Kun je iets over jezelf vertellen?
Ik heet Haben en ik ben 18 jaar. Vier jaar geleden ben ik uit Eritrea gevlucht, alleen. Mijn ouders en vijf broers en zussen wonen daar nog. Ik wil dat ze snel naar Nederland komen.
Wat is voor jou belangrijk?
Het allerbelangrijkste is dat mijn familie naar Nederland komt. Ik heb gezinshereniging aangevraagd. De eerste keer is dat afgewezen. Ik had geen document dat zij familie zijn. Ik kom uit een dorp en daar hebben we dat niet. Nu probeer ik het opnieuw, met een DNA-test. Dan moet mijn familie eerst naar Ethiopië. Ik moet nu zelf het geld betalen aan de IND, de eerste keer betaalde Nidos. Het is veel geld.
Ook moet ik de vliegtickets betalen. Dit geld leen ik van fa- milie. En ik vraag Vluchtelingenwerk of ze kunnen helpen.
Hoe zag jouw leven er een paar jaar geleden uit?
Ik ben de oudste. Op mijn twaalfde ging ik van school om mijn moeder thuis te helpen. Ik heb geen diploma. Mijn vader werkt. Na school moet je in Eritrea naar een oplei- ding als soldaat. Dat is meer een strafkamp. Je moet doen wat zij willen. Ook als je je school afmaakt kun je niet kiezen welk beroep je wilt, dat beslist het leger. De dictator in Eritrea heeft alle macht. Ik ben gevlucht voor vrijheid, om zelf over mijn toekomst te beslissen.
In gesprek met Haben
Hoe ziet jouw dagelijks leven er nu uit?
Ik woon met drie meisjes uit Eritrea in een huis. Eerst zat ik vier maanden in het AZC. Daar ging ik naar school. Nu zit ik al bijna twee jaar hier bij ISK (Internationale Schakelklas). Ik leer Nederlands, maar ook over de cultuur, biologie, reke- nen en aardrijkskunde. Ik krijg geld van DUO en werk via een uitzendbureau als schoonmaker in het weekend en de vakanties. Mijn hobby’s zijn dansen, koken en volleyballen op het schoolplein. Ik zit ook op zwemles. Ik ben orthodox christelijk en ga elk weekend naar een Eritrese kerk. Mijn vriendinnen ken ik uit het AZC, zij komen ook uit Eritrea. Ik heb geen Nederlandse vriendinnen. Ik heb nu geen vriendje.
Maar het is belangrijk dat hij ook orthodox christelijk is. Uit welk land maakt mij niet uit, maar mijn familie wil dat ik een Eritrese man trouw.
Welke hulp krijg je en wie is er belangrijk voor je in Nederland?
Ik heb een aardige buurvrouw, zij komt uit Israël en begrijpt ons. Zij komt ook uit een ander land. De andere buurman klaagt vaak dat we teveel geluid maken. Dat is niet waar.
Mijn mentor van YOIN komt 3 of 4 keer per week. Ze is heel lief en als familie voor mij. Mijn voogd van Nidos zag ik één keer per maand. Ik zou het fijn vinden als dat vaker was. Op school is een coach die mij helpt bij het kiezen van
Postbus 19129 * 3501 DC Utrecht * T 030 789 20 00 * www.movisie.nl * info@movisie.nl
Na een paar weken kwamen we in Libië. Dat was de hel, ik ben er zes maanden geweest. Jongens werden geslagen, meisjes verkracht.
Kleding werd afgescheurd. Ik heb dat allemaal gezien. Meisjes zijn bang dat ze AIDS kregen. In Soedan kregen we een prikpil tegen zwangerschap, maar dat is niet tegen ziektes. Vanaf Libië gingen we met een boot met wel 200 mensen naar Italië. Meisjes boven en jongens beneden. Beneden was geen zuurstof en veel jongens gingen dood. Wij waren zeeziek. De boot ging onder water en toen zijn we gered door Duitsers.
Voor meisjes is de reis heel moeilijk. We zijn ongesteld en kunnen ons niet wassen. De reis kost ook veel geld. Bij elk deel van de reis moet je je familie vragen om geld. Daarom duurt het heel lang. Ik denk hier nog vaak aan. Ik heb geen hulp om alle nare ervaringen te verwerken.
Ik wil er vaak ook niet over praten, want dan moet ik huilen.
Hoe zie je de toekomst?
Daar kan ik nog niet echt over nadenken. Eerst moet mijn familie hier zijn. Dan wil ik hen helpen om alles te leren. Daarna school afmaken en misschien doktersassistent worden of een eigen bedrijf. Ik wil geld verdienen voor een huis en een auto, en kinderen als ik 27 of 28 ben.
Sommige vriendinnen hebben al een kindje. In Eritrea is het normaal om te trouwen als je 15 bent en dan kinderen te krijgen. Daar is het makkelijker omdat je hulp van familie hebt, in Nederland ben je alleen. Ik wil de Nederlandse nationaliteit aanvragen, dan kunnen ze me niet over vijf jaar terugsturen als ze vinden dat Eritrea of Ethiopië veilig is. Ik wil niet terug, dan kan ik beter hier dood gaan.
opleiding en werk. Nu ik 18 jaar ben, heb ik straks geen mentor meer.
Ik weet nog niet hoe dat dan moet. Als mijn familie in Nederland is krijgen wij één contactpersoon van Vluchtelingenwerk die helpt met
vragen. Maar ik moet dan zelf alles voor mijn familie regelen, mee naar afspraken bij de gemeente, huisarts,
inburgeringscursus. Dan heb ik minder tijd voor school of werken.
Zijn er nog (andere) dingen waarover je weleens zorgen maakt?
Ik denk veel terug aan de reis. Ik was 14 toen ik uit Eritrea naar Ethiopië vluchtte, Het was vijf uur
lopen en soms kruipen door de bosjes. Ik was bang dat soldaten me zouden neerschieten.
Vanaf de grens gingen we met een bus naar een kamp. Daar heb ik bijna 1,5 jaar met tien meisjes in een huis gewoond. Er waren veel ziektes en weinig eten. Daarna met de auto naar Soedan. Ik ben twee keer teruggestuurd naar Ethiopië en moest het opnieuw proberen.
In Soedan moet je voor veel geld een ID pasje kopen. Zonder pasje wordt je op straat opgepakt en teruggestuurd. Na vijf maanden had ik genoeg geld voor het pasje en de reis naar Libië. We zaten
in een vrachtauto met wel 80 mensen. Het was heel heet en we dronken water gemengd met
benzine. Daarna gingen we met een kleine- re auto door de woestijn.