• No results found

Op reis door Midden en Oost-Europa

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Op reis door Midden en Oost-Europa"

Copied!
92
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Henk Leutscher

Op reis door Midden en Oost-Europa

2005-2006

16 verhalen over Duitsland, Polen, Tsjechië, Hongarije, Roemenië en Bulgarije

(2)

Op reis door Midden en Oost-Europa 2005-2006

(3)

Henk Leutscher

Op reis door Midden en Oost-Europa

2005-2006

16 verhalen over Duitsland, Polen, Tsjechië, Hongarije, Roemenië en Bulgarije

(4)

Copyright © 2010 Henk Leutscher Omslag Henk Leutscher

www.henkleutscher.nl

(5)

Inhoud

[Inleiding]

Op reis door Midden en Oost-Europa 7

[2005]

Verliefd of Krakau 14

De Wawel heuvel; Het nationale symbool van Polen 18 De zon schijnt lekker en er zijn massa’s toeristen in Oświęcim, maar dit was ooit de hel op aarde 23

Een Poolse vertelt me: De situatie in Polen beangstigt me 27 Berlijn is een absurde stad 31

Het Palast der Republik of het Stadtschloss 36

[2006]

In zes uur door het ijzeren gordijn 41 Bulgarije; hey man slow down 43 Roemenië heeft twee grote problemen 48

Transylvanië; een sprookjeslandschap zoals de Efteling, maar dan echt 52

50 jaar na de Hongaarse Opstand een ijsje op kameraad Fidel 60

Praag gaat kapot aan haar schoonheid 68 Schindler’s toerisme 72

Warschau is een gebarsten stad, maar is nooit gebroken 76 Polen is een land van tegenpolen 83

In Roemenië is Spiderman Oosters-orthodox en in Polen moet je katholiek zijn 86

Nawoord 91

Gebruikte bronnen 92

(6)
(7)

Op reis door Midden en Oost-Europa

Midden en Oost-Europa was de laatste vijftig jaar van de vorige eeuw gescheiden van de rest van Europa. Het is een gebied dat altijd centraal in Europa heeft gelegen. De steden die ik bezocht, hebben in de geschiedenis altijd een belangrijke rol gespeeld. In de loop van tijd veranderden de machthebbers, steden werden veroverd en daarna weer heroverd. Nieuwe machthebbers stonden op en verdwenen even snel weer. Landsgrenzen schoven op en de steden wisselden meermaals van nationaliteit. Machthebbers spra- ken Duits, dan Frans en daarna weer Russisch en ze gaven de steden hun eigen naam. De steden hadden altijd grote aantrekkingskracht op mensen, vanwege werk of een veilige thuisbasis, maar de mensen werden ook weer net zo snel verjaagd omdat ze een ander geloof aanhielden. De enige constante factor in dit hele verhaal zijn de steden zelf. Zij zijn een tastbare herinnering aan een lange Europese geschiedenis.

Aan het einde van de laatste grote oorlog op dit continent was Europa verdeeld. De naoorlogse situatie was op een aantal conferenties tijdens de Tweede Wereldoorlog besproken door de grote drie; Stalin, Churchill en Roosevelt. Eens te meer werd het lot over al deze Europese landen niet bepaald door de landen zelf maar door de overwinnaars van de oorlog.

Churchill sprak in 1946 over een ijzeren gordijn dat Europa verdeelde. Van Stettin aan de Oostzee tot Triëst aan de Adriatische Zee, is een ijzeren gordijn neergelaten dwars door het Europese continent. Achter die lijn liggen alle hoofdsteden van de oude staten van Centraal en Oost- Europa: Warschau, Berlijn, Praag, Wenen, Boedapest, Belgrado, Boekarest en Sofia. De steden in Midden en Oost- Europa die ik bezocht lagen achter dit ijzeren gordijn en

(8)

verloren het contact met de rest van Europa. Het continent was verdeeld in een kapitalistisch en een communistisch deel.

Stalin zorgde ervoor dat de landen die zijn Rode Leger had veroverd werden omgevormd tot satellietstaten van de Sovjet- Unie. Dit gebeurde in elk land op een bijna identieke manier.

Na de eerste vrije verkiezingen na de oorlog vormden communistische partijen coalities met niet communisten. De Sovjet bezetter zorgde er echter wel voor dat de communisten alle belangrijke posities in handen kregen. Vanuit deze posities werden alle tegenstanders het leven moeilijk gemaakt. Showprocessen werden opgevoerd om onwillige politici te deporteren naar Siberië. Politieke partijen werden opgeheven of samengevoegd in de communistische. Als alle politieke tegenstanders de mond was gesnoerd, was het tijd voor de zuivering in eigen gelederen. Communistische nationalisten werden vervangen door stalinisten. Zo kon het gebeuren dat de communisten bij de laatste vrije verkiezingen van Hongarije in 1947 slechts 17% van de stemmen haalden en een jaar later 95%. Hetzelfde gebeurde in Bulgarije, Roemenië en Polen.

In de westerse wereld ontstond grote angst dat Stalin er op uit was om heel Europa te veroveren. In werkelijkheid had hij een trauma opgelopen van de Duitse invasie van 1941 waarvan hij een herhaling tot alle prijs wilde voorkomen. De Sovjet-Unie had geleden in de Tweede Wereldoorlog en het land lag in puin. Het was niet in staat om nog een oorlog te voeren. Stalin had een diepe angst voor een ge-wapend conflict met het westen. 'Stalin beefde van angst' zou Chroesjtsjov later zeggen. Oost-Duitsland, Polen, Tsjecho- Slowakije, Hongarije, Roemenië en Bulgarije werden satellietstaten van de Sovjet-Unie. Stalin had zijn bufferzone.

De opvolger van Stalin, Chroesjtsjov, lanceerde in 1955 de tegenligger van de NAVO; Het Warschaupact. Net als bij de NAVO beloofden de ondertekenaars elkaar te beschermen als

(9)

een van hen werd aangevallen. Het verdrag impliceerde ook dat het ondertekend was door onafhankelijke en soevereine staten. In de praktijk bleek dit niet het geval. Hoewel Chroesjtsnov het beleid van Stalin verketterde in 1956, werden de opstanden in Polen en Hongarije in datzelfde jaar op ouderwetse Stalinistische manier neergeslagen. Samen met de Oost-Duitse partijleider Honecker besloot Chroesjtsjov in 1961 ook tot de bouw van de Berlijnse Muur. De muur werd het symbool voor het ijzeren gordijn waar Churchill in 1946 over sprak.

Chroesjtsnov’s opvolger Brezjnev lanceerde vervolgens de Brezjnev-doctrine. Volgens Brezjnev waren krachten die vijandig waren aan het communisme en een communistisch land naar het kapitalisme wilden brengen niet alleen een probleem voor het betrokken land, maar voor alle communistische landen. De Sovjet-Unie bepaalde of een land communistisch of kapitalistisch was. In de praktijk betekende het dat geen enkel land uit het Warschaupact kon stappen of een politiek kon bedrijven die afweek van de Sovjet-Unie.

Tsjecho-Slowakije kreeg hier als eerste mee te maken toen de Praagse lente in 1968 hard werd neergeslagen.

Pas in 1989 werd de Brezjnev-doctrine door Gorbatsjov afgeschaft. De Midden en Oost-Europese landen hadden eindelijk hun onafhankelijkheid terug. In november 1989 viel de Berlijnse Muur. Dit wordt gezien als hèt symbool voor de val van het communisme. Binnen enkele maanden hadden alle Midden en Oost-Europese landen democratische regeringen.

De tweedeling die bijna een halve eeuw Europa had verdeeld was er niet meer. Het Warschaupact werd in 1991 opgeheven.

Een paar maanden later werd er in Maastricht een verdrag ondertekend dat moest leiden tot een Europese Unie. De Midden en Oost-Europese landen werden niet veel later kandidaat EU-leden.

In 2004 traden Polen, Tsjechië, Slowakije en Hongarije toe tot

(10)

de Europese Unie. Roemenië en Bulgarije zullen in 2007 volgen. De voormalige Oostblok landen zijn inmiddels op papier weer verbonden met West-Europa. Toch blijkt dit emotioneel nog niet zo te zijn. Toen ik na mijn eerste bezoek uit Krakau vertelde hoe mooi deze stad was, kreeg ik in Nederland vaak te horen: is dat niet grauw? Natuurlijk heeft een halve eeuw communisme zijn sporen achter gelaten maar inmiddels ligt 1989, het jaar van de val van de muur, al weer een aantal jaren achter ons en staan veel van deze oude steden er op hun best bij.

Mijn verhalen zouden daar een weerspiegeling van moeten zijn. Omdat ik echter geschiedenis heb gestudeerd kan ik het vaak niet nalaten om terug te kijken. Dit deed ik ook ter voorbereiding op mijn reis. Ik las boeken over Midden en Oost-Europa. Vaak waren dit geschiedenis boeken. Mijn favoriete boeken zijn boeken waarin een schrijver vanuit zijn persoonlijke ervaringen verteld. Boeken waarin historici nog geen ordening hebben geschept. In deze boeken lees je hoe de schrijver de geschiedenis op dat moment beleefde. Vanuit mijn achtergrond wist ik hoe die geschiedenis later geordend is. Ik vind het altijd erg leuk om zulke boeken te lezen.

Op het moment dat ik mijn eerste reis naar Midden en Oost- Europa maakte had ik net Afscheid van Berlijn van Christopher Isherwood gelezen. Hierin wordt de neergang van Berlijn begin jaren dertig beschreven. Ook las ik Geert Mak’s In Europa selectief. Op een middag in de bibliotheek vond ik nog zo’n interessant boekje. Het was Op reis achter het ijzeren gordijn van de grote Zuid-Amerikaanse schrijver Gabriel García Márquez. Het is een verzameling van artikelen die hij schreef toen hij tussen 1957 en 1959 als journalist achter het ijzeren gordijn op reis was. Alles waar hij over schreef beruste op persoonlijke ervaringen. Daardoor werd het extra leuk om de artikelen te lezen. De USSR is 22.400.000 vierkante kilometer zonder één Coca-Cola

(11)

reclame of Het ijzeren Gordijn is een rood-witte paal. Stuk voor stuk zijn het schitterende artikelen waarin Márquez je laat meekijken achter het ijzeren gordijn in de jaren vijftig.

Met eenzelfde opzet heb ik geprobeerd een aantal verhalen over mijn reizen te schrijven en daarmee een beeld te geven van het huidige Midden en Oost-Europa. Maar anders dan Márquez heb ik geschiedenis gestudeerd en daardoor zullen mijn verhalen naast de actualiteit ook vaak terugkijken.

(12)

[2005]

(13)

Polen

- Verliefd op Krakau

- De Wawel heuvel; Het nationale symbool van Polen - De zon schijnt lekker en er zijn massa’s toeristen in

Oświęcim, maar dit was ooit de hel op aarde - Een Poolse vertelt me: De situatie in Polen beangstigt

me

Krakau • Oświęcim

(14)

Verliefd op Krakau

Daar stond ik dan op het marktplein van Krakau. Ik was op slag verliefd. Ik loop door de oude lakenhal en geniet van de straatmuzikanten die voornamelijk klassieke muziek spelen.

Vaak wordt de lente van Vivaldi gespeeld. Er hangt hier zo’n fantastische sfeer, niet te beschrijven. Ik geniet ook van de mooie oude gebouwen. Ik loop wat rond en uiteindelijk kom ik uit bij het kasteel op de Wawel heuvel. Het is immens groot en heel hoog zodat het veel indruk op mij maakt. Ik loop om het kasteel heen en aan de oevers van de Wisła staat een vuurspuwende bronzen draak.

Een paar uur eerder was ik in Krakau geland. Langs de paspoortcontrole, tas ophalen en even snel vijf euro inwis- selen voor Poolse zloty’s, zodat ik een buskaartje kan kopen voor mij en mijn tas. In de bus twee kaartjes gekocht en ik kan mee, met mij nog tachtig anderen. Ik moet naar het station, want daar in de buurt zit mijn hostel. Ik weet alleen niet precies waar dat is. Ik ben gelukkig niet de enige met dit probleem. De bus zit vol met Duitsers die allemaal op zoek zijn naar das Bahnhof. Niemand weet echter hoe het er uitziet.

Volgens de Duitsers kan je een station wel herkennen en dus kijkt iedereen of er ergens een station te zien is. Op een gegeven moment zegt iemand: 'Jah, dat lijkt wel op een station' maar het bleek een operahal te zijn. Even later zegt een Pools meisje dat we bij de volgende halte er uit moeten.

Het hostel Dizzy Daisy is vervolgens goed te vinden. Ik check in en maak mijn bed op. Ik ben voor het eerst alleen op reis.

Mijn klasgenootje Doetie had mij enthousiast gemaakt om alleen op reis te gaan. Zij was afgelopen najaar alleen naar Berlijn geweest. Ze was daar erg enthousiast over en vertelde me dat wanneer je alleen reist, je veel sneller contact met

(15)

andere mensen maakt dan wanneer je met iemand anders reist. Op de slaapzaal of dorm, zoals dat in het Engels heet, merk ik gelijk dat ik hier gemakkelijk contact maak. Naast mij liggen twee Finse jongens. Ze vertellen me dat ze een interrail ticket hebben gekocht en een maand lang door Europa reizen.

Rond etenstijd ga ik op zoek naar een bar mleczny, dat betekend melkbar. Deze eetgelegenheden werden in de Lonely Planet aangeraden als de cheapest place to eat. Gezien mijn beperkte budget is het dus wel wat voor mij. Ze komen nog uit de Sovjet tijd en werden opgericht voor de minder fortuinlijken en werden hevig gesubsidieerd. Voor nog geen drie euro kan je je hier helemaal vol eten. 'Understandably, these are not particulary atmospheric places and the clientele (which can include some seasoned drinkers trying to save for vodka by cutting their food expenses) may be a bit weird, but you won’t find many other establishments around this part of the world that serve soups for 0,25 each' aldus de Lonely Planet. De lage prijzen maken de melkbar nog steeds erg populair. Als ik aankom blijkt het mee te vallen met de drukte.

Wel heb ik al snel een ander probleem. Boven de counter staat een groot bord met alle te bestellen producten erop. Alles is in het Pools en ik word er niet veel wijzer van. Ook zijn er nergens plaatjes die ik kan aanwijzen. Ik ga naar de counter en vraag de vrouw of ze Engels spreekt. Hierop krijg ik een negatief antwoord, waarna blijkt dat ze ook geen Duits spreekt. Nu wordt het lastig. 'I just want someting to eat' vraag ik heel hopeloos. De man achter mij blijkt helaas ook geen Pools te spreken. Dus ik herhaal nogmaals mijn eerdere opmerking. 'I just want something to eat' en maak er nog wat gebaren bij. Voor dat ik het in de gaten heb ligt er eten op mijn dienblad. Kip, aardappelen en een salade. Ik vergeet nog een colaatje te bestellen maar dat komt ook goed met de nodige gebaren. Uiteindelijk heb ik dus eten en het kost inderdaad helemaal niets. Ik moest tien zloty betalen,

(16)

ongeveer tweeënhalve euro.

Na het avontuur bij de melkbar ga ik weer richting het hostel.

Onderweg geniet ik weer van de vele straat-muzikanten en de sfeer in Krakau. Op het marktplein is een jongleur aan het jongleren met stokken met vuur. Om acht uur sta ik voor de Heilige Maria kerk. De trompetspeler in de hoogste toren speelt de Hejnal. Dit doet hij elk uur aan alle vier de zijden van de toren. Vandaag de dag is het een muzikaal symbool van de stad geworden. De simpele melodie, gebaseerd op vijf noten, werd in de middel-eeuwen als waarschuwingsoproep gespeeld. De oproep wordt echter niet helemaal gespeeld, halverwege wordt hij abrupt afgebroken. Volgens de legende komt dit door de invasie van de Tartaren. De nachtwaker zag de vijand en speelde de waarschuwingsoproep, een Tartaarse pijl doorboorde echter zijn keel in het midden van de oproep.

Het nummer is sindsdien zo gebleven.

Eenmaal terug in het hostel kom ik in contact met andere gasten op de dorm. Er waren twee jongens van de Isle of Man en twee jongens uit Londen en Manchester en even later kwamen ook de twee Finse jongens er aan. Ze waren allemaal bezig met een tour door (Oost-) Europa. De twee jongens uit Londen en Manchester heten Mike en Tim en met hen ga ik wat later op stap. Mike neemt het initiatief en we komen ergens terecht net buiten het centrale plein. We zitten in een hofje waar we gezellig aan het praten zijn onder het genot van een drankje en de drum & basemuziek die uit het pand er naast komt. Ze vertellen me verhalen over hun reizen. Ze zijn 25 en 26 jaar en hadden al heel wat gereisd. Ze waren in Thailand, Australië en Oost-Europa geweest. Een jaar Australië konden ze me beiden erg aanraden. De afgelopen twee weken waren ze van de Zwarte Zee bij Bulgarije met de trein naar Krakau gereisd en hadden ze de tussenliggende steden aangedaan. Dat lijkt mij ook wel wat.

Onder het motto 'once in Rome you gotta do what the Romans

(17)

do', zijn we vervolgens ook aan de wodka gegaan. Ik denk niet dat ik ooit heb kunnen zeggen dat ik lekkere wodka heb gedronken. Maar dit was echt lekker. Op aanraden van de barman proberen we verschillende wodka’s. Terug in het hostel schrijf ik nog even in mijn dagboek. Daarna moe en voldaan op bed. Ik ben verliefd op Krakau en het reizen met de rugzak. Dit ga ik zeker vaker doen.

(18)

De Wawel heuvel; Het nationale symbool van Polen

Ik ging naar Polen omdat ik Auschwitz wilde bezoeken.

Verder weet ik weinig over Polen. Gister heb ik gelukkig gemerkt dat Krakau een prachtige stad is. Ik ben blij dat ik daar vandaag meer van mag zien. Toen ik gister door de oude stad liep kwam ik bij de Wawel heuvel terecht. Verheven boven de stad staan daar de nationale kathedraal en het koninklijke paleis op. Het is een belangrijke plek uit de Poolse geschiedenis. Daarom wil ik het ook graag bezoeken.

Aan historische gebouwen is er in Krakau geen gebrek. De stad is gelukkig bespaard gebleven aan de bombardementen uit de Tweede Wereldoorlog. Al die prachtige gebouwen maken mij nieuwsgierig naar het verleden van dit land.

De Poolse geschiedenis begint ergens halverwege de middeleeuwen als Piast Mieszko I verschillende Slavische stammen op de laagvlakte tussen de rivieren Oder en Wisła verenigd. In 1386 worden Polen en Litouwen samengevoegd en volgt er een grote bloei onder de Jagiellonische heersers.

Tot 1772 behoort het rijk qua opper-vlakte met Rusland en het Ottomaanse Rijk zelfs tot de grootste rijken van Europa. Het strekt zich vanaf de Oostzee tot aan de Zwarte zee. Het huidige Wit-Rusland en Oekraïne vielen ook binnen haar grenzen. In de zestiende eeuw is het land op haar hoogtepunt wat een enorme culturele bloei tot gevolg heeft. Deze bloei gaat ook gepaard met een grote tolerantie ten opzichte van andere religies waardoor veel joden, die elders in Europa vervolgd worden, zich in Polen gaan vestigen.

Na de opkomst en bloei komt het verval. Dit begint al in de bloeitijd als Sigmund II August in 1572 kinderloos sterft. De Poolse Landdag, de sejm, besluit een koning voortaan te kiezen. In de Poolse Landdag moeten besluiten met

(19)

eenstemmigheid genomen worden. De 'Poolse Land-dag' werd hierdoor een synoniem voor een wanordelijke vergadering.

Het regeren in Polen werd steeds moeilijker en de Poolse staat steeds zwakker. In de 18e eeuw is Polen praktisch een vazalstaat van Rusland geworden. Pogingen om de Poolse staat te vernieuwen werden door Catharina II, de Russische Tsarina, geblokkeerd.

De overweldigende Russische overwinning in de Russisch- Turkse oorlog maakt het er voor Polen eind 18e eeuw niet beter op. De machtsbalans in Oost-Europa dreigde verstoord te raken. En dus besloten de drie grote mogendheden in Oost- Europa; Rusland, Pruisen en Oostenrijk om de buitengrenzen van Polen in 1772 onder zichzelf te verdelen. Polen werd opgeofferd om de vrede in Oost-Europa te bewaren. De Polen lieten zich niet kennen en schreven in 1791 een grondwet, de allereerste van Europa, die de staat onafhankelijker van Rusland moest maken. De Russen waren hier minder van gecharmeerd, grepen in en vernietigden de grondwet. Polen werd vervolgens voor een tweede en derde keer gedeeld. Na deze derde deling in 1795 bestond Polen niet meer. Het vroegere koninkrijk Polen lag nu in Oostenrijk, Pruisen en Rusland.

Polen was van de geografische kaart verdwenen. Onder Napoleon kwam er in 1806 een Poolse rompstaat terug die na 1814 werd verbonden met Rusland. Als de Polen in november 1830 in opstand komen wordt deze hard neergeslagen door het Russische leger, dat op weg was om de Nederlandse Koning Willem I te helpen de Belgische opstand neer te slaan.

De Belgen werden onafhankelijk en de Polen verloren hun laatste beetje autonomie. Het gebrek aan autonomie werd op cultureel gebied gecompenseerd. Krakau groeide uit tot het centrum van Poolse cultuur. Het was de spirituele hoofdstad van een land dat niet meer bestond.

Pas na de Eerste Wereldoorlog kreeg Polen weer een plek op

(20)

de kaart terug. Lang konden de Polen niet genieten van hun zelfstandigheid. In het geheim tekenden de grote buren, Duitsland en de Sovjet-Unie, het Molotov-Ribben-troppact en Polen werd in 1939 weer gedeeld. In de Tweede Wereldoorlog lijdt Polen zwaar. Na de Tweede Wereldoorlog hoopt Polen beloond te worden voor het meevechten met de geallieerden.

Maar eens te meer werd haar lot door anderen beslist.

Churchill, Roosevelt en Stalin hebben op de Jalta conferentie de naoorlogse situatie besproken. Stalin heeft hier bedongen dat hij grote invloed mag uitoefenen in Polen. Het complete oostelijke deel van Polen werd door de Sovjet-Unie ingelijfd.

Ter compensatie kreeg Polen de oostelijke delen van Duitsland. Er volgde een massale migratie en Polen werd een satellietstaat van de Sovjet-Unie. Het land moest nog eens 45 jaar wachten voordat het zelfstandig werd.

Het lot van de Polen werd dus meerdere malen door anderen bepaald. Het is daarom niet verwonderlijk dat de Polen een zeker wantrouwen tegenover het buitenland hebben. Het hebben van een eigen staat bleek geen garantie voor het voortbestaan. Ook de geografische grenzen, zo heeft het verleden uitgewezen, staan niet vast. De culturele en nationale identiteit hebben desondanks bewezen te kunnen overleven.

Polen is tegenwoordig weer een zelfstandige staat, maar dat zal geen Pool als vanzelfsprekend ervaren. De Polen zullen hun culturele identiteit blijven doorgeven aan volgende generaties. Belangrijk bij zo’n identiteit zijn symbolen. De Wawel heuvel is zo’n symbool, het wordt zelfs het nationale symbool van Polen genoemd.

De Wawel heuvel was van oudsher de zetel van de macht.

Hier kwamen politiek en religie samen. Krakau was lange tijd de hoofdstad van Polen. Hier werden de Poolse koningen gekroond en ook begraven. Met het opkomende nationalisme eind negentiende eeuw groeide de Wawel heuvel uit tot een nationaal heiligdom. In deze periode werden een aantal

(21)

Poolse helden herbegraven in de Wawel kathedraal. De Wawel heuvel doet dan nog dienst als Oostenrijkse Kazerne, maar in 1905 kregen de Polen hun heuvel terug. De Polen begonnen aan de plannen voor de restauratie van hun nationale symbool.

Als ik de kasseien langzaam oploop naar de ingang van de Wawel heuvel, vieren de Polen dat ze 100 jaar restauratiewerk verder zijn. Tegenwoordig is de heuvel uitgegroeid tot de drukst bezochte bezienswaardigheid in Polen. In het paleis zijn de state rooms te bezichtigen. Deze zijn in originele renaissance en vroeg barokke stijl te zien, de hoogtijdagen van Polen. Op vilten pantoffels, om de tapijten te beschermen, loop ik door de kamers. Ik krijg zo een beeld van hoe de koningen van Polen ooit leefden. Het topstuk in het paleis zijn de grote wandtapijten waarop Bijbelverhalen zijn afgebeeld.

Politiek en religie zijn nog steeds nauw verbonden in Polen.

In dit land is meer dan tachtig procent katholiek.

Tegenover het paleis staat de kathedraal. Binnen is het druk, heel erg druk. En niet alleen met toeristen. De kathedraal zelf is ook erg druk en volgestopt met sarcofagen, graftombes en nissen vol met beelden. Dit is de nationale tempel van Polen.

Hier liggen alle koningen en een aantal grote Poolse helden begraven. In deze aarde liggen de bouwstenen van Polen. Je kunt je dan ook voorstellen hoe mooi dit mausoleum is.

Althans hoeveel moeite hierin gestopt is, echt mooi vind ik het niet. Het is allemaal een beetje te veel van het goede.

Via de dieventoren verlaat ik de Wawel heuvel. Ik daal 135 treden naar beneden en kom via de drakengrot weer aan de oevers van de Wisła terecht. Hier had ik mij gisteren al laten vereeuwigen bij de bronzen vuurspuwende draak. Deze draak was een plaag voor de stichter van Krakau, prins Krak.

Herders verloren steeds vaker vee en er verdwenen steeds vaker mensen in het gebied rond de Wawel heuvel. Dit moest het werk van de draak zijn. Prins Krak riep zijn dapperste

(22)

mannen bijeen om de draak te verslaan. Maar geen van allen hadden ze succes. De prins beloofde de hand van zijn dochter aan degene die de draak kon verslaan. Maar niemand die de strijd met de draak aanging kwam levend terug. Op het moment dat de prins het bijna zelf wilde doen, kwam er een jonge schoenmaker langs. Hij had een plan om de draak te verslaan. Hij vroeg een lammetje aan de koning. De jongen doodde het lammetje en vulde het met zwavel en teer. Daarna zette hij het voor de ingang van de grot. Het vraatzuchtige beest verslond het lokaas in een hap. Maar toen begon de zwavel in zijn buik te branden. De draak haastte zich naar de rivier en dronk en dronk en dronk. Uiteindelijk raakte hij zo vol dat hij explodeerde. De stad was gered. De jonge schoen- maker trouwde met de dochter van prins Krak en iedereen leefde nog lang en gelukkig.

Aan de oevers van de Wisła vraag ik me af of de Poolse staat nu weer lang en gelukkig zal voortleven. De Polen zullen waarschijnlijk wel wat wantrouwend blijven. De Wawel heuvel zal ondertussen blijven worden bezocht door vele Polen. Ze zullen leren over hun geschiedenis maar ook hoe vaak het lot van het land door anderen is bepaald. Sinds 2004 is Polen lid van de Europese Unie. Hierdoor trekken vele Polen de landsgrenzen over om elders in Europa een baan te zoeken. Het is interessant om te zien of het beeld van het buitenland hierdoor gaat veranderen in Polen.

(23)

De zon schijnt lekker en er zijn massa’s toeristen in Oświęcim, maar dit was ooit de hel op aarde

Ik ga vandaag naar Oświęcim. Een klein industrieel plaatsje, ongeveer zestig kilometer van Krakau. De joden die er voor de oorlog woonden noemden de stad Oshpitzin. Zowel deze joodse als de Poolse naam zijn onbekend. De naam die de Duitsers de stad gaven is berucht over de hele wereld;

Auschwitz.

Bij de ingang van het kamp is het stil. Een stukje verder staat de toegangspoort met de tekst Arbeit Macht Frei erop. Deze voormalige Poolse kazerne werd door de nazi’s omgebouwd tot concentratiekamp omdat het gunstig gelegen was op een verkeersknooppunt. De gevangenenblokken zijn intact gebleven en nu ingericht als museum en bewijsmateriaal.

De gruwelverhalen die zich in dit kamp afspeelden zijn voor mij niet nieuw. Als aankomend geschiedenis docent weet ik wat zich hier heeft afgespeeld. Toch raak ik ontroerd als ik door de blokken loop. Hoewel ik precies weet wat ik te zien krijg. Hier in werkelijkheid zijn is anders. Geconfronteerd worden met grote vitrines vol met schoenen, brillen, kookgerei, prothesen, blikjes Zyklon B en koffers waar de naamplaatjes nog op zitten doet iets anders met je dan boeken, plaatjes, documentaires of films. Het meest aangrijpend vond ik de vitrine vol met haar van vrouwen. Het was alsof ik een klap kreeg en ik versteend was om te bewegen terwijl de wereld in slow motion doorliep. Het haar was afkomstig van gevangenen die bij aankomst werden kaalgeschoren. Hun haar werd door de nazi’s verkocht en verwerkt tot kledingstoffen.

Het volgende gevangenenblok hangt vol met foto’s van gevangen die allemaal recht in de lens en dus jou aankijken.

(24)

Aangrijpende zwart wit foto’s van mensen met een kaal geschoren hoofd, een gestreepte pyjama en een uitgemergeld lichaam. Bij het verlaten van dit blok staat er op de deur: The one who does not remember history is bound to live through it again. Een wijze uitspraak van George Santayana die ik vast nog een keer te voorschijn zal halen als ik weer voor een klas sta die zegt dat geschiedenis geen zin heeft omdat het al gebeurt is.

Aan het einde van het kamp staat blok 11, door de gevangenen ook wel het dodenblok genoemd. Op de binnen- plaats tussen blok 10 en 11 is een executieterrein. In blok 11 werd 'recht' gesproken. Te langzaam werken, een SS-er aanspreken of een aardappel stelen. Voor alles kon je hier gestraft worden. Het blok ziet er net zo uit als alle andere blokken maar de ramen zijn dichtgemetseld, voor de kelderramen zitten stevige tralies en vroeger was de deur van dit blok altijd dicht. Op de begane grond zijn naast de kamer waar 'recht' werd gesproken gewone groepscellen. In de kelder zijn staan cellen. Op een ruimte van een vierkante meter werden vier tot zes gevangenen gestopt. Zonder dat zij konden gaan zitten werden zij hier de hele nacht ingestopt, de volgende ochtend moesten zij gewoon weer aan het werk.

Zyklon B werd hier ook voor het eerst getest. Sovjet soldaten en zieken waren de proefpersonen. Het was een 'succes' en sindsdien werden de gevangen systematisch vergast in de gaskamer. De gaskamer van Auschwitz I is aan de andere kant van het kamp, naast de blokken waar de directie van het kamp, de kampadministratie en de ziekenafdeling in gehuisvest waren. De gaskamer lijkt van buiten niet erg groot.

Toch werden in deze ruimte 750 mensen per keer vergast. Het is erg onwerkelijk om te beseffen dat ik in een ruimte sta waar zestig jaar geleden mensen systematisch werden vergast.

Naast de gaskamer is het crematorium. Hier staan vier ovens die speciaal voor Auschwitz zijn ontworpen. Dit crematorium

(25)

is na de oorlog herbouwd door de Russen om 'de misdaden van het imperialisme' te tonen.

Twee kilometer verderop ligt Birkenau of Auschwitz II. Dit is het echte vernietigingskamp en, in tegenstelling tot Auschwitz I, ook met dat doel door de nazi’s gebouwd. Via de hoofdpoort komen we het kamp binnen, deze poort werd ook wel 'de poort der doden' genoemd. In de toren boven de poort kan je het kamp overzien. Tot zover het oog kan rijken zie ik hekken van prikkeldraad. De meeste barakken staan er inmiddels niet meer. Ooit stonden hier meer dan 300 barakken waar 200.000 gevangen in gehouden werden. Deze plek was ooit de hel op aarde. Nu lopen hier massa’s toeristen en schijnt de zon lekker wat de sfeer een beetje bizar maakt.

Wij lopen over de weg naast het spoor. Aan beide kanten van de weg staat een hek van prikkeldraad. Achter het hek staan nog wat resten van barakken. Aan de linkerkant bezoeken we een van deze barakken. Vervolgens staan we even stil op het perron van het kamp. Uit heel Europa werden gevangenen hierheen gebracht. Ze waren soms dagen onderweg zonder dat ze uit de wagon waren geweest of eten en drinken hadden gehad. Velen overleefden de reis niet en stierven onderweg.

De overlevenden moesten op deze plek uitstappen. Mannen en vrouwen werden gescheiden en moesten in een rij staan.

Ze werden gekeurd door een dokter. Tachtig tot negentig procent ging direct naar de gaskamer en de rest mocht werken tot de dood er op volgde.

Aan het einde van het perron staan de resten van een opgeblazen gaskamer. In de ruimte onder de grond konden drieduizend mensen per keer vergast worden. Er waren liften om de doden naar de ovens te brengen en in het water naast de gaskamer werd de as van de doden gestrooid. Op Auschwitz stonden twee van zulke gaskamers en nog twee tot gaskamer omgebouwde boerderijen. Het was een echte vernietigingsfabriek, die haar toekomstige slachtoffers, de

(26)

gevangenen, zelf moesten bouwen. De uitroeiingsfabriek Auschwitz kan op haar hoogtepunt volgens SS berekeningen technisch tot 4756 lichamen per dag verwerken. De vergassingscapaciteit lag veel hoger.

Naast de resten van de gaskamer aan het einde van de weg staat een monument voor de doden. Er ligt ook een gedenkplaat in het Nederlands: Laat deze plaats eeuwig een kreet van wanhoop zijn en een waarschuwing aan de mensheid. Hier hebben de nazi’s omstreeks anderhalf miljoen mannen, vrouwen en kinderen vermoord, voornamelijk joden uit verschillende Europese landen.

(27)

Een Poolse vertelt me: De situatie in Polen beangstigt me

Maandagochtend vroeg opgestaan en om half negen met de trein naar Berlijn. Het was lekker koel in de trein. Het uitzicht van de bergen rondom Krakau, de grimmige industrie en de kleine boeren dorpen langs de eindeloze korenvelden doet de reis sneller voorbijgaan dan ik dacht. Daarnaast ontmoet ik Alicja. Een meid uit Wroław. Ze is 25 jaar, heeft gereisd door Europa en heeft een master degree in European Integration.

De afgelopen dagen heb ik eigenlijk alleen maar met buitenlanders opgetrokken. Het is dan ook leuk om eens met een Poolse te spreken.

Ons gesprek gaat al snel over Europa en de rol van Polen hierin. 'Ik krijg niet het gevoel van eenheid binnen Europa' zegt Alicja. 'Polen wordt gezien als een onderontwikkeld land, met niet zulke slimme mensen als in de rest van de EU. Ik merkte het zelf toen ik door het Verenigd Koninkrijk reisde.

Ik had een betere opleiding dan de meeste mensen waar ik mee sprak maar toch voelden zij zich beter, omdat ik Pools was'. Deze West-Europese arrogantie blijkt een gevoelig onderwerp voor Alicja. 'De arrogantie stoort ons, want wij zouden allemaal gelijk behandeld moeten worden. Maar West-Europese mensen benadrukken altijd dat er twee delen van Europa zijn: Oost en West. Wij worden gezien als het minder intelligente deel, enkel omdat ons BNP lager is dan de West-Europese'.

'Het stoorde me persoonlijk toen ik in het Verenigd Koninkrijk werkte. Mensen gingen zich superieur gedragen omdat ik maar een serveerster was. Maar ze wisten zelf niets van Europa. Ze wisten bijvoorbeeld niet eens waar Polen lag.

Anderen dachten dat het er in de zomer erg koud was. Ik reageerde dan altijd door te zeggen het inderdaad koud is, als

(28)

je meer dan dertig graden koud vindt. Ik heb het hier over basis informatie, gewoon geografische kennis over het continent waarin we allemaal leven'. Ik weet niet of dit iets zegt over de West-Europese arrogantie. Het zegt misschien meer iets over de Britten. Zei Churchill niet: We are with Europe, not in Europe?

Maar ik denk dat dit in Duitsland, Frankrijk of Italië niet heel anders is. Grotere landen in Europa zijn meer op zich-zelf gericht dan op andere landen. Een land als Nederland is klein en daarom afhankelijk van grote landen. Polen heeft die grotere rijke landen ook nodig. Omdat wij er tot op een zekere hoogte afhankelijk van zijn weten wij daar ook veel meer vanaf. Maar het zegt misschien wel meer iets over Europa. Er is niet echt sprake van eenheid. Dat bleek ook wel bij het referendum over de Europese grondwet. Frankrijk en Nederland verworpen het. 'Ze proberen gewoon te laten zien hoe belangrijk ze zijn en ze zijn bang voor een immigranten toestroom in hun landen' zegt Alicja.

Ik denk dat dit laatste zeker klopt. De toevoeging van de tien Oost-Europese landen is mede oorzaak voor de verwerping van de grondwet in Frankrijk en Nederland. In West-Europa zijn veel mensen bang voor de Polen omdat zij goedkoper zijn en 'onze' banen afpikken. Alicja vindt dit maar onzin: 'Vorig jaar verdiende het Verenigd Koninkrijk 560 miljoen aan belastinggeld van Poolse werknemers'. De Britten, Fransen en Nederlanders hebben volgens Alicja dus geen reden om bang te zijn. 'De Poolse werknemers geven het geld uit in het land waarin ze werken en zorgen voor een toename van het BNP.

Ik denk dat ongeschoolde en luie mensen bang kunnen zijn.

Wij zijn geschoold en betrouwbaar en wij respecteren onze baan omdat het er eentje is die moeilijk te krijgen is. Het werkloosheid percentage is hoog en Poolse mensen hebben vaak geen andere optie om hun families te voeden'. Dat klinkt niet goed. 'Het is een moeilijke tijd op het moment' vertelt

(29)

Alicja. 'Alle goedopgeleide jeugd verlaat het land en mensen met master degrees werken in de catering of schoonmaak omdat deze banen in het buitenland beter betaald worden dan echt werk in Polen'. Dat is geen mooi vooruitzicht voor de toekomst van Polen. 'Het is zelf beangstigend als meer en meer specialisten Polen verlaten om in het buitenland te gaan werken. Meer dokters, zusters en IT specialisten verlaten Polen en ik vraag me wel eens af wie blijft? Ik kan ze ook niets verwijten, want als je het land voor twee tot drie jaar verlaat spaar je genoeg om een woning in Polen te kopen, terwijl je hier een hypotheek van tien tot twintig jaar nodig hebt. Ik hoop alleen dat de mensen die het land verlaten over een aantal jaar terug komen met ervaring en geld om dit land te ontwikkelen'.

Of dit gebeurt zal de toekomst moeten uitwijzen. Het zou ook goed zijn als we ons wat meer verbonden zouden voelen in Europa. Aan Alicja en mij zal het niet liggen. 'Misschien zal de mentaliteit over een paar generaties veranderen en zullen we een gevoel van unity in diversity krijgen' aldus Alicja.

'Maar zoals het Britse spreekwoord zegt: You can't teach an old dog a new trick'.

(30)

Duitsland

Berlijn is een absurde stad

– Het Palast der Republik of het Stadtschloss?

Berlijn

(31)

Berlijn is een absurde stad

...Berlijn, daar was ik nooit geweest. Je gaat niet zomaar even naar Berlijn en waarom zou ik daar ineens moeten zijn.

Ik was nog nooit in Berlijn... Moeders had dit nummer van Boudewijn de Groot nog even laten horen voor mijn vertrek.

Ik moet er even aan denken als ik na tien uur in de trein in Berlijn aankom. De trein stopt eerst op het station van Oost- Berlijn; Berlin Ostbahnhof. Als de trein weer verder gaat zie ik de Fernsehnturm, de Reichstag en de Brandenburger Tor.

Daarna stap ik uit op het station van West-Berlijn;

Zoölogischer Bahnhof. Zestien jaar na de Wende is het nieuwe centrale station bijna af maar ik stop nog op een stadion in Oost- en West-Berlijn.

Ik wilde naar Berlijn vanwege Christopher Isherwood. Op school hadden we Berlijn in de jaren twintig behandeld en als afsluiting van dat thema Isherwood’s boek Afscheid van Berlijn gelezen. Berlijn was een bruisende metropool in de jaren twintig. Isherwood beschrijft haar verval op een geniale manier. Zonder dat je het door hebt is het aan het einde van het boek normaal dat er knokploegen rondlopen die mensen in elkaar slaan. Niemand kijkt er meer van op.

De daaropvolgende Tweede Wereldoorlog is desastreus voor de stad geweest. De gevolgen blijven lang merkbaar. Zo las ik in de trein een artikel van de Zuid-Amerikaanse schrijver Gabriel García Márquez. Hij bezocht de stad in 1958 en schreef; Berlijn is een absurde stad. Net als de rest van Duitsland werd Berlijn verdeeld door de overwinnaars van de oorlog. Omdat beide partijen een andere politiek aanhangen ontstaat er een kapitalistisch en communistisch deel. Toen Márquez de stad bezocht, bestond er nog geen fysieke afscheiding. Je kon zo van Oost- naar West-Berlijn lopen.

(32)

Omdat Berlijn midden in de DDR lag ontstond er een merkwaardig kapitalistisch eilandje in een communistisch land. De Amerikanen deden er alles aan om West-Berlijn een succes te maken. Ze maakten West-Berlijn tot een etalage van kapitalistische welvaart. Alle gebouwen die kapot waren werden niet hersteld, maar afgebroken en vervangen door nieuwe gebouwen. 'Het enige overblijfsel van Europa dat je in West-Berlijn aantreft is de geblakerde kathedraal met een toren waarvan de spits is weggeslagen door de bommen'.

Aldus Márquez. Het bezorgde hem een gevoel van leegte.

Bijna vijftig jaar later is er natuurlijk veel veranderd. Maar het gevoel van leegte is heel herkenbaar. Buiten het Zoö- logischer Bahnhof sta ik te midden van moderne onper- soonlijke gebouwen. Ik mis Krakau nu al. Ook mijn hostel is een groot onpersoonlijk gedrocht. Ik moet er even aan wennen. Maar ik zie ook al snel de andere backpakkers, de straatmuzikanten en de Kaiser Wilhelm Gedächtniskirche, het laatste stukje Europa in West-Berlijn waarover Márquez sprak.

Het gebied rond Kurfurstendam spreekt mij helemaal niet aan. Het is het door de Amerikanen gecreëerde nieuwe centrum van West-Berlijn. Ik ben blij als ik de volgende dag op zoek mag gaan naar het oude centrum. Volgens Marquez ontbrak zo’n punt in Berlijn. 'Wat er vooral aan ontbreekt, is een centrum waar je het gevoel krijgt dat je bent aangekomen'. Het oude centrum blijkt door de Russen gedeeltelijk gesloopt te zijn om hun Marx-Engels Forum en Stalin boulevard te creëren. Ik pak een bus die bij de Reichstag en Brandenburger tor stopt. Dit gebied lag vroeger precies op de grens van oost en west. Bij de Brandenburger Tor werden in 1961 ook de eerste stenen voor de Berlijnse muur neergelegd. De kapitalistische welvaart had een magnetische werking op mensen uit Oost-Berlijn en de DDR liep langzaam leeg. Het partijbewind gaf opdracht tot de

(33)

bouw van de Antifascistische Schutzwall om de kapita- listische fascisten tegen te houden. In werkelijkheid was het natuurlijk voornamelijk de bedoeling om haar eigen bevolking binnen te houden.

De zone rond deze muur ontsnapte zo aan de bouwwoede van na de oorlog. Het was een gebied waarvan beide partijen niet echt wisten wat ze er mee aan moesten. Toen de muur in 1989 uiteindelijk viel en Duitsland en Berlijn weer herenigd werden was dit de plek waar een nieuwe bouwwoede ontstond. Mijn Braziliaanse roomie Gustav is speciaal naar Berlijn gekomen om de architectonische hoogtepunten te zien, die dit heeft opgeleverd. We stappen samen uit bij de Reichstag. De plek waar de democratie in 1999 na 63 jaar afwezigheid weer na terugkeerde. Het gebouw is zo populair dat je anderhalf uur in de rij moet staan voordat je naar binnen kan. Ik besluit hier niet op te wachten en laat Gustav achter en ga alleen verder richting de Brandenburger Tor. Hier krijg ik het gevoel dat ik ben aangekomen in Berlijn.

Hierachter ligt Unter den Linden maar ik loop naar rechts.

Naar het splinternieuwe joodse monument. Dit nieuwe monument, dat pas dit jaar klaar was, is een bijzonder monument omdat er geen symbolen gebruikt zijn. Het monument bestaat uit 2.711 betonnen rechthoeken van verschillende grootte waar je door heen kan lopen. Het idee hierachter is dat de bezoeker zelf zijn weg naar buiten kan vinden en dat er een moment wordt stilgestaan en gedacht wordt aan de vermoorde joden uit de Tweede Wereldoorlog.

Deze opzet is niet helemaal gelukt want de meeste bezoekers spelen verstoppertje.

Even verder ligt Potsdammer Platz, in de jaren twintig het uitgaansgebied van Berlijn. Hier kwamen veel kunstenaars en beroemde schrijvers samen. Na de Tweede Wereld-oorlog was het een totaal verwoeste plek waar de Amerikanen een observatieplatform bouwden voor westerse toeristen die een

(34)

kijkje over de muur wilden nemen. Nu staat het gigantische Sony Center hier.

Op de grond zie ik voor het eerst een bronzen streep op de grond. Op deze streep stond vroeger de muur. Een stukje verder zie ik voor het eerst een stukje muur dat mooi is beschilderd met een al even zo karakteristieke auto; de Trabant. Even verder is Checkpoint Charlie. Dit was vanaf 1961 tot 1990 de enige grensovergang voor buitenlanders tussen Oost- en West-Berlijn. Voor de vele Oost-Duitsers die aan het communistische regime probeerden te ontsnappen, was deze plek het symbool voor vrijheid en scheiding van West-Duitsland. Vele Oost-Berlijners probeerden hier dan ook te ontsnappen uit Oost-Berlijn. In het museum Haus am Checkpoint Charlie wordt het verhaal verteld van de stad die op deze wijze lange tijd werd gescheiden en uit elkaar groeide. Buiten staat een replica van het wachthuisje, de zandzakken en het beroemde bord: You are leaving the American sector. Je kunt met een als Amerikaanse soldaat verklede jongen op de foto, waarschijnlijk is het gewoon een Duitser.

Ik loop verder op zoek naar de East Side Gallery. Dit is een stuk van de oude muur, dat beschilderd is door 118 verschillende kunstenaars uit 21 verschillende landen. Het is nog een vermoeiende wandeling maar dat is het wel waard.

Het eerste stuk van de 1,3 km lange muur ziet er erg mooi uit en is mooi beschilderd. Een Trabant en La Buerlinica, een schildering die waarschijnlijk gebaseerd is op La Guernica van Picasso, zijn twee van de vele beschilderingen. Op een gegeven moment houden de mooie schilderingen op en zijn er enkel half afgebladderde schilderingen te zien. Het weer en het verkeer hebben hier flink huisgehouden. Ik keer maar om en loop weer terug. Ik pik nog een stukje mee van de megalomane Stalin boulevard waarna ik op het Alexanderplatz op de bus stap.

(35)

In mijn hostel duik ik snel onder de dekens. Ik ben moe en ik erger me aan Berlijn. Ik weet niet echt wat ik er van moet denken. Krakau was klein, compact en romantisch. Berlijn is groot, megalomaan en onpersoonlijk. De overheersers hebben te veel geprobeerd de stad eigen te maken waardoor er een onsamenhangend geheel is ontstaan. De muur scheidt de stad niet meer. Het is geworden tot slechts een toeristische attractie. De restanten worden gebruikt als ondergrond voor graffiti of liggen in stukjes in een van de vele toeristische winkeltjes te koop. Het kapitalisme heeft gewonnen.

Waarschijnlijk zal de stad de volgende jaren verder worden volgebouwd met grote moderne wolkenkrabbers. Of het daardoor weer één wordt durf ik te betwijfelen. Als ik weer wakker ben verlaat ik mijn hostel en vind tussen de seksshops een Chinees waar ik wat eet. Wachtend op mijn bestelling bedenk ik me dat Berlijn nog steeds een absurde stad is.

(36)

Palast der Republik of het Stadtschloss

Ik was inmiddels een aantal dagen in Berlijn geweest en had al veel bezienswaardigheden gezien. Het regent vandaag en ik loop over Unter den Linden, op zoek naar een goede schuilplaats. Uiteindelijk vind ik er eentje tegenover het fascinerende Palast der Republik. Dit oerlelijke gebouw uit 1976 staat op de plaats waar ooit het Stadtschloss stond. Ik vind dit allemaal buitengewoon interessant en besluit te schuilen in het informatiecentrum over de herbouw van het Stadtschloss. Hier probeer ik zo veel mogelijk te achterhalen van deze fascinerende geschiedenis.

Die geschiedenis begint in 1443 toen de toenmalige keurvorst Frederik II begon met de bouw van het eerste kasteel van de stad. Het was onderdeel van zijn plan om van Berlin-Cölln de hoofdstad van Brandenburg te maken en zo de macht van de burgers te verkleinen. In 1451 werd het kasteel de officiële residentie van de keurvorst. De stad groeide snel, maar kreeg een tik door de dertigjarige oorlog in 1618. Met de komst van de nieuwe Keurvorst Frederik Willem in 1640 ging het weer beter. Berlijn groeide weer en de stad werd gemoderniseerd.

Het Stadtschloss werd opgeknapt. Tegenover het Stadtschloss werd de Lustgarten aangelegd en langs de latere Unter den Linden werden lindebomen geplant. In 1698 erfde Frederik III de titel Keurvorst. Hij liet beeldhouwer en architect Andreas Schutler het paleis vernieuwen. Hij veranderde het renaissance gebouw in het mooiste barokke gebouw in heel Duitsland. In 1701 werd Pruisen een koninkrijk en de verbouwing moest het nieuwe Pruisische koninkrijk boven alle andere edelen in het Heilige Romeinse rijk zetten. Onder Koning Frederich Willem I werd het paleis tussen1713 en 1716 afgebouwd. Sindsdien zou er nooit meer iets aan de

(37)

buitenkant veranderen. In de binnenkant worden er nieuwe kamers gecreëerd en bestaande worden opnieuw gedecoreerd tot aan 1918.

In 1918 valt het Duitse keizerrijk en wordt het paleis bezet en geplunderd door opstandelingen. Tot aan de Tweede Wereldoorlog huisvest het paleis verschillende bewoners. In de Tweede Wereldoorlog wordt het tweemaal gebombardeerd.

Eerst in mei 1944 en later tijdens de slag om Berlijn op drie februari 1945. Het paleis stond vervolgens vier dagen in brand zonder dat iemand er wat aan deed. Hevige artilleriegevechten zorgden voor verdere beschadiging aan de façade. Toch was het gebouw niet meer beschadigd dan andere gebouwen in Berlijn. Het was bijvoorbeeld minder beschadigd dan het Schloss Charlottenburg dat er nu nog staat.

De eerste burgemeester van Oost-Berlijn, Friedrich Ebert, blijkt een sterke tegenstander te zijn voor herstel van het paleis. Daarom wordt het paleis met rust gelaten onder het mom van instortingsgevaar. Een paar jaar later wint de Sozialistische Einheitspartei Deutschlands (SED), door Sovjet bescherming, de verkiezingen in Oost-Duitsland.

Daarmee eindigt ook de 500 jarige geschiedenis van het Stadtschloss. SED voorzitter Walter Ulbricht geeft opdracht tot de sloop van het Stadtschloss. De herbouw zou 32 miljoen mark kosten terwijl sloop van het paleis en de aanleg van een paradeplein 8 miljoen mark zou kosten. Door dit rekensommetje en het feit dat de SED eigenlijk af wilde van dit kapitalistische statussymbool werd in 1950 begonnen met de sloop van het Stadtschloss. Het Schlossplatz werd omgedoopt tot Marx-Engels-Platz en werd de locatie voor staatsfeesten en militaire parades.

Op de plek van het Stadtschloss werd het Palast der Republik gebouwd, het werd in 1976 geopend. Dit was niet alleen de vergaderzaal van de Volkskammer, het DDR parlement. Het

(38)

was ook een ontmoetingsplaats met cafés en restaurants, feesten en kunstevenementen. Na de val van het socialistische regime vergaderde hier de eerste democratisch gekozen Oost- Duitse volksvertegenwoordiging.

In 1990 werd het Palast echter ontruimd omdat de muren vol zaten met asbest. Hierna volgde een twaalf jaar lange discussie over de toekomst van het Palast en de Schlossplatz.

In de zomer van 2002 nam het Duitse parlement het besluit om het Palast af te breken. Er zijn zelfs plannen om het Stadtschloss op dezelfde plek opnieuw te bouwen.

In het infocentrum staat een grote maquette van Unter den Linden en de Museumsingel met het Stadtschloss. Ook staat er een maquette van het Stadtschloss waarin het Palast der Republik is geïntegreerd. Een vrijwilliger vertelt mij enthousiast over de plannen en ik vraag hem wanneer het Palast nu wordt gesloopt. Als het aan hem lag deze winter al, maar het zou waarschijnlijk nog wel een jaar duren. De communisten zijn tegen de sloop en houden het tegen en de stad heeft helaas nogal wat communisten volgens de man. Een ander probleem zijn de kosten. De herbouw van het Stadtschloss moet nogal wat gaan kosten. In het infocentrum is van alles te koop om maar geld binnen te halen. Ook kan je geld doneren.

Eigenlijk vind ik het een heel goed idee om het Stadtschloss weer te herbouwen want het Palast is echt te lelijk om aan te zien. Berlijn heeft genoeg stalen en glazen gebouwen. Aan de andere kant is de huidige regering eigenlijk net zo bezig als de toenmalige DDR regering. De DDR regering wilde af van een kapitalistisch statussymbool en de huidige regering wil af van het statussymbool van de DDR. Hoewel al is besloten dat het Palast wordt gesloopt is nog niet duidelijk wanneer. Dus misschien is er nog hoop voor het Palast der Republik. Het blijkt eens te meer maar weer dat geschiedenis wordt geschreven door overwinnaars.

(39)

[2006]

(40)

Bulgarije

- In zes uur door het ijzeren gordijn - Bulgarije: Hey man slow down

Plovdiv • Sofia

(41)

In zes uur door het ijzeren gordijn

Ik was in de zomer van 2005 erg enthousiast terug gekomen.

Door de verhalen over deze reis heb ik mijn goede vriend en klasgenoot Pieter enthousiast gemaakt. Hij vergezelt me in de zomer van 2006 op deze tweede reis door heel Oost-Europa van Bulgarije naar Polen. In de nacht van vijf op zes augustus zouden wij ons reisdoel bereiken. In deze nacht gaan wij met de nachttrein vanuit Istanbul naar Bulgarije. Om drie uur ’s nachts worden we gewekt in Edirne; Pasporte, Police. Het blijkt de Turkse grens te zijn. Pieter en ik halen ons paspoort te voorschijn en doen de deur van onze slaapcoupé open in afwachting van de douane. Die blijkt niet te komen, ondertussen lopen steeds meer mensen naar buiten. Waarvoor is ons onduidelijk. We zien wel een stationsgebouw waar Police op staat en waarvoor een enorme rij mensen staat te wachten. Of wij daar ook naar toe moeten is voor ons evenmin duidelijk. De Nieuw-Zeelanders naast ons gaan er wel heen en zij hebben ook een vragenformulier bij zich. Wij hebben dat niet en gaan er vanuit dat het voor mensen buiten de EU is. Toch vertrouwen we het niet helemaal, want iedereen blijkt er heen te gaan. Dus wij doen de schoenen ook aan en gaan in de rij staan.

Langzaamaan worden we een beetje wakker en komt Pieter er achter waarom wij hier moeten staan. Drie dagen geleden landde ons vliegtuig op Turkse bodem. Voordat wij echter Turkije echt binnen mochten moesten wij eerst een visum kopen voor tien euro. Van de douane kregen wij een sticker in ons paspoort met stempel waarop de datum, plaats en het woord giriş (ingang) te lezen viel. Nu dat wij Turkije weer verlaten hebben wij weer een nieuwe stempel nodig waarop çıkış (uitgang) valt te lezen. Deze bureaucratische handeling hoeft op zich niet zo lang te duren, ware het niet dat er na ons

(42)

nog een nachttrein aankwam en dat er maar één mannetje stempels aan het zetten is, hij controleert de paspoorten ook nog eens erg goed. Om tien voor vijf krijgen wij eindelijk onze stempel. Omdat wij ongeveer als laatste in de rij stonden, kon de trein zo weer verder gaan, dachten wij. Toch stonden we nog een hele tijd stil, waarom is ons nooit duidelijk geworden. Pas om zeven uur vertrokken wij richting Bulgarije.

Toch waren wij nog steeds niet in Bulgarije. Hiervoor moesten wij eerst nog langs de Bulgaarse grens. Een half uur nadat we de Turkse grens verlieten kwamen we bij de Bulgaarse grens aan. Er wordt weer op onze deur geklopt:

Pasporte. Wederom is het voor ons een raadsel wat er moet gebeuren. Er gaat nu echter niemand van de trein en dus blijven ook wij zitten. Even later komt de douane eraan en neemt ons paspoort in beslag. Het zou een half uur duren, zeiden ze tegen onze Australische buurvrouw. Een uur later krijgen we het paspoort, inclusief Bulgaarse stempel, weer terug. Na anderhalf uur stil gestaan te hebben gaat de trein weer verder. Nu zijn we pas echt in Bulgarije.

In totaal deden we er dus zes uur over om in 2006 door het voormalig ijzeren gordijn Oost-Europa binnen te komen, een hele ervaring. Dit ben ik niet gewend, aangezien de binnengrenzen van de EU zijn afgeschaft en je zonder controle van het ene naar het andere land kan reizen. Binnen de EU merk je pas dat je in een ander land bent als er andere borden langs de weg staan met opschriften in een andere taal.

Hoe anders moet dit geweest zijn in de tijd van het ijzeren gordijn. Hoe lastig zou het geweest zijn om het ijzeren gordijn binnen te komen en hoe goed zouden ze je controleren? Ik mag graag geloven dat wij met deze zes uur durende grensovergang qua tijd dicht bij zo’n grensovergang van toen kwamen.

(43)

Bulgarije; hey man slow down

Met een slakkengangetje gaan wij door Bulgarije. Onze slechte nachtrust zorgt ervoor dat wij af en toe nog in slaap doezelen. Tussendoor worden we wakker met uitzicht op de heuvels van Bulgarije. Hier en daar lopen herders met een paar schapen, koeien of geiten. Alsof ze hier de industrialisatie gemist hebben. Want wie kan nou rondkomen als je de hele dag rondloopt met vier geiten? Het kan blijkbaar nog steeds in Bulgarije. Ook komen we meer recentere geschiedenis tegen. Onderweg zien we meerdere souvenirs van het communisme; oftewel veel verlaten industrie. Goed voor het milieu kan dit niet zijn, de werkende fabrieken ogen en ruiken evenmin milieuvriendelijk.

Tegen twaalven bevestigt de conducteur mijn vermoedens:

Wij naderen Plovdiv en moeten onze spullen gereedmaken. In de verte nadert een stad die net als Rome op zeven heuvels is gebouwd. Plovdiv behoort tot een van de oudste steden van Europa met een geschiedenis van 8000 jaar. Deze geschiedenis heeft haar sporen achter gelaten in de oude stad van Plovdiv die wij mede dankzij haar mooie Romeinse Amfitheater graag willen zien. Bij het informatiepunt op het station van Plovdiv komen wij voor het eerst in aanraking met Bulgaren. We vonden het maar rare lui die er ook een merkwaardige manier van een rij vormen op nahielden, oftewel ze drongen allemaal voor. Met eenmaal wat Bulgaarse Lev op zak gaan wij linea recta naar het Romeinse amfitheater. Aan de voet van de oude stad zien wij het amfitheater boven ons. Wij lopen de trappen op en zien aan onze rechterhand een aantal bouwvakkers die hun lunchpauze houden. Ik vraag of de ingang hier is en wijs naar boven. De bouwvakkers knikken hun hoofd ja. Pieter en ik lopen door.

Niet veel later komt een andere man ons snel achterna en legt

(44)

ons in gebrekkig Engels uit dat het amfitheater gesloten is omdat het gerenoveerd wordt. De bouwvakkers hadden dit waarschijnlijk ook al duidelijk willen maken maar ik was even vergeten dat ja knikken in Bulgarije nee betekent en andersom.

In het centrum van Plovdiv gaan wij eerst wat eten, alvorens wij naar de oude stad gaan. Wij worden geholpen door een ontzettend ordinair geklede serveerster. Als wij vervolgens de voorbijgangers op het terrasje observeren blijkt dat de serveerster niet de enige is. De Bulgaarse vrouwen blijken naar ons oordeel totaal geen smaak te hebben. Ze blijken te denken dat meer beter is. Naar ons oordeel verliezen ze hiermee helemaal het gevoel voor stijl en klasse uit het oog.

Ook hangen overal reclameposters voor whisky. Die wordt aangeprezen door een naakte vrouw met een fles whisky tussen haar benen zodat je haar intiemste lichaamsdeel net niet kan zien. Op zich was dit een stuk stijlvoller gedaan, maar het sluit perfect aan bij het beeld dat wij van de Bulgaren aan het creëren waren. Nee, voor de vrouwen bleven wij hier niet langer.

Om 15:58 gaan wij met de trein naar Sofia. De trein blijkt nog langzamer te gaan dan de trein waar we vanochtend in zaten.

Deze keer komt er geen conducteur langs die ons verteld dat wij in Sofia zijn, het wordt evenmin omgeroepen. Omdat men in Bulgarije het cyrillische schrift gebruikt kunnen wij de plaatsnamen op de stations ook niet lezen. Het is dus geen overbodige luxe om even na te vragen of wij om half zeven echt op het centrale station in Sofia zijn. Gelukkig blijkt het zo te zijn en kunnen we naar ons hostel gaan. Daar krijgen wij gelijk een bord pasta voorgeschoteld. Dat was precies wat wij nodig hadden.

Van uitrusten komt het echter nog niet, want we gaan gelijk Sofia weer in. We komen hier niet elke dag en dus moeten we zoveel mogelijk zien. We bekijken een aantal

(45)

bezienswaardigheden en leggen deze vast, of Japanneren het zoals wij het noemen, bewijzen verzamelen dat we hier geweest zijn. Toen het donker werd zijn we weer terug naar het hostel gegaan. We waren doodop en moesten de volgende dag weer vroeg opstaan om de trein te halen. Het Radiohead nummer The Tourist spookte de hele tijd door mijn hoofd; hey man slow down. We waren het er beiden over eens dit nooit meer. Deze Japanse manier van reizen is echt A-relaxed.

De volgende ochtend kopen wij van ons Bulgaarse geld nog snel wat eten voor onderweg. Vervolgens lopen we naar een mannetje die ons bij binnenkomst al had gevraagd of wij informatie nodig hadden. Hij is gekleed in een soort van blauwe pyjama. We vragen hem naar de trein naar Bucaresti.

Hij brengt ons naar perron acht, maar die is helemaal leeg.

Omdat de man geen woord Engels spreekt kan hij ons verder niets uitleggen. Wij geven hem ons laatste muntgeld en besluiten te wachten op de trein. Het blijkt dat er een uur vertraging is. Langzaamaan verschijnen er steeds meer mensen op het perron. Tegenover ons ging een Bulgaarse vrouw zitten. Zij was echt oerlelijk. Ze had een beste snor en op haar gezicht zaten allemaal wratten. Wij zagen dit gister ook al bij een aantal vrouwen en verwonderden ons erover waarom we dit hier veel meer zagen dan in Nederland. Echt charmant zag het er ook niet uit. Vervolgens komt het mannetje ook weer tevoorschijn als de trein arriveert. Hij brengt ons naar onze coupé en voor deze dienst wil hij graag weer wat geld hebben. Wij hadden ons laatste Bulgaarse geld al aan hem gegeven. Hij is daar echter niet tevreden mee en wordt boos op ons. Gelukkig zit er nog een jongen in onze coupé en die geeft hem wat geld. Onze reisgenoot komt uit Slo-venië en heet Janisch, hij legt ons uit dat ze hier slecht be- taald krijgen en alles doen om maar wat extra te krijgen.

Onderweg verwonderen Pieter en ik ons nog meerdere malen

(46)

over de taferelen die zich rond elk treinstation afspeelden.

Veel mensen lopen gewoon over het spoor. Gevaarlijk zouden wij met onze geordende Nederlandse kijk zeggen, maar hier blijkt men gewoon te kijken wat de kortste route is en die neemt men. Op elk station zien wij ook een mannetje dat met een hamer op de wielen slaat en controleert of de wielen nog wel goed vast zitten. Janisch vertelt dat deze mensen erg belangrijk zijn en vraagt zich af of dat niet in Nederland gebeurt. Ik heb dat nog nooit gezien in Nederland, maar de Nederlandse treinen zullen ongetwijfeld ook wel gecontroleerd worden. Janisch vertelt dat deze treinen misschien wel wat extra controle nodig hebben omdat dit West-Europese treinen van 20 jaar geleden zijn. De vele Duitse teksten verraden dat deze trein zeer waarschijnlijk ooit in Duitsland gereden heeft.

Aan het einde van de ochtend komt er een Bulgaarse familie bij ons in de coupé. Het zijn aardige mensen alleen blijkt het moeilijk te communiceren met hen. Vlak voor de grens stappen ze uit en de man zegt nog even Ajax, totaalvoetbal.

Woorden die wij met gejuich en waardering ontvangen. Het laatste stuk naar de Roemeense grens zitten wij weer alleen met Janisch in de coupé. Bij een van de laatste stations in Bulgarije vertelt hij dat het niet aan de middelen ligt dat de gebouwen hier zo verwaarloosd zijn, het is de mentaliteit. In de grensstad Roese krijgen wij een stempel en daarmee hebben wij Bulgarije officieel verlaten.

(47)

Roemenië

- Roemenië heeft twee grote problemen - Transylvanië; een sprookjeslandschap zoals de

Efteling, maar dan echt

Boekarest •Braşov

Sigşhoara

(48)

Roemenië heeft twee grote problemen

Met een stempel van de Roemeense douane zijn wij Roe- menië officieel binnengekomen. Een paar minuten geleden hadden wij dit geografisch al gedaan door de Donau over te steken. Wij kregen het gevoel of wij thuis kwamen, zo vlak was Roemenië in het zuiden. Eindeloze vlaktes zo ver het oog reikte, alleen de herders met slechts enkele schapen verraadden ons dat dit Nederland niet kon zijn.

Roemenië staat, ondanks de herder, echter volop in beweging.

Roemenië is namelijk kandidaat EU lidstaat. Om aan de eisen van de EU te voldoen wordt er op allerlei terreinen druk gewerkt. Als het goed gaat, zullen de Roemenen op 1 januari 2007 al bij de EU worden toegevoegd. In tegenstelling van de mineur van dit moment in de meeste West-Europese landen, is de EU in Roemenië nog iets waar vooral positief over wordt gepraat. De EU zal goed voor de werkgelegenheid en ontwikkeling van Roemenië zijn, zo wordt algemeen gedacht door de Roemenen. Dat de positieve reclame van de Roemeense regering hier heeft bijgedragen wordt duidelijk als wij overal door Roemenië mensen zien lopen met plastic tassen met daarop de Europese vlag. Boven de vlag staat een hartje in de kleur van de Roemeense vlag, aan de ene kant van het hartje staat EU en aan de andere kant staat USA.

Als wij om half negen aankomen in Boekarest op het treinstation Gare de nord is de invloed van Brussel gelijk zichtbaar. Na een tien uur durende treinrit hadden wij het nodige afval gemaakt, dit konden wij op het station deponeren in een prullenbak met drie ingangen. Eentje voor papier, eentje voor plastic en eentje voor restafval. In het hostel zagen wij vervolgens nog meer van dit soort opvallende milieuvriendelijke afvalscheiding. In onze kamer hing een papiertje boven de prullenbak: Please don’t throw your PET

(49)

bottles away, give them to the reception, we recycle them.

Ook in de moderne trein van Boekarest naar Braşov waren weer verschillende afvalbakken.

Nu is een afvalbak misschien niet het eerste waar men aan denkt als men over de EU spreekt. In Roemenië was het milieu echter net als vele andere oude communistische landen lang een ondergeschoven kindje. Na de val van de muur kwam hier niet gelijk verandering in, want men moest nog steeds een inhaalslag maken met het westen. Ook nu nog komen wij meerdere vieze fabrieken tegen en het natuurschoon rond de rivieren wordt vaak opgesierd door afval. Zelfs vandaag de dag nog wordt er bij sommige huishoudens niet eens het vuilnis opgehaald. Als dit wel wordt gedaan, dan wordt het vuilnis amper gerecycled. Al het vuilnis komt, inclusief chemische stoffen, op één grote afvalbult, waardoor er allerlei chemische rommel in het grondwater komt.

Dat hier nog veel te verbeteren valt is duidelijk. Gelukkig krijgt het milieu dankzij de EU meer aandacht in Roemenië.

Het mag duidelijk zijn dat de souvenirs uit het verleden nog niet zijn opgelost voor 1 januari 2007. Roemenië heeft met Brussel lange termijnafspraken gemaakt om de milieuproblematiek aan te pakken. Er zijn bijvoorbeeld harde afspraken gemaakt over de recycling, iets dat nu nog weinig gebeurt. Over vijf jaar moet een bepaalde hoeveelheid glas en plastic gerecycled worden, vandaar dus ook de afvalscheiding op het station in Boekarest. Hiervoor krijgt Roemenië financiële hulp uit Brussel en dat lijkt me geen slechte zaak.

Als Pieter en ik de volgende dag door Boekarest lopen valt het ons op dat men op bijna elke hoek wel iets aan het opknappen is, zijn het niet de gebouwen dan zijn het wel de wegen of het trottoir. Misschien komen we hier iets te vroeg en wordt dit het nieuwe Praag, alhoewel we misschien

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

achterhalen in hoeverre er voor KPH afzetmogelijkheden in Estland, Letland, Litouwen, Polen, De Tsjechische Republiek, Slovenië en Slowakije zijn, is het nodig om in deze landen

Omdat de meeste instrumenten zelfs in het buitenland nog niet goed gevalideerd zijn en het vervolgens nog maar de vraag is of zij ook in Nederland effectief zouden blijken te

Meer in het algemeen zijn de mogelijkheden voor politie en gemeenten om iets aan de overlast van dakloze migranten uit Midden- en Oost-Europa te doen, veel be- perkter dan bij

 Dit brak in stukken uit elkaar, en afrika kwam 50 miljoen jaar geleden in botsing met Europa..

Zaterdagmiddag, zegt vice-premier Kok, hebben Wöltgens en Brinkman onderhan- deld. Zonder concreet resultaat. Daarover heeft hij met Wöltgens gesproken en sa- men

Daar valt op zich inderdaad veel voor te zeggen, maar dat neemt niet weg dat het politieke klimaat kennelijk weer rijp is voor deze verandering.. Het is ook

Door de inge­ zette ontwikkelingen waardoor de plan-economie steeds verder terrein verliest en er tevens buiten­ landse investeerders op de markt verschijnen wordt de roep

Er moet een Europese Minister van Buitenlandse zaken worden aangesteld, die niet alleen Europa buiten de Unie kan vertegenwoordigen, maar in de hoedanigheid van Europees