik ken de school van binnen en van buiten. Vroeger als kind bracht ik er veel tijd door. We bleven ’s middags over, omdat het te lastig was om over de modderige weg naar huis te lopen.

Fried: Dat is natuurlijk hier waar we wonen, Limburglaan 3, uitzicht over de landerijen, met op de achtergrond het bos. Met veel wandel-, fiets- en sportmogelijkheden.

Martijn: Mijn thuis. Het is hier op de Reigerstraat heerlijk rustig, er komt heel weinig verkeer, af en toe is het net of ik thuis op vakantie ben.

Genieten van het weidse uitzicht rondom ons huis en een bos als achtertuin is ideaal voor de dieren die we hebben rondlopen.

Waar kan Someren-Heide trots op zijn?

Theo: Wat er allemaal gedaan wordt voor de jeugd in de Hei. Er zijn altijd mensen die zich inzetten om de kinderen iets moois te bieden.

Fried: De vele verenigingen die er zijn, dat ze met elkaar rekening houden en elkaar koesteren.

Zij zorgen voor ontspanning voor mensen uit De Hei en omstreken.

Van sport en spel, zang en muziek en entertainment en het bijspijkeren van kennis in de breedste zin. Maar ook de besturen hiervan, die gezamenlijk leiding geven aan verenigingen met vrijwilligers die ook zeker nodig zijn.

Martijn: Op haar inwoners, de gemoedelijkheid onder elkaar en de saamhorigheid die er heerst.

Iedereen wil elkaar helpen als daar behoefte aan is.

Rebus

(6)

In 1926 koopt Leonardus Hurkmans, wonend aan de Einderstraat in Someren 15 ha heidegrond langs de Kerkendijk. Hij laat die omploegen door Dijkmans en verbouwt er graan op en laat vee grazen in ‘n deel ervan, wat is omgetoverd in een wei. Hij blijft zelf in Someren wonen, maar zijn zoon Frans bouwt in 1927 een boerderij op de grond van zijn pa. Frans Hurkmans is geen boer in hart en nieren en al gauw begint hij een meelhandel. Dat gaat niet helemaal goed en in 1932 wordt hij tijdelijk failliet verklaard.

De NCB is geïnteresseerd in het opzetten van een maalderij benevens boerenbondsgebouw in het almaar groeiende Someren-Heide. Ze kopen met instemming van de gemeenteraad (de gemeente is hypotheekverstrekker op de aankoop van de grond) een stuk grond van de familie Hurkmans gelegen net naast de boerderij. Na een jaar bouwen is de Hei een maalderij en boerenbondsgebouw rijker. Frans, die het boeren nog steeds niet aanlokkelijk vindt, bouwt een burgerhuis naast het pakhuis, zoals het in de volksmond gaat heten en wordt zaakvoerder bij de buren, de boerenbond/NCB. De boerderij wordt overgenomen door zijn zus Mien, die in 1939 trouwt met Martien Hendriks.

Het pakhuis neemt als maalderij al snel een belangrijke plaats in bij de Heise boerengemeenschap. De op een zwaar betonnen blok geplaatste molen, aangedreven door een dieselmotor, is zo sterk en luidruchtig dat als er in het pakhuis gemalen werd het tot in Someren te horen was, althans volgens zoon Bart Hurkmans.

Als de regering in de crisisjaren maatregelen

neemt om overproductie in de landbouw tegen te gaan en o.a. begint met verplichte graanlevering aan de overheid wordt het regelmatig druk bij het pakhuis. Karrevrachten graan worden aangeleverd en tijdelijk opgeslagen in het pakhuis. Niet lang daarna begint de oorlog en ook dan moeten er verplicht leveranties plaatsvinden aan de Duitsers. Frans Hurkmans kan als zaakvoerder behoorlijk knoeien met de administratie en controle, door veel graan niet in zakken op te slaan, maar los op de vloer te laten.

Hierdoor kunnen de controleurs moeilijk de hoeveelheid inschatten en kan er veel in de zwarte handel verdwijnen. Maar ook naar het circuit van het verzet, die het kunnen laten verwerken tot brood voor de onderduikers. Volgens Bart is hij daarvoor wel een tijdje door de Duitsers in hechtenis genomen, maar wegens gebrek aan bewijs enkele dagen later weer vrijgelaten.

Vlak achter het pakhuis hebben de Duitsers inmiddels een zoeklicht opgesteld en een onderkomen (Wehrmachtshuisje) voor de soldaten gebouwd. De officieren vorderen de “goei kammer” in het huis van Frans en overnachten daar en houden er kantoor. De maalderij blijft haar werk doen en buurman Verdonschot kan zo nu en dan in het holst van de nacht, sluipend langs het zoeklicht met de Duitse soldaten, zijn ongemalen graan omruilen tegen het in het pakhuis opgeslagen meel.

BedrijvigHEId - Van Pakhuis tot Showroom

“Zo sterk en luidruchtig dat als er in het pakhuis gemalen werd het tot in Someren

te horen was”

“In het holst van de nacht, sluipend langs het zoeklicht met de Duitse soldaten”

(7)

Na de oorlog is het zaakvoerder-zijn van Frans geen lang leven beschoren en begint hij in de jaren vijftig een eigen maalderij aan de Smulderslaan, maar dat is geen succes en hij gaat al snel failliet. In het pakhuis is inmiddels een nieuwe zaakvoerder werkzaam en de toenemende productie van de Heise boeren zorgt voor een florerend bedrijf. Voor het pakhuis is een dorpspomp geïnstalleerd en de boeren komen van heinde en verre om tonnen water te tappen. Dat duurt nogal een tijdje en dat leidt soms tot lange wachtrijen.

De maalderij aan de Smulderslaan is inmiddels overgenomen door Munster en daarmee komt een andere Frans ten tonele, namelijk Frans van de Bogaart uit Hoijsen. Hij gaat bij Munster als 16-jarige aan het werk en brengt meel en voer bij de boeren thuis. Zo ontmoet hij Thea, waarmee hij twaalf jaar verkering heeft. Hij vertrekt bij Munster en gaat werken bij Jan Raijmakers op de Houtbroekdijk. Na hun huwelijk vestigen ze zich op de ouderlijke boerderij van Thea aan de Brabantlaan. Hoewel Frans kalveren en dikbillen fokt, is hij toch meer een handelsman en van lieverlee begint hij een handeltje in van alles en nog wat. Maar vooral in tuinmeubelen, want dat blijkt booming business. De schuren aan de Brabantlaan worden al gauw te klein en Frans gaat op zoek naar een andere locatie voor zijn al maar groeiende handel. Daar komt de derde Frans in beeld, want de eigenaar van het pakhuis is Frans van Eijk, die samen met Gerrit Vergeer daar een bedrijfje heeft in het bitakken van caravans en auto’s. Voor hen is het pakhuis eigenlijk te groot en ze willen het pand wel verkopen. Buurman Piet van den Tillaar is ook geïnteresseerd in het pakhuis als showroom voor zijn Mercedessen, maar Frans van de Bogaart wordt uiteindelijk de koper.

Er moet wel het e.e.a. verbouwd worden om het voor een tuinmeubelbedrijf geschikt te maken. Daarom wordt het gehele voorstuk van het gebouw met de witte gevel en het bordes gesloopt en afgevoerd.

Het voetstuk van de eerder genoemde molen, is zo zwaar dat het met een kraan en loader op een vrachtwagen geladen moet worden. Er komt een geheel nieuwe winkel voor in de plaats met een grote showroom voor de tuinmeubels en andere artikelen. De zaken gaan voorspoedig en de klanten komen van heinde en verre. Van de Bogaart Tuinmeubelen groeit volgens eigen zeggen uit tot de grootste tuinmeubelzaak van Nederland en zorgt voor nogal wat extra verkeer op de Kerkendijk. Er is nog een vierde Frans kort in beeld: Als Thea en Frans 25 jaar getrouwd zijn treedt ’s avonds in de showroom, waar de tuinmeubels aan de kant zijn gezet, Frans Bauer op, met wie ze goed bevriend zijn.

Met de komst van de Euro in 2002 vinden Frans en Thea het welletjes en verkopen ze de zaak aan Hans Toonders, die na zijn wethouderschap een nieuwe bezigheid zoekt. Hij blijft de zaak nog 20 jaar runnen onder de naam Van de Bogaart en heeft de zaak in het begin van dit jaar overgedragen aan zijn twee zoons.

Door: Wim van den Broek en John Henkes

“Van de Bogaart Tuinmeubelen groeit volgens eigen zeggen uit tot de grootste

tuinmeubelzaak van Nederland”

(8)

Contact

www.100jaardehei.nl

@100jaardehei

Meer informatie rondom het jubileum is te vinden op de website of social media.

De viering van 100 jaar Someren-Heide is mede mogelijk gemaakt door de financiële bijdragen van De Shop, de ondernemersvereniging Team Support, een subsidie van de gemeente Someren en de bijdragen aan een steunactie door de leden van de Club van 100 jaar De Hei. Heel hartelijk dank voor deze steun!!

• Er net zo ver langs zitten als een haas op een dag lopen kan.

Er is een blunder/miskoop begaan bij het handelen.

• Een snoek verzuipen en een mol levend begraven valt niet mee.

Het onmogelijke proberen.

• Vandaag schopkes en morgen dropkes.

Weersvoorspelling: vandaag schapenwolken, morgen regen.

• Met mooie praatjes en motregen wordt je het meest bezijkt.

Besodemieterd worden.

• Ik doe een vet varken z’n gat niet smeren.

Dat je iemand die al veel eigendom heeft, niet meer wilt geven.

Werd ook gebruikt als men belasting wilde ontduiken.

• Van bekennen is nog nooit iemand vrijgesproken.

Door te bekennen kun je je straf niet ontlopen. Deze uitspraak stamt uit de tijd van smokkelen.

Deze uitspraken zijn écht oud. De uitspraken zijn vaak ook gebaseerd op het handelen van toendertijd.

Herkent u deze gezegdes? Wij zijn voor de volgende edities benieuwd naar meer Heise gezegdes en Heise dialectwoorden. Weet u iets? Stuur ze in naar info@100jaardehei.nl

Kent u deze Heise gezegdes?

Canon van Someren-Heide

Om inzicht te geven in de geschiedenis in Someren-Heide is een canon gemaakt.

Deze is te vinden via www.100jaardehei.nl. De canon wordt de komende tijd aangevuld.

Door op de gebeurtenissen te klikken krijg je meer informatie over de historie van ons dorp.

Ontstaan1922 Someren-Heide

1932 - 1939

Noodschool 1936 - 2018

Parochiekerk 1938

School 1940 - 1944

Tweede Wereldoorlog

Opening 1980 de Bunt

Sportpark 1974 de Plagge

1949 - 1950 Electriciteit en

waterleiding

1948 - 1978 Oprichting verenigingen

1941 - 1984

Kerkendijk 1990 - heden Agrarische Dagen

Someren

Terugkeer van 1995 de Keijepaol

2008Idop Someren-Heide

Bandenbrand2016 2016

Hagelstorm 2022

Viering 100 jaar de Hei

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

© Malmberg, 's-Hertogenbosch | blz 1 van 4 Argus Clou Natuur en Techniek | groep 7/8 | Je ziet het niet, maar het is er wel?. ARGUS CLOU NATUUR EN TECHNIEK | LESSUGGESTIE |

Hoe kunnen dierenartsen het best geholpen worden om veterinaire richtlijnen daadwerkelijk te gebruiken.. Dierenarts en promovendus Isaura Wayop doet er

Begin 2017 zijn afspraken gemaakt om cliënten met ambulante begeleiding uit te laten stromen uit MO en BW naar sociale huurwoningen. Verenigde woningcorporaties hebben toegezegd

Op basis van de succesfactoren en verbeterpunten die uit deze evaluatie zijn gekomen – en die ondersteund worden door eerder (wetenschappelijk) onderzoek - doen de onderzoekers

De Groot onderstreept de woorden van Verhoeven en van Mart Hoppenbrouwers, com- mercieel directeur van Dolmans Landscaping Group, over het beeld dat vorig jaar ontstond over

Europese structuurfondsen moeten in de toe- komst alleen ten goede komen aan de landen die ze werkelijk nodig hebben, dat zijn dus de nieuwe lidstaten uit Midden- en Oost-Europa..

Dit servicedocument biedt handvatten voor schoolbesturen in het funderend onderwijs om uitvoering te geven aan de landelijke maatregelen die op 15 maart bekend zijn gemaakt en op

In laatstgenoemd arrest, dat ging over de vergoeding van immateriële schade wegens aantasting in de persoon op andere wijze (waaronder ook shockschade valt),