Inlichtingen bij dhr. S.J.G. Veenstra, telefoonnummer (026) 359 92 54 e-mailadres: post@gelderland.nl
Antwoord op Statenvragen PS2018-458 Arnhem, 10 juli 2018 zaaknr. 2018-008661
De leden van Provinciale Staten
Beantwoording schriftelijke Statenvragen statenlid Mw. T. Poortinga (Groep Poortinga) over permanente bewoning vakantieparken
Ingevolge het bepaalde in artikel 39 van het Reglement van Orde Provinciale Staten van Gelderland 2017 doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van het statenlid Mw. T.
Poortinga toekomen.
In het dagblad De Stentor van 23 juni stond een interview met de burgemeester van de gemeente Putten, de heer Henk Lambooij. In dit interview geeft Lambooij namens de 11 Veluwse gemeenten die permanent wonen in recreatieparken aanpakken aan tegen sociaal schrijnende gevallen aan te lopen.
Hij maakt een verschil tussen “mensen die doelbewust hebben gekozen en mensen die in een noodsituatie zitten. Een mevrouw die door haar man thuis wordt geslagen en daarom wegvlucht en in een recreatiebungalow terechtkomt, vind ik anders dan een echtpaar uit de Randstad dat zijn huis verkoopt en tegen een laag tarief in een bungalow op de Veluwe neerstrijkt.”.
Vraag 1:
Kent het College het bewuste interview? Klopt het citaat van de burgemeester van Putten?
Antwoord:
Wij hebben kennisgenomen van het stuk. Het citaat is gegeven door De Stentor. Wij hebben geen opvatting over of het citaat klopt.
Vraag 2:
Onderschrijft het College de stellingname van de heer Lambooij?
Antwoord:
Wij onderkennen de problematiek. De stellingname is van de heer Lambooij.
Vraag 3:
De heer Lambooij doet een aantal suggesties voor de sociaal schrijnende gevallen, zoals
“pauzeparken”, waar gedupeerden (tijdelijk) kunnen verblijven. Wat is uw standpunt over deze suggestie?
Antwoord:
In algemene zin stellen wij dat de genoemde meer sociale, maatschappelijke en
huisvestingsproblematiek primair een aangelegenheid is en onder bevoegdheid valt van de lokale overheid. In dat kader verwijzen wij u kortheidshalve naar de Statenbrief Vitale Vakantieparken (PS2018-453).
Bekend is dat meerdere gemeenten zoeken naar oplossingen om schrijnende gevallen woonruimte te bieden. Recreatiewoningen als “Pauzewoningen” is één van de voorbeelden. Wij ondersteunen gemeenten in hun zoektocht naar (tijdelijke) oplossingen, bijvoorbeeld door afspraken in de regionale woonagenda’s.
2 Vraag 4:
Bent u bereid om de Staten periodiek te informeren over deze materie totdat de schrijnende gevallen zijn opgelost?
Antwoord:
De reguliere informatievoorziening en rapportages in het kader van de jaarcyclus voorzien in u te berichten over de ontwikkelingen op Vakantieparken. Daarnaast wordt voorzien in de evaluatie van de Ontwikkelingsmaatschappij Vitale Vakantieparken, twee jaar na oprichting.
Aanvullend zijn de volgende vragen aan de Commissaris van de Koning gesteld:
Vraag 5:
Is de Commissaris bereid om met extra aandacht en zorg deze materie tijdens contacten met de 11 bewuste Veluwegemeenten aan de orde te stellen?
Antwoord:
Volgens zijn ambtsinstructie brengt de commissaris als Rijksheer met redelijke tussenpozen bezoeken aan de gemeenten in de provincie. In 2018 bezoekt hij o.a. Nunspeet en Harderwijk. Tijdens deze gemeentebezoeken probeert de commissaris zich een beeld te vormen van het functioneren van de gemeente. Naast andere relevante thema’s gaat één van de gespreksonderwerpen met het college van B&W over de weerbare overheid. In gemeenten op de Veluwe is daarbij aandacht voor
ondermijnende criminaliteit in relatie tot vakantieparken.
Bij beleidsmatige onderwerpen die in de portefeuille van een gedeputeerde vallen, stelt de commissaris zich echter terughoudend op.
Vraag 6:
Bent u bereid hierover verslag te doen, bijvoorbeeld in het Burgerjaarverslag?
Antwoord:
Ja, in het jaarverslag geeft de commissaris een overzicht van de invulling van zijn rijkstaken en zijn taken als voorzitter van PS en GS. In dit verslag zal hij ook rapporteren over en aandacht hebben voor ondermijnende criminaliteit in relatie tot vakantieparken.
Gedeputeerde Staten van Gelderland
C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning P.G.G. Hilhorst - secretaris
